Don't wanna be here? Send us removal request.
Text
11 november: vredespolitiek = anti-imperialistische politiek
Nooit meer oorlog, de leuze die de Vlamingen in meerdere talen op hun groots vredesmonument in Diksmuide plaatsten, was, is en blijft in de eerste plaats een waarschuwing tegen imperialisme en de nadrukkelijke afkeer dat Vlamingen maar ook Walen ooit nog betrokken zouden geraken in een gewapend conflict ten dienste van imperialistische machten. Het imperialistische Westen wil overal ter wereld NAVO-bases vestigen en reactionaire, neofascistische regeringen installeren die zijn belangen zullen dienen. 11 november is een dag waarop luid de oproep moet weerklinken om een einde te maken aan de militaire provocaties van de NAVO, de VS en de EU! 11 november is een dag om Vlaamse en Waalse solidariteit met de anti-imperialistische en antifascistische krachten in Donbass te benadrukken! Washington blijft haar Europese vazalstaten –waaronder België- meesleuren in een virulente haat jegens Rusland zoals mocht blijken uit de recente versie van de door het Pentagon gepubliceerde National Defense Strategy. “Als we in Oekraïne verliezen, zal het internationaal systeem dat we 80 jaar geleden hebben gecreëerd, instorten.” (Amerikaans stafchef Mark Milley, die en passant ook toegaf tot driemaal per week te overleggen met de Oekraïense legerstaf). De Oekraïense staat voert al meer dan acht jaar een open oorlog tegen de grote meerderheid van de bevolking in Donbass. In de laatste week voor het begin van de Russische militaire operatie heeft Oekraïne de Donbass-regio onderworpen aan voortdurende beschietingen. Een regen van artilleriegranaten op de Russischgezinde bevolking van het gebied. Als we de belangen van Rusland als staat in deze regio buiten beschouwing laten en ons richten op de gebeurtenissen van de afgelopen jaren, kunnen we heel duidelijk zien hoe deze oorlog tot stand is gekomen. Terwijl de regimemedia Rusland beschuldigen van "schending van het internationaal recht", repten ze met geen woord over het feit dat Oekraïne de bevolking van Donbass met zware wapens bestookte. Om een einde te maken aan de oorlog in Donbass werden in 2014/2015 de Akkoorden van Minsk ondertekend tussen Oekraïne en de vertegenwoordigers van de volksrepubliek Donetsk (DPR) en de volksrepubliek Lugansk (LPR), met deelname van 3 andere landen als garanten van het akkoord. Met de ondertekening hiervan werd het een onderdeel van het internationaal recht, met de VN als garant. Niemand van de betrokken partijen, behalve Rusland (!), heeft zich aanvankelijk aan de afspraken van de Minsk-akkoorden gehouden. Beide partijen bij het akkoord hebben de afgesproken terugtrekking van zware wapens / artillerie niet uitgevoerd. Om het conflict op te lossen via dialoog, moesten vertegenwoordigers van de DPR en de LPR worden erkend als gelijkwaardige partijen in de onderhandelingen. Gedurende die 8 jaar heeft het Oekraïense regime dit niet één keer gedaan. Volgens het akkoord van Minsk moest de autonomie van de Donbass-regio tegen maart 2015 worden gewaarborgd door wijzigingen in de grondwet van Oekraïne. Eind 2015 zouden in de twee republieken lokale verkiezingen worden gehouden, onder toezicht van de OVSE. Opdat het volksverzet niet zou vrezen door de Oekraïense autoriteiten strafrechtelijk te worden vervolgd, moest in het land een algemene amnestie worden afgekondigd. Zoals uit het bovenstaande blijkt, was Rusland niet van plan de Donbass te annexeren en af te scheiden van Oekraïne. Als Oekraïne zich had gehouden aan de ondertekende Minsk-akkoorden, had er sinds 2015 vrede kunnen zijn in de Donbass. Maar Oekraïne heeft dit nooit gedaan. In oktober 2021 verklaarden Duitsland en Frankrijk, die garant stonden voor het akkoord, dat "Oekraïne niet langer hoeft te vergaderen met vertegenwoordigers van Donbass," en hebben zij –en niet Rusland- daarmee het akkoord effectief "begraven". Maar desondanks kreeg Rusland altijd de schuld, vooral door de erkenning van de Donbass-republieken. In geen van de 13 punten van het Minsk-akkoord staat echter dat "Rusland de republieken in de Donbass niet als onafhankelijke staten kan erkennen". De Russische erkenning van de DPR en LPR was nog slechts de bevestiging van de reeds “begraven” Minsk-overeenkomst, omdat ze niet meer teruggebracht konden worden naar Oekraïne. Maar Rusland werd het laatste land dat het ondertussen al door en begraven akkoord verbrak. En dat na 8 jaar inspanning om het Minsk-akkoord wel na te leven ondanks het in gebreke blijvende Oekraïense regime. Waarom hebben de Donbass-republieken hun onafhankelijkheid geëist? Omdat in Kiev een extremistisch regime aan de macht is dat de rechten en eigenheid van het Russischgezinde deel van de bevolking niet erkende. Ook de politieke rechten van socialisten, communisten en vakbondsmilitanten werden in Oekraïne ernstig ingeperkt, door een regime dat aan de macht was gekomen via een staatsgreep gesteund door de imperialisten. Het volk van Donbass voerde een antifascistische secessie uit. In die zin valt de afscheiding van de twee volksrepublieken binnen het kader van het internationale recht, met het principe van recht op zelfbeschikking. Bovendien ligt de beslissing van het Internationaal Gerechtshof van de VN over de status van Kosovo op tafel. Destijds beschouwden de imperialisten de afscheiding van de Servische provincie Kosovo niet als een schending van het internationaal recht, omdat dit in overeenstemming was met hun belangen. Op 22 juni 2010 deed het Internationaal Gerechtshof van de VN de uitspraak dat "de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo niet in strijd was met het internationaal recht". Wat voor Kosovo geldt, zou ook voor alle andere delen van de wereld moeten gelden, inclusief Donbass. Niet dus, zoals bekend zetten de Westerse imperialisten de toepassing van het internationaal recht naar hun hand. Amerikaans politiek en militair personeel wordt bijvoorbeeld wettelijk beschermd tegen vervolging voor het Internationaal Strafhof.
Wij, Zannekinbond, verzetten ons altijd tegen het imperialisme (een begrip en een strijd die de progressieve zijde nauwelijks nog wil horen) en kiezen altijd de kant van het volk. Het echte slachtoffer van alles wat er gebeurt, is het volk van Oekraïne en Donbass. Maar de verantwoordelijkheid hiervoor ligt, net als bij alle andere regeringen die het imperialisme dienen, bij de Oekraïense regering. Zij leidt haar volk momenteel naar een catastrofe ongeacht wie ooit als “winnende” partij uit die gewapende strijd komt. Rusland heeft herhaaldelijk gezegd dat het ertegen is dat Oekraïne lid wordt van de NAVO. Het heeft ook herhaaldelijk verklaard dat het de NAVO en vooral de imperialisten van de VS, en in zekere zin dus ook de EU-vazal, als een bedreiging ziet om zijn grenzen te bereiken. Voor Rusland kwam het gevaar steevast uit het Westen en in de Tweede Wereldoorlog betaalde het daar ook de zwaarste prijs voor. Deze gevoeligheid kan en wil het Westen en haar NAVO-bondgenootschap niet begrijpen of aanvaarden. Wie stabiele, blijvende vrede in Europa wenst, moet het Westers narratief inzake veiligheidsbeleid dat gericht is op een oostwaarts uitdijende verspreiding van het Westers liberalisme, verlaten. Als hoogste stadium van het kapitalisme heeft het imperialisme al eens de hele wereld in zones van zijn invloed verdeeld. Merk op dat landen niet bestaan voor het financieel kapitaal (nationale grenzen beschouwt het als een last), maar invloedsgebieden wel. Het kapitaal is niet in staat de scherpe tegenstellingen van de burgerlijke maatschappij op te lossen. Kapitaalaccumulatie en onbeperkte economische groei nastreven betekent ook constante economische crises, en het kapitalisme overwint crises door militaire conflicten te beginnen of zich te enten op lokale reeds bestaande conflicten. Het Westen stuurt ook nu in andere (potentiële) conflictzones opnieuw aan op heropleving van tegenstellingen en gewapend geweld. De oorlog in Jemen waar de Saoedische oliesjeiks (met de steun van de USA) een humanitaire catastrofe veroorzaakten, krijgt nauwelijks aandacht in de Westerse regimemedia. Servië wordt onder druk gezet om voluit voor het Westerse kamp te kiezen op een moment dat de spanningen in haar Kosovo-provincie oplopen. In het langjarige conflict tussen Armenië en Azerbeidjan zet de NAVO opnieuw pionnen uit ten dienste van Turkije en de gewenste gebiedsroof door Azerbeidjan, in de hoop een wig te creëren tussen Armenië (Russisch bondgenoot) en Iran, die andere grote rebel in de culturen van verzet tegen het Westen. De Russisch-Oekraïense broederoorlog is alleen gunstig voor de tycoons van het financiële kapitaal. In de hedendaagse wereld begrijpen de kapitalistische roofdieren dat elke oorlog tussen kernmachten onvoorspelbare gevolgen heeft en een reële bedreiging vormt voor de vernietiging van de mensheid, met behulp van de stapels kernwapens die in de loop der jaren zijn verzameld en oa door de Amerikanen ook op het grondgebied van haar Europese “bondgenoten” (lees: kolonies) heeft verspreid. Ook Vlaanderen dient tot op vandaag met de hulp van het Belgisch legerslaafje als opslagplaats voor Amerikaanse kernbommen. Dat de rechtse Vlaamse “beweging” daar vrijwel geen graten in ziet, toont het burgerlijk-reactionaire karakter van haar streven en meteen ook de gematigdheid van haar nationalisme. Men zit daarmee op één lijn met de burgerlijke Belgische partijen (Hendrik Bogaert – CD&V, Jasper Pillen - Open VLD,...) die over elkaar struikelen in een symboolpolitiek om toch maar wapens te kunnen leveren aan het Oekraïense regime. Ze zien zich beknot door de beperkte hoeveelheid overtollige oude wapens van het Armée Belge/Belgisch Leger (ABL) waarvan de militaire waarde recht evenredig is met de dagprijs van oud ijzer. Bedenkelijk is te moeten vaststellen dat ook zelfverklaarde Vlaamse volksnationalisten samen met andere liberaal weldenkenden bij dit alles meewerken aan de Oekraïens-Amerikaanse oorlogsmachine. Het identitair-Russische volk in Donbass voldoet blijkbaar niet aan de criteria van een naar vrijheid strevend volk dat geen deel wil uitmaken van een kunstmatige, discriminerende staat die culturele en taalkundige diversiteit niet tolereert. Onder het mom van humanitaire doeleinden wordt bijvoorbeeld actief geld ingezameld om drones aan te kopen voor het Oekraïens-Amerikaans leger. Andermaal draaien de voormalige Frontsoldaten uit ’14-’18 zich om in hun graf…
Read the full article
#11november#anti-imperialisme#Armenië#Azerbeidjan#Donbass#HendrikBogaert#imperialisme#InternationaalStrafhof#JasperPillen#Jemen#Kernwapens#Kosovo#Minskakkoorden#NAVO#Oekraïne#Rusland#VlaamseBeweging#vredespolitiek
0 notes
Text
Organiseer het verzet tegen de liberale elite!
Zoals verwacht brengt het Overlegcomité Energie vanwege de liberale Vivaldi-regering geen oplossingen voor de crisissituatie. De reeds bestaande verlaging van BTW op energie naar 6% blijft net als het sociaal tarief behouden tot na de winter in 2023. Voor de rest wordt vooral aan de bevolking gevraagd om de thermostaat te verlagen en op allerlei vlakken in te boeten aan welvaart waar energie mee gemoeid is. Zaken die eigenlijk reeds lang de normaalste zaak van de wereld zijn of hadden moeten zijn, zoals het licht uitdoen bij afwezigheid of een computer uitschakelen na het werk, worden nu herhaald alsof men een mirakeloplossing heeft gevonden om energie terug betaalbaar te maken. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) dat zich meestal van neoliberale recepten voorziet in haar adviezen en beleidskeuzes, zette de Europese regeringen alvast onder druk om de bevolking niet te sparen en de consumenten (werkende klasse, kleine zelfstandigen, verenigingen,…) zonder verzachtende maatregelen voluit de gigantische prijsstijgingen te laten betalen. Het in Washington gevestigde instituut noemt steunmaatregelen “kortzichtig”! De voorstellen van de Vivaldi-regering doen dan ook vooral de kleine man bloeden terwijl de energiereuzen buiten schot blijven. In crisistijd moet men de oorzaken durven benoemen om ze aan te pakken. De schuld voor de politieke, financiële en sociaaleconomische evolutie ligt voor 100% bij liberalen, bij liberaal wanbeleid, bij de liberale filosofie die achter beleidskeuzes schuil gaat. Deze politieke elite rijdt voor rekening van kapitaalsgroepen ten koste van de werkende klasse, zelfstandigen en kleine bedrijven. Deze politieke elite kiest voor de Amerikaanse economische en militaire belangen in Europa. Ook is tijdens de coronapandemie de economische ongelijkheid wereldwijd toegenomen. Het Russisch-Oekraïens conflict of de Covid-pandemie waar het regime zich graag achter verschuilt, zijn geen oorzaken maar maken de crisis van dit kapitalistisch systeem alleen maar meer zichtbaar. Alleen degenen die macht hebben in de staat beslissen over het beleid. En de macht in de staat moet worden veroverd en verdedigd voor en door het volk. Daartoe moet het volk in staat zijn de vraag naar de macht te stellen. En dat kan alleen door politieke organisatie. De liberale elite is niet bang voor mobilisatie in de straten wanneer demonstraties slechts dienen als een uitlaatklep voor de gecontroleerde ontlading van druk uit de ketel. Wat de heersers echt vrezen is een echte politieke organisatie van de burgers! In 1989 werden de protesten en demonstraties in de DDR gedragen door het hele complex van de internationale en toenmalige West-Duitse staats- en bedrijfsmedia, alsook de geheime diensten verbonden aan de NAVO. Vandaag is het omgekeerd; de miljardairsmacht van het militair-industrieel-mediacomplex staat tegenover de democratiebeweging. Om deze reden zullen huidige demonstraties nooit de doeltreffendheid van 1989 bereiken. Zolang de protesten niet wordt omgezet in verzet en gebruikt voor een concrete politieke organisatie van de burgers, zal elk activisme op niets uitlopen. Zelfs als een miljoen mensen in het weekend de straat op zouden gaan waarna men gewoon huiswaarts keert, zou niemand er enkele dagen later nog over praten omdat de regimemedia er niet over berichten, tenzij via framing in het voordeel van het liberaal regime. De crisis is complex en blijft escaleren. De heersende elite heeft de grond van de oude burgerlijk-democratische orde zelf al verlaten. Ofwel laten we ons met open ogen naar de slachtbank leiden, ofwel maken we een eind aan dit bestuur. Intussen gaf de regering bij monde van eerste minister De Croo zelf toe dat we voor een crisis van historische proporties staan: “5 à 10 jaar zware winterperiodes” voor de gewone man, nu spreekt hij zelfs van een dreigende "oorlogseconomie". Het gaat er niet langer alleen om de grondrechten van de bevolking te verdedigen tegen de uitbouw van een liberale veiligheidsstaat met fascistoïde kenmerken; de escalerende crisis veroorzaakt nu ook sociale tegenspoed voor een sterk groeiend deel van de bevolking, niet in het minst in de middenklasse. De eis van een "eerlijke verdeling van de lasten van de crisis" is ook gecontroleerde oppositie. De federale regering heeft al geruime tijd cosmetische "hulp" ingecalculeerd. Waar het werkelijk om gaat is een einde te maken aan de crisis zelf door de door de VS gedicteerde economische oorlog tegen Rusland te beëindigen. Niet Rusland, maar de EU en de nationale vazalregeringen zijn zelf verantwoordelijk voor de inflatie, de stijgende energiekosten en de voedselprijzen. Dit betekent ingaan tegen de Atlantische orde, in Europa verdedigd door alle liberale regeringen en elites. Premier De Croo orakelt dat “de EU de energieprijzen moet blokkeren” (zelfs dan blijven die prijzen veel te hoog) maar weigert het nutteloze sanctiebeleid tegen Rusland in vraag te stellen. Waar het om gaat is dat geijverd moet worden om o.a. Nordstream 2 in dienst te nemen en West-Europa ruimschoots van Russisch aardgas te voorzien. Waar het werkelijk om gaat is breken met het marktfundamentalisme en de gemeenschap controle geven over de productie en distributie van energie. Prijsvorming die niet langer beïnvloed wordt door winstmaximalisatie van private energiereuzen en taksen opgelegd door een liberale politieke elite die pertinent weigert de financiële middelen te halen waar ze zijn. Productie en distributie van energie moet voor 100% in handen van de gemeenschap zijn met democratische controle over de prijsvorming: prijs = wat het kost aan productie en distributie. De sociale tegenstellingen komen op alle gebieden tot uitbarsting. Dit geldt niet alleen voor België; de Franse president Emmanuel Macron verkondigde reeds dat "de tijd van overvloed" voorbij is. De Franse regering heeft Total onder druk gezet om de prijzen aan de tankstations te verlagen. De rechtse Britse regering heeft de winstbelasting voor energiebedrijven verhoogd van 40 naar 65 procent, een druppel op een hete plaat voor de miljoenen Britse huishoudens die als energiearm zullen omschreven worden. De "Don't Pay UK"-beweging moedigt ondertussen consumenten aan om te stoppen met het betalen van hun gas- en elektriciteitsrekening uit protest tegen de stijgende energieprijzen terwijl er steeds meer stemmen opgaan om over te gaan tot een algemene staking. De linkse regering in Spanje is van plan om een extra belasting te introduceren voor energiebedrijven. De opbrengsten daarvan moeten ten goede komen aan mensen met lage inkomens. Structureel verandert er echter niets, deze liberale regeringen dweilen met de kraan open. Met de vernietiging van de democratische en sociale grondrechten zal ook de fascisering van de samenleving voortgaan. Vlaams minister-president Jambon van de neoliberale N-VA verkondigt dat er weinig budgettaire ruimte is voor steunmaatregelen maar zwijgt als Vlaamse nepnationalist over de grootschalige drainage van Vlaams en Waals belastinggeld naar het Belgisch NAVO-leger voor nieuwe wapensystemen. Ook is het feit dat de VS/NAVO en de EU het nationaal-liberale Zelensky-regime in Oekraïne van geld en wapens voorzien, een uitdrukking en blauwdruk voor het waardenbegrip die de imperialistische EU erop nahoudt. Met de oorlog in Oekraïne, die in 2014 door de VS/NAVO en de EU is ontketend, staat alles op het spel voor het transnationale grootkapitaal en het imperialisme. De Oekraïense nuttige idioten dienen de NAVO als kanonnenvoer in de proxy-oorlog. Het valt nog te bezien wanneer de volgende escalatiefase jegens China zal worden ontketend. Hoe dan ook, in de 21e eeuw staan wij voor een wereldwijd, imperiaal conflict tussen de Westerse "Nieuwe Wereldorde" en het internationale recht, namelijk het nationale zelfbeschikkingsrecht van de volkeren en staten. Het was en blijft een bewuste politieke keuze vanwege het liberale kamp om naties te verzwakken en van elkaar afhankelijk (en dus kwetsbaarder) te maken door middel van handel. De ideologische dominantie van het neoliberalisme, onder andere zichtbaar in de bezuinigingsdrang van politici, heeft de politieke dominantie van de kosmopolitische rijken in de hand gewerkt tot op een onhoudbaar punt. Het doorvoeren van liberaal beleid, gebaseerd op internationale afhankelijkheid via kapitalistische handel, in een continent met een vergrijzende bevolking, weinig of geen grondstoffen en relatief hoge bescherming op vlak van sociale en milieuwetgeving, is de directe weg naar een geleidelijke maar verregaande verarming van de werkende klasse, dragende kracht van nationale soevereiniteit. Laten we eerst in ons land en Europa kijken naar onze directe sociale en politieke uitdagingen. Ook de politici van het liberaal partijenkartel kunnen niet door protestdemonstraties worden veranderd, omdat zij slechts de volgzame dienaren van hun meesters zijn. Degenen die niet langer meespelen zouden morgen ook uit beeld zijn, daar zullen de massamedia wel voor zorgen. Alleen de gezamenlijke inspanning van alle volksdemocraten die bereid zijn zich te verzetten tegen de liberale uitbuitingspolitiek en de toenemende fascisering via een veiligheidsstaat, kan deze waanzin een halt toeroepen. Dit vereist politieke organisatie in een democratisch front dat los staat van partijpolitiek enerzijds en de grootschalige verspreiding van de idee om over te gaan tot een algemene staking anderzijds, met steun aan spontane lokale stakingscomités op het terrein. De liberale elite wil voorkomen dat de stakingen van werknemers, scholieren- en boerenprotesten, Gele Hesjes, vredesbeweging,… zich als één democratisch protestpotentieel zouden samenvoegen tot één grote revolutionaire straatbeweging. Demonstraties alleen brengen geen politieke veranderingen teweeg, en dat is ook niet de functie van demonstraties. Dat weten we uit de geschiedenis.
