#waarom schrijf ik dit in het nederlands
Explore tagged Tumblr posts
Text
Tais Teng is ook een bioloog???
O nee sorry nog erger hij heeft ooit biologie gestudeerd maar is daarmee gekapt voor de kunst~ is dat erger of minder erg @_@
#hahaha niemand zal de rode draad van deze nacht ook begrijpen#waarom schrijf ik dit in het nederlands#help#ja dit heeft te maken met een personage wat ik recent tot bioloog heb gebombardeerd T_T
0 notes
Text
Het grootste probleem van in het nederlands bloggen is dat iedereen de triestheid van mij dt-gebruik moet aanschouwen
#ik kan het gewoon niet sorry#dt is voor mij echt 100% vibe gebaseerd#spyld#dutchblr#dit is waarom ik zo min mogelijk nederlands schrijf 😅😅😅
5 notes
·
View notes
Text
Autismeweek dag 4, 2 april
Sociale vaardigheden; wie moet ze leren?
Het is best opvallend dat we zeggen dat mensen met autisme weinig sociale vaardigheden
hebben en vervolgens niks anders doen dan wachten tot ze die wel opdoen. (“Zoek het uit, kneus.”)
Het is best opvallend dat we aan de Nederlanders mét een sociale handicap vragen om de brug te slaan tussen ons als er onbegrip of ruis ontstaat.
Het is best opvallend dat we op de een of andere manier altijd de collega die buiten de groep valt verwijten dat hij impopulair is.
Leven zonder handicap is, zelfs in dit land, een ongekend privilege. Je hoeft domweg niet stil te staan bij de manier waarop je ergens kunt komen, bijvoorbeeld. In het geval van autisme – en je hebt het niet – hoef je niet actief na te denken over je stemtoon, volume, woordkeus op basis van sociaal register en achtergrond van met wie je praat, je houding, blikrichting, duur en frequentie van oogcontact en zo voort. Ik doe dat wel.
Niet-autistische mensen gaan er vaak blindelings vanuit dat wat zij doen en hoe zij dat doen domweg goed en juist is. Dat wat zij vinden en zeggen vanzelfsprekend en waar is. Dat hun manier van kijken naar de wereld zonder uitzondering geldig en belangrijk is. Tenzij.. ze ook neurodivergent zijn, op een andere manier. De ADHD’ers weten waar ik het over heb.
Als er dan een collega is, familielid, huisgenoot, buur, wie dan ook, die een beetje anders is.. wat gebeurt er dan? Je zou zeggen dat alle ‘normale’ mensen met hun volautomatische non-verbale empathie en sociale vaardigheden zich soepel aanpassen en zo’n persoon insluiten. Dit gebeurt niet. Het is uitsluiten een stuk eerder dan insluiten.
Waarom vragen aan de persoon die iets afwijkt om zich dan maar aan te passen net zo lang tot die niet meer opvalt, niemand meer zich hoeft in te leven? Dat is eigenlijk vragen om koste wat het kost gewoon niet meer gehandicapt te zijn, omdat het ons beter uitkomt. Het is ook domweg niet geïnteresseerd bent in wat iemand voelt en beleeft want alleen het uiterlijke gedrag telt en daar wil je geen last van hebben.
Als ik het zo uitdruk klinkt het best hard. Natuurlijk bedoelt vrijwel niemand het slecht. Toch zijn dit gevolgen die dagelijks voorkomen in Nederland bij vele duizenden en duizenden mensen. Slikken en blijven glimlachen, lijkt de boodschap aan de autistische collega.
De psychiatrie is heel erg goed in naar aan patiënt kijken, iets ontdekken in die persoon wat niet spoort en dan daar een label op plakken. (Strikt genomen heb je ook geen autisme-diagnose maar een -classificatie. Dat is dat label.) Vervolgens is natuurlijk duidelijk dat de patiënt tegen van alles aan loopt in het leven. Waarom laat je je anders onderzoeken? Wat volgt is de een of andere interventie.
Al die therapie en begeleiding komt er helaas bijna altijd op neer dat de patiënt leert om niet anders te zijn. Geen sociale vaardigheden? Op training. Echolalie? Afleren. Dwanggedachten en angst? Cognitieve gedragstherapie. (Die werkt notoir slecht bij mensen met autisme maar dit is niet bij iedere behandelaar bekend.)
Afijn, tot op zekere hoogte is dat best. Ik vind ook dat sociale vaardigheden en goede omgangsvormen belangrijk zijn. Deden mensen er maar eens aan. Echter, ik wil wel de vraag stellen wie precies training nodig heeft. Is dat altijd de persoon met de stoornis of is dat voor een ander ook wel eens nodig?
Deze bijdrage schrijf ik in het kader van de Autismeweek 2024. Ik haal geld op voor het Autisme Fonds. Met een gift steun je het prachtige werk dat nog te doen is: informatie en advies geven, onderzoek doen, gespreksgroepen voor autistische mensen én hun naasten, werken aan een inclusieve maatschappij en heel wat meer.
Geloof jij dat insluiten beter is dan uitsluiten?
Geef wat je wil én kan missen.
https://autismefonds.digicollect.nl/maarten-van-den-driest
#autisme#nederblr#dutchblr#nederlands#autistic adult#actuallyautistic#late diagnosed autistic#autistic community#neurodivergent
0 notes
Note
Ik wil dat je voelt dat er mensen zijn die lezen wat je schrijft en erdoor geraakt worden. Ik herken mezelf heel erg in jou, of ik ken vooral de gedachten die je benoemd.
Ik stuur dit bericht anoniem naar je. Misschien schrik je van hoe open het is, maar je hoeft niet te weten wie ik ben om te leren van wat ik heb gezien. Ik ben een vrouw net als jij, Nederlandse en drie jaar ouder.
Ik lees dat je 19 bent. Toen ik 19 was, verkeerde ik in een diepe depressie. Ik was net op vakantie geweest met een vriend, die niet goed voor mij was. Ik had een psychologe die me behandelde voor een trauma. Tijdens die sessies ontdekte ik ook dat ik over een gevoeligheid bezit die niet iedereen heeft.
Ik voel me naakt op de wereld. Misschien jij ook? Iedereen ziet mij, ziet door mij heen. Mensen komen dichtbij en kunnen me kwetsen. Ik heb ze nodig, maar ik wil alleen zijn.
Alleen is veilig, maar niet gezond.
Op Tumblr lees je soms over mensen die "neurotypical" zijn. Wij zijn dat allebei niet. Dat maakt het niet makkelijker op deze wereld.
Ik had het gevoel dat niemand me begreep. Ik lees dat jij ADHD hebt. Daar ben ik niet bekend mee. Ik heb een leerling, een meisje van 13 dat het ook heeft. Ik geef Engels op een middelbare school. Als ik in je posts lees dat je moeite hebt met de dagen, dan herinnert me dat er ook aan dat ik wat extra op de leerlinge let. Er zijn echt wel mensen die je willen begrijpen.
Een anoniem bericht van over de grens gaat je niet van je verdriet verhelpen.
Toen ik 19 was zat ik ik het tweede jaar van mijn lerarenopleiding. Mijn eerste jaar overleefde ik nauwelijks. Met een psychologenbrief voor de examencommissie lieten ze me doorgaan. Hier in Nederland moet je de school verlaten als je in je eerste jaar een negatief studieadvies krijgt door te weinig studiepunten.
Ik wist niet waarom ik het nog deed. Voor mezelf leefde ik al lang niet meer. In de ergste nachten lag ik in het duister in bed, suïcidaal. Hand op m'n borstkas, huilend.
Toch ging ik maar door. Wat is het alternatief? Het is grof maar een echt einde maken aan mijn leven was niet realistisch. Ik zou te veel mensen achterlaten.
En het werd beter. De pijn van wat ik had meegemaakt draag ik iedere dag mee. Maar het zorgde er ook voor dat ik verder kan kijken dan mezelf.
Je gaat door. Iedere seconde tikt verder weg en velen ervan zul je vergeten. Ieder stapje verder van de pijn die je gevoeld hebt.
Ik leerde dat sommige mensen niet goed voor mij zijn. Wees eens eerlijk en kijk naar de mensen om je heen. Nemen ze je serieus? Luisteren ze naar je? Wie neemt alleen je energie weg, maar geeft niets aan je terug?
Volwassen worden is leren omgaan met wie je bent en waar je mee geboren bent. We hebben onszelf niet gemaakt, maar we kunnen wel leren werken met wat we gekregen hebben. Wanneer voel jij je goed? Bij wie voel jij je op je gemak?
Ik zie dat je bijvoorbeeld prachtig Engels kan. Ja ik ben echt een juffrouw, dat beloof ik. Je kan mooi schrijven, bent gevoelig. Vier dat ook aan jezelf.
Vandaag was voor mij een moeilijke dag. Mijn emoties zijn ook over mij nog vaak de baas. Morgen ga ik naar de huisarts om hulp te zoeken. Beloof me dat jij ook denkt aan hoe je jezelf kunt helpen?
Omdat je me niet kent kan ik zonder ironie zeggen: leer voor je zelf te leven. Het leven is wel mooi. Dat zeg ik nu, na dezelfde dingen te hebben gedacht die jij schrijft. Op een dag wordt je wakker en denk je niet meer meteen aan verdriet. Zo wordt het steeds ietsje beter.
Je gaat nog zoveel mooie dingen zien, zoveel meemaken. Nog zoveel presteren, nog liefhebben, nog huilen, nog lachen.
Ik weet niet zo goed waarom ik dit schrijf. Misschien omdat ik mezelf herken en graag gehoord had dat ik destijds niet de enige was? Misschien moest ik ook even iets kwijt. Het helpt altijd om over dingen te praten :)
Ik ben maar een anoniem iemand uit een ander land, ik kan je nergens toe dwingen en dat wil ik ook niet. Ik hoop alleen dat je je niet zo alleen voelt als je dit leest. Er zijn mensen die willen luisteren.
Al het goede uit Nederland :)
lieve lieve lieve anoniem het spijt me zo voor mijn late antwoord. ik heb dit opnieuw en opnieuw en opnieuw gelezen de afgelopen dagen. ik moet nog steeds trillen als ik het lees