Read the full article
#afhankelijkheid#algemenestaking#democratie#Don'tPayUK#energiekosten#IMF#internationalehandel#Jambon#Macron#middenklasse#NAVO#neoliberalisme#Nordstream2#OverlegcomitéEnergie#Rusland#sancties#sociaaltarief#stakingscomité#Total#verlaagdeBTW#Vivaldi-regering#volksverzet#Zelensky#zelfvoorziening
0 notes
Text
NAVO-militarisme of kleinburgerlijk pacifisme? Geen van beide!
Andermaal was de haven van Antwerpen-Brugge in de voorbije dagen het toneel van de landing van Amerikaans militair materieel, in het kader van de operatie "Fort to Port" 2022. Drie schepen werden in de Vlaamse haven verwacht en het Belgisch marionettenleger ondersteunde daarbij de roulatie en de levering van het materieel, onder toezicht van de Verenigde Staten. Het materieel en de wapensystemen die afkomstig zijn uit het Texaanse Fort Hood, werden naar Polen doorgestuurd via het spoor en wegtransport. Het Amerikaanse materieel werd opgesteld in een gebied dat "Tijdelijke Militaire Zone" werd genoemd in de haven van Antwerpen. België werkt als trouwe NAVO-lidstaat op deze wijze via de Host Nation Support-overeenkomst mee aan de militaire agressiepolitiek van de Amerikanen in Oost-Europa.
Vlaamse haveninfrastructuur sinds de Koude Oorlog misbruikt voor Amerikaans militair imperialisme Deze transporten van wapens en ander militair materieel zijn een fundamenteel onderdeel van de transatlantische militaire samenwerking waar het Belgisch regime sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog voor koos en die de facto een militaire bezetting van Europa door de Amerikanen inhoudt. Het is een positie van onderdanigheid aan de Amerikaanse oorlogsmachine die erop gericht is Europa verdeeld, liberaal en zwak te houden. Zoals bekend viseert het Atlantische kamp sinds decennia Rusland en eventuele Euraziatische stabiliteit en vrede. België is hier -net als de andere West-Europese staten en hun leidende elites- onlosmakelijk schuldig mee verbonden. Opkomen voor vrede is alle eer waard. Maar uiteindelijk is het alleen nuttig als duidelijk is met wie of tegen wie vrede kan worden bereikt. Er kan geen vrede zijn met het imperialisme (waar de Belgische staat en haar elite zeer actief aan meewerkt), dat de oorzaak is van oorlog, uitbuiting en onderdrukking. Europese politieke NAVO-haviken (genre Theo Francken, Hendrik Bogaert,…) wijzen op 75 jaar Europese vrede zonder erbij te vermelden dat dit gepaard gaat met een culturele, economische en militaire kolonisatie van Europa door de Amerikanen en de aanhoudende medewerking aan Westers militarisme en imperialisme.
Rechtse NAVO-havik Theo Francken: pro Vlaams en Waals belastinggeld voor NAVO-agressie en Belgisch militarisme. Lessen uit het verleden In de beginjaren van het radicale Vlaams-nationalisme (tijdens en vlak na de Eerste Wereldoorlog) dat het puur taalkundige flamingantisme oversteeg, groeide een brede verzetsbeweging tegen de Belgische oorlogspolitiek. ‘Nooit meer oorlog’ werd de strijdleuze voor Vlamingen die onder geen enkel beding ooit nog militaire dienst zouden doen in een leger dat betrokken is in een imperialistische oorlogspolitiek. Geen naïef, kleinburgerlijk pacifisme omdat de voormalige Vlaamse Frontsoldaten ook de noodzaak van verdedigingsstrijd erkenden. Sommigen wensten in het revolutionair klimaat na de wapenstilstand van november 1918 dan ook de wapens te behouden om meteen de Vlaamse onafhankelijkheid af te dwingen na het verraad van de Belgische monarchie en de leidende landselite. Bij activisten en fronters weerklonk veelvuldig de oproep voor een eigen Vlaams leger.
Fronters: naast de gekende eisen tot vervlaamsing van openbaar bestuur en hoger onderwijs ook het pleidooi voor een eigen Vlaams leger. Nadien zou bij de beweging van de “dienstweigeraars”, jongeren die onder geen enkel beding hun Belgische legerdienst wensten te vervullen, eveneens bij de grote meerderheid niet het pacifisme als reden opgegeven worden, maar de terechte Vlaamsnationale of socialistische afwijzing van het volksvijandig Belgisch leger. De kleine groep die in de jaren ’30 wel een strikt pacifisme aanhield, verwoordde haar positie kernachtig in 1937 in het Nederlandse blad ’Vredesstrijd’: wanneer “een vreemde macht ons volk dreigt te onderdrukken en onze cultuur te vernietigen, dan verdedigen we ons met onze eigen en verantwoorde middelen: de weigering van elke medewerking, elke dienst, elke betaling; de zelfstandige organisatie van het materiële en geestelijke volksleven, de boycot van de bezetter in handel en wandel; de beïnvloeding door woord en geschrift van soldaten en beambten; de burgerlijke ongehoorzaamheid en lijdelijk verzet.” De feiten van mei 1940 zouden het al snel als een verwerpelijke positie duiden. ‘Nooit meer oorlog’ impliceert dan ook niet de pacifistische afwijzing van (eventueel gewapende) strijd, maar wel de nood aan een eigen verdediging die een strikte afwijzing inhoudt van militaire dienst in een imperialistisch kader. Wij kunnen als socialisten, als nationaal-revolutionairen, niet tegen elke gewapende strijd zijn zonder op te houden nog de belangen van de werkende klasse en het principe van democratische nationale soevereiniteit te verdedigen. Gekoloniseerde of onvrije volkeren hebben het recht op opstand en verzet. Ook de klassenstrijd tegen de kosmopolitische rijke elite kan onder specifieke omstandigheden eveneens een gewapende strijd inhouden. Grootschalige straatprotesten en algemene stakingen tegen het liberale beleid van deze Westerse (of verwesterde) elite zullen ook in de toekomst een prerevolutionair klimaat scheppen. Bovendien kan ook in de 21ste eeuw een nieuw socialisme niet in alle landen ter wereld te gelijk slagen. Waar sommige landen en volkeren door lokale omstandigheden hun eigen weg van verzet tegen de Westers-liberale dwingelandij succesvol uitvoeren, zullen andere landen en volkeren nog een burgerlijk bestuur kennen. Dit veroorzaakt niet alleen politieke (en militaire) wrijving, maar ook directe aspiraties van de machthebbende Westersgezinde elite van andere landen om het zegevierend nationaal verzet van de werkende klasse in een land te vernietigen. Een volksdemocratische militaire organisatie zal dus een noodzaak blijven, echter volstrekt los van elke imperialistische inlijving en puur ter verdediging van de verworven sociale veranderingen en nationale, democratische soevereiniteit. https://www.youtube.com/watch?v=C4HrefGcODk "Somos socialistas, antiimperialistas y chavistas", het Bolivariaanse volksleger van Venezuela als voorbeeld van nationale verdediging tegen Amerikaanse agressiepolitiek: enkel nationale verdediging op socialistische leest geschoeid, geen inmenging in het buitenland. Een andere belangrijke les uit het verleden komt voort uit de grootschalige volksmobilisaties tijdens de jaren ’80, gericht tegen de plaatsing van Amerikaanse kernraketten op Belgisch grondgebied. Deze doofden finaal uit zonder fundamentele politieke gevolgen. Zorgvuldig gehandhaafd door de hervormingsgezinde en pacifistische krachten binnen het restrictieve kader van de vredesbeweging, kon de volksmobilisatie tegen de oorlog niet de politieke rijpheid bereiken die haar in staat zou hebben gesteld het gevolg aan de oorzaak te koppelen: de oorlogsdreiging die haar oorsprong vindt in de kapitalistische productiewijze in zijn imperialistische fase. De gematigde, sociaaldemocratische leiding van de beweging zorgde ervoor dat alleen morele veroordelingen tegen "oorlog" werden toegestaan. Finaal heeft dit mede geleid tot een Vlaamse vredesbeweging die in een lethargische toestand is terechtgekomen. Tegen het revisionisme Regelmatig wordt vanuit een deel van de vredesbeweging opgeroepen tot een "nieuw beleid van ontspanning" als antwoord op de oplopende internationale spanningen. Afgezien van het feit dat er nooit een "oude" politiek van détente is geweest die ook maar iets van doen had met een vredesbeleid, is het de voorstanders hiervan ontgaan wat de zogenaamde politiek van détente in het verleden eigenlijk was: zij was het kernbestanddeel van de imperialistische strategie van de politiek van "verandering door toenadering", die op niets anders was gericht dan de vernietiging van de socialistische staten. Dit "beleid van ontspanning" heeft het imperialisme er nooit van weerhouden zijn militaristisch, agressief beleid voort te zetten. De gevolgen van het "détente-beleid" zijn welbekend. Het imperialisme was in staat het historische offensief te heroveren en het socialisme van de 20ste eeuw een zware nederlaag toe te brengen. De oproep tot een "nieuw beleid van ontspanning" van de kant van de vredesbeweging, is een uiting van de diepste politieke blindheid en vergetelheid van de geschiedenis. Een dominant deel van traditioneel links, de vroegere dragende kracht van de vredesbeweging, heeft verzuimd zich bezig te houden met een geactualiseerde analyse van het tijdperk van het imperialisme. Nogal wat mensen zijn zelfs niet in het reine gekomen met de ineenstorting van het toenmalige socialisme aan het einde van de jaren tachtig. De essentie van de imperialistische ontwikkeling die daarop volgde is hen vreemd gebleven. Ondertussen heeft het nieuwe mainstream links de weg van assimilatie in het liberale systeem gekozen. Men moet rekening houden met de relatieve rijkdom die de leidende figuren in de afgelopen decennia hebben vergaard via het commerciële politieke establishment. Dit verandert mensen hun kijk op de werkelijkheid en doet hen desnoods de escalerende levenssituatie van de werkende klasse negeren. De electorale en inhoudelijke evolutie van de sociaaldemocratie illustreert het perfect. Deze mensen zijn snel gewend geraakt aan de gemakken van hun nieuwe maatschappelijke positie en beschouwen die nu als vanzelfsprekend. Waarom dan consequent en nadrukkelijk "Weg met de NAVO" eisen en daarmee het eigen sociale bestaan op het spel zetten, terwijl dit nu juist een centrale realpolitik-eis is die de heersende klasse vreest? Het is echter niet de taak van de vredesbeweging om te dienen als een uitgebreid speelveld om mislukte partijpolitiek te compenseren. De Russische militaire operatie tegen het Oekraïense Zelenski-regime heeft een spervuur van oorlogszuchtige propaganda ontketend. Politieke wannabe-generaals dringen aan op meer NAVO-interventie en aarzelen niet om het vooruitzicht van een kernoorlog in overweging te nemen. Zij roepen op tot steeds meer sancties tegen Rusland en vertellen de werkende bevolking dat het hun vaderlandslievende plicht is de kosten te dragen. Toch blijft de impact op de publieke opinie gering, ondanks de steeds verslechterende situatie in vele delen van de wereld, niet in het minst in Duitsland en de rest van Europa. De imperialistische staten pleiten steeds openlijker voor een offensief oorlogsbeleid. Onder het voorwendsel van terrorismebestrijding en de vermeende noodzaak om een "Russische dreiging" af te wenden, wordt de bewapening versneld en worden de volkeren met een propaganda-offensief klaargestoomd voor de oorlog. In een dergelijk tijdperk zien we steeds een zeer actieve rol voor de culturele kolonisatie vanuit de USA op o.a. Europa om de publieke opinie in een pro-Amerikaanse stemming te manipuleren.
Culturele kolonisatie - films als TopGun en TopGun Maverick: palmbomen, mooie vrouwen en flitsende straaljagers, betaald door het Pentagon om de werkende klasse te winnen voor de Amerikaanse oorlogsmachine De huidige oorlog in Oekraïne is mede kunnen ontstaan door het inhoudelijk bankroet op het einde van de 20ste eeuw bij hen die beweerden voor vrede en de belangen van de werkende klasse op te komen. Hun “beleid van ontspanning” (de facto niks anders dan vaandelvlucht ten voordele van het neoliberalisme), ging gepaard met een stevige opmars van het revisionisme in de arbeidersbeweging in het algemeen en de socialistische kant in het bijzonder. Met inbegrip van openlijke steun aan de contrarevolutie in 1989/90. Zolang de vredesbeweging dit niet beseft, zal zij gedesoriënteerd en ondoeltreffend blijven, tot groot jolijt van de NAVO-haviken in Europa en dus ook in ons land. Nu het oorlogsenthousiasme in het Westen blijft aanzwellen, dienen we ons wat Zannekinbond betreft te spiegelen aan de opvattingen van de Ierse revolutionair James Connolly over oorlog: zijn felle verzet tegen het imperialisme, zijn overtuiging dat oorlog onvermijdelijk was onder het kapitalisme, en zijn argument dat lokale volksopstanden zouden kunnen leiden tot een breder verzet tegen de imperialistische oorlogspolitiek. Een oorlogspolitiek die in het huidige tijdperk uitgedragen wordt door de Amerikanen, de NAVO en hun EU-vazallen. Een vredesbeweging kan alleen effectief zijn als duidelijk is dat zij alleen vrede kan bereiken tégen het imperialisme en zijn regeringen. Het imperialisme de mogelijkheid geven om vrede te bereiken door vrede te eisen via een "nieuw beleid van ontspanning" is uiteindelijk politieke zelfmoord. De succesvolle contrarevoluties in de voormalige socialistische staten zijn het bewijs van waartoe dergelijke illusies leiden.
Read the full article
#culturelekolonisatie#dienstweigeraars#Fronters#HendrikBogaert#imperialisme#JamesConnolly#kernraketten#klassenstrijd#NAVO#oorlogspolitiek#pacifisme#TopGun#vredesbeweging#Zelenski
0 notes
Text
Is Rusland imperialistisch?
Het militair conflict tussen Rusland en Oekraïne heeft geleid tot een controversieel debat over de aard en het karakter van de huidige Russische staat. Vooral de politieke krachten die menen op te komen voor de werkende klasse zijn hierover verdeeld. Met de regelmaat van de klok wordt sinds 24 februari, het begin van de militaire operatie tegen het Zelenski-regime, beweerd dat Rusland een imperialistische politiek voert die een bedreiging vormt voor de buurstaten. Vooral liberalen en romantische volksnationalisten alsook (extreem-)rechts verspreiden deze boodschap. Ter linkerzijde, voornamelijk in trotskistische hoek, geloven velen dat Rusland imperialistisch is en dat het daarom om een conflict tussen twee imperialistische blokken gaat. De hier gepresenteerde analyse is een analyse van het verschijnsel "imperialisme" vanuit een leninistisch perspectief. Hoewel daterend van januari 2019, is er in de aard en structuur van Rusland sindsdien te weinig veranderd om deze analyse als achterhaald te beschouwen. De realiteit is, voor wie de emotioneel geladen toogpraat terzijde wil laten, anders dan wat de Westerse propaganda ons vertelt… Stansfield Smith Bron: Monthly Review, 2 januari 2019 https://mronline.org/2019/01/02/is-russia-imperialist/
Is Rusland imperialistisch?
Is Rusland vandaag een imperialistische wereldmacht in open belangenconflict met de andere imperialistische supermacht? Deze interessante vergelijkende analyse van Stansfield Smith analyseert nauwgezet of de term "imperialistisch" vandaag de dag op Rusland moet worden toegepast. Smith's definitie van imperialisme is gebaseerd op de Leninistische opvatting, die het verschijnsel "imperialisme" beschrijft als het onvermijdelijke hogere stadium van kapitalistische ontwikkeling. Rusland wordt gekarakteriseerd als een imperialistische wereldmacht die in conflict is met de imperialistische supermacht VS. Deze veronderstelling geldt zowel voor de tijd van de Sovjet-Unie als na haar ineenstorting. Rusland is dus imperialistisch als socialistische zowel als kapitalistische staat.
Van Rusland wordt ook gezegd dat het een niet-imperiale kapitalistische staat is, die nog steeds worstelt om te herstellen van de crisis van de ineenstorting van de Sovjet-Unie en de politieke en economische catastrofe van de jaren Jeltsin. In deze periode verwerd het land tot een quasi-neokoloniale cliënt die door de Verenigde Staten werd geplunderd. Lenin erkende dat modern kapitalisme "overal verandert in monopolistisch kapitalisme". "Het kapitalisme is een wereldwijd systeem geworden van koloniale onderdrukking en 'financiële wurging’ van de overgrote meerderheid van de wereldbevolking door een handjevol 'geavanceerde' landen." Deze overheersing van de wereld door enkele imperialistische mogendheden is niet alleen de grootste belemmering voor de economische en sociale vooruitgang van andere landen, maar ook voor de oplossing van de dringende problemen die de mensheid als geheel en nu de planeet zelf teisteren. Lenin definieerde het moderne kapitalistische imperialisme: “zonder de voorwaardelijke en relatieve waarde van alle definities in het algemeen uit het oog te verliezen: het kan nooit alle aaneenschakelingen van een verschijnsel in zijn volle ontwikkeling omvatten. We moeten een definitie van imperialisme geven die de volgende van zijn vijf basiskenmerken omvat: (1) de concentratie van productie en kapitaal heeft zich zover ontwikkeld dat er monopolies zijn ontstaan die een beslissende rol spelen in het economisch leven; (2) er is sprake van een samensmelting van bankkapitaal met industrieel kapitaal en de vorming van een financiële oligarchie op basis van dit "financiële kapitaal"; (3) de uitvoer van kapitaal, in tegenstelling tot de uitvoer van goederen, wordt buitengewoon belangrijk; (4) er worden internationale monopolistische kapitalistische verenigingen gevormd (die op hun beurt de wereld onder elkaar verdelen); en (5) de territoriale verdeling van de hele wereld onder de grote kapitalistische mogendheden wordt voltooid ”. In wat volgt zullen we zien of en in welke mate het hedendaagse kapitalistische Rusland aan deze kenmerken voldoet. Hier zal rekening worden gehouden met de rol die de Russische kapitalistische monopolies spelen in het imperialistische wereldsysteem. Ook de aard van de Russische exporthandel, de uitvoer van Russisch kapitaal, het mondiale belang daarvan en finaal ook Ruslands militaire macht zullen aan de orde komen. 1. De kracht van Rusland onder de internationale kapitalistische monopolies: De rol van Rusland in de "vorming van internationale monopolistische kapitalistische associaties die de wereld onder elkaar verdelen" kan worden afgemeten aan de positie van de bedrijven van het land onder de 2000 grootste internationale bedrijven. Forbes heeft een lijst opgesteld van de 2.000 grootste bedrijven ter wereld op basis van totale omzet, winst, activa en marktwaarde. De top 10 bedrijven zijn in Chinese en Amerikaanse handen. China was in 2000 de thuisbasis van 291 van de ondernemingen wereldwijd (vergeleken met slechts 43 in 2003), de Verenigde Staten gaan aan de leiding met 560 ondernemingen (Canada telt er 50, Australië 39 en India 58).
Gazprom, het grootste Russische bedrijf Ter vergelijking: Rusland bezit slechts 4 van de top 100-ondernemingen (namelijk die welke op de 43e, 47e, 73e en 98e plaats staan). Bovendien heeft het slechts 6 bedrijven in de top 500 en 25 in de top 2.000. Het totale aandeel van de bedrijven vertoont een licht dalende trend, geen stijgende: in de periode van 2008 tot 2013 werden tussen 29 en 30 Russische bedrijven in de Global 2000-lijst opgenomen. De 2.000 ondernemingen op deze lijst hebben een omzet van 39,1 biljoen dollar en een winst van 3,2 biljoen dollar, alsmede activa ter waarde van 189 biljoen dollar en een marktwaarde van 56,8 biljoen dollar. De omzet van de 25 Russische bedrijven bedraagt 568.000 miljoen dollar. Dit vertegenwoordigt slechts 1,45% van de totale omzet. Hun totale activa bedragen 1.757,3 miljard dollar, iets minder dan 1% van het totaal. Van de internationale monopolies speelt Rusland dus duidelijk een ondergeschikte rol. De arbeidsproductiviteit van Rusland in vergelijking met de Europese Unie en de Verenigde Staten Het vooruitzicht van een belangrijke wijziging in deze cijfers wordt onwaarschijnlijk gemaakt door het probleem van de lage productiviteit van de Russische beroepsbevolking. De arbeidsproductiviteit, hier gemeten als het bruto binnenlands product gewaardeerd in Amerikaanse dollars gedeeld door het totale aantal door de beroepsbevolking van het land gewerkte uren, bedroeg 25,4 voor Rusland in 2016, het laagste percentage van alle Europese landen en zo laag dat het minder dan de helft is van het gemiddelde percentage in de Europese Unie (53,4). De arbeidsproductiviteit van Rusland bedraagt 36% van die van de VS (69,9), die van Duitsland 68,1. Rusland blijft dus steken in een achtergebleven productiviteitsniveau, dat bij lange na niet in staat is te concurreren met dat van de geavanceerde kapitalistische machtscentra. In het Global Competitiveness Report van het Wereld Economisch Forum staat Rusland op de 38e plaats in de ranglijst voor 2017/2018, vóór verschillende andere Oost-Europese landen. In 2012 en 2013 stond Rusland nog op de 67e plaats . Russische productie De rol van Rusland in het mondiale economische systeem kan beter worden begrepen door de productie-output van de afzonderlijke landen in dollar-termen te vergelijken. In 2015 stond China op de eerste plaats met 2,01 miljard dollar aan industrieproducten en 20% van de wereldproductie. De Verenigde Staten volgen met 1,867 miljard dollar (18%). Rusland staat op de 15e plaats na India, Taiwan, Mexico en Brazilië met een productie van industrieproducten ter waarde van 139 miljard US dollar en is dus opnieuw een marginale speler, met een productie van slechts 1 % van de wereldproductie. 2. Russische export van grondstoffen versus hightech goederen: De imperialistische landen vertonen in hun uitvoerhandel een uitgesproken tendens om hoogwaardige industrieproducten, kennisintensieve technische diensten en financiële diensten te verkopen. De door het imperialisme onderdrukte naties zijn vaak afhankelijk van de uitvoer van grondstoffen waarvan de prijzen worden bepaald door de imperialistische markt. Bovendien zijn de concernondernemingen in de onderdrukte landen eigendom van de imperialistische staten, die dus de soevereiniteit hebben over de productie van industrieproducten. In 2017 stond Rusland op de zeventiende plaats van 's werelds grootste exporteurs, achter Mexico, de Verenigde Arabische Emiraten en Singapore. China had als koploper een exportwaarde van 2,263 miljard en de USA in tweede positie met 1,547 miljard, gevolgd door Duitsland met 1,448 miljard en Rusland -hoewel gestegen in vergelijking met 2016- slechts 353 miljard dollar.
Russische mijnbouw: 82% van de Russische export bestaat uit grondstoffen De Wereldbank meldde in 2017 dat olie en gas goed zijn voor 58% van de export van Rusland. Metalen komen op 11%, voedingsmiddelen op 6% en hout, pulp en papier op 3%. Edelstenen en andere mineralen bedragen 4%. Meer dan 82% van de Russische export bestaat uit grondstoffen, terwijl de eigenlijke technologische eindproducten (met inbegrip van militaire producten) slechts 8% van de export uitmaken . Uit de top 10 van geëxporteerde en geïmporteerde Russische goederen in 2017 blijkt dat de export van machinebouwproducten 12,8 miljard dollar bedroeg, tegenover 106,2 miljard dollar aan import. De Russische uitvoer (en invoer) past bijgevolg niet in het patroon van een imperialistische staat, maar eerder in dat van een "half-ontwikkelde derdewereldstaat" die hoofdzakelijk grondstoffen uitvoert en afhankelijk is van buitenlandse invoer van geavanceerde goederen. Rangschikking van Rusland bij de uitvoer van hoogtechnologische goederen De imperialistische machten zijn leiders in de uitvoer van hoogtechnologische goederen. Wat de wereldranglijst van de uitvoer van deze goederen betreft, nam China opnieuw de eerste plaats in met een uitvoer van 496.000 miljoen dollar aan hightech-goederen en de Verenigde Staten kwamen op de derde plaats na Duitsland met 153.200 miljoen dollar. Mexico exporteerde 46,800 miljoen dollar. Rusland staat op de 31e plaats in deze exportcategorie met een exportvolume van slechts 6,64 miljard dollar. Uit deze cijfers blijkt ook dat Rusland nog lang geen imperialistische speler op het wereldtoneel is geworden. 3. De rol van Rusland in het internationale bank- en financieel kapitaal In Lenins lijst van kenmerken van de imperialistische landen van zijn tijd zijn de grote banken de belangrijkste organiserende centra van het financieel kapitaal. Van een imperialistische staat kan worden verwacht dat hij goed vertegenwoordigd is bij de grote banken. Van de 100 grootste banken in de wereld, gerangschikt naar totale activa, heeft China 5 van de 10 grootste banken, de Verenigde Staten 6 van de top 40. Onder de 100 grootste banken zijn 20 Chinese, 10 Amerikaanse, 9 Japanse, 6 Franse, 6 Duitse, 6 Britse, 5 Canadese, 5 Zuid-Koreaanse, 5 Braziliaanse, 4 Australische, 3 Zweedse, 3 Italiaanse, 3 Spaanse, 3 Nederlandse, 2 uit Singapore en 2 Zwitserse banken. Rusland, daarentegen, heeft er slechts één (nummer 66). Lenin verklaarde dat in het imperialistische tijdperk "de verdeling van de wereld onder de internationale trusts" plaatsvond. De verdeling van de wereld in het imperialistische tijdperk tussen deze trusts verandert met de opkomst en ondergang van de imperialistische staten. In de huidige verdeling van de wereld onder deze trusts vinden we Rusland als een veel kleinere speler: 4 bedrijven in de top 100, 25 in de top 2000 (met 1,45% van het wereldmarktaandeel), geen enkel bedrijf in de top 100 in termen van buitenlandse activa en één bank in de top 100 van internationale banken. De Russische export van kapitaal Lenin verklaarde dat "(3) de uitvoer van kapitaal, in tegenstelling tot de uitvoer van goederen, van uitzonderlijk belang wordt". Rusland voert een aanzienlijke hoeveelheid kapitaal uit, maar in de vorm van kapitaalvlucht naar belastingparadijzen zoals Cyprus en de Britse Maagdeneilanden. De Russische Centrale Bank raamde de netto kapitaalvlucht uit het land in 2014 op 154,1 miljard dollar en het totaal sinds Poetin in 1999 aan de macht kwam tot 2014 op ongeveer 550 miljard dollar. Het werkelijke totaal tegen 2014 zou meer dan 1 biljoen dollar kunnen bedragen. De Centrale Bank schatte de Russische kapitaalvlucht in 2018 op 66.000 miljoen dollar.
Russische Centrale Bank Buitenlandse activa van Russische multinationals In een studie worden de 100 grootste niet-financiële en multinationale ondernemingen opgesomd, gerangschikt volgens hun buitenlandse activa en investeringen in andere landen. Bij deze belangrijke maatstaf voor de uitvoer van financieel kapitaal zijn 20 van de ondernemingen Amerikaans, 14 Brits, 12 Frans, 11 Duits, 11 Japans, 5 Chinees (met inbegrip van Hong Kong) en 5 uit Zwitserland. Men kan het zien: Geen enkel Russisch bedrijf staat in de top 100 van bedrijven vanwege zijn buitenlandse investeringen. De top 10 van Russische multinationals buiten de financiële sector heeft een totaal buitenlands vermogen van $188,3 miljard, dat is een derde van het totaal van Rusland. De totale buitenlandse activa van Russische bedrijven blijven lager dan die van de twee grootste bedrijven op de lijst van de 100 niet-financiële multinationals in de wereld . Russisch financieel kapitaal vergeleken met imperialistische staten Een andere maatstaf voor de mondiale financiële kapitaalvoorraad wordt jaarlijks door Credit Suisse opgesteld. Het Global Wealth Databook 2018 brengt de nationale financiële activa (aandelen, obligaties, geldmarktfondsen en bankrekeningen) in kaart door de nationale financiële activa te delen door de totale volwassen bevolking van elk land. De topgroep met een gemiddelde rijkdom van meer dan 100.000 US dollar per persoon bestaat uit West-Europese landen, Noord-Amerika, Australië, Nieuw-Zeeland, Japan, Israël, Singapore en Taiwan. De Verenigde Staten (336.528 dollar) staan op de tweede plaats achter Zwitserland (372.336 dollar). Alle landen in deze groep zijn ofwel imperialistische landen ofwel belangrijke satellieten van het imperiale centrum, de Verenigde Staten. De gemiddelde financiële rijkdom per persoon wereldwijd is $38.110. In geplunderd Griekenland is dat $33.969. China blijft ver achter met $19.862. Rusland zit met 8.843 dollar op een zeer laag niveau. Dit bedrag komt overeen met 2,6% van het gemiddelde financiële vermogen per volwassene in de Verenigde Staten. Rusland beschikt dus duidelijk nog lang niet over de financiële rijkdom van een imperialistisch land. Ter vergelijking: de Verenigde Staten hebben een aandeel van 31% in de financiële en niet-financiële rijkdom van de wereld. Rusland heeft slechts 0,7%. Lenin schreef: "Het imperialisme is het tijdperk van het financiële kapitaal en de monopolies (...) waarin de uitvoer van kapitaal een uitgesproken belang heeft gekregen" . Ook op het gebied van de uitvoer van financieel kapitaal voor productieve doeleinden door Russische multinationals speelt Rusland een zeer ondergeschikte rol. 4. Het militaire gewicht van Rusland Tenslotte verwijst Lenin naar de "(5) territoriale verdeling van de hele wereld onder de grote kapitalistische mogendheden". Fundamenteel voor de overheersing van de economische wereldstructuren door de imperialistische landen is hun rol bij het toezicht op en de handhaving van de wereldorde die zij ons opleggen. De belangrijkste imperialistische mogendheden hebben een invloedrijke wapenindustrie en nemen als verkopers deel aan de mondiale wapenhandel. Russische militaire export Rusland toont zijn macht alleen in militair opzicht, maar dat alleen, volgens Lenin, maakt het nog niet imperialistisch. Hoewel de aanzienlijke militaire macht van Rusland (met name zijn kernwapenarsenaal) het de imperialisten moeilijk maakt druk uit te oefenen op zijn eigen land, valt het land geen landen overal ter wereld binnen en bombardeert het niet zoals de Verenigde Staten of imperiale mogendheden van de tweede rang zoals Groot-Brittannië en Frankrijk. Bovendien heeft het kapitalistische Rusland, in tegenstelling tot de imperiale militaire mogendheden, zijn eigen militaire macht niet ontwikkeld, maar deze, samen met zijn wapenindustrie, geërfd van de USSR. Rusland is ook uniek in die zin dat het het enige land van het voormalige Sovjetblok is dat nog steeds door het imperialistische Westen wordt omringd en met een militaire aanval wordt bedreigd. Toch is Rusland een van 's werelds grootste wapenexporteurs. Geen enkele tak van de Russische industrie is concurrerend op de internationale markt, met uitzondering van de wapenindustrie. De wereldwijde wapenexport bedroeg 32.262 miljoen dollar in 2016 en 31.106 miljoen dollar in 2017. Het Stockholm International Peace Research Institute schat de wapenexport van Rusland op 6.148 miljoen dollar in 2017 tegenover 6.937 miljoen in 2016. De grootste wapenexporteur ter wereld is de Verenigde Staten met een wapenverkoop van 10.304 miljoen dollar in 2016 en 12.394 miljoen dollar in 2017. De Verenigde Staten zijn goed voor 34% van de wereldwijde militaire verkoop en Rusland 22%. De wapenexport van de VS is iets meer dan het dubbele van die van Rusland. In dit opzicht blijft Rusland achter: terwijl de wapenexport van de VS van 2013 tot 2017 met 25% is gestegen in vergelijking met de periode van 2008 tot 2012, is de export van Rusland in dezelfde periode met 7,1% gedaald. Russische bedrijven tussen de wapenproducenten Volgens SIPRI hebben de 100 grootste wapenproducenten ter wereld in 2017 voor 398,2 miljard dollar aan militaire verkopen en diensten gerealiseerd. (Defense News geeft enigszins andere cijfers.) De helft van dit bedrag ging naar de top 10-producenten, waarvan er vijf Amerikaans zijn terwijl één Russisch is. In de top 100 zijn er 42 Amerikaanse bedrijven en 10 Russische. Russische militaire bases in het buitenland en militaire begroting Rusland heeft 15 militaire bases in 9 andere landen. Slechts twee daarvan bevinden zich buiten de voormalige Sovjet-Unie, in Vietnam en Syrië. China heeft één basis buiten China, in Djibouti. De Verenigde Staten heeft meer dan 800 bases in het buitenland. Vergeleken met het militaire budget van de VS, dat door SIPRI op 610 miljard dollar wordt geschat, is de budgetverhoging van het Pentagon alleen al dit jaar hoger dan het hele militaire budget van Rusland, dat in 2017 66 miljard dollar bedroeg (vierde na China en Saoedi-Arabië). Russische interventies in andere landen Rusland heeft in andere landen geïntervenieerd ( Read the full article
#China#Forbes#GlobalWealthDatabook#imperialisme#kapitaalvlucht#Lenin#Oekraïne#Oligarchie#Rusland#SIPRI#socialisme#StansfieldSmith#WereldEconomischForum#Wereldbank#Zelenski
0 notes
Text
11 november – Los van de NAVO!