je hebt me zo bewogen & aangedaan & ik vind het moeilijk om onder woorden te brengen hoe veel dit voor me betekent. maar ik wil het toch proberen :p
“ik voel me naakt op de wereld”. ja ja ja 100x ja dat is altijd waar het op neerkomt, hè? en dat was ook het punt waarop ik bij mn eerste keer lezen in huilen uitbarstte
“Iedere seconde tikt verder weg en velen ervan zul je vergeten. Ieder stapje verder van de pijn die je gevoeld hebt”. ik ben zo ongelooflijk blij dat je op dit punt beland bent. dat je er zo wijs bent uitgekomen. dit klinkt als een mantra voor mij, en ik moet toegeven dat het al sinds ik het las in mijn hoofd zit - als het eerste beetje toekomstzekerheid dat ik in lange tijd heb. of toekomsthoop. dankjewel daarvoor
ik beloof dat ik beter ga kijken naar wat me echt helpt ipv wat me gewoon goed doet voelen maar uiteindelijk mijn eigen leven saboteert. ik beloof dat ik op tijd aan de alarmbel zal trekken. dat is het minste wat ik nu voor je kan doen; dat met m’n hele wezen beloven
je klinkt als een fantastisch, prachtig persoon. en het doet me goed om te horen dat je leerkracht bent, omdat je ongetwijfeld dagelijks kinderen/jongeren helpt op zowel kleine als grote manieren. en ik hoop dat je daar altijd warmte in kan vinden. ik hoop dat de mooie dagen zowel frequenter als lichter zijn, met al je dieptepunten achter je
het wringt dat ik niet meer kan doen om je te bedanken. je hebt me geholpen op een manier die ik nooit zal kunnen beschrijven. maar weet dat je op een manier mijn leven hebt gered hiermee, en dat je (zeker als leerkracht) kleine of grote stukjes leven van iedereen om je heen blijft redden. ik wou dat ik terug in de tijd kon gaan om jou iets soortgelijks te vertellen toen je even diep zat. mooie mensen als jij helpen de wereld verder
ik ga dit blijven herlezen opnieuw en opnieuw en ben je zo dankbaar maar volgens mij is dit nu lang genoeg om je beschaamd te maken (ik weet dat ik zo zou zijn 😉) dus ik wens je een prachtige dag toe. het wordt lenteweer!!!! geniet ervan, en van alle dagen daarna <3
9 notes
·
View notes
Text
114. Dober tek
13/06/2020
Deze blog post gaat de events van gisteren (de 12e) bespreken, maar voordat we dat gaan doen: Happy 1st birthday naar de beste video op YouTube.
Oké. Tijd voor mijn blogpost. Ik schrijf dit rond 15:21 en Tara loopt rond op mijn eiland op zomer insecten te vangen. De muziek van vandaag is mijn nieuwe playlist Favourite glee song of each episode. De titel zegt genoeg. Dit liet me herinneren aan het feit dat sommige afleveringen hele goede muziek had en dat anderen hele slechte muziek had.
Ik ben oprecht mijn slaapschema nog verder aan het verkloten, want ik werd gisteren pas rond 13:00 wakker. Tijd is inmiddels toch een illusie. Alle dagen worden één.
En aangezien ik toch weer een Animal Crossing blog ben geworden...
Mijn aandelen deze week zijn zeer, zeer slecht. Hier huil ik bij mijn onverkochte turnips. Ik heb ze nog steeds. Ik moet een plek vinden dat winstgevend is.
Ik heb wel een coole haai gevangen.
En toen ik wilde kijken in het museum om mijn haai te waarderen, zag ik kleine Eloise.
Daar gaat mijn nieuwe haai!
Ander groot nieuws: ik ben gisteren dus naar de supermarkt gegaan zonder masker! Wow! Ik wist dat het mogelijk was, maar ik hoefde toch alleen snel in en uit. Progress.
Oké. Tijd voor het meer interessante deel van de dag. De titel van vandaag is “eet smakelijk” in het Sloveens, want ik ben dus naar de Open Kitchen gegaan met Victor. Hij wilde er naar toe en aangezien hij binnenkort naar Frankrijk gaat, herinnerde ik hem eraan dat vandaag de laatste mogelijkheid was om te gaan. Open Kitchen is 2x per week (namelijk op donderdag en vrijdag).
Om 18:00 spraken we af op het plein en ik ging iets eerder om ook nog naar de Mueller te gaan (met masker, want waarom ook niet?) en toen gingen we naar Open Kitchen.
Net zoals op donderdag was het mega druk. Ik was wel nog een beetje ongemakkelijk met de drukte. Het leek net alsof de pandemie nooit heeft plaatsgevonden. Er zijn dus zogenaamde maatregelen, maar daar merkte ik niet veel van.
Dan alsnog, dit land is bijna een maand uit de lockdown en er is geen nieuwe piek gekomen zoals in andere landen. Toen die Amerikanen met geweren en al gingen protesteren tegen de lockdown (de ”I want to bleach my teeth it’s a human right!” protesten) zonder aangevallen te worden door de politie, waren er meteen nieuwe pieken in staten, want Corona was nog groots aanwezig. Hier niet.
Het is eigenlijk best raar om te bedenken dat andere landen het nog zoveel shitter hebben. Ik heb gisteren voor de eerste keer in een lange tijd de NOS geopend voor Corona nieuws en ik las dat er gisteren in Nederland nog steeds over de 200 besmettingen bij kwamen?
Ik heb dus ook voor de eerste keer in een lange tijd het nieuws in Slovenië opgezocht. Het is wel eventjes zoeken. De grafieken die ik normaal post zijn gestopt met het bij te houden. De laatste getallen zijn van 30 mei.
Dan maar naar John Hopkins.
De laatste keer dat ik getallen heb gedeeld op deze blogpost was in 100. 100 op 19 mei, dus dat is bijna een maand geleden. In 3 weken en 4 dagen zijn er 5 doden bij gekomen en 26 nieuwe besmettingen.
26 besmettingen in 25 dagen.
Ja, dat is te doen.
Die getallen lieten me wel denken. Ik ben me langzamerhand klaar aan het maken om te vertrekken (ik heb nog een maand... chill), maar hey, ik ga dus vrijwillig naar een onveiliger land! Hoera! Maar ik ben dus nog een maandje in dit veiligere land.
Terug naar het Open Kitchen verhaal.
Zoals de naam al zegt, het is een buitenkeuken. Al het eten wordt bereid bij de kraampjes.
Er was veel variatie. Er waren kraampjes met Sloveens eten. Er waren kraampjes met internationaal eten van Spaans tot Chinees tot Indonesisch tot Turks enz.. Er waren ijskramen en kramen met taartjes en was een kleine patisserie stand met macarons. Er waren craft beer brouwerijen en slijterijen aanwezig. Er was een veganistisch kraampje en een kraampje met superfoods.
Er was echt van alles. Op de site vind je een overzicht van alle kramen. Keuzestress!
Victor had biefstuk van een steakhouse (ik ben de naam vergeten).
Zelf besloot ik om iets nieuws te proberen: Iraans eten van Perzijska kuhinja. Ik weet niet meer hoe het heette (Kuka? Kuku? Iets met een K?), maar het was een gefrituurd bolletje gevuld met kikkerwetten.
Open Kitchen is dus wel echt een aanrader, maar het is best duur. Dit werd ons al verteld, maar zoals ik al eerder zei, “duur” in Slovenië is niet echt duur voor ons. Dat is hier wel anders. Zo’n klein bakje met eten kan zo rond de €7 - €10 kosten en aangezien het idee is dat mensen meerdere kraampjes afgaan, dan kan het wel duur worden.
Maar het was een hele fijne atmosfeer en er was ook muziek en goed weer. Het voelde een beetje als een vakantie.
Na Open Kitchen liepen we door het centrum en het 8e protest tegen de overheid was nu in het centrum i.p.v. de overheidsgebouwen, maar we hebben niet veel gezien. Plus, we konden de slogans toch niet lezen.
Ik heb me niet mega veel beziggehouden met Sloveense politiek, maar ik weet wel dat er een grote som geld (bedoeld voor maskers en andere medische spullen) is verdwenen, dus de protesten zijn tegen corruptie en tegen schendingen van de persvrijheid enzovoort.
Wij liepen helemaal naar het theehuis waar ik al die weken geleden ben geweest met Rita en Sanne (hoi!) en ik nam zeer fruitige ijsthee en Victor vond Aperol Spritz niet lekker.
Er werd mij altijd verteld dat het mega zoet is en dat het net limonade is, maar ik nam een slok en wow, dat was vies. En het had ook een zeer bittere nasmaak. Verwar ik het met Hugo?
Toen gingen we terug naar Open Kitchen, want Victor had nog honger, en er is een nieuw kunstwerk in de stad:
Echt geen idee wat dit is. Ah, modern art!!!
Victor had toen nog een bordje met kalf en lever en andere organen. Hij vond het blijkbaar geweldig en de kok kreeg complimenten. Ik heb het niet geprobeerd. We liepen rond door het centrum en inmiddels was het rond de 22:00.
Tijd voor een musical? Yeah. Victor heeft een mega coole studio voor zichzelf en we hebben een Franse musical gekeken genaamd Mozart l‘Opera Rock. Ik kende het niet. Het was eigenlijk heel goed, maar ik verstond misschien 40% van alles. Het dialoog was te doen, maar voor muziek gebruiken ze vaak metaforen en andere dingen. De video had alleen Frans en Chinese ondertiteling, dus Victor moest soms dingen voor me vertalen. Ik heb een video gevonden met Engelse ondertiteling, dus ik kijk het ooit wel nog een keer.
Rond half 1 ging ik naar huis en hij fietste een deel mee, aangezien ik nog nooit in dit deel van Ljubljana was geweest. Het was nog steeds mega druk in het centrum. De krau is ook terug. Het lijkt echt alsof de pandemie nooit geweest is. Ik hoop dat het zo goed blijft.
Om 1:00 zat ik mijn restjes Chinees te eten terwijl ik naar YouTube video’s keek en zo eindigde mijn dag.
5 notes
·
View notes
Text
Herman Brusselmans: ‘Mensen afzeiken, ik doe dat gewoon graag.’
Dit stuk verscheen op zaterdag 15 augustus in Zeno, de weekendbijlage van De Morgen.