Laten we 11 november niet verworden tot een dag voor museum-activiteit! Herdenkingen zijn zinvol als ze de brug maken met het heden. Kunnen we “Nooit meer oorlog” en de Frontsoldaten van destijds geloofwaardig herdenken als blijkt dat NAVO-imperialisme en Belgisch militarisme springlevend zijn mede dankzij hen die beweren de politieke erfenis van de Frontsoldaten te vertegenwoordigen? Kunnen we toelaten dat de Vlaamse en Waalse arbeidende klasse die destijds het kanonnenvoer leverde, vandaag haar belastinggeld ziet verdwijnen in de zakken van Franse en Amerikaanse wapenproducenten en de NAVO een agressieve toon aanslaat jegens Rusland? Enkele weken geleden heeft de NAVO de accreditatie van een aantal Russische diplomaten bij de NAVO ingetrokken op basis van wat het bondgenootschap omschrijft als “vermoedelijke kwaadaardige Russische activiteiten”. Bewijzen werden uiteraard niet geleverd. Rusland van haar kant schortte meteen de samenwerking met het NAVO-informatiebureau in Moskou op. Het is een illustratie van de oplopende spanning als gevolg van de aanhoudende confrontatiepolitiek die de NAVO sinds jaar en dag uitstippelt. Het afsluiten van communicatielijnen voor overleg en dialoog wijzen op een ernstige verslechtering van de toestand. Terecht wees het Russische ministerie van Buitenlandse Zaken erop dat de lijn van het NAVO-bondgenootschap steeds agressiever wordt. Moskou heeft herhaaldelijk zijn bezorgdheid geuit over de inzet van NAVO-strijdkrachten in de buurt van de Russische grenzen en beschouwt deze als een bedreiging voor zijn veiligheid. Rusland en de alliantie hebben elkaar ook voortdurend beschuldigd van gevaarlijke en provocerende manoeuvres op zee en in de lucht. Het moet gezegd dat de NAVO, waar België trouw en zeer actief deel van uitmaakt, niet geïnteresseerd is in een gelijkwaardige dialoog en gezamenlijke werkzaamheden om de militair-politieke spanningen te laten afnemen. De “Russische dreiging” wordt opgeblazen om de interne eenheid van het bondgenootschap te versterken, om de schijn te wekken van zijn 'relevantie' in de moderne geopolitieke omstandigheden. België werkt als Atlantische dienstslaaf flink mee aan zowel de remilitarisatie van Europa alsook aan de aanhoudende belastering van Rusland. De zaak Jurgen Conings werd door de grote baas van het Belgische leger, admiraal Michel Hofman, aangegrepen om forse investeringen te eisen in cyberdefensie wegens inmenging van “Russische internettrollen” die via deze kwestie verdeeldheid en twijfel zouden zaaien. Na de bedenkelijke aankoop van de door de Amerikanen gewenste en geproduceerde F-35 straaljagers, gaat het Belgisch leger door met de aankoop van vooral Franse wapensystemen voor haar landcomponent. Nieuwe zware Caesar-artillerie, Griffon-pantservoertuigen, Jaguar-gevechtsvoertuigen,… stellen het Belgisch leger via een hernieuwde Frans-Belgische “defensiesamenwerking” in een afhankelijke positie van de zuiderburen op een moment dat Frankrijk zichzelf als de militaire kampioen van de EU beschouwt. Niettemin blijven de Amerikanen militair stevig vertegenwoordigd in dit land. België is de thuisbasis van het NAVO-hoofdkwartier en van het SHAPE-commandocentrum nabij Chièvres, dat regelmatig wordt gebruikt voor de projectie van Amerikaanse strijdkrachten in Midden- en Oost-Europa. De Amerikaanse kernbommen met bijhorende militaire delegatie blijven aanwezig in Kleine-Brogel. Voormalig Amerikaans minister van Defensie Ashton Carter kondigde tijdens het presidentschap van Barack Obama aan dat het budget voor de versterking van de Amerikaanse strijdkrachten in Europa gevoelig verhoogd zou worden “om een Russische agressie te ontmoedigen”. De beoogde verdubbeling van de Amerikaanse militaire aanwezigheid in Europa leidde onder andere tot de reactivatie van een aantal depots daterend uit de Koude Oorlog. In ons land ging het hierbij om de basis in Zutendaal. Het Pentagon wil ook opnieuw zware pantservoertuigen positioneren in verschillende West-Europese landen voor een pantserdivisie van 15.000 tot 20.000 manschappen. Als Vlamingen en Europeanen hebben wij geen boodschap aan deze militaire opbodpolitiek. “Nooit meer oorlog” geldt voor Zannekinbond in de 21ste eeuw als adagium ter afwijzing van imperialisme en militaire agressiepolitiek. Tegenover het door het Belgisch regime gesteunde Atlantisme hebben we als Vlamingen geen nood aan een naïef pacifisme maar hebben we de plicht een defensiepolitiek na te streven, gericht op verdediging en op continentale samenwerking en eenheid. Mét inbegrip van Rusland. Ruim een eeuw geleden sloot België op aangeven van vooral de liberale partij een geheim militair akkoord met Frankrijk waardoor België zich verregaand inschakelde in de toenmalige Franse imperialistische politiek. Toen wees de Vlaamse Beweging op dit imperialistische gevaar en startte de ‘Los van Frankrijk’ actie. De geschiedenis is een leerschool. Vandaag is België nog steeds actief in imperialistische (militaire) politiek, zowel ten dienste van Franse neokoloniale belangen in Afrika als in Europa ten dienste van de NAVO, speerpunt van de Amerikaanse geopolitieke belangen. De Zannekinbond pleit voor de onmiddellijke stopzetting van elke Vlaamse medewerking, financiering of ondersteuning van het Belgisch leger, het federaal departement Defensie en de NAVO. Het is tijd voor een aanhoudende ‘Los van de NAVO’ actie! Read the full article
#Atlantisme#Belgischleger#cyberdefensie#F-35#Frankrijk#imperialisme#Kernwapens#LosvandeNAVO#LosvanFrankrijk#militarisme#NAVO#Rusland#USA
0 notes
Text
Energie? Nationaliseren in plaats van privatiseren
Energieprijzen swingen de pan uit. Terwijl multinationale ondernemingen woekerwinsten halen in de energiesector, betaalt de werkende klasse het gelag. De dure energieprijzen worden veroorzaakt door de geliberaliseerde energiemarkt. Zoals bij elke liberalisering en privatisering werd ook in het geval van de energiemarkt een prijsdaling beloofd, de liberalisering leidde echter enkel tot hoge gas- en elektriciteitsfacturen voorde gewone man. De prijs wordt immers bepaald door de marktwerking en haar wet van vraag en aanbod, gekoppeld aan een aanzienlijke mate van taksen en heffingen door de liberale overheden die handelen in dienst van het privaat grootkapitaal. Ondertussen luistert de politieke wereld niet naar de bevolking maar speelt ze partijpolitieke spelletjes over de vraag of gascentrales dan wel kernenergie de toekomstige productie moet uitmaken. Het beschikken over betaalbare energie is echter een recht, geen privaat product waar winst op moet gemaakt worden, winsten die verdwijnen in de zakken van aandeelhouders en -veelal buitenlandse- raden van bestuur. Ongeveer twee derde van de Belgische elektriciteitsmarkt is in handen van Franse multinationals (gedomineerd door Engie-Electrabel en EDF-Luminus) die Vlamingen en Walen meer laten betalen voor hun stroom dan de Fransen. De Zannekinbond verdedigt dan ook de uitbouw van openbare energievoorziening waarbij zowel productie als distributie tot bij de eindgebruiker in maximale mate onder democratische controle geplaatst worden en dus in handen van de overheid komen via de oprichting van Vlaamse en Waalse publieke energiebedrijven. De gas- en elektriciteitssector dienen genationaliseerd te worden tegen een symbolische vergoeding. Enkel zo kunnen op efficiënte wijze gereguleerde energieprijzen tot stand komen waarbij het belang van de bevolking op de eerste plaats komt. Alleen zo kan ook werk gemaakt worden van een duurzaam energiebeleid waarbij klimaatdoelstellingen niet doorkruist worden door winstmaximalisatie of andere private financiële belangen. Overheidscontrole over de productie en distributie biedt meteen ook de mogelijkheid om het aandeel van de zware taksen en heffingen in de eindfactuur af te bouwen. De logica achter het nationaliseren van energiebezittingen en het in bezit nemen van hernieuwbare energiebronnen is dat de kosten voor de samenleving lager zijn omdat de overheid haar balans zou kunnen gebruiken om geld te lenen tegen lagere kapitaalkosten dan de huidige private eigenaars van energiebezittingen of niet-gouvernementele organisaties dat zouden kunnen. De opbrengsten van deze investeringen zouden op hun beurt kunnen worden gebruikt om andere investeringsprogramma's te financieren, zoals bijvoorbeeld een beter stelsel van sociale zekerheid. We leven momenteel in de beginjaren van een energierevolutie, een omwenteling waarin we getuige zijn van enorme technologische veranderingen en ongelofelijke kostenverlagingen in technologieën zoals batterijen en zonne-energie, om nog maar te zwijgen van de elektrificatie van het vervoer en de digitalisering van het hele energiesysteem. In deze situatie zullen we waarschijnlijk te maken krijgen met private nutsbedrijven die gedwongen worden om miljarden euro's aan verliezen af te schrijven. Garantie op ononderbroken toelevering van energie aan de eindgebruikers komt in het gedrang. Het is dan ook meer dan ooit noodzakelijk dat de gemeenschap de controle over de energievoorziening en energietransitie in handen neemt via de oprichting van Vlaamse en Waalse publieke energiebedrijven! Read the full article
#democratischecontrole#deregulering#energie#hernieuwbareenergie#kernenergie#liberalisering#multinationaleondernemingen#nationaliseren#neoliberalisme#overheidsbedrijven#privatiseren
0 notes
Text
Europa en kapitalisme: de toekomst heroveren!
Europa en kapitalisme De bevolking in Europa ervaart in toenemende mate een aanhoudende crisis die zich op diverse vlakken uit: politiek, sociaal, economisch, cultureel. Deze crisis gaat gepaard met financiële onzekerheid, stijgende dualiteit, meer flexibiliteit en stress, een schuldcomplex inzake cultuur en tradities,… voor de volksklasse. Terwijl de heersende elites de problemen niet onder controle lijken te krijgen zoekt een groter wordend deel van de bevolking haar toevlucht tot diverse vormen van protest: populistisch stemgedrag, Gele Hesjes-beweging, stijgende agressie jegens ordediensten,… Dit alles is enerzijds onlosmakelijk verbonden met de huidige fase van de kapitalistische wereldeconomie en hoe zij zich specifiek in Europa, met de Europese Unie als uithangbord, manifesteert. Anderzijds kan worden vastgesteld dat een fatalistische grondhouding aan de basis ligt van een gebrek aan krachtdadige, geloofwaardige oppositie. Onze toekomst heroveren Diego Fusaro (1983) schetst in dit werk de noodzaak om in te gaan tegen het fatalisme van “There Is No Alternative”. Hij bepleit een terugkeer naar dialectiek en het belang van historiciteit om het eeuwige heden van het huidige kapitalisme in vraag te kunnen stellen. De jonge Italiaanse academicus stelt een herwaardering van nationale soevereiniteit voorop als noodzakelijk middel om democratische, politieke controle te verwerven over de economie en haar totalitaire marktmonotheïsme. Als één van de weinigen biedt hij niet enkel een filosofische beschouwing maar ook een daadwerkelijk “wat-te-doen” perspectief waarbij vooral jongere generaties aangeraden wordt om opnieuw te durven dromen van een andere toekomst. In een tijdperk van het einde van de Grote Verhalen wordt het idealisme weer op de kaart gezet. Een “must read” voor al wie tegen de tijdsgeest wil ingaan. Bestellen kan via onze webwinkel! Read the full article
#DiegoFusaro#economischecrisis#Europa#europeseunie#GeleHesjes#Gentile#Gramsci#Hegel#idealisme#ideologie#kapitalisme#klassenstrijd#liberalisme#marktmonotheïsme#Marx#nationalesoevereiniteit#nationalisme#neoliberalisme#socialisme#TINA
0 notes
Text
Herman Van den Reeck
Beknopte biografie Op 11 juli 1920 werd, tijdens een uit de hand gelopen verboden betoging op de Antwerpse Grote Markt, de negentienjarige student Herman Van den Reeck zwaargewond door een politiekogel. Hij bezweek de volgende dag aan zijn verwondingen. Van den Reeck was een voorvechter van “een nieuw mensdom” in Vlaanderen en in Europa. Door zijn vroegtijdige, gewelddadige dood werd hij een martelaar voor de Vlaamse zaak. Zijn massaal bijgewoonde begrafenis werd een zelden geziene manifestatie van Vlaamse eendracht. Met Herman Van den Reeck verloor Vlaanderen een merkwaardige en fascinerende figuur, een figuur die we met de Zannekinbond absoluut meer in de kijker willen plaatsen. Meteen raden we de lezers en sympathisanten ook aan om het werk ‘Herman Van den Reeck – Heraut voor een nieuw mensdom in Vlaanderen’ (uitg. Doorbraak, 2020) van Jan Huijbrechts te lezen, die als leidraad diende voor deze beknopte biografie. Tot op heden was naar zowel Van den Reeck als naar de volledige radicale Vlaamse Beweging uit die periode betrekkelijk weinig studiewerk verricht, of het is althans weinig bekend bij het geïnteresseerde deel van de bevolking. Als Zannekinbond hechten wij hier belang aan omdat iemand als Van den Reeck alsook de brede beweging waarin hij actief was een ander licht werpt op die Vlaamse ontvoogdingsstrijd. Radicalisme in Vlaamse ontvoogding en een antiburgerlijke levenshouding gingen gepaard met strijd voor sociale emancipatie tegen het kapitalistische België. Als we de maatschappelijke realiteit zelfs een eeuw later bekijken, kan dit mits de nodige relativering een bron van inspiratie zijn. Had Van den Reeck vandaag geleefd, hij had allicht een Geel Hesje aangetrokken… Onder invloed van zijn mentor Marten Rudelsheim en enkele Antwerpse intellectuelen werd Van den Reeck actief in de radicale vleugel van het activisme, waar ideeën van nationale Vlaamse ontvoogding werden gekoppeld aan sociale omwenteling en waar gebroken werd met de eerder brave romantische strekking van de vooroorlogse Vlaamsgezinde studentenbeweging zoals in de Blauwvoeterij van Rodenbach. In maart 1918 trad Van den Reeck toe tot de 'Activistische Schoolbond'. Na de Wapenstilstand van 11 november 1918 werden alle Vlaamse verworvenheden van de Duitse Flamenpolitik teruggedraaid en werden honderden activisten veroordeeld wegens collaboratie. Herman Van den Reeck werd, wellicht wegens zijn jonge leeftijd, niet aangehouden maar hielp daarentegen bij het onderduiken van voortvluchtige activisten. Op 7 januari 1920 liet Van den Reeck zich inschrijven aan de Université Libre de Bruxelles. Zijn politieke activiteit, gebaseerd op zijn radicaal Vlaams en sociaal engagement werd er hem niet in dank afgenomen. Hij schreef in het in 1919 heropgerichte jongerentijdschrift ‘De Goedendag’ en in het pro-activistische blad ‘Staatsgevaarlik’, waarvan de Belgische veiligheidsdiensten dachten dat het om een dekmantel voor een terroristische organisatie ging. Zijn afkeer van de Franstalige bourgeoisie als conservatieve vaandeldrager van de Belgische kapitalistische oligarchie vertaalde zich niet enkel in een strijdvaardige Vlaamsgezindheid maar ook in een afkeer voor het Belgisch militarisme en in radicale socialistische sympathieën. Getrouw aan het 'Nooit meer oorlog'-ideaal van de Vlaamse Frontbeweging sloot hij zich net als een flink deel van de toenmalige avant-garde aan bij de Clarté-beweging van de Franse marxist Henri Barbusse. Zo schreef hij voor ‘De Nieuwe Wereldorde’, het orgaan van de Antwerpse Clarté-groep 'Ça ira', en wat later ook voor het Clarté-tijdschrift ‘Opstanding’. Hij werd tevens secretaris van de Vlaamse afdeling van de 'Internationale Anti-Militaristische Vereeniging', die in 1904 door de Nederlandse anarchosocialist Ferdinand Domela Nieuwenhuis was opgericht. Desalniettemin was Van den Reeck geen pacifist. Hij had warme sympathieën voor het Rode Leger en diverse buitenlandse gewapende groeperingen (o.a. de Irish Citizen Army van James Connolly), onderhield contacten met gewapende Catalaanse anarchosyndicalisten van het Comité Nacional Català en gaf indien nodig ook zelf blijk van fysieke weerbaarheid in straatconfrontaties met tegenstanders. Dit alles, ondanks zijn latere inzet voor de Vlaamse afdeling van de ‘Internationale Anti-Militaristische Vereeniging’ (IAMV). Zijn antimilitarisme bleek in de eerste plaats bedoeld als een middel, om via massale dienstweigering door Vlamingen (zie ook Berten Fermont) te komen tot een ontwrichting van het Belgisch militair apparaat. Antimilitarisme bleek voor Van den Reeck probleemloos in overeenstemming te zijn met een revolutionaire gezindheid. “Om zover te geraken is echter organisatie aller noodzakelijkst. Organiseer u; sticht geheime revolutionaire bonden die zich gereed maken tot den supremen strijd; voor alles; zoek aansluiting bij de makkers van vreemde steden en de groeperingen die hetzelfde doel beogen. Zoek aansluiting bij de Frontpartij, soldaten enerzijds, bij de socialisten anderzijds; daar ligt het heil!” De politieke en culturele ontvoogding van Vlaanderen waren voor hem ook onlosmakelijk verbonden met socialistische revolutie. Toch was Van den Reeck ook geen communist wat duidelijk bleek bij het uiteenvallen van de Antwerpse Clarté-groep in een deel die het communisme wenste te volgens en een deel die trouw bleef aan Clarté (waaronder Herman Van den Reeck). Vermoedelijk deden persoonlijke tegenstellingen en ideologische dogmatiek bij het georganiseerd communisme in Vlaanderen een beeld van amateurisme en bijhorende afkeer ontstaan bij Van den Reeck. Ook in de verrechtvaardiging van zijn IAMV-engagement benadrukte hij dat dit geen communistische organisatie was maar wel een antikapitalistische die medestanders met een zeer diverse achtergrond verenigde. Meermaals riep hij de Vlamingen tijdens straatagitatie, in toespraken en pamfletten op tot de omverwerping van de kapitalistische burgerlijke dictatuur. Binnen de Clarté-beweging vonden rebellen van allerlei slag elkaar terug, zonder noemenswaardige sectaire conflicten. Anarchisten, syndicalisten, nationalisten, communisten, oud-activisten en oudstrijders maar ook pacifisten,… gerekruteerd uit vooral jongeren en culturele avant-garde. Clarté-groepen hadden sympathie voor het Vlaamse streven en hadden een vorm van Sovjetbestuur voor ogen voor Europa, een federatie van radenrepublieken waarin Vlaanderen en Wallonië elk een autonome republiek zouden vormen. Van den Reeck dacht veelvuldig na over hoe in Vlaanderen een revolte tot stand kon komen. Hij achtte het noodzakelijk een politiek gevormde elite te creëren in Vlaanderen, politieke soldaten die geen rekenschap geven of vragen. Daartoe trachtte hij zelf een voorbeeld te zijn via verregaande, fanatieke persoonlijke inzet, studie, zelfverbetering en ernst. Door zijn inzet en engagementen in diverse revolutionair gezinde kringen werd Van den Reeck in het voorjaar van 1920 door minstens drie buitenlandse veiligheidsdiensten opgevolgd. In de aanloop naar de 11-juliveringen van 1920 bleek een duidelijke scheidingslijn te lopen tussen de liberale en socialistische politieke families. De liberalen toonden zich eens te meer van hun belgicistische zijde en waren voorstander van verbodsmaatregelen, de socialisten (die ook eigen Guldensporen vieringen hadden) toonden zich onder leiding van Camille Huysmans pro vrij manifesteren. Omwille van een samenscholingsverbod dat meer dan een half jaar eerder door de liberale Antwerpse burgemeester Jan De Vos was uitgevaardigd, moesten enkele tienduizenden Vlamingen voor de 11-juliviering van 1920 uitwijken naar Borgerhout. Na de officiële ontbinding van de manifestatie begaven een drieduizendtal manifestanten zich ondanks het verbod toch naar het stadhuis op de Grote Markt van Antwerpen. Daar kwam het tot schermutselingen met de politie die op bevel van de franskiljonse en -alweer liberale- eerste schepen Louis Straus overging tot het via geweld in beslag nemen van leeuwenvlaggen die de jongerenafdeling van de Frontpartij met zich meedroeg. Toen Herman van den Reeck probeerde te beletten dat de vlag van een groep meisjes werd afhandig gemaakt, werd hij van op korte afstand door de politie neergeschoten. Zwaargewond, de kogel doorboorde beide longen, werd Herman Van den Reeck nog drie kwartier in het politiebureau gelegd alvorens hij voor verzorging in het ziekenhuis werd binnengebracht. Mede door een gebrekkige en laattijdige verzorging bezweek hij de volgende dag aan zijn verwondingen, echter niet voordat hem na hardhandig verhoor een schuldbekentenis ter ondertekening werd voorgelegd. De bekentenis hield in dat de agent in kwestie schoot uit wettige zelfverdediging en dat Van den Reeck hem had aangevallen… De begrafenis en rouwstoet van Herman Van den Reeck op 17 juli 1920 werd massaal bijgewoond door Vlaamsgezinden van uiteenlopende strekkingen die hem beschouwden als een martelaar van de Vlaamse zaak. Diverse Vlaamse dichters, waaronder Marnix Gijsen, Gaston Burssens, Wies Moens en Paul Van Ostaijen, schreven een eerbetoon "In Memoriam" aan hem en riepen op tot verzet. In 1943 werd het stoffelijk overschot overgebracht naar de Antwerpse begraafplaats Schoonselhof waar het in 1966 een ereplaats kreeg naast Hendrik Conscience.