Had Herman Brusselmans (62) nog iets toe te voegen aan zijn imposante oeuvre? Jazeker: het volgende week te verschijnen Vertrouw Mij, Ik Kom Uit De Veehandel. Dat is - tot spijt van sommigen - alwéér geen ernstige roman geworden. "Ontzeg mij het recht op bullshitten en ik besta niet meer."
Herman Brusselmans ontvangt me in zijn Gentse loft en dat heeft een prettig neveneffect: ik krijg er zijn ravissante vriendin Lena gratis bij. "Herman staat altijd aan", zegt ze wanneer ik Brusselmans vraag of hij er een beetje zin in heeft. Het zal niet haar laatste verbale interventie zijn. Bijna drie uur lang speelt ze met verve de rol van collega-interviewer: ze vraagt door, kietelt, zalft en stookt precies waar nodig. "Lena kan nogal aanwezig zijn", zegt Brusselmans op het einde van ons gesprek. "Iedereen denkt dat dat komt omdat ze een Amsterdamse is. Maar het zit gewoon in haar karakter. Er zijn in Amsterdam ook mensen die zwijgen, weet je wel." (lacht)
De aanleiding voor onze tijdelijke menage à trois is Vertrouw Mij, Ik Kom Uit De Veehandel: de drukpersverse roman van Brusselmans. Daarin ontdubbelt de schrijver zich in een speurder die de politie helpt bij het oplossen van de brutale moord op een 62-jarige vrouw. Als hij het tenminste niet te druk heeft met het zoeken van vinyplaten van Uriah Heep, het ophalen van herinneringen aan zijn eerste beuling met appelspijs of het haten van mannen op bakfietsen waarvan zowel het voor- als het achterlicht reglementair in orde is.
De realiteit zet het in de nieuwe Brusselmans weer op een stevig derailleren, maar er valt ook voor liefhebbers van meer conventionele literaire schoonheid lekkers te rapen. 'Lena, die oneindige lieverd die op zolen van pluimen uit de hemel is ontsnapt', noteert de schrijver op pagina 219. Wat duizend achterwaarts in de poes genaaide romanpersonages ook mogen beweren: Brusselmans blijft een stilist pur sang.
Vertrouw Mij, Ik Kom Uit De Veehandel is zijn 81ste boek. Ik vraag of uitgeverij Prometheus over een nieuw boek van hem nog iets anders te melden heeft dan 'Hij heeft er weer eentje klaar, mensen.'
"Niet echt, nee. En dat is al jaren zo. De verkoop van mijn boeken is sinds 2000 stelselmatig achteruit gegaan. Veel van mijn lezers hebben op een bepaald moment afgehaakt. En ik kan hen dat niet eens kwalijk nemen: ik ben zelf ook al artiesten beu geraakt. Jarenlang heb ik alles van Nick Cave gekocht. Tot ik hem - ongeveer ten tijde van zijn Murder Ballads - niet meer kon horen of zien. Sommige mensen hebben dat dus ook met mij. 'Laat je haar eens knippen', wordt mij soms aangeraden. 'Ga op Facebook en Instagram.' Maar daar heb ik helemaal geen zin in."
"Het laatste boek waarvan ik veel exemplaren heb verkocht, is Zeik. Dat werd destijds aangekondigd als een mijlpaal in mijn oeuvre: 'Brusselmans heeft een thriller geschreven!' Van de eerste Zeik - het was een trilogie - zijn er tien drukken gepubliceerd. Maar van het tweede deel amper twee en van het derde nog maar één. Op basis van de promotiecampagne dachten de mensen dat ik een Stephen King-achtige thriller had geschreven. Maar Zeik was natuurlijk een parodie op een thriller. Na deel één zeiden veel lezers: 'Al die zever, dat hij er iemand anders mee lastig valt.'" (lacht)
"Het is wat het is. Ik heb sellers geschreven, maar geen bestsellers. Er zijn gewoon té veel mensen die afknappen op mijn boeken: ze zijn zogezegd te bruut, er komen te veel kutten en lullen in voor, je kent het riedeltje. Maar wat moet ik daaraan doen? In plaats van tien nog maar vijf kutten in mijn boeken laten figureren? Daar hou ik me niet mee bezig. Ik schrijf wat ik schrijf."
'Vroeger was hij beter', luidt een populaire opinie over jou. Dat kan een vorm van cultureel snobisme zijn - als in: 'Ik las Brusselmans al toen Madonna haar kleren nog aanhield' - maar misschien schuilt er wel een grond van waarheid in: véél kunstenaars maken hun beste werk in het begin van hun carrière.
"Ze maken het zelden na hun 60ste, dat klopt. Maar toch ben ik het er niet mee eens dat mijn eerste boeken beter zijn dan mijn laatste. Sommige mensen zeggen mij: 'Als je met één boek zal overleven, is het met De Man Die Werk Vond.' Nu is dat ontegensprekelijk een leuk boekje, maar mijn recente romans zijn stukken beter."
Vertrouw Mij, Ik Kom Uit De Veehandel is schrijftechnisch wellicht sterker dan Het Zinneloze Zeilen, je debuut. Maar wat Het Zinneloze Zeilen zo goed maakte, is dat er in 1982 nog nooit zo'n boek geschreven was: het was een literaire uppercut, volstrekt nieuw van inhoud en stijl.
Lena: "Het Zinneloze Zeilen is nochtans een rommeltje, hoor. Ik betwijfel of het vandaag nog uitgegeven zou worden."
Brusselmans: "Het was ook in 1982 al moeilijk om het uitgegeven te krijgen. Maar Het Zinneloze Zeilen viel wél op: het was het literaire equivalent van wat Kamagurka deed. In de jaren tachtig waren de oude helden van de Vlaamse literatuur - denk aan Louis-Paul Boon en Hugo Claus - al flink aan het wegdeemsteren. En plots schreef Tom Lanoye Het Circus van de Slechte Smaak en ik Het Zinneloze Zeilen. 'Eindelijk gebeurt er weer eens iets in de Vlaamse letteren', zei iedereen. Al werd er over Tom en mij beweerd dat we eendagsvliegen waren. We zijn de langst levende eendagsvliegen aller tijden geworden." (lacht)
Het Zinneloze Zeilen en De Man Die Werk Vond waren punkboeken: ze counterden de maatschappelijke vrieskou van de jaren tachtig met welgekomen absurdisme. In Vertrouw Mij, Ik Kom Uit De Veehandel krijgt de tijdsgeest een minder prominente plaats. De wereld beleeft momenteel een vijfde feministische golf en wat zegt het romanpersonage Herman Brusselmans? 'Ik lees geen romans van vrouwen, er komt een walm uit die ons eraan herinnert dat vrouwen beter zijn in het poetsen van wc-potten dan in schrijven.'
Ik weet dat overdrijving een stijlfiguur is, maar toch: vrees je niet dat jij na Jef Geeraerts de volgende schrijver zal zijn wiens boeken verketterd zullen worden?
"Natuurlijk. Maar net daarom blijf ik halsstarrig met onderwerpen als feminisme en racisme lachen. De gevoeligheid over die thema's maakt mijn grappen erover nóg leuker. Het recht op bullshitten is in mijn ogen absoluut. Dat zal ik mij nooit laten ontzeggen. Drie jaar geleden had mijn uitgeverij problemen met de titel Guggenheimer Koopt Een Neger. En toch heb ik het woord 'neger' niet geschrapt. In een humoristische context moet je het n-woord nog altijd kunnen gebruiken, vind ik. Maar natuurlijk zal ik nooit tegen een zwarte zeggen: 'Jij vuile neger'. Want dan is neger een scheldwoord."
Lena: "Is het alleen dán een scheldwoord?"
Brusselmans: "Misschien niet, maar het is in ieder geval duidelijk dat ik het woord 'neger' in mijn boeken niet gebruik om te kwetsen. Waarom ik het dan toch gebruik? Ja, waarom? Ik schmier nu eenmaal graag. Ik heb ooit nog literaire recensies geschreven voor De Morgen. De namen van de schrijvers die ik beoordeelde, liet ik altijd voorafgaan door de afkorting 'dhr.' En dat deed ik ook bij vrouwelijke schrijvers: 'dhr. Kristien Hemmerechts'. Een grapje, natuurlijk, meer niet, maar Kristien Hemmerechts was behoorlijk pissed: 'Ik bén geen heer, Herman, ik ben een vrouw.' (lacht) Dat ze zo kribbig reageerde, amuseerde mij. Ik voelde mij dan als een kind dat net ergens belleketrek had gedaan. Mensen afzeiken, ik doe dat gewoon graag. Tegenwoordig hou ik me zelfs nog minder in dan vroeger. We leven in een hypersensitieve tijd. Er moet toch iémand wat gaten prikken in dat verstikkende maatschappelijke serieux?"
Ben jij iemand die zich fluitend of knarsetandend aanpast aan maatschappelijke nieuwigheden? Begrijp je bijvoorbeeld dat mensen die zich noch een man, noch een vrouw voelen graag hun eigen, genderneutrale voornaamwoorden willen?
"Simon(e) van Saarloos (Nederlands auteur, red.) schrijft de 'e' in haar voornaam tussen haakjes. Omdat ze zogezegd geen geslacht heeft. Dat staat mij toch wat tegen. Net zoals ik er niet bij kan dat Marieke Lucas Rijneveld, die ooit tafeldame was bij De Wereld Draait Door, per se tafelpersoon genoemd wilde worden. Dat is allemaal van zo'n ernst. Wat bereik je daar nu mee?"
Lena: "Van Saarloos en Rijneveld doorbreken misschien wel de ernst. De ernst waarmee de maatschappij hen in één genderhokje probeert te stoppen."
Plus: het is toch logisch dat je naar woorden zoekt die je identiteit vatten? Ik zou ook niet juichen, mocht er voortdurend met 'zij' en 'haar' aan mij gerefereerd worden.
(na een stilte) "Okee. Misschien ben ik te behoudend. Misschien doe ik te weinig moeite om te begrijpen wat er in deze tijd leeft. Maar dat zal me toch niet beletten om met al die genderissues te lachen wanneer ik daar zin in heb. (denkt na) Kijk, natúúrlijk ben ik begaan met de feministische zaak. En natúúrlijk sta ik achter de Black Lives Matter-beweging. Maar dat wil nog niet zeggen dat ik er hoogdravende columns over moet schrijven. Heleen Debruyne schrijft in Humo elke week een als column vermomd feministisch statement. Ze komt voor de juiste dingen op, en ze kan schrijven, maar haar column voelt toch geforceerd aan. Ze is nog niet zo lang geleden mama geworden. Dus wat schrijft ze in één van haar recente stukken? Dat de opvoedkundige taken netjes verdeeld moeten worden tussen mama en papa. Dat is me te voorspelbaar. Ik vind Delphine Lecompte een veel avontuurlijker columniste. Je weet op voorhand nooit waar ze het over zal hebben. De ene week schrijft ze dat ze een lelijke kalle is die niet aan de bak komt, de andere week dat ze er geweldig uit ziet en dat alle mannen achter haar gat zitten. Met Delphine Lecompte kan ik lachen."
Hoe kijk je naar de heisa rond Gangreen 1van Jef Geeraerts? Is dat boek terecht uit de canon geschrapt of niet?
"Turks Fruit van Jan Wolkers staat ondertussen ook al ter discussie: 'Moeten we dat boek niet veroordelen, het is toch seksistisch?' Maar wat we vandaag seksistisch noemen, vonden we in 1969 nog heel normaal. Als we de canon, die nota bene begint in het jaar 1170, moeten aanpassen aan de denkbeelden van 2020, zullen er nog maar weinig boeken van vroeger in blijven staan. Terwijl zo'n lijst net bestaat om referentiewerken uit het verleden te eren. Dus nee, ik had Gangreen 1niet uit de canon geflikkerd."
En dan doe ik wat een literaire jury al veel langer had moeten doen: ik overhandig Herman Brusselmans een oeuvreprijs. Een denkbeeldige weliswaar, maar toch een welgemeende. 'De jonge Herman Brusselmans gaf de literatuur een schop onder haar uitgezakte kont', staat er in mijn juryrapport. 'Hij deed minstens twee generaties aspirant-schrijvers beseffen dat een boek niet per se vol harkerige maatschappijkritiek moet staan. Hij schrijft zinnen die meer gevoel voor ritme hebben dan de twerkende poeperd van Rihanna. Hij heeft vrouwen lief met woorden die het verdienen om op de benen van Gal Gadot getatoeëerd te worden. En hij herinnert ons eraan dat de toestand altijd hopeloos maar zelden ernstig is.'
Brusselmans neemt de complimenten glimlachend in ontvangst. Wanneer ik hem wat later vraag welke plaats hij in de Nederlandse letteren voor zichzelf opeist, moet hij niet lang nadenken. "De Nederlandse literatuur is een huis met veel kamers", zegt hij. "Ik amuseer mij in de bezemkast, terwijl de serieuze schrijvers discussiëren in de woonkamer, onder het genot van een glas cognac."
In je nieuwe boek schrijf je: 'Diep in mij schuilt de dichter der dichters, nooit om een strofe verlegen, en altijd een kwatrijn in het brein, en zo niet, dan heffen we de kroezen, slaan we de gillende boerinnen op hun blozende achterwerk, en geven we de gelegenheid aan de nar om de koning naar de hel te schimpen.' Zie je jezelf als de nar van de Nederlandse letteren?
"Je kan niet in de jury van De Slimste Mens Ter Wereld zitten en tegelijk verwachten dat de mensen je beschouwen als een schrijvende filosoof die de wereld eens zal verklaren. Ik ben dus tot op zekere hoogte een nar, ja."
En wie is dan de koning die beschimpt moet worden? De literatuur?
"Alles en iedereen. De ernst, vooral. Over Hij Schreef Te Weinig Boeken, mijn klepper van 800 bladzijden, zeiden sommige mensen: 'Haal alle zever eruit en je hebt een prachtig liefdesverhaal van 200 pagina's.' Maar zo werkt dat niet bij mij. Alleen maar een liefdesverhaal schrijven, dat wil ik niet. Ernst moet in mijn boeken altijd gechaperonneerd worden door scherts. 'Wanneer ga je nu eens een serieuze roman schrijven over je jeugd?', krijg ik ook vaak te horen. Maar waarom zou een roman over mijn jeugd in godsnaam een serieuze roman moeten zijn? Er zijn in mijn wonderjaren zoveel dwaze dingen gebeurd dat ik er alleen maar een komische roman over zou kunnen schrijven. (lacht) Er mogen nog duizend lezers, recensenten, koningen, keizers en admiraals zeggen dat ik een ernstig boek moet schrijven, ik heb er schijt aan. Ik doe wat ik doe."
De pest is alleen dat grappige romans zelden als volwaardige literaire scheppingen worden gezien.
"Dat is waar. Van een grappig boek zullen nooit 100.000 exemplaren verkocht worden. De doorsneelezer denkt nog altijd: 'Een grap? In een boek? Moet dat nu?' Want een boek, dat hoort iets ernstigs te zijn. Ik heb ooit het manuscript gelezen van een roman van Patrick De Witte (de in 2013 overleden columnist (pdw), red.). Patrick was een blagueur: hij was voortdurend zever aan het verkopen en onnozel aan het doen. Maar zijn roman was - tegen mijn verwachtingen in - bloedserieus. Al na vijf pagina's dacht ik: 'Patrick, waar ben je gebleven? Je verzint in Humo elke week twintig goeie moppen. Waarom doe je dat dan niet in je roman?' Maar wellicht heeft zelfs Patrick De Witte gedacht: 'In Humo mag ik grappig zijn, maar als ik een boek schrijf, dan moet dat een ernstig werk zijn.' Het is een hardnekkig misverstand."
Hoe bewaak je de grens tussen absurdisme en slapstick? Dat je literaire alter ego de Walen omschrijft als 'seksueel aantrekkelijke individuen, met hun geinige, dicht bij elkaar staande ogen, hun verlepte borstkas en hun harige oren' vind ik grappig. Maar dat hij een bordeel De Keurige Kietelaar doopt dan weer niet.
"In één van mijn Guggenheimer-boeken vraagt Guggenheimer aan een voorbijganger: 'Het is groen en het houdt van Hitler. Wat is het?' Antwoord: 'Spinazi.' Over zo'n grappen loop ik een tijdje te dubben: 'Hoe flauw. Zou ik het schrappen of niet?' Maar vaak denk ik: 'Fuck it. Ik laat die grap erin.' Ik heb slimme moppen altijd al afgewisseld met onnozele. Ook de dwaasheden maken integraal deel uit van mijn werk."
De eentonige kritiek op je oeuvre luidt dat het te eentonig is. Is dat een opmerking die je begrijpt, betreurt, bestrijdt?
"Het laatste. Ik heb kindergedichten geschreven, studies, thrillers, toneelstukken, dikke boeken, dunne boeken, ... En toch zeggen mensen vaak: 'Dat nieuwe boek van Brusselmans, dat zal wel meer van hetzelfde zijn, zeker?' Dat vind ik jammer. Je moet toch al echt van slechte wil zijn om het verschil niet te zien tussen - ik noem maar wat - De Canadese Muur en Bloed Spuwen Naar De Hematoloog. Pluk om het even welke twee boeken uit mijn oeuvre en je zal moeten toegeven: dat zijn twee verschillende boeken. "
Lena: "Klopt. Maar het is wel logisch dat je in het begin van je carrière vooral met anderen wordt vergeleken en nadien alleen nog met jezelf."
Brusselmans: "Natuurlijk. En op de keper beschouwd is iederéén een one trick pony: als je iets goed kan, kan je duizend andere dingen niét. Ik heb in ieder geval nooit gedacht: ik moet het als schrijver eens over een andere boeg gooien. Waarom zou ik ook? Álles is al eens gedaan. Ik las onlangs een bloemlezing uit de dagboeken van Hans Warren: die boeken zijn geschreven in de jaren veertig, maar bulken van de gore, excessieve homoporno. Jan Cremer, Jan Wolkers en Gerard Reve waren dus niet bepaald de eerste literaire pornografen. Net zoals ik niet de eerste was die absurdistische boeken schreef. Het wordt zelden opgemerkt, maar ik ben zwaar beïnvloed door Lang Weekend van Walter Van Den Broeck: een compleet van de pot gerukte roman uit 1969. Het oeuvre van Walter wordt zwaar onderschat. Ik eis bij deze een standbeeld voor hem." (lacht)
Lena: "Ben je voor je debuteerde weleens zó onder de indruk geweest van een schrijver dat je dacht: 'Ik begin er niet aan, dit niveau haal ik nooit?'"
Herman: "Nee. Ik wist van meet af aan: ik ben een schrijver. Zelfs nog voor ik het officieel was. Het hielp natuurlijk dat mijn eerste manuscript meteen aanvaard werd. Door In De Knipscheer, een kleine uitgeverij in Haarlem. Mocht Het Zinneloze Zeilen geweigerd zijn, had ik misschien wel onmiddellijk de handdoek in de ring gegooid."