Herman Van den Reeck (Bron: ADVN) Politieke erfenis In Antwerpen leidde de moord op Van den Reeck bij gemeenteraadsverkiezingen van 21 april 1921 tot een verkiezingsnederlaag voor het liberale, franskiljonse stadsbestuur o.l.v. burgemeester Jan De Vos. In dat zelfde jaar greep Kamerlid Frans Van Cauwelaert de verontwaardiging over de tragische dood van Van den Reeck aan om de historische bestuurstaalwet van 31 juli 1921 in de Kamer te laten goedkeuren. Voor het eerst wet werd in België het territorialiteitsbeginsel ingevoerd waardoor de streektaal voortaan principieel gold als verplichte diensttaal in bestuurszaken, gerecht en onderwijs. Veel belangrijker is echter de mogelijke inspiratie die iemand als Herman Van den Reeck aan hedendaagse sociale en politieke activisten, kan verschaffen. Voor hem en een flink deel van de toenmalige generatie Vlaams-nationalisten was er geen tegenspraak maar wel een aanvulling tussen hun Vlaamsgezindheid enerzijds en een internationale oriëntering anderzijds. De hoofdstroom van de hedendaagse linkerzijde in Vlaanderen kent enkel nog een -vaak inhoudsloos- wereldburgerschap terwijl rechts zich lijkt te specialiseren in navelstaren als er geen anticommunisme of islamhaat aan te pas kan komen. Net als nu leefde destijds een veralgemeend gevoel van verrotting in de maatschappij, bestuurd door een corrupte politieke elite in een verouderd politiek model. Net als nu was er bij radicale opposanten zoals Van den Reeck en zijn kameraden het gevoel dat er een radicale vernieuwing moest komen. Wie de geest en het karakter van die radicale Vlaamse strijdbeweging vlak na WO1 bekijkt, stelt een aantal nationaal-revolutionair getinte kenmerken van de beweging vast: ten dele geworteld in het imperialistisch bloedvergieten van de “Groote Oorlog”, nationalistisch maar ook socialistisch, fel anti-reactionair, opkomend voor een nieuwe maatschappij in plaats van oplapwerk aan het bestaande te willen leveren. Doeleinden werden vaak via methodes nagestreefd die niet echt passen in liberaal-democratische spelregels noch was dit alles gebaseerd op een strikt ideologisch draaiboek zoals dit ter marxistische zijde het geval was. Alvorens hij helaas een aantal jaren later in zijn gedachtegoed naar een vorm van fascisme zou evolueren, deelde ook iemand als Joris Van Severen in diezelfde geest, met inbegrip van sympathieën voor de Russische bolsjevisten. Herman Van den Reeck symboliseert samen met een reeks radicale anderen een brug tussen de Vlaamse Beweging enerzijds en socialistische agitatie anderzijds: samenwerking van Fronters en oud-activisten met anarchisten, communisten,… om via het ondergraven van het kapitalisme en het bijhorend Belgisch unitair regime te komen tot Vlaamse ontvoogding en omgekeerd. Het wantrouwen binnen het rechtse deel van de Vlaamse Beweging jegens revolutionair socialisme aan de ene kant en het wantrouwen van doctrinaire aanhangers van het marxisme en zeker trotskisme jegens hen die niet strikt de dogmatische leer volgden aan de andere kant, werd door Van den Reeck en de zijnen terecht terzijde gelaten. Zij begrepen de explosieve politieke kracht van het samenvallen van beide bewegingen. Tot op de dag van vandaag blijven beide kampen grotendeels in een vijandige houding jegens elkaar steken, met een lachende derde -de Belgische en Europese kapitaalselite- als resultaat. De maatschappelijke realiteit van vandaag vereist echter een verstandhouding tussen hen die elke fundamentele verandering nastreven ten aanzien van de huidige toestand. De onvrede bij een groeiend deel van de Europese bevolking wakkert aan. Volkeren die hun eigen staat nastreven (Vlamingen, Catalanen,…) zullen dit deel moeten laten uitmaken van een breder streven naar omwenteling in Europa, een omwenteling dat een einde maakt aan het marktfundamentalisme en het financieel kapitalisme van de elites in de EU en haar onafscheidelijke nationale deelstaten. Enkel in een internationaal momentum van breed gedragen rebellie -zoals de aanzet die de Gele Hesjes hiertoe gaven- is grondige staatkundige en sociale verandering mogelijk. Naïef zijn hen die denken dat onafhankelijkheid kan bekomen worden via verkiezingen en braaf smeken naar erkenning aan de poort van andere EU-lidstaten.
Herman Van den Reeck (Bron: ADVN) Read the full article
0 notes
Text
Afghanistan: Een grote nederlaag voor het westerse imperialisme
De schijnbaar eindeloze imperialistische oorlog in Afghanistan is eindelijk beëindigd na meer dan 20 jaar vol zinloze slachtingen. De val van het marionettenregime van de NAVO in Afghanistan deze week was spectaculair, en de aanblik van vluchtende Afghanen die hun dood tegemoet vallen terwijl ze zich proberen vast te klampen aan vluchtende Amerikaanse vliegtuigen is een krachtig symbool van de ramp. Zoals Joe Biden zelf al zei in zijn toespraak waarin hij de nederlaag aankondigde, heeft Afghanistan eens te meer bewezen het "kerkhof van keizerrijken" te zijn. Hoewel er gefluisterd wordt over een mogelijke opstand door IS of de overblijfselen van de Noordelijke Alliantie , en er in sommige steden kleine protesten zijn, lijken de Taliban de touwtjes stevig in handen te hebben. De Amerikanen hadden verklaard dat zij zich uiterlijk op 31 augustus uit het land zouden terugtrekken. Het spectaculaire offensief van de Talibān verraste de wereld en op 15 augustus hadden zij zowel Kābul als de regering in handen. In vele opzichten was hun offensief een voorbeeld van guerrilla-oorlogsvoering, waarbij de Taliban vanuit hun bolwerken in het zuiden oprukten om alle plattelandsgebieden te veroveren, alvorens op te rukken naar de steden voor de strategische offensieve fase. De strijdkrachten van het Afghaanse regime, die door de NAVO met miljarden aan uitrusting en opleiding werden gesteund, vielen volledig uiteen, weigerden te vechten, vluchtten of sloten zich zelfs aan bij de Talibān-strijdkrachten. Het is duidelijk dat de steun voor het marionettenregime nooit veel meer is geweest dan een hersenspinsel. De bezetting van Afghanistan kostte de bezettingscoalitie 30 miljoen dollar per dag om in stand te houden, en nam slechts enkele weken in beslag om uit elkaar te vallen. Er werd veel gespeculeerd dat de opmars van de Talibān onlangs het resultaat was van de langdurige onderhandelingen tussen de Amerikaanse bezettingstroepen en de Talibān. Het lijkt echter duidelijk dat de enorme snelheid van de aanval en de inname van alle grote steden Amerika heeft verrast, met nauwelijks genoeg tijd om het personeel van hun ambassades te evacueren en alle bewijsstukken van de ontelbare misdaden van de bezetting tegen het volk van Afghanistan te vernietigen. Ongeacht de afspraken die zijn gemaakt, betekent dit een grote nederlaag voor het westerse imperialisme, de grootste die het heeft geleden sinds Vietnam in 1975. De Britten, Amerika's junior partners in het Afghanistan-avontuur, hebben voorspelbaar gereageerd op deze vernedering, met parlementsleden die een door de Britten geleide herinvasie eisen. De veronderstelde oppositie in het Labour van Keir Starmer kondigt aan dat de terugtrekking een vergissing is. Het nieuwe Britse jingoïsme sinds de Brexit betekent dat politici over het hele politieke spectrum op de oorlogstrommels moeten slaan en zich op de borst moeten slaan om enige relevantie te behouden.
Afghanistan: nieuwe nederlaag voor het Amerikaans imperialisme Hoe de nieuwe Talibān-regering het internationale kapitalisme de baas zal worden, valt nog te bezien, maar er zijn al aanwijzingen in welke richting zij zal gaan. Een woordvoerder van de Talibān verklaarde tegenover de BBC dat zij Amerikaanse bedrijven zouden toestaan om hun activiteiten in Afghanistan voort te zetten. De Talibān hebben ook ontmoetingen gehad met de Golfstaten en China en hebben andere verklaringen afgelegd waaruit blijkt dat zij bereid zijn investeringen aan te moedigen en protest aan te tekenen tegen zakelijke belangen. Het is zeer waarschijnlijk dat de imperialistische concurrentie van het Westen in China en Rusland het meest zou kunnen profiteren van de nieuw ontstane status quo in Afghanistan. De Talibān-regering heeft ook concessies gedaan op verschillende sociale gebieden en verklaart dat zij vrouwen in staat zal stellen te blijven werken en toegang te krijgen tot onderwijs, tot en met het derde niveau. Dit in tegenstelling tot het vorige Talibān-regime dat vrouwen tot virtuele gevangenen in hun eigen huis maakte, hoewel het dragen van de hijāb verplicht werd gesteld in het belang van de "veiligheid" van de vrouwen. Of dit allemaal een PR-stunt betreft, zal ongetwijfeld binnenkort aan het licht komen. De afgelopen weken is met toenemende regelmaat de mythe ontstaan dat de NAVO-bezetting een belangrijke waarborg voor de rechten van de vrouw was, een lachwekkende propaganda die nog belachelijker wordt wanneer de “verwezenlijkingen” van de marionettenregimes op het gebied van de rechten van de vrouw onder de loep worden genomen. In het verleden hebben de Talibān ook andere etnische minderheden dan de Pathanen schaamteloos onderdrukt, maar tot dusver heeft de nieuwe regering gezegd dat zij hun belangen zal beschermen in naam van de "nationale eenheid". Hoewel de Talibān grotendeels een reactionaire en zelfs feodale macht zijn, lijkt het erop dat de beweging in de loop van haar groei en ontwikkeling tot op zekere hoogte de trekken van een nationale bevrijdingsbeweging heeft aangenomen, met name wat betreft de overeenkomsten en compromissen die zij heeft gesloten met plaatselijke stamgroepen om de vrede te bewaren. Het is heel goed mogelijk dat de Talibān geen excuus willen hebben voor verdere militaire interventie en dat een mildere hand zal zorgen voor meer stabiliteit en multinationale investeringen. Of deze beloften en allianties zullen worden nagekomen is onzeker en het is dan ook niet verwonderlijk dat er de afgelopen weken een grote uittocht van vluchtelingen uit Afghanistan is geweest waarbij velen het ergste vreesden. De terugtrekking van de bezettingstroepen van de NAVO is ongetwijfeld een positieve stap. Helaas is het zeker dat de Talibān nooit de werkelijke belangen van de arbeidersklasse en de boeren in Afghanistan kunnen vertegenwoordigen. Het emiraat dat zij zullen oprichten zal semifeodaal en theocratisch zijn. Van hun nieuwe regering kunnen we hooguit hopen op kleine concessies ten opzichte van het Talibān-emiraat van vóór 2001. Alles wijst erop dat zij zullen toestaan dat de bevolking en de hulpbronnen van Afghanistan door buitenlandse ondernemingen worden geëxploiteerd. Hopelijk zal de verwijdering van de imperialistische troepen de voorwaarden scheppen waaronder progressieve, socialistische organisaties, zoals die uit de Afghaanse maoïstische traditie, de toekomst kunnen bieden die het zwaar beproefde Afghaanse volk verdient. Bron: ISR Media, Afghanistan: A Major Defeat for Western Imperialism. Van: Anti Imperialist Action Ireland, 22/08/2021, https://anti-imperialist-action-ireland.com/blog/2021/08/22/afghanistan-a-major-defeat-for-western-imperialism/. Geraadpleegd en vertaald op 23/08/2021.
Read the full article
0 notes
Text
Europa & Kapitalisme - Fusaro
Europa en kapitalisme De bevolking in Europa ervaart in toenemende mate een aanhoudende crisis die zich op diverse vlakken uit: politiek, sociaal, economisch, cultureel. Deze crisis gaat gepaard met financiële onzekerheid, stijgende dualiteit, meer flexibiliteit en stress, een schuldcomplex inzake cultuur en tradities,… voor de volksklasse. Terwijl de heersende elites de problemen niet onder controle lijken te krijgen zoekt een groter wordend deel van de bevolking haar toevlucht tot diverse vormen van protest: populistisch stemgedrag, Gele Hesjes-beweging, stijgende agressie jegens ordediensten,… Dit alles is enerzijds onlosmakelijk verbonden met de huidige fase van de kapitalistische wereldeconomie en hoe zij zich specifiek in Europa, met de Europese Unie als uithangbord, manifesteert. Anderzijds kan worden vastgesteld dat een fatalistische grondhouding aan de basis ligt van een gebrek aan krachtdadige, geloofwaardige oppositie. Onze toekomst heroveren Diego Fusaro (1983) schetst in dit werk de noodzaak om in te gaan tegen het fatalisme van “There Is No Alternative”. Hij bepleit een terugkeer naar dialectiek en het belang van historiciteit om het eeuwige heden van het huidige kapitalisme in vraag te kunnen stellen. De jonge Italiaanse academicus stelt een herwaardering van nationale soevereiniteit voorop als noodzakelijk middel om democratische, politieke controle te verwerven over de economie en haar totalitaire marktmonotheïsme. Als één van de weinigen biedt hij niet enkel een filosofische beschouwing maar ook een daadwerkelijk “wat-te-doen” perspectief waarbij vooral jongere generaties aangeraden wordt om opnieuw te durven dromen van een andere toekomst. In een tijdperk van het einde van de Grote Verhalen wordt het idealisme weer op de kaart gezet. Een “must read” voor al wie tegen de tijdsgeest wil ingaan. Read the full article
0 notes
Text
Antifascisme, quo vadis?