Je bent een notoir veellezer. Gebeurt het nog dat je compleet van je sokken wordt geblazen door een roman?
"Het overkwam mij een paar jaar geleden met De Hemelse Tafel van Donald Ray Pollock. Dat boek heeft mij echt een klop op mijn kop gegeven. Daartegenover staat dat ik soms boeken herlees die mij op mijn 18de enorm hebben aangegrepen, maar waarvan ik mij nu afvraag: 'Waarom heeft mij dat destijds zo geraakt?' Op je 62ste is het een stuk moeilijker om onder de indruk te zijn van een boek."
Vertrouw Mij, Ik Kom Uit De Veehandel was mijn eerste Brusselmans in jaren. Maar het was wel thuiskomen. Je roman herinnerde mij eraan dat ik de wereld en de mensen die erop rondlopen - mezelf inbegrepen - weer eens wat minder au serieux moet nemen.
Lena: "Dat is een reminder die Herman zelf ook wel zou kunnen gebruiken."
Brusselmans: "Misschien wel, ja. Lena is veel avontuurlijker dan ik. Zij vertolkt in het openbaar al eens een levend standbeeld. Of ze kruipt op een stuk straatmeubilair en begint zomaar iets te roepen naar voorbijgangers. Dat doe ik allemaal niet. Ik ben zelden ontspannen. Ik lijd teveel onder het leven."
Lena: "Je kan gewoon niet goed relativeren. Zelfs als wij een kleine ruzie hebben gehad, zit je drie uur lang zwijgend sigaretten te roken."
Brusselmans: "Zo ben ik lang niet altijd."
Lena: "Nee. Maar het is wel één van je bepalende karaktertrekken. Iets waarin je je onderscheidt van andere mensen."
Brusselmans (tot mij): "Voor je hier was, zei Lena nog tegen mij: 'Elke vrouw gaat bij jou weg.'"
Lena: "Dat zei ik niét.
Brusselmans: "Dat zei je wél."
Lena: "Jij zei tegen mij dat ik niet weet wat liefde is. In mijn verweer antwoordde ik: 'Niemand is ooit bij mij weggegaan.'"
Brusselmans: "Ik kan natuurlijk niet ontkennen dat de vrouwen in mijn leven het tot nu toe allemaal zijn afgetrapt. En ik kan me ook wel inbeelden waarom: ik ben een lamzak. Kunstenaars - en zeker degenen met een voorliefde voor absurdisme - zijn zelden het zonnetje in huis. De humor in hun werk is vaak een tegengewicht voor de existentiële somberte in hun hart. Er is een mooi, waargebeurd verhaal over een man die naar de psychiater gaat. Hij gaat op de sofa liggen en zegt: 'Ik voel mij zo depressief, dokter, ik zie het niet meer zitten.' De psychiater antwoordt: 'Je moet je wat vaker ontspannen. Weet je wat? De beroemde clown Grock is in de stad. Ga dáár eens naartoe. Grock zal je wel aan het lachen brengen.' Waarop de man zegt: 'Maar dokter, ik bén Grock.' (lacht) In dat verhaal herken ik mij. Wie mijn boeken leest, ziet mijn geestige kant. Wie met mij samenleeft, moet er ook mijn neerslachtige periodes bijnemen."
Lena: "En toch gaat het vandaag wellicht een stuk beter met je dan vroeger, toen je nog angststoornissen had. Hoe heftig ik het leven met jou soms ook vind, ik ken je waarschijnlijk tijdens de beste periode van je leven."
We moeten afronden. Het is kwart voor zes, de schrijver moet nog naar de darmdokter. Even laten controleren of de boosaardige poliepen die twee jaar geleden uit zijn ingewanden werden geranseld geen recidivistische plannen aan het maken zijn. 'Als de poliepen in kwestie een hart voor literatuur hebben, hoeven we ons nergens zorgen over te maken', denk ik. Maar ik zeg gewoon 'Sterkte' en verdwijn gemondmaskerd in de Gentse binnenstad.
2 notes
·
View notes
Text
Coronavirus en hoe slecht we het bestrijden
Over politieke kwesties of mijn ‘’afkomst’’, welke overigens niet veel verder strekt dan baarmoeder- gemeenschap- big bang (maar zeker weten we het niet), schrijf ik haast nooit, met name omdat ik ervan overtuigd ben dat dit er niet toe doet in mijn meer universele kunstzinnige uitdrukkingen, maar ik wil er nu toch één keer mijn bek voor open trekken. Het coronavirus is vervelend en ja, daar moeten instanties tegen optreden, maar het andere virus dat onder ons leeft wat dit virus naar de oppervlakte doet drijven, dát is het echte hardnekkige, angstaanjagende, verzwegen virus: racisme naar Aziaten.
Vaak hoor je in de media over racisme naar getinte mensen of andere etnische volkeren maar over Aziaten wordt vaak gezwegen- ik weet niet waarom, wellicht omdat Aziaten er geen punt van willen maken of omdat anderen het niet zien als een serieus probleem maar dat is het wel.
Ook als Aziaten er gewend aan zijn geraakt, ook als ze niks zeggen en al helemaal als ze wel iets zeggen en er niks aan wordt gedaan, als de situatie wordt weggelachen, gebagatelliseerd. Ik ben de afgelopen week vier keer nageroepen op straat, maar ook op school, door groepjes jongeren met “CORONA!”, dat dit gebeurd is één maar dat er niet één persoon in die groep naar zijn vriend keert en zegt “Jezus man, wat zeg je? Vind je dat normaal?” dat vind ik het ergste. Zo houden we dit virus in stand.
Ik ben in Nederland geboren, mijn ouders zijn beide op jonge leeftijd geadopteerd uit Zuid-Korea en dus vanaf kinds af aan al niks anders gewend dan de Nederlandse taal, cultuur (gulden, koninginnendag, Balkenende), normen en waarden, opvoeding- toch ben ik door mijn jeugd heen tot aan nu, evenals mijn ouders, vaak nageroepen met “ni hao” “ching chang” “doe maar nummertje 40” “hey bamischijf!” “hey spleetoog (kun je nog wel zien?)” en ga zo maar door.
Niet elke Aziaat buiten Azië heeft een Chinees restaurant, niet elke Aziaat buiten Azië heeft überhaupt een paspoort uit dat land, en wat maakt het ook uit- iemand naroepen op straat met dit soort denigrerende, lage, ronduit domme opmerkingen- schaam je, schaam je als je niks zegt terwijl een dorpsgenoot je Aziatische vriend met een “grapje” belachelijk maakt, schaam je dat je een ander doet laten voelen alsof ze onder een ander categorie mens vallen dan jij.
Het erge vind ik nog dat het zo normaal is. Dat ik er automatisch altijd rekening mee houd. Dat als ik wordt nagekeken op straat door mannen, ik niet weet of ze dat doen omdat ze me begeren of omdat ze denken “hey kut Chinees” zoals op de basisschool de standaard aanspreekvorm was, maar misschien begeren die mannen me wel precies en alleen omdat ik een soort Aziatisch stripfiguurtje ben in hun hoofd, geen mens maar je weet wel zo’n poppetje uit van die pornocartoons.
Gister kreeg ik zoals ieder ander jongvolwassen meisje dat misschien zou kunnen overkomen, ineens het idee na mijn studie een jaar te gaan wonen in Italië en daar als barista m’n vrijheid en jeugdigheid vieren, onbevangenheid: la dolce vita, ik zou genieten, de zon, wijn en als ik terugkeer zou ik m’n eigen facking pasta kunnen maken, maar meteen na die gedachte, begon ik me ernstig af te vragen wat in Italië de algemene houding is t.o.v. mensen die er Aziatisch uitzien.
In Rome zijn onlangs alle Aziatische studenten van het Rome's Santa Cecilia conservatorium onderzocht op het coronavirus, ook degene die al jaren niet buiten Rome zijn geweest; alle studenten uit Oost-Aziatische landen zijn inmiddels verboden zich in te schrijven aan de onderwijsinstelling.
4-2-2020
#coronavirus#racisme#Aziaten#racisme tegen Aziaten#geen gedicht#geen sorry#opiniestuk#maatschappelijk#xenofobie
13 notes
·
View notes
Text
Oh Deer....Nara, Nara Park en mijn reis naar Hiroshima.
Tijdens mijn laatste dag besluiten Brad en ik om vroeg op te staan en af te reizen naar Nara, waar Nara Park ligt. Nara Park is bekent van alle loslopende, tamme en vriendelijke (niet allemaal trouwens......) hertjes. Het schijnt een hele beleving te zijn......en dat was het ook!
We springen rond 10:00 in de trein en gaan richting Nara.....dit ligt zo’n 40 minuten van Kyoto af....dus prima te doen als dagtrip.
Bij aankomst op station Nara lopen we een van mijn kamergenoten tegen het lijf......genaamd France.......een jonge man van 21, zeer vriendelijk, spreekt gebrekkig Engels en heeft een gehoorbeschadiging......waarom zeg ik dat......omdat ik wil meegeven hoe mooi hij was.....ondanks zijn ‘handicap’ is de man alleen op reis in een land waar Engels al gebrekkig wordt gesproken en Frans al helemaal niet.....maar hij geniet! Ik heb diep respect voor hem....daarnaast lopen 2 dames die France net ontmoet heeft.....toevallig zitten zij ook in ons hostel! Brad en ik zijn nog wat verdwaald maar France neemt ons op sleeptouw......we willen namelijk allen 5 hetzelfde zien.....we besluiten om gezellig samen te gaan........we stappen de bus in en ongeveer 5 haltes verder komen we aan op onze bestemming.....Nara Park.