Stichtingscongres Antifaschistische Aktion, 1932, KPD Groepen die zich "Antifa" of "Antifascistische Actie" (vaak onder het acroniem AFA) noemen bestaan in zowat gans Europa en Noord-Amerika. Hun organisatievormen en politieke oriëntatie verschillen echter sterk. Meestal gaat het om zwak gestructureerde autonome stromingen uit de linkse tot radicaal-linkse scene. Historisch gaat de Antifascistische Aktion terug op het initiatief van de Duitse KPD in de zomer van 1932 die onder leiding van de marxistische patriot Ernst Thälmann een front van socialisten en communisten wou uitwerken tegen het opkomende nationaal-socialisme, strikt gekaderd in de antikapitalistische strijd. Al snel werden de sociaaldemocraten echter als “sociaal-fascisten” beschouwd en van verdere samenwerking uitgesloten. Vandaag lijkt die antifa-beweging in allerlei richtingen uit te zwermen, maar is ze vooral gevoelig voor het loslaten van de antikapitalistische strijd en de onder invloed van amerikanisering aangenomen liberale identiteitspolitiek. Al even bedenkelijk is de evolutie naar een afwijzen van nationale soevereiniteit en nationale bevrijding vanuit een steeds ruimer geïnterpreteerd “nationalisme”-begrip. In Duitsland, trendsetter voor een militante Antifa-beweging in Europa, leidde dit tot het ontstaan van de zogenaamde “Antideutsche” die liefst de Duitse natie en de Duitse cultuur zien verdwijnen. Thälmann draait zich om in zijn graf. Als klap op de vuurpijl volgen dan ook lofbetuigingen aan Israël, het zionisme en het toejuichen van geallieerde bombardementen op Duitse burgerbevolking. De degeneratie is compleet…
Nationale zelfhaat en sympathie voor het zionistisch imperialisme: de volledige degeneratie van het Duits antifascisme. De meeste Antifa-initiatieven kaderen in de zogenaamde “strijd tegen extreemrechts”. Daarbij moet de vraag worden gesteld: welk gevaar vormt het huidige extreemrechts, en voor wat en wie? Elke politieke analyse komt tot stand vanuit een systeemanalyse en dus moet de vraag voor ons op deze manier worden geherformuleerd: vormen partijen als Vlaams Belang, AfD, Rassemblement National (RN), Lega,… het grootste gevaar voor de belangen van de Europese werkende klasse en het revolutionaire proces in West-Europa? Meer nog, vormen zij een groter gevaar of obstakel voor de werkende klasse en de gewenste omwenteling dan het huidige neoliberale partijenkartel dat overal in West-Europa aan de macht is? Is extreemrechts een interessant en geloofwaardig politiek alternatief voor de belangen van de heersende elites in Europa en dus ook in België? Alleen zo kan vermeden worden dat de recuperatielogica van de burgerlijke democratie doorgaat, terwijl nu reeds in aanzienlijke mate het antifascisme ter verdediging van het kapitalistische systeem gebruikt en misbruikt wordt. Wij geloven met Zannekinbond niet dat de ontwikkeling van extreemrechts vandaag de dag een interessant en geloofwaardig politiek alternatief is voor het regime en het grootkapitaal. Dit in tegenstelling tot de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw, toen het fascisme en het nationaalsocialisme aan de macht kwamen. We moeten ons niet laten misleiden door de boude stelling dat de partijen van Van Grieken, Le Pen, Salvini,… ideologisch gebaseerd zouden zijn op de principes en waarden van “hun voorgangers”, noch door het feit dat ze op dezelfde sociale basis zijn gebouwd (lompenproletariaat, kleinburgerlijke middenklasse die gedestabiliseerd raakte door decennia kapitaalsvriendelijk beleid en de evolutie van het kapitalistische systeem of werkende klasse die walgt van het burgerlijk parlementarisme en de volledige capitulatie van de sociaaldemocraten ten aanzien van het neoliberalisme). De fascistische partijen van destijds zijn ooit ontwikkeld als een keuze en noodzaak van het grootkapitaal om de sociale strijd te overwinnen, om de revolutionaire bewegingen die in de nasleep van de Oktoberrevolutie en de Eerste Wereldoorlog op gang kwamen te verpletteren, om de zwakke instellingen (zoals de Weimarrepubliek) die hebben aangetoond dat ze niet in staat waren de imperialistische orde te handhaven, op te ruimen. Daarentegen belichamen partijen als het Vlaams Belang of het Rassemblement National of politici zoals de Hongaar Orban, ten dele een reactionaire ideologie die niet beantwoordt aan de behoeften van de liberale heersende elite in Europa. Zij zetten zichzelf buitenspel, eventuele machtsdeelname loopt onherroepelijk uit op opname in en verbranding door het heersende systeem (met ontgoocheling bij de aanhang tot gevolg). Orban liet bijvoorbeeld onder zwaar volksprotest een wet stemmen, bijgenaamd de “Slavenwet”, die Hongaren tot 400 overuren per jaar kan verplichten terwijl de werkgever ze pas na 3 jaar hoeft uit te betalen. In hun kritiek richten de Westerse regimemedia zich echter op zijn standpunten over migratie en de LGBTQ-agenda. Waar hedendaags extreemrechts de afgelopen jaren aan de macht kwam, voerde het eveneens een asociaal beleid. Maar nergens kan of kon het een daadwerkelijk fascistische staat uitbouwen. Aanvallen op de pensioenen, afbouw van openbare diensten, privatiseringen … Dat is wat de FPÖ (Oostenrijk) of de Lega (Italië) deden. Anti-systeem kan je het niet noemen, extreemrechts is meer een populistische bevestiging van het liberaal-kapitalistische systeem.
Strijdende antifa in Donbass: volksnationaal verzet tegen gewapende extreemrechtse groepen ten dienste van de Oekraïense maffiastaat Vandaag beschikt de liberale elite over voldoende macht en technologische hulpmiddelen om zonder de hulp van dergelijke extreemrechtse partijen stelselmatig over te gaan tot de uitbouw van een maatschappelijk bestel dat in toenemende mate fascistische kenmerken bezit: een kapitalistische veiligheidsstaat. Daarin plooit de overheid terug op vlak van haar sociale, verzorgende taak ten voordele van privaat kapitaal. Maar terzelfdertijd wordt een repressief controleapparaat uitgebouwd dat de meeste vormen van vrijheid tot een karikatuur herleidt. De extreemrechtse partijen genieten niet langer de steun van het staatsapparaat, de bankiers, het Vaticaan, de industriëlen noch beschikken zij over een convergentie met ordediensten die destijds een doodsstrijd voerden met gewapende revolutionaire bewegingen. Ze beschikken niet langer over alle elementen die de opkomst van fascistische krachten in de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw en hun toetreding tot de staatsmacht alsook de omvorming naar een fascistisch regime mogelijk hebben gemaakt.
Vlaamsgezind antifascisme bij de VKP, 1939 De convergentie tussen extreemrechts en de heersende klasse bestaat niet meer in West-Europa, tenzij men verregaand conformeert in liberale richting. Vandaag staat de imperialistische elite (die leeft met de tijd en leert van de geschiedenis) als geheel achter partijen die volledig in overeenstemming zijn met de instellingen van de burgerlijke liberaaldemocratie. Deze neutraliseert de klassenstrijd op een veel modernere en effectievere manier dan bijvoorbeeld het fascistische corporatisme zou toelaten. In het verleden zat de Spaanse oligarchie achter de Falange (met de steun van een machtsinstituut als de kerk), net zoals Hitler en zijn NSDAP zich inschikkelijk stelden ten aanzien van de Westerse machten door de Versailles-orde te aanvaarden (zie hierover het antifascisme van Ernst Niekisch) terwijl de Duitse kartels zich tegelijkertijd achter de nazipartij verscholen. Ook de Italiaanse bourgeoisie en de kerk speculeerden op het fascisme van Mussolini. Vandaag de dag hebben grote kapitaalsgroepen er geen belang meer bij om zich te associëren met de partijen van Le Pen, Van Grieken, Salvini,… en hen een belangrijke doorbraak te zien maken waarbij ze een fundamenteel verschillend maatschappelijk bestel kunnen vestigen. Machtsdeelname komt er nadat ze voldoende gesatureerd zijn van liberale standpunten, visies en medewerkers. Op dezelfde manier wedt het grootkapitaal, met inbegrip van de EU- en NAVO-elite, op de sociaaldemocratische partijen die de laatste restanten van hun gematigde klassenstrijd-visie overboord gooiden ten gunste van progressieve identiteitspolitiek. Neofascistische aanhang maakt zichzelf onschadelijk in marginaliteit of in pseudo-revolutionaire criminele of terroristische activiteit (bijvoorbeeld genre “lone wolves”) die het regime de voldoening schenkt van een alibi om de eigen uitbouw van een fascistisch getint bestel in de vorm van een kapitalistische veiligheidsstaat nog op te drijven. We verwijzen hierbij naar verstrenging van wapenwetten, monitoring van mensen hun contacten en bewegingen,… Antifascisme moet, als het nog enige zinvolle betekenis wil hebben, absoluut deel uitmaken van de confrontatie die de werkende klasse aangaat tegen alle vormen van overheersing van de macht van de liberale elite en in het bijzonder tegen de macht die hier en vandaag van kracht is: de liberale particratie en de door middel van fascistische praktijken uitbreidende kapitalistische veiligheidsstaat. Kortom, het is onlosmakelijk deel van een hedendaags antikapitalisme en kan zich dus niet voor de kar van de systeembevestigende liberale identiteitspolitiek laten spannen. De strategische prioriteit van de strijd wordt natuurlijk gegeven aan de manier waarop de macht van de heersende elite historisch is uitgeoefend, de vraag naar de alternatieven die voor de bourgeoisie toegankelijk zijn in geval van ontwikkeling van het revolutionaire proces waardoor de vreedzame vormen van overheersing achterhaald zijn. De veiligheidsstaat die binnen de liberaal-“democratie” steeds meer vorm krijgt, toont aan dat dictatoriale alternatieven complementair ontstaan aan de liberaal-“democratie”. Liberale democratie en dictatuur worden alleen door burgerlijke ideologen abstract gescheiden en van elkaar uitgesloten. Binnen het algemene kader van de kapitalistische samenleving vormen ze twee complementaire producten van het systeem, die om beurten reageren op gegeven conjunctuurbeelden, om de continuïteit ervan te garanderen. En zelfs wanneer de burgerlijke macht op een toenemend dictatoriale manier zal worden uitgeoefend en de strijd tegen deze vorm van overheersing de strijd tegen democratische/parlementaire vormen zal hebben opgevolgd (zie de extreemrechtse protesten voor “vrije meningsuiting”), zullen extreemrechtse partijen zoals Vlaams Belang, RN,.. nog steeds niet de strategische voorrang aan revolutionair getint verzet geven. Bijvoorbeeld ten aanzien van de Gele Hesjes bleven ze oorverdovend stil, ondanks de sympathieën bij vele van hun basismilitanten. De heersende liberale elite zal zich echter niet verlaten op anachronistische bewegingen of partijen om haar openlijke dictatuur te waarborgen: zij zal voortkomen uit de huidige instellingen, de EU en de NAVO, uit de parlementen die volledige bevoegdheden afstaan aan de uitvoerende macht, enz. Een open dictatuur zal niet het werk zijn van nieuwe bruin- of zwarthemden, maar van neoliberale technocraten, politici, ideologen en strategen die momenteel de pijlers zijn van “democratische” instellingen die nationale soevereiniteit afbouwen en dus ook de mogelijkheid tot echte democratie uithollen. Kortom, de antifascistische dimensie van onze strijd moet nauwkeurig en genuanceerd worden gedefinieerd. Ons doel is, met gelijkgezinden, de vestiging van een nieuw socialisme in gans Europa, een Europa van vrije volkeren in een Eurosiberische eenheid en met het oog daarop verzetten wij ons tegen alle vormen van burgerlijke macht. Wie het systeem echt wil bestrijden, moet eerst en vooral nagaan wie het voor het zeggen heeft. Dat zijn niet de migranten of de gewone werkenden. Het zijn de superrijken en kapitaalsgroepen die zelfs op basis van een pandemie nog rijker worden. Die kleine elite kan rekenen op politieke marionetten in alle traditionele partijen. Natuurlijk zijn wij tegen degenen die vandaag de dag actief de macht uitoefenen. Aangezien extreemrechtse partijen nu hoogstens een tweede viool kunnen spelen voor de avonturen van de heersende klasse, verdienen ze slechts ondergeschikte aandacht. Als dit inzicht ons ontgaat, zal de antifascistische strijd onvermijdelijk verder worden gekaapt en gerecupereerd door de burgerlijke liberaaldemocratie met als resultaat een objectief vasthouden aan de sociale en politieke status quo die fundamenteel vreemd is aan de belangen van de meerderheid van de bevolking. Een dergelijk kleinburgerlijk "antifascisme" wordt terecht afgewezen door de werkende klasse en zal niet bijdragen aan het ten val brengen van het heersende regime, integendeel. Het is daarom onze historische verantwoordelijkheid op te komen tegen de opschorting en ontmanteling van de grondrechten en tegen het nieuwe dreigende fascisme van de 21e eeuw: de uitbouw van de kapitalistische veiligheidsstaat.
Fascisme in de 21ste eeuw: de kapitalistische veiligheidsstaat Read the full article
#AFA#AfD#Antifa#antikapitalisme#ErnstNiekisch#ErnstThälmann#extreemrechts#fascisme#identiteitspolitiek#kapitalisme#LePen#LGBTQ#Oktoberrevolutie#Orban#privatisering#RassemblementNational#veiligheidsstaat#VlaamsBelang
0 notes
Text
Presidentsverkiezingen maken Syrische soevereiniteit en westerse irrelevantie duidelijk
De Syrische president Bashar Al Assad kan na een ruime verkiezingsoverwinning (95% van de stemmen met een opkomst van ruim 78% van de stemgerechtigden) aan een vierde ambtstermijn beginnen. Na de bekendmaking van de uitslagen brak in zowat alle steden een volksfeest los, ook in de steden Aleppo en Homs waar de bevolking het democratisch gehalte van de gewapende “oppositie” (lees: terreurgroepen) vooral leerde kennen aan de hand van kogels en bommen. De Syrische bevolking viert feest, over de etnische en religieuze breuklijnen heen, in de eerste plaats omdat het Westen heeft gefaald in zijn project om president Assad en het socialistische Ba’athbestuur van de macht te verdrijven. We kunnen tevreden zijn, Syrië blijft net als Rusland en enkele andere staten een bolwerk van rebellie tegen het Westen en haar kapitalistische globaliseringsdrang. De Westerse leiders en hun horige regimemedia hebben de Syrische presidentsverkiezingen opnieuw verdacht gemaakt en bespot, maar dat kan de bevolking niets schelen. Ze hebben het te druk met het vieren van de verkiezingsuitslag en de nederlaag van het terrorisme in hun land. In een toespraak tot de Syrische media in Douma, zei president Assad over de bespotting van de verkiezingen door het Westen: "Het beste antwoord op kolonialistische landen met een geschiedenis van genocide en bezettingen was de massale opkomst van het volk om te gaan stemmen." We beweren geenszins dat president Assad en zijn bestuursapparaat een foutloos parcours rijden, maar toch is ook in ons land objectiviteit in de berichtgeving over Syrië ver te zoeken, vergelijkbaar met nieuws over Rusland. Er zijn gelukkig ook journalistieke lichtbakens in de duisternis, met betrekking tot Syrië zouden we met Zannekinbond aanraden om het werk van de journalistes Vanessa Beeley ( https://thewallwillfall.org/ ) en Eva Bartlett ( https://ingaza.wordpress.com/ ) te volgen op hun blogs en op sociale media.
We besluiten met een artikel van Vanessa Beeley over deze Syrische verkiezingen. De kritiek die zij daarin uit op vooral Britse media zijn grotendeels ook van toepassing op de andere West-Europese regimemedia, ook in Vlaanderen. https://www.youtube.com/watch?v=I_n7bmIEUZ8 ---------------------------------------------------------------- Presidentsverkiezingen maken Syrische soevereiniteit en westerse irrelevantie duidelijk Stemming kan nieuwe dageraad inluiden in Midden-Oosten Vanessa Beeley Op 27 mei 2021 veranderde Syrië van geschiedenis. President Bashar Al Assad werd herkozen met een overweldigende meerderheid die zelfs zijn populariteit bij de verkiezingen van 2014 overtrof. Het ging erom dat de Syriërs een boodschap aan het Westen stuurden. Een boodschap die tien jaar van extern georkestreerde oorlog, economisch barbarisme van de VS, het VK en de EU en een nooit eerder geziene koloniale mediaoorlog vanuit de hoogste echelons van de BBC, CNN, The Guardian, Channel 4 enz. trotseerde, maar er niet in slaagde om de steun van het Syrische volk voor hun president te onderdrukken of te ontkennen. Deze verkiezingen gingen nooit alleen over de herverkiezing van president Assad. Deze verkiezingen gingen over Syrië en het Syrische volk. Een soevereine natie die weerstand heeft geboden aan een van de zwaarste hybride oorlogen die onze tijd ooit heeft gekend. Letterlijk elk wapen in de oorlogshandboeken van de globalisten is naar dit veerkrachtige volk gegooid. Ik heb hun uitputting, hun armoede en hun ellende nu al vele jaren uit de eerste hand gezien, maar gisteravond werd alles opzij gegooid in hun uitdagende vastberadenheid om het Westen te laten zien dat ze ongeslagen zijn door deze sadistische tactieken. Het Syrische volk kwam samen, van alle stammen, van alle rangen en standen, en zij feestten, zij dansten op de overblijfselen van de westerse geloofwaardigheid en zij verklaarden het Westen irrelevant. Laten we niet vergeten dat oorlogshavik Hillary Clinton in 2012 de wereld vertelde dat "de dagen van Assad geteld zijn". Clinton pleitte in 2015 ook voor een No Fly Zone in Syrië, terwijl ze toegaf dat dergelijke maatregelen tot meer bloedvergieten zouden leiden en "een heleboel Syriërs zouden doden". De mantra "Assad moet weg" wordt nu door het Syrische volk met voeten getreden. Wereldleiders die deelnamen aan de smerige oorlog tegen Syrië zijn ter ziele gegaan, terwijl Assad blijft, misschien wel populairder dan ooit tevoren. Een voormalig integer Guardian journalist, Jonathan Steele, schreef in 2012: “De meeste Syriërs steunen president Assad, maar dat zou je niet zeggen van de Westerse media”. Charlie Skelton, een andere Guardian journalist die vasthield aan de journalistieke principes die sindsdien zijn geofferd op het altaar van de verhalen over regimeverandering, schreef in 2012 : “Zij verkopen het idee van militaire interventie en regime change, en het mainstream nieuws is hongerig om te kopen. Veel van de "activisten" en woordvoerders die de Syrische oppositie vertegenwoordigen zijn nauw (en in veel gevallen financieel) verbonden met de VS en Londen - precies de mensen die de interventie zouden uitvoeren. Dat betekent dat informatie en statistieken van deze bronnen niet noodzakelijkerwijs puur nieuws zijn - het is een verkooppraatje, een PR-campagne. Maar het is nooit te laat om vragen te stellen, om bronnen onder de loep te nemen. Vragen stellen maakt je geen cheerleader voor Assad - dat is een vals argument. Het maakt je alleen minder vatbaar voor de spinsels. Het goede nieuws is dat er elke minuut een scepticus wordt geboren.” In 2016 gaf de veelgeprezen journalist John Rosenthal een vernietigend beeld van de universele censuur die wordt toegepast op elke tegenspraak van de overkoepelende "regime change"-verhalen. "De wereld heeft met vuur gespeeld in Syrië" vertelde hij aan Brics Post en hij zei ook: “Zodra Washington en zijn Europese bondgenoten de voorwaarden van het politiek "correcte" verhaal van de Syrische crisis hadden vastgesteld, werden feiten die niet met dat verhaal strookten ongewenst en iedereen die probeerde ze te melden werd onvermijdelijk aangevallen als "pro-Assad"." Rosenthal beschrijft de "verstikking van het debat en de homogenisering van de media met betrekking tot hete hangijzers van het buitenlands beleid" die onder Obama's regering op de voorgrond traden, als ongekend met betrekking tot Syrië in vergelijking met Irak of Libië waar de journalistieke integriteit minder onder vuur kwam te liggen. Rosenthal legt het zo uit: “Ik veronderstel dat het is omdat het Syrische "draaiboek", om zo te zeggen, zo sterk leek op het Libische, dat de schroeven nog strakker moesten worden aangedraaid." DE DRAAI VAN DE MEDIA De "Midden-Oosten correspondent" van de Guardian, Bethan McKernan, spint het onvermijdelijke resultaat voorspelbaar op als "burgeroorlog, razende armoede, maar Assad wint gegarandeerd de nepverkiezingen in Syrië". Natuurlijk, McKernan is niet in Syrië. Slechts weinigen van het globalistische mediakartel hebben tijdens de tien jaar durende aanval op het Syrische volk een voet in Syrië gezet - tenzij ze illegaal de gebieden zijn binnengegaan die door de gewapende groepen worden gecontroleerd en door het Nusra Front of gelieerde partijen worden begeleid bij het produceren van hun desinformatie spervuur dat is ontworpen om instemming te kweken voor nog een eindeloos moeras van misdadig onnodige oorlog. McKernans verbittering weerspiegelt de stemming in het kamp van de globalisten: “Zeven jaar later, nadat de Russische en Iraanse bondgenoten van het regime tussenbeide kwamen en het tij van de oorlog keerden, is het grootste deel van Syrië weer in de greep van Assad. Woensdag gaan zijn burgers weer naar het stemhokje voor een schijndemocratische vertoning, bedoeld om de president zowel in eigen land als daarbuiten een vernisje van legitimiteit te geven." Syrië en haar bondgenoten hebben de beweging voor regimeverandering op alle fronten teruggeslagen en woensdag demonstreert het Syrische volk de zelfbeschikking die het Westen met geweld van hen wil stelen. De "schijndemocratie" bevindt zich in het Westen, waar dezelfde gecorrumpeerde media een campagne leidden om Labour-leider Jeremy Corbyn, misschien de laatste hoop op een anti-oorlogspartij in een land dat wordt overspoeld door laffe aanvalshonden van Blair en conservatief neokolonialisme, zwart te maken en in diskrediet te brengen. We hebben geen echt tweepartijenstelsel in het Verenigd Koninkrijk, we hebben een onuitgesproken coalitie van door zionisten geïnspireerde tapijtvullers die van plan zijn een obscene hybride oorlog tegen hun eigen volk te voeren, terwijl ze wereldwijde hulpbronnen plunderen van naties die verzwakt zijn door hun militaire avonturisme en economische wreedheid. Kijk dichter bij huis, mevrouw McKernan, en bewijs uw eigen volk een dienst door echte journalistiek te bedrijven, in plaats van u aan te sluiten bij de massa's desinformanten die het Syrische volk de facto hebben gedood met hun verdraaiing van de feiten ter plaatse gedurende tien bloedige jaren. Als McKernan tijd in Syrië had doorgebracht, zou ze weten dat de mensen op straat vrijuit kritiek leveren op regeringsmaatregelen zonder dat daar vergelding tegenover staat, zoals ze in haar imperialistisch-narratief-protectionistische artikel beweert. Ik heb regelmatig interviews gepubliceerd waarin Syriërs klagen over elektriciteit, water, brood, inflatie, de stijgende kosten van voedsel - maar steevast eindigen die interviews met "God zegene de president". Veel Syriërs zullen me vertellen dat hun leven ondraaglijk moeilijk is, maar dat de president een rode lijn is die ze niet overschrijden, hoe moeilijk hun situatie ook is. Hun vertrouwen in het vermogen van de president om hun dagelijkse problemen op te lossen is nog steeds intact en elke Syriër zal u vertellen dat het de Amerikaanse alliantie is die verantwoordelijk is voor hun ontberingen en armoede en dat de sancties de Syrische wederopbouw en de terugkeer naar de stabiliteit en veiligheid van voor 2011 in de weg staan. Natuurlijk benadrukt McKernan niet de onrechtvaardigheid van de sancties of de rol van het VK en de VS in de "burgeroorlog" en "razende armoede" - ze volgt de lijn van de gevestigde orde en verkoopt het verhaal dat de ellende die ze ogenschijnlijk veroordeelt mogelijk maakt. Dit is geen journalistiek, dit is een criminele bevestiging van vooringenomenheid. McKernan heeft het over gebieden in Syrië waar de greep van de Syrische regering "minder sterk is", maar wat ze de lezers van The Guardian niet uitlegt is dat gebieden in het noordwesten en noordoosten nog steeds bezet worden door bondgenoten van de VS en het VK, waaronder Al Qaeda, ISIS en de Syrische Democratische Strijdkrachten of de Koerdische contra's van de YPG. De Koerdische strijdkrachten worden gedomineerd door de PKK, die vroeger door de VS als terroristische organisatie werd bestempeld voordat ze werden omgevormd tot "nuttige" bondgenoot toen Obama's minister van Buitenlandse Zaken, John Kerry, het plan B voor de opdeling van Syrië lanceerde. Journalisten als McKernan en The Guardian hebben het Britse publiek misleid tijdens de hele duur van de oorlog tegen Syrië, een oorlog waarin hun eigen regime uitvoerig heeft geïnvesteerd. Westerse media moeten net zo irrelevant worden gemaakt als het expansionistische en suprematie buitenlandse beleid van hun staat. Een neokolonialistische oorlog onder leiding van het VK en de VS zou nooit van de grond zijn gekomen als de media er niet waren geweest om de publieke opinie te beïnvloeden ten gunste van de zoveelste faux-"humanitaire" interventie, die gedoemd is om doelwitlanden te verwoesten en soevereine landen te reduceren tot mislukte staten. DE EEUWIGDURENDE OORLOGSMACHINE IS TOT STAAN GEBRACHT De superieure door de VS-alliantie geleverde militaire uitrusting van de aan ISIS en Al Qaeda gelinkte gewapende groepen, de enorme middelen van de imperialistische mediamachine, de inzet van VN-agentschappen om de Syrische regering verder te criminaliseren, de politieke en diplomatieke dwangmaatregelen, de economische blokkade, het platbranden van oogsten, de criminele diefstal en bezetting van hulpbronnen, de pogingen om Syrië te isoleren en de Syrische president te demoniseren - al deze maatregelen hebben gefaald en de taferelen in de straten van elke stad in heel Syrië zijn het bewijs van deze mislukking. De mensen in het Westen moeten zich afvragen waarom hun globalistische regimes over eindeloze middelen en miljardenbudgetten beschikken om oorlog te voeren tegen een land dat geen bedreiging vormt voor de "nationale veiligheid" of om een "oorlog tegen terreur" te voeren wanneer het terreurmerk dat zij als de nieuwe boeman aanwijzen de facto hun proxy ter plaatse is, die de bevolking van het doelwit, in dit geval Syrië, etnisch zuivert. De VS-alliantie vocht deze oorlog om zogenaamd "ISIS in te dammen", om te voorkomen dat Iran zijn invloed in de regio zou uitbreiden en zo de "veiligheid" van Israël te beschermen, om de banden tussen Syrië en Rusland te verzwakken (een bijzondere wrok van de Britten), om China's Zijderoute-initiatief te doen ontsporen, dat Syrië in zijn middelpunt had, om Hezbollah en het verzet tegen de zionistische kolonistenbezetting en het terrorisme in het hele Midden-Oosten te vernietigen en om het Syrische volk een middeleeuws islamitisch regime op te leggen dat de belangen van de VS en het VK zou dienen en tegelijkertijd een progressieve natie zou terugvoeren in de donkere eeuwen van religieuze intolerantie en sektarisme. Elk onderdeel van hun destructieve beleid is mislukt en ISIS breidt zich uit onder de bescherming van de Amerikaanse bezettingstroepen, waardoor duidelijk wordt dat er geen enkele noodzaak is voor hun militaire aanwezigheid in Syrië en Irak. Iran breidt zijn invloed uit omdat het de militaire organisaties die het door de VS gecreëerde terrorisme onder de naam ISIS bestrijden, bewapent en helpt. De banden van Rusland met Syrië zijn sterker dan ooit tevoren en Syrië herbergt een Russische militaire buitenpost in ontwikkeling die de hegemonie van de VS in de regio uitdaagt. China bouwt aan sterke handelsbetrekkingen met Syrië en zijn buurlanden, waardoor de VS geen naoorlogse wederopbouwcontracten meer zullen krijgen en de VS-coalitie haar gebruikelijke uitbuiting van de oorlogen die zij is begonnen in landen die zij heeft vernietigd, wordt onthouden. Hezbollah is sterker en meer militair voorbereid dan ooit tevoren in de geschiedenis. Het Palestijnse verzet is verenigd en wordt versterkt door Iraanse en Syrische militaire uitrusting en steun. De zionistische entiteit verliest burgers en geloofwaardigheid nadat de façade van haar "supermacht" werd vernietigd door het verzet in Gaza en de bezette gebieden. Het Midden-Oosten project van de VS coalitie valt uiteen en Syrië herrijst uit de as van deze implosie met zijn soevereiniteit als een baken voor de toekomst en voor de mensen die weigerden verdeeld te worden tot het punt van geen terugkeer. Dit is slechts het begin van het einde van het Imperialisme in het Midden-Oosten. Wij beleven historische tijden en Syrië wijst de weg. DE EENWORDING VAN HET SYRISCHE VOLK ACHTER HUN SECULIERE REGERING IS HET KEERPUNT In de aanloop naar de verkiezingen bezocht ik gebieden die voorheen onder controle stonden van de door het Westen gesponsorde gewapende groepen, in veel gevallen geleid door aan Al Qaeda gelieerde Syriërs. In deze gebieden zag ik dezelfde uitbarsting van steun voor de president als ik zag in wat door de koloniale media altijd wordt omschreven als "loyalistische enclaves". De Amnestie- en Verzoeningscampagnes van de Syrische regering zijn grotendeels succesvol geweest in de regio's die ik ten noorden van Damascus-stad heb bezocht. De reïntegratie van Syriërs die werden overgehaald om de wapens op te nemen tegen hun buren is een controversiële zet geweest van een belegerde regering, maar het is gelukt. We moeten ons afvragen of een westers regime een dergelijk beleid zou voeren als de eigen bevolking zich gewelddadig tegen hen zou keren, met zware wapens die door vijandige staten worden geleverd. EU-regeringen deden hun uiterste best om Syriërs in de diaspora te verhinderen te stemmen bij de verkiezingen. Duitsland verbood het stemmen op de Syrische ambassade in een poging om het tij van steun voor president Assad te keren. Syriërs kwamen bijeen om te protesteren tegen deze schending van hun democratische rechten - waarmee de eisen van het Westen om hun verwrongen versie van "democratie" aan Syrië op te leggen, tot een farce werden. Bashar Al Assad en zijn vrouw, Asma, stemden in Douma, de stad in het centrum van de "chemische wapens"-controverse, in april 2018, die de corruptie heeft blootgelegd bij de zwaar door de VS en het VK beïnvloede Organisatie voor het Verbod op Chemische Wapens (OPCW), die in haar eindrapport effectief loog. Cruciaal bewijsmateriaal van voormalige hooggeplaatste inspecteurs die ontkenden dat er een chemische aanval had plaatsgevonden werd weggelaten, in een poging om met terugwerkende kracht oorlogsmisdaden van de VS/UK/FR te rechtvaardigen – namelijk het bombarderen van Damascus en het omliggende platteland, voordat de OPCW-inspecteurs zelfs maar met hun onderzoek waren begonnen. De boodschap was duidelijk - de mening en de vervalste veroordeling van het Westen heeft geen invloed op Syrische levens. Gebieden in het noordoosten van Syrië betuigden eveneens hun steun aan president Assad, ondanks de beperkingen die hen werden opgelegd door de Amerikaanse bezettingstroepen en hun Koerdische tegenhangers. De Syrische steun voor hun land en hun soevereiniteit was onbedwingbaar. HET IRRELEVANTE WESTEN ACHTERGELATEN DOOR EEN OPKOMEND VERZETSBLOK In een interview met Afshin Rattansi van RT Going Underground, benadrukte de politieke en media-adviseur van het presidentschap, Dr Bouthain Shaaban, de irrelevantie van de zelfbenoemde "internationale gemeenschap" of, met andere woorden, het imperialistische blok dat gedomineerd wordt door de VS en het VK. Dr. Shaaban legde uit dat het door het Westen gesponsorde terrorisme en de zionistische agressie de Syriërs er niet van zullen weerhouden hun grondwettelijke rechten uit te oefenen. De landen die waren uitgenodigd om de verkiezingen waar te nemen, behoorden tot het niet-gebonden blok, met uitsluiting van al die landen die hebben bijgedragen aan de verwoesting in Syrië. Dit is nog een boodschap voor de westerse politieke elite - hun macht neemt af en daarmee ook hun invloed in de wereld. Diplomatie is dood in het Westen. Ambassadeurs zijn gereduceerd tot niets meer dan praatkoppen voor de macht, er zijn geen checks and balances meer van hoge diplomaten die ooit de scepter zwaaiden over hun regeringsbeleid. Vandaag de dag zien we juveniele reacties van gravitas-deficiënte vertegenwoordigers van Britse en Amerikaanse bi-partijdige oorlogspartijen. Read the full article
#geopolitiek#AlQaeda#Ba'ath#China#EvaBartlett#globalisering#HillaryClinton#imperialisme#ISIS#neokolonialisme#presidentAssad#regimemedia#schijndemocratie#syrië#VanessaBeeley#verkiezingen#volksmassa#Westersliberalisme#zionisme
0 notes
Text
45 jaar FLNC en de Corsicaanse ontgoocheling in partijpolitiek