Ze zijn zo facking cute....

That smile......
We besluiten om lekker wat door het park te slenteren....we volgen de menigte en komen onderweg nog veel meer hertjes tegen......dan zien we een kraampje waar je voor 200 yen koekjes kunt kopen voor de hertjes.....we halen een sloot aan koekjes en gaan lekker speels door het park......pas wel op want sommige hertjes zijn helemaal niet zo schattig......ze kunnen bijten, schoppen, kopstoten en aan je trekken.......maar wij zijn met drie ‘grote/sterke’ mannen dus wij niet bang......alhoewel Brad en ik toch wat keer als 2 meisjes weg hebben moeten rennen hahahah....

Zoals dit.....RUN!!!!
Gelukkig waren de meeste gewoon netjes opgevoed.....de hertjes dan....en konden we met alle liefde de beestjes aaien en voeren

Direct mijn mond gewassen met alcohol......weet jij waar die beesten allemaal komen...;)


Om op te vreten!!
In het park vinden we een vijver.....en we besluiten om even een kijkje te nemen......even weg van alle toeristen......het is lekker rustig......alleen locals.

Meneer zat even lekker te genieten van zijn sushi en een goed boek!

De vijver met in het midden een dock......niet heel veelzeggend maar voor het idee..
Na het park besluiten we om weer eens een tempel te bezoeken.....jawel...nog een tempel......je wordt op een gegeven moment toch wel een beetje tempel moe.....maar deze tempel schijnt prachtig te zijn aangezien die kolossaal is en er staat een facking grote boeddha binnen......de tempel ligt 8 minuten lopen vanaf het park.....we besluiten om eerst even een bakkie te doen ergens.....we eindigen in de Starbucks....ja...ook hier zijn hipsters......maar de koffie + het broodje was heerlijk! Het is zo bizar......als je in Nederland van die voorverpakte sandwiches haalt weetje eigenlijk al dat het gewoon troep is......maar hier in Japan.......holy shit.......zo facking vers.......maar dat komt omdat de Japanners eten heeeeeeel serieus nemen.....ik haal ook regelmatig (misschien wel verslaafd) spicy crispy chicken bij de 7-eleven......goedkoop en gruwelijk lekker....tip voor als je even op je centjes moet letten.
We komen aan bij onze bestemming....we zien een lang pad met aan weerzijdes winkeltjes/kraampjes......en natuurijk lopen hier ook de herten lekker rond te banjeren.

De locals zijn de herten eigenlijk spuugzat hahah.....ze lopen telkens naar de kraampjes om eten te bietsen......dan zie je weer een Japans vrouwtje rennen: shoe, shoe met schoppende beweging haha
Aan het eind van dit pad ligt de tempel....ik heb tijdens deze dagtrip te weinig foto’s genomen....ik was te druk met externe factoren zoals: Brad, de meiden en France......totaal niet handig......maar dat kom ik nu pas achter......het is belangrijk voor mij om mijzelf te vinden tijdens deze reis.......of iig......ik heb mijzelf al gevonden.....nu moet ik alleen leren om dit te accepteren zodat ik volledig kan ‘zijn’......dat ik ik ben........en niet de gedachtes die door mijn hoofd dwalen....bezig zijn met wie ben ik als, of wie ben ik dan.......maar gelukkig heb ik dat besef en kan ik weer stapjes vooruit nemen....en begrijp me niet verkeerd....het is was super gezellig met iedereen....zijn 1 voor 1 super leuke en lieve mensen.....maar ik moet meer naar de kern.....nah ja.......verder met mijn trip.
Bij aankomst van de ingang van de tempel heb je 2 keuzes: 1 alleen boeddha hal, 2 boeddha hal en museum......we kiezen voor 1 want we hebben allemaal niet echt trek om door een museum te slenteren.....we lopen al de hele dag en we zijn behoorlijk versleten.

Direct vanuit de ingang tref je de tempel! Hij is gigantisch....toch wel spijt dat ik niet meer foto’s heb genomen...

Bij binnenkomst van de tempel de gigantische boeddha’s.....het zijn er 3 in totaal

Na een rondje tempel zijn we doorgegaan naar huis.....het is 16:00 en we zijn aardig gesloopt......de dagen slenteren en de nachtelijke avonturen gaan langzaam zijn tol eisen...we gaan lekker in het hostel wat eten en drinken en we zien dan wel wat de avond ons brengt.......ik schrijf mijn voorgaande blog en drink wat biertjes met Brad.......dan loopt er een man langs mij heen.....ik groet hem....en hij mij.....we hadden elkaar al eerder gezien.....hij komt uit Argentinië.....hij is 40 jaar oud en reist voor 2 weken alleen door Japan......ik ga wat roken en geeft vriendelijk aan dat hij graag met mij mee gaat......we staan buiten heerlijk wat te roken en praten over onze reis......we nemen nog wat biertjes en sigaretten waarop plotseling hij zegt: jij hebt zo’n goede energie daarom ben ik hier nu met jou.......en dit zeg ik niet om veren in mijn reet steken.......ik wil hiermee zeggen dat alles valt en staat met bepaalde energie levels......ik voelde namelijk precies hetzelfde bij hem......zo’n klik.....prachtig om mee te mogen maken....hoe slecht je soms over jezelf kan denken en dan plots komen dit soort personen op je pad die al die gedachtes wegvagen......pure vertrouwen hebben......niet eens weten wie de persoon is maar je weet dat het goed zit.......we knuffelen elkaar en we nemen afscheid......Marian - zo heet hij - moet namelijk de volgende dag weer om 06:00 op....hij heeft mij wat levensadvies gegeven en we hebben insta uitgewisseld....ik ga deze man nog eens zien of spreken......zo niet....ook goed.....Brad en ik gaan nog met een paar andere naar de Hub (kroeg die totaal uit Engelse sferen bestaat, alsof je Engelse pub in loopt) We maken het niet te laat en we gaan naar bed....we ontbijten de volgende dag samen en nemen afscheid....Brad naar Tokyo ik naar Hiroshima....Brad ga ik ook nog zien/spreken.....het is een mooie man!
Ik ben nu in mijn hotelkamer in Hiroshima....ik kom net heerlijk uit bad en heb mijzelf in een Japanse pyjama gehesen.....ik ben volledig in rust en mijn gedachtes zijn te overzien.....geen drukte.....ik ben begonnen aan het boek: De kracht van het Nu, van Eckhart Tolle.....ik heb dit boek mogen krijgen van een bijzonder persoon die ik pas heel kort ken (paar maanden) maar mij al heel dierbaar is. Ik heb nu 30 pagina’s gelezen maar het grijpt mij nu al.......hij schrijft precies over de struggles die ik nu onderga.......het is rustgevend om te lezen dat ik niet alleen ben met al deze gedachtes.....ongecontroleerd en bangmakend op zijn tijd.....ik ga lekker nog een sigaret roken......morgen ga ik lekker de hele dag Hiroshima ontdekken......ik spreek jullie later.
Dikke kus
Rik op Reis
5 notes
·
View notes
Text
Covid-19 /9