In een persbericht dat het Corsicaanse radiostation Alta Frequenza heeft ontvangen, doen zeven historische nationalistische Corsicaanse activisten in een open brief een oproep aan de verkozen nationalistische politieke leiders. Sinds ongeveer 2015 werd binnen de brede Corsicaanse bevrijdingsbeweging meer de nadruk gelegd op parlementaire, legale nationalistische strijd en de afbouw (stopzetting) van de clandestiene, buitenparlementaire acties die jarenlang door het FLNC (Fronte di liberazione naziunale corsu / Front de libération nationale corse) werden ondernomen. Aan de vooravond van de 45ste verjaardag van het FLNC, vandaag op 5 mei, werd dit persbericht verstuurd als signaal gericht aan de partijpolitiek dat de bevolking en de militante voorhoede ontgoocheld is geraakt in wat -vooral niet- werd verwezenlijkt in de voorbije jaren. Niet verwonderlijk leidde deze ontgoocheling ook -los van deze open brief- tot de oprichting van een nieuw FLNC, op deze 45ste verjaardag. Chjama à i Capizzoni pulitichi naziunalisti eletti Een oproep aan de verkozen nationalistische politieke leiders Noch onvoorwaardelijke steun, noch waarborg, noch blanco cheque Sinds de jaren 70 hebben wij, samen met anderen, deelgenomen aan alle strijden, aan alle gevechten, op alle terreinen om het Corsicaanse volk te verdedigen en de erkenning op te eisen van zijn collectieve rechten op zijn land en zijn recht om zijn lot in eigen handen te nemen. Gedurende bijna vijftig jaar, geworteld in en gedragen door onze grondbeginselen, onze enige overtuigingen en ons geloof, - en niet door enig streven naar mandaten, ambten of onderscheidingen -, hebben wij gewerkt voor de rechtvaardige zaak van het Corsicaanse volk. Wij hebben de repressie gekend, de barbouzes, de pesterijen van justitie en politie, de gevangenis, (bijna 3000 jaar gecumuleerd...), het maquis, het huisarrest, de ballingen, de provocaties, de druk, de bedreigingen van allerlei aard... Wij hebben velen van ons volk op tragische wijze zien verdwijnen, van alle kanten. Wij hebben geleden in ons vlees en in onze ziel, gezien de aanvallen en de agressie waarvan Corsica en de Corsicanen het slachtoffer zijn geworden... Onze families, onze vaders, onze moeders, onze kinderen, onze vrienden hebben geleden onder de gevolgen van onze inzet. Veel van onze mensen hebben hun leven verloren, alles opgeofferd, zichzelf opgeofferd, hun baan opgegeven of verloren... Wij zijn verdwaald op verloren paden, slachtoffers van onze vergissingen, van onze fouten, van onze problemen. Anderen zitten helaas nog steeds in de gevangenis, anderen worden nog steeds gezocht... en een twintigtal anderen zijn veroordeeld tot civiele procedures voor bedragen variërend van een miljoen euro tot meer dan een miljoen zevenhonderdduizend euro, en hun huizen zijn onder een beschermende hypotheek geplaatst... We hebben moeilijke tijden meegemaakt, twijfel, ontmoediging, vermoeidheid, ontgoocheling... moeilijke perioden van confrontatie, spanning en drama... Maar we hebben nooit de hoop verloren, en hebben nooit een moment onze toevlucht gezocht in verlatenheid en ontkenning, omdat onze inzet altijd is ingegeven door plichtsbesef, de verdediging van het algemeen belang, het openbaar goed en de noodzaak dit volk te redden om het de middelen te geven om in zijn rechten te worden erkend, zich te emanciperen en zich thuis te ontplooien in de vrijheid en de waardigheid van allen. "Tamanta strada", credo dat door sommige verkozenen van de CdC ( Cullettività di Corsica / Corsicaans regionaal bestuur) keer op keer wordt herhaald, wij, wij hebben deze weg gemaakt, wij waren op deze weg met uw vaders en uw ooms, met uw verwanten, dichtbij of veraf, wat voor zeer weinigen van u het geval is. Wij hebben met vreugde en opgetogenheid geapplaudisseerd voor uw overwinning, onze overwinning in 2015, en vervolgens in 2017. De emotie overviel ons en we lieten ons meeslepen door de hoop eindelijk, na zoveel jaren, het begin te zien van de verwezenlijking van onze dromen, onze gemeenschappelijke droom voor ons allen... Wij steunden u, steunden u zo goed als wij konden, ons bewust van de onmetelijkheid van uw taak en de moeilijkheden die u te wachten stonden met de valkuilen en hindernissen die de Staat en de revanchisten van alle kanten onder uw stappen vermenigvuldigden om u te beletten vooruit te komen, vooral met het verdwijnen van hun machtsgebieden die met de Algemene Raden verbonden waren. De macht die wij u bij het volk hebben gegeven door u aan het hoofd te plaatsen van de huidige instellingen van het eiland, was een opdracht die u moest vervullen ten dienste van de bescherming van Corsica en zijn bevolking, en betekende geenszins het einde van de weg en van de strijd voor emancipatie. Met bijna 57% van de stemmen had u een onbetwistbare politieke kracht tegenover de Staat en de oppositie tegen onze ideeën om een dialoog op te leggen en echte onderhandelingen over de noodzakelijke evoluties op alle domeinen naar een echte politieke autonomie, - begiftigd met een specifieke wetgevende macht, overgedragen aan ons eiland -, die wij allen samen moeten doorworstelen, om uiteindelijk, zonder onderwerping, hulp en cliëntelisme, een begin te maken met de opbouw van een economisch leefbaar Corsica, gericht op de toekomst, moderniteit en sociale vooruitgang voor allen tijdens uw komende mandaat... En toen ging de tijd voorbij en naarmate de maanden en jaren verstreken, voelden wij niets komen of gaan, wij zagen niets of niet veel veranderen, en wij begonnen ons af te vragen of wij niet allen misleid en in slaap gesust waren. Wij begonnen toen te twijfelen aan de successen en resultaten waarop u prat ging, aan uw daden en verbintenissen, en aan de redenen van uw mislukkingen, die u altijd toeschreef aan het overheidsbeleid, zonder er ook maar een moment aan te denken om uw beleid en praktijken in twijfel te trekken. Wij hadden u niet alleen gekozen voor "een beter beheer", maar voor evoluties en diepgaande veranderingen, om elke dag, in al uw besluiten en uw standpunten, - van de meest onbeduidende tot de meest belangrijke -, met kracht, vastberadenheid en overtuiging de continuïteit en de permanente herbevestiging van de essentiële as en de filosofie van uw rol als verkozen vertegenwoordigers van het Corsicaanse volk te dragen en tot uitdrukking te brengen: de prioritaire verdediging van de Corsicanen in alles en de erkenning van onze individuele en collectieve rechten, van ons recht om ons lot in eigen handen te nemen. En dan verbijsterd, naarmate de tijd verstreek, gingen we van teleurstelling naar teleurstelling, van ontgoocheling naar ontgoocheling toen we zagen en zien wat er geworden is van ons Corsica, al zo slecht behandeld voor, sinds 2015... De gevaren die Corsica en de Corsicanen lopen en de aanvallen die wij vóór 2015 aan de kaak hebben gesteld en hebben bestreden, zijn niet alleen niet afgewend, maar zelfs versterkt en onze vijanden, onze tegenstanders van oudsher, de tegenstanders van onze ideeën, met wie u onschuldig meende te kunnen onderhandelen, hebben geleidelijk aan hun kracht herwonnen, verzekerd als zij zijn van de steun van de Franse autoriteiten en administratie op het eiland. De krachten van het geld, die worden aangevoerd door allerhande zakenlieden, ook plaatselijke, en maffiabelangen, hebben sindsdien hun vernietiging van ons Corsica en van onze ziel voortgezet en versterkt, alsof er gedurende tientallen jaren niets was gebeurd op dit eiland, alsof het volk u niet had verkozen om u tegen hen te verzetten. En vandaag vertegenwoordigt u zichzelf in een verspreide orde bij de verkiezingen, uw verbond is niet langer dat van 2015 en 2017! Is dit het zoveelste bewijs dat uw partijdige belangen voorrang hebben boven de collectieve en hogere belangen van Corsica? Wat hebt u gedaan met de Ghjuramentu van 2015, toen u, vernieuwd met de historische paolist "Cunsulte", een eed zwoer om "het collectieve belang van het Corsicaanse volk te dienen"? ("Giustificazione", 1758). Wij zeggen het duidelijk, niet alleen zullen wij niet, of niet meer, uw onvoorwaardelijke medestanders zijn, maar wij willen u ook niet, of niet meer, als borg dienen tegenover de geschiedenis, wanneer u zich beroept op uw continuïteit van nationalisme van de laatste decennia. En we zullen u niet automatisch een blanco cheque geven voor deze verkiezingen. Gilles Simeoni, Jean-Christophe Angelini, We weten dat jullie in de tweede ronde samen een meerderheid zullen vormen. Wij weten ook dat de terugkeer van de revanchisten en de reactie op de verantwoordelijkheden in de CdC zeker een terugkeer naar het verleden zou betekenen, hetgeen wij geenszins wensen. Maar voor dat alles, willen we je dit vertellen: Het beleid dat u sinds 2015 voert, is niet het onze en uw staat van dienst, die uiteraard alleen maar beter kan zijn in vergelijking met de meer dan schadelijke en negatieve staat van dienst van uw voorgangers, is voor ons niet voldoende. Wij ondervragen u en ondervragen u publiekelijk: - Hoe zit het met de dossiers met betrekking tot afvalstromen, tot transport? - Hoe zit het met een economisch beleid dat voortvloeit uit een samenlevingsproject waarin de verdediging van onze identiteit, onze cultuur, onze taal, onze tradities, voor meer sociale rechtvaardigheid en gelijkheid de as, de centrale spil zou vormen, ter ondersteuning van welk project dan ook, met name tegenover de minorisering van de Corsicanen op hun eigen grondgebied? - Hoe zit het met het alternatief van alleen maar toerisme en alleen maar liberalisme, waarbij de Corsicanen alleen maar de kruimels opstrijken en lijden onder de overlast en de ongemakken? - Hoe zit het met onroerend goed en grondspeculatie, waardoor het eiland beperkt blijft tot een eenvoudig woongebied? De torenhoge prijzen per vierkante meter, meer dan 200.000 euro voor 1.000 vierkante meter, maken het onze kinderen en de meerderheid van de Corsicanen onmogelijk grond te kopen om hun huizen te bouwen. - Hoe staat het met het lot van de heiligdommen in Scandula, Bonifaziu, Porti Vechju, een Balagna en andere? - Hoe zit het met de afhankelijkheid van importen, versterkt door de grootschalige distributie en het Corso-Breton Consortium, ten nadele van de eigen sectoren (hout, steen, water, energie... onder andere) en van de lokale producties? - Hoe staat het met de verdediging van het binnenland en het platteland, - en in het bijzonder de kleinschalige landbouw die onze rijkdom heeft voortgebracht en de start van korte keten-circuits die dat vandaag de dag nog kunnen doen -, tegenover de uitbreiding van de verstedelijking en de kustgebieden die bestemd zijn voor toerisme en speculatie? - Hoe zit het met de verdediging, bescherming en ontwikkeling van ons natuurlijk erfgoed, ons milieu, onze bossen, onze stranden en onze kusten? - Hoe zit het met de opeenstapeling van functies en mandaten, een praktijk die erger is geworden dan bij de oude clans die verdwenen zijn, hoe zit het met de koopkracht, de kosten van levensonderhoud, huisvesting en werkgelegenheid voor de Corsicanen? - Hoe zit het met een regelmatig overleg met de verenigingswereld, de vakbonden en de sociaal-professionals, buiten de politieke en institutionele wereld? 40 jaar van strijd, gevechten, netwerken op het terrein met de verenigingen, de Collectieven, de vakbonden, de territoriale comités... en dan niets, "sbandati!" - Hoe zit het met het veroordelen en aan de kaak stellen van de mate van delinquentie in al haar vormen binnen onze samenleving? - Hoe zit het met de transparantie en de controle van overheidssubsidies en -steun op alle gebieden, u die sprak van een "kristallen huis"? Wat gaat u, wat gaan wij - afgezien van de vooruitgang, de moderniteit en bepaalde noodzakelijke evoluties die niet specifiek zijn voor ons eiland - als erfenis nalaten aan de toekomstige generaties? Wat ons betreft, wij bevestigen opnieuw dat de Corsicaanse natie bestaat en erkend is door de mogendheden van het Middellandse Zeegebied, - lang voordat de Franse natie werd gevormd door wapens en overheersing - en dat haar streven naar emancipatie haar legitieme recht is... Daarom vragen wij u om een openbaar antwoord op onze vragen en bezorgdheden... om het volk en ons in te lichten over uw bedoelingen, uw stappenplan, uw voorstellen en uw ambities. Aan de hand van uw antwoorden zullen wij dan zien wat onze positie zal zijn met betrekking tot de volgende territoriale termijn. Pà una Corsica corsa Avvia u populu corsu Avvia a nazioni ! NB : Wij verzoeken de vrouwen en mannen van Corsica die deze interpellatie onderschrijven en willen steunen, haar te ondertekenen, haar bekend te maken, haar te delen en er rekening mee te houden naar gelang van hun mogelijkheden en hun middelen van informatie. Jo Peraldi: politiek gevangene Ghjuvan' Battista Rotilj Forcioli : Aleria 75, politiek gevangene Pierrot Susini : gewond in Aleria '75 Jean-Pierre Susini : Aleria '75, gezocht Nanou Battestini : gezocht, politiek gevangene Louis Sarocchi : Aleria '75, politiek gevangene Pierre Poggioli : Aleria '75, gezocht, voormalig verkozene ____________________________________ Oprichting van een nieuw FLNC – 5 mei 2021
Uitgerekend vandaag werd de oprichting aangekondigd van een nieuw FLNC dat zich presenteert als "FLNC Maghju 21". Dit nieuw FLNC, richt zich luidens een persbericht in de eerste plaats tegen de Franse staat, die tot nu toe geen enkel gebaar van betekenis heeft gemaakt. De staat heeft "op geen enkele manier gedacht aan een echte overdracht van de soevereiniteit van Corsica, zoals alle eilanden in de Middellandse Zee die decennia lang hebben genoten", aldus de ondergrondse beweging, die een tactische herschikking aankondigt. Het FLNC Maghju 21 is ook van mening dat de eenheidsbeweging Pè a Corsica niet in staat is geweest de uitdagingen aan te gaan door "zich meer bezig te houden met het beheer van een gemeenschap dan met de opbouw van een Natie". De gekozen leden van de meerderheid "lijken meer energie te steken in permanente campagnes en verkiezingscampagnes, om hun plaats te behouden en steeds op zoek te gaan naar nieuwe stemgerechtigden uit de oude wereld, dan zich op te dringen door de kracht die uitgaat van de geloofwaardigheid van hun voorstellen en acties in het dagelijks leven." Voor het FLNC is Corsica vandaag in gevaar, overgeleverd aan de financiële lusten van enkele financiële groepen die strategische sectoren monopoliseren met de goedkeuring van de staat en de onverschilligheid van verkozen ambtenaren. Nog een reden tot bezorgdheid, volgens het nieuwe FLNC: "De misdaad die weegt steeds zwaarder op de economische structuur, het politieke systeem en de samenleving (...), het maffiagangreen wordt sterker, de verkoop en het gebruik van drugs raken wijdverbreid en spreiden het bed van de maffia.” Het FLNC Maghju 21 roept ook het Corsicaanse volk op om zich buiten de verkiezingen om, te positioneren op alle vlakken van de massastrijd. "Het is tijd om Frankrijk de volle kracht van de eisen van het Corsicaanse volk te laten zien, om de Franse staat te dwingen zich in te zetten voor een echt proces van erkenning van de historische rechten van het Corsicaanse volk". Het persbericht eindigt met de eis tot vrijlating van alle politieke gevangenen. Read the full article
0 notes
Text
5 mei 1981 - Bobby Sands
https://www.youtube.com/watch?v=WS8c3_icfFs 40 jaar geleden overleed Bobby Sands, als eerste van 10 Ierse politieke gevangenen die een hongerstaking waren gestart uit protest tegen de behandeling en wijziging van de speciale status van Ierse nationalistische gevangenen door de Britse bezetter. Sands groeide uit tot een internationaal symbool van verzet tegen imperialisme.
Read the full article
0 notes
Text
Staking 29 maart 2021
Op 29 maart plannen de twee grote vakbonden ACV en ABVV stakingen, dit over het ganse land verspreid. De onderhandelingen over loonopslag met de werkgevers zijn helemaal vastgelopen. Het patronaat houdt vast aan een loonsverhoging van 0,4 procent, bovenop de index. Een aalmoes voor de vele werknemers die in coronatijden óf hard gewerkt hebben óf loonverlies hebben geleden. Door het patronaat wordt ondertussen misbruik gemaakt van de corona-pandemie om “relancemaatregelen” te eisen die uiteindelijk steeds weer op sociaal en budgettair vlak een aderlating voor de werkende klasse betekenen. Met Zannekinbond wensen we deze stakingsacties te steunen. Niet zozeer omwille van deze in het kader van sociaal overleg puur op direct materieel gewin gerichte eis vanwege de twee vakbonden, maar ook omwille van een ruimer belang. Met Zannekinbond kunnen we elk sociaal protest en syndicale actie door de (georganiseerde) werkende klasse onderschrijven, enerzijds omdat de algemene maatschappelijke, politieke en sociaaleconomische evolutie een richting uitgaat die de sociale rechten van de werkende klasse in Europa in het algemeen en in Vlaanderen en Wallonië in het bijzonder, ernstig onder druk zet. Anderzijds leidt de door liberale krachten nagestreefde globalisering tot economische afhankelijkheid (pijnlijk geïllustreerd door de Suez-blokkade van welgeteld één containerschip), degradatie van sociale verworvenheden en een verlies aan nationale soevereiniteit en dus ook democratische inspraak. Het is een evolutie die, aangemoedigd en uitgewerkt door neoliberaal beleid, een volledige vermarkting van de maatschappij nastreeft. Het marktfundamentalisme leidt ertoe dat zelfs bij de overheidsinstellingen burgers voortaan “klanten” worden, dat het streven naar vast werk als achterhaald wordt weggezet ten voordele van “loopbaanzekerheid”, dat steeds meer gemeenschapstaken uitbesteed worden aan privaat winstbejag. Elk sociaal protest, elke syndicale actie kan de aanzet vormen tot het doorbreken van het liberaal status quo.
Read the full article
#ABVV#ACV#globalisering#marktfundamentalisme#nationalesoevereiniteit#staking#syndicalisme#vakbonden#werkendeklasse#werkzekerheid
0 notes
Text
Laten we Europa uit de Europese Unie halen!
"Europa is een machine om Frankrijk te hervormen ondanks zichzelf.”(Denis Kessler. Voormalig nummer 2 van de MEDEF in de jaren 2000) De leiders van de partijen van het systeem zijn zich al aan het voorbereiden op de Europese verkiezingen. Ze zullen plaatsvinden in een context van diepe crisis van het "Europese model". De populistische golf en sommige lidstaten (zoals Hongarije, Polen en Italië) zetten vraagtekens bij de werking van de Europese Unie. Tot dusver heeft deze electorale termijn de massa's niet in beweging gebracht. De arbeidersklasse heeft niets aan een machteloos parlement, een eenvoudige valideringskamer voor de beslissingen van een technocratie van hoge ambtenaren en een speeltuin voor de dubieuze fauna van lobbyisten. Het is een feit dat de Europese Unie al lang geen droom meer is voor de Europeanen. Maar vandaag garandeert zij niet langer hun relatieve economische welvaart en hun bescherming tegen de transformaties in de wereld. Sinds de economische crisis van eind jaren 2000 bevestigen alle beschikbare macro-economische gegevens, ook die van de eigen organisaties van de Europese Unie, een langzame achteruitgang van de West-Europese economieën. Dit fenomeen, gekoppeld aan een scherpe daling van de industriële productie en deflatoire tendensen, wordt versterkt door de bereidheid van de EU om het vrijhandelsdogma te handhaven en de duidelijke tekenen van de crisis die de belangrijkste Europese economieën verlamt, te ontkennen. Read the full article
#antikapitalisme#Atlantisme#bureaucratie#deregulering#ECB#euro#europeseunie#JeanMonnet#kosmopolitisme#Marshallplan#mondialisering#NAVO#neoliberalisme#privatisering#protectionisme
0 notes
Text
Na de pandemie kunnen we niet zomaar terug in slaap vallen
DAVID GRAEBER In een essay dat hij kort voor zijn dood schreef, betoogde de antropoloog en anarchistische activist David Graeber dat we na de pandemie niet kunnen terugglijden in een realiteit waarbij de wijze waarop onze samenleving is georganiseerd - om elke gril van een kleine handvol rijke mensen te dienen terwijl we de overgrote meerderheid van ons vernederen en vernederen - als verstandig of redelijk wordt gezien. Ergens in de komende maanden zal de crisis voorbij worden verklaard en zullen wij onze "niet-essentiële" banen weer kunnen opnemen. Voor velen zal dit zijn alsof ze uit een droom ontwaken. De media en de politieke klasse zullen ons zeker aanmoedigen om er zo over te denken. Dit is wat er gebeurde na de financiële crash van 2008. Er was een kort moment van vraagstelling. (Wat is "financiën" eigenlijk? Zijn het niet gewoon de schulden van andere mensen? Wat is geld? Is het ook gewoon schuld? Wat is schuld? Is het niet gewoon een belofte? Als geld en schuld gewoon een verzameling beloften zijn die we elkaar doen, kunnen we dan niet net zo goed andere beloften doen?) Het raam werd vrijwel onmiddellijk gesloten door degenen die erop aandrongen dat we onze mond zouden houden, zouden stoppen met denken en weer aan het werk zouden gaan, of in ieder geval werk zouden gaan zoeken. De vorige keer trapten de meesten van ons erin. Deze keer is het van cruciaal belang dat we dat niet doen. Read the full article
#anarchist#Covid-19#DavidGraeber#dualisme#essay#financiëlecrisis#marktwerking#politiekeklasse#wijzijnde99%
1 note
·
View note