30 3 2020 – deel 3
Eerst gezondheid
Mijn fietstocht door het Corona-virus landschap dat zich nu voor mij ontrolt is ingrijpend. Ik hoor zoveel feiten, meningen, observaties. Het duizelt mij. De beleving van ervaringen in mijn kleine persoonlijke kring is een heel andere dan die welke zich afspeelt in het wereldwijde debat. Misschien zijn daar teveel deskundigen die zich uitspreken over onderwerpen die zij onvoldoende overzien.
Recessie en sterven
Zondagavond was er een hoogleraar op het gebied van Veiligheid en Bestuur in OP1 op de televisie. Hij kwam vertellen wat hij ook al in een artikel in de krant had laten schrijven. Dat was een belangrijke bijdrage aan het debat dat gevoerd wordt. ,,Je gunt iedereen een extra levensjaar. Maar als openbaar bestuur moet je kosten en baten in perspectief zien, tegen elkaar afwegen. Zulke zware maatregelen kosten ook levensjaren,’’ zegt hij.
Mijnheer Helsloot maakte duidelijk dat een zware economische recessie als gevolg van het virus verreweg de meeste consequenties heeft voor arme mensen, voor de onderklasse. Dat een zware recessie of depressie na enkele jaren leidt tot vele doden. ,,Als je een inkomen hebt op bijstandsniveau leef je gemiddeld tien jaar korter dan iemand met een normaal inkomen. Dus al die mensen van wie het inkomen nu verdwijnt omdat ze ontslagen zijn of nog worden als gevolg van deze maatregelen gaan korter leven. Dat moet je meewegen,’’ is zijn mening. Wanneer je dus alles op alles zet om het virus te bestrijden veroorzaak je doden door de economische recessie. Op de televisie en in het artikel maakte de professor geen duidelijke keus tussen economie en zorg. Uit andere berichten zou blijken dat tijdens recessies en depressies niet meer mensen overlijden. Dat hoorde ik op de radio. De bron moet ik nog uitzoeken.
Vacuüm tussen leven en dood
In de praktijk maken verwanten en artsen voortdurend keuzen tussen al dan niet overlijden van mensen. Daarbij is laten leven het uitgangspunt. Medici strijden voor iemands leven. Soms spelen daarbij kosten ook een rol. Er circuleren verhalen waarin het verlengen van het laatste levensjaar van iemand een waarde zou hebben van ongeveer 80.000 euro. Als iemand een jaar ouder kan worden door gezondheidszorg mag dat voor ouderen 80.000 euro kosten. Voor jongeren mag het bedrag hoger zijn. Een specialist die voor de keuze komt te staan wat aan de familie te adviseren is daarbij geneigd om het leven van een jonger iemand voorrang te geven. Familie heeft in deze processen lang niet steeds het laatste woord en de patiënt ook niet. Zoals bij meer belangrijke thema’s kom je op de grens van leven en dood in een vacuüm, in een niemandsland terecht waar geen duidelijke richtlijnen meer bestaan.
Boter op ons hoofd
Terwijl de vrieskoude oostenwind langs mijn oren giert en ik de kant van Dwingeloo op trap denk ik hierover na. Dat het goed is dat OP1 het dilemma op tafel legt. De patiënten en hun families en artsen, verpleegkundigen en andere zorgmedewerkers hiermee te maken krijgen. Het is altijd al een onderwerp, maar in deze tijd, met een virus waar geen vaccin voor is, komt het duidelijker dan ooit naar voren. Er is een tekort aan intensieve zorg bedden, aan beademingsapparatuur. Dat tekort neemt toe. Hoe komt dat toch?
“We hebben allemaal boter op ons hoofd”, zei CEO Frans van Houten van Philips tijdens het programma van OP1. Hij maakte duidelijk hoezeer Philips zijn best doet om tijdig voldoende van deze beademingsapparaten te leveren. “Hopelijk in het tweede kwartaal”. Dat is te laat voor een aantal mensen. De vraag die later beantwoord moet worden is hoe het komt dat Nederland te weinig voorraden van essentiële apparaten en mondkapjes heeft om bij een al zo vaak voorspelde virusaanval zonder vaccin in te kunnen grijpen. Waarom steken we onze koppen in het zand?
Eerst gezondheid, dan economie
Luisteren we niet naar visionairen die wel wisten dat het virus onderweg was zoals Bill Gates in zijn TED talks sinds 2003? Hoe komt het dat het zorgstelsel hier zo faalt op het gebied van preventie? Dezer dagen zie je het zorgstelsel kreunen onder de vraag naar zorg, zoals in 2008 en daarna het bankwezen instortte. Dat zijn zeer grote crises die samenhangen met de manier waarop we leven. Ik schrijf dit met de grootste waardering voor alle zorgmedewerkers die zich nu wel inzetten om de ramp te bestrijden. Welke rol speelt ons materialisme en egoïsme.
Ik denk dat onze gezondheid voorgaat boven welk economisch belang dan ook. De rationele rekenkundige wijze van hoogleraar Helsloot is niet mijn wijze van denken. Wel moeten we de economie zo inrichten dat een recessie of depressie niet ten laste komt van mensen op bijstandsniveau. Een goede methode daarvoor is de invoering van een basisinkomen dat gekoppeld is aan het minimumloon. Een experiment hiermee in Finland toont naast kritische punten ook positieve resultaten. Hoe dan ook moeten we bij een recessie de armoedeval dichten.
Ik denk dat mijnheer Helsloot met al zijn berekeningen ons een oneigenlijke vraag voorlegt. Hij gaat er immers, zoals de meeste, vanuit dat na de crisis de economie zijn groeipad en hegemonie op de oude voet hervat. Voor een deel denk ik ook dat de rijen van de welvaartseconomie zich weer sluiten als de pandemie onder controle is. Behalve als we welzijn en gezondheid meer waarde gaan toekennen dan welvaart en rijkdom. Misschien kunnen we nu voor gezondheid kiezen, zoals artsen beloven, en later nadenken over de toekomstige inrichting van onze samenleving.
2 notes
·
View notes
Text
6. Brood met kaas
april 2020
Mijn moeder heeft me net een kopje muntthee op mijn kamer gebracht. Ze heeft me al drie keer gevraagd om de vaatwasser uit te ruimen en ik heb al drie keer geantwoord dat ik dat zo ga doen. Volgens mij kookt mijn vader pasta vanavond. Ik ben weer terug in mijn tijd van het puber-zijn, wonend met twee ouders in één huis. Met het verschil dat we nu geen van allen naar school of werk gaan maar alle drie elke dag de hele dag thuis zijn. En zonder enig zicht op hoe lang nog.
In februari kwam ik naar Nederland vanwege het overlijden van mijn oma, maar toen ik weer terug wilde vliegen gooide China de grenzen op slot, dus daar kan ik voorlopig niet meer heen. Mijn studie Intercultural Communication aan de Shanghai Theatre Academy gaat online verder. Voor sommige vakken werkt dat beter dan andere. Het is best een uitdaging om de exacte vingertechniek van het waaierdraaien uit de traditionele Chinese dans onder de knie te krijgen als het scherm en dus ook de docent steeds vastloopt op het cruciale punt van het in de lucht werpen van de waaier. De Tai Chi docent die het steeds heeft over opgaan in je omgeving, verdwijnt opeens echt in zijn green screen achtergrond op Zoom. En door het tijdsverschil zit ik regelmatig om half 7 ’s ochtends al te luisteren naar intense aria’s tijdens de Chinese opera les. Bovendien geeft mijn moeder online Nederlandse les aan anderstalige kinderen in de kamer naast mij, dus dan zit ik net in een online discussie over oriëntalisme in het modernistische theater, hoor ik weer door de muur ‘EDWIN EET BROOD MET KAAS. NEE MET KAAS. KAAS. K-A-A-S. JA HEEL GOED AWAD!’
Soms overvalt de heimwee me. Ik mis het daar zijn, de aanwezigheid in een klas, met echte mensen. In onze Zoom lessen ben ik me voortdurend bewust van die opsplitsing van aanwezigheden. Ik ben aanwezig aan mijn tafel in mijn kamer in mijn ouders huis in Nederland. Een echte, fysieke aanwezigheid. Ik ben ook aanwezig in de online Zoom les. Voor mij zijn dit verschillende werelden. In Zoom kunnen mijn klasgenoten alleen mijn digitale aanwezigheid zien. Ze kunnen slechts enkele aspecten van mijn andere aanwezigheid zien, de muur achter me, misschien de stoel waarop ik zit. En andersom ook, ik ga fantaseren over hun fysieke aanwezigheid, hoe de kamer eruit ziet waar ze zitten, afgeleid van de poster op de muur of de kast in de hoek. Maar dichterbij dan dat kom ik niet. Ik vraag me af hoe deze twee aanwezigheden, realiteiten, werelden, ruimtes zich tot elkaar verhouden. Hoe beïnvloeden ze elkaar, met mijzelf als enige verbindende factor. In contact zijn terwijl je opgesplitst bent. Ik mis de fysieke ontmoeting. En het voelt raar om theater te studeren zonder dat fysieke. Het confronteert me met hoe lijfelijk theater eigenlijk is. Niet alleen de directe aanraking, maar het fysieke aanwezig zijn met elkaar, ergens, samen, acteurs en publiek en de spannende uitwisseling ertussen. Een zinderende echtheid.

portraits of my Zoom classmates
Ondanks al het onverwachte dat is gebeurd, ben ik toch alweer bijna 8 maanden aan het studeren. Ik dacht dat het misschien tijd werd om eens te reflecteren op hoe het gaat.
Ik begon deze studie in Shanghai na 4 jaar ArtEZ en 1 jaar in het werkveld, vooral als theaterdocent. Nu doe ik een academische masterstudie, en ondanks enkele praktische vakken ligt de nadruk op, ja hoe noem ik dat, academische, kritische, discussie onderzoeksvakken. Waarvoor ik artikelen moet lezen in wetenschappelijk Engels (wat een heel andere taal is dan het spreektaal Engels, kwam ik al snel achter) en we die vervolgens bespreken in de les. Een presentatie over een in de les behandeld onderwerp behoort vaak tot de opdrachten, net als een afsluitend kritisch essay. En ik dacht dus ‘leuk, schrijven!’, maar een kritisch essay schrijven betekent eigenlijk informatie uit andere bronnen quoten of parafraseren en in een vastgestelde volgorde onder elkaar zetten. En dan ook nog in het wetenschappelijk Engels. Vreselijk vond ik het de eerste keren. Ik verloor mezelf de hele tijd in te poëtische zinnen en filosofische alinea’s waar ik best tevreden over was, maar die volgens de docent weliswaar mooi geschreven, maar totaal overbodig waren en niets toevoegden aan het punt dat ik wilde maken. Dat punt (of ‘the argument’, zoals we dat moeten noemen) veranderde sowieso de hele tijd in mijn hoofd, gewend als ik ben aan de eeuwige nuance en alles bekijken vanuit verschillende perspectieven. Maar goed, ik ben dus gaan inzien dat ik het moet zien als een soort spel, waarbij je binnen zeer vastgestelde kaders gewoon punten moet afvinken. En af en toe een poëtisch zinnetje kan best.
Behalve dit wetenschappelijke schrijven had ik ook moeite met het onder woorden brengen van wat ik bedoelde in klassen discussies. Met klasgenoten of collega’s in Nederland bevond ik me in dezelfde context, we waren bekend met hetzelfde theateraanbod en dezelfde theatertermen. Er was ook over het algemeen gesproken een zelfde smaak of idee over wat goed en artistiek was. Maar in Shanghai was die gemeenschappelijke context totaal verdwenen. We zaten in een Chinese context, met een groep van over de hele wereld, met elk hun eigen achtergrond, cultureel en professioneel. Ik vond het opeens weer heel moeilijk om het over theater te hebben. Zonder gemeenschappelijke termen of inzichten werd ik gedwongen om weer terug te gaan naar de basis. Als er niks meer vastligt, wat betekent theater dan echt voor mij? Wat vind ik goed? En hoe praat ik daarover? Hoe geef ik eigenlijk woorden aan het soms zo woordeloze karakter van theater? Hoe geef ik woorden aan het gevoel dat het me geeft?
Als er woorden aan werden gegeven, vond ik het vaak plat, of theoretisch gezever, nooit rakend aan de essentie. En ik was in het begin vooral bezig met anderen, klasgenoten met hun soms indrukwekkende achtergronden en grote wetenschappelijke kennis. Ook de docenten hadden het steeds over universiteiten als Princeton, Oxford, Yale. Wat kwam ik hier in godsnaam doen? Maar ik kan me nog herinneren dat ik op een bankje op de campus zat en opeens het inzicht kwam: Maar ik heb dit al 4 jaar gestudeerd! Ik heb 4 jaar lang op ArtEZ geleerd over theater en gefocust op persoonlijke visie, op wie ik ben, wat ik doe, waar ik voor sta. Gek hoe je soms kan vergeten wat er allemaal in je zit. Vanaf toen kwam de vrijheid om niet alleen te delen vanuit mezelf, maar ook door klasgenoten geïnspireerd in plaats van geïmponeerd te worden.
Ik ben het wel gaan waarderen, die wetenschappelijke benadering. Het dwingt je om heel nauwkeurig verschijnselen te analyseren en te duiden. Je leert om zuiver te kijken, en duidelijk te formuleren wat je wil zeggen. Je gedachten ordenen zeg maar. Ik ben blij met wat ik nu allemaal leer en zie het wel voor me in de toekomst, een combi tussen wetenschappelijk en artistiek. Maar wel ook maken, alsjeblieft. Want voor mij is niet alles te duiden. Ik wil soms gewoon even niet beargumenteren, bronnen quoten, wetenschappelijke onderzoeken lezen, ik wil vaak gewoon voelen en gevoeld worden. Voor mij gaat theater zo vaak om gevoel, energie, stroom, of weet ik hoe ik het moet noemen, het is woordeloos. Ik mis het, dat ‘vuur’, die plek waar het gebeurt. Er middenin staan, en dan niet weten wat er gaat gebeuren, en dan heel onzeker zijn maar ook heel erg blij.
Als ik nu terugkijk naar de afgelopen maanden, dan zijn de gelukkigste herinneringen de momenten van ‘samen’ geweest. Met de klas naar de opening van een tentoonstelling in een galerie en elkaar nog niet zo goed kennen en een beetje dronken worden van de gratis wijntjes op de rooftopbar. Met een groepje naar een dragqueenshow en na afloop geen taxi kunnen vinden dus samen naar huis lopen, door een donker Shanghai, super verliefd op alles en iedereen. Een Thanksgivingfeest organiseren en een enorme kalkoen kopen en die samen helemaal opeten. Mensen samenbrengen, voor mij is dat wat betekenis geeft. Dat is waar ik heel erg gelukkig van wordt. Dat is voor mij ook het belangrijkste aspect van theater, die focus op het samenzijn, de uitwisseling tussen mensen. En wat er dan ontstaat, in proces en op de vloer. Hoe verbindend dat werkt, ongeacht in welke culturele context. Ik kijk er enorm naar uit om weer theater te maken.
Maar voor nu studeer ik 3 uur per dag Chinees, volg ik mijn online Zoom lessen, lees ik de wetenschappelijke artikelen, schrijf ik mijn kritische essays over de invloed van technologie op de fysieke theatervorm, over de invloed van westers realisme op de traditionele Chinese opera, over de plek van het persoonlijke verhaal in hedendaags Chinees theater, over bewustzijn van de westerse houding tegenover de ‘Ander’, en ben ik thuis met mijn ouders. Soms voelt het nog als puber-zijn, maar steeds vaker voelt het als drie volwassenen die samenleven en het eigenlijk heel goed hebben met elkaar. Oja, ik ben meer aan het schrijven opeens. Gewoon flarden, zonder doel. Vooral in het Engels, weet niet waarom. Het maakt me blij. En ook al heb ik inmiddels wel geleerd dat vooruit plannen geen enkele zin heeft, toch droom ik stiekem van nog een paar maanden Shanghai, misschien volgend schooljaar...

hometown mood
1 note
·
View note
Text
Day 19# We are smoked..

I found this Beautifull statement via a tip from a friend, the essence lay inside if we maybe can use this hole time to reflect on why this is all going on, to shake us up, to give us a big wake up call on and invite us to look. Just to see that this is nature who claims attention which is positive for our world, for example, the radical stop of pollution is something that actually clears out that it is possible to stop the unstoppable train of continuation of our economy. We now all know there was an emergency button hidden inside al the governments, to radical stop everything, to call a hold on the whole economy, and look for new ways of sustain our future world.
http://www.bruno-latour.fr/sites/default/files/downloads/P-202-A0C-DUTCH_0.pdf
De volgende vragen gaan in het Nederlands omdat het artikel ook in het nederlands geschreven is:
Vraag 1: Welke activiteiten zijn nu geschorst die u niet meer zou willen hervatten?
De overconsumptie in de breedste zin van het woord van onze maatschapij is tot een halt geroepen, en van mij mag dit zo blijven of dit even realistisch is, blijft de vraag maar als de bijbehorende snelle massa productie, uit behoefte van koopkracht bevestiging voor een gedeelte nooit meer terug mag komen, teken ik daarvoor.
Vraag 2: Beschrijf (a) waarom deze activiteit voor u schadelijk/ overbodig/ gevaarlijk/ inconsistent lijkt; (b) hoe de verdwijning/schorsing/vervanging ervan andere activiteiten waar u de voorkeur aan geeft gemakkelijker/consistenter zou maken? (Schrijf een aparte paragraaf voor elk van de in vraag 1 genoemde antwoorden).
A. Het gevaar of de overbodigheid ligt in mijn ogen in de motivatie van het koopgedrag waar we nu als maatschapij aan geconditioneerd zijn. het komt voort uit gewenning van dat wat er was en blindheid voor dat wat er voor nodig is. Eindstand staan we in onze eigen laarzen te hozen, omdat het nou eenmaal zo al jaren comfortabel gaat.
B. Door te kijken naar kwaliteit, en universeliteit wat ik zelf bijvoorbeeld in alle producten na streef is onafhankelijk van het merk, in welk vorm de essentie van de functie bevredigd word.
Vraag 3: Welke maatregelen beveelt u aan om ervoor te zorgen dat werknemers/werknemers/actoren (agents)/aannemers die de door u verwijderde activiteiten niet langer kunnen voortzetten, worden gefaciliteerd bij de overgang naar andere activiteiten?
Door te kijken naar de eigen bijdrage, het minimaliseren van het eigen koopgedrag vanuit de consument. Door het aanbieden van kwalitieve producten die duurzaam zijn een over een tijdloos beschikken.
Vraag 4: Welke van de nu geschorste activiteiten wilt u ontwikkelen/hervatten of welke zouden opnieuw uitgevonden moeten worden?
Onze vraag vanuit de maatschapij naar gevoel, emotie en verhaal in de producten die je bij je draagt of consumeert, is iets wat hervat moet worden. Deze trend is denk ik een waar we veel aan kunnen hebben.
#tags
1 note
·
View note
Text
vervaagd
het liefst wil ik gewoon vervagen. net als hoe de zee mijn voetstappen vervaagt, hoe de wolken de stralen van de zon laat vervagen, hoe jij iedereen laat vervagen die om je geven, hoe de rozen verwelken en vervagen omdat ik ben vergeten ze water te geven. ik wil weg, langzaam maar beetje, zonder dat ik mensen pijn doe. en dan, als ik eenmaal weg ben, ben ik net zo vervaagd als de voetstappen, zonnestralen, de mensen en de rozen. ik word een memorie, die ook langzaam, beetje bij beetje vervaagd. ik ben vervaagd.
25 notes
·
View notes
Text
Soms schrijf ik over autisme
Op eigen beweging zocht ik mezelf een therapeut. Het was een beweging die drie jaar duurde, maar uiteindelijk ben ik er dan toch geraakt. Bijna wekelijks mag ik een uur lang met een vrouw praten, in de hoop dat dit ene uur iets zal doen aan de chaos die heerst in de overige 167 uren van de week. Naar mijn inschatten, is de therapeut er van overtuigd dat we elkaar vaak genoeg zien. Ik niet. Ik zie nog niet hoe één oase van zelfhulp midden in een woestijn van kwelling effectief kan zijn. Maar ik ben niet pessimistisch. Er is maar een beperkt aantal uren in een week en er valt niets aan te doen, dus klagen is contraproductief. Het is immers mijn eigen planning die de tijd zo heeft beperkt.
Ik ben een volwassen man. Ik ben echter nog niet zo lang volwassen. Ik heb ook autismespectrumstoornis maar helaas tijdens mijn jeugd was niemand er in geslaagd om me goed uit te leggen wat dat wilde zeggen. Daarom ga ik nu pas naar de therapeut, wanneer ik me op het einde van mijn krachten voel. Mijn moeder relativeerde mijn diagnose altijd. Ze zei dat ik gewoon mezelf was en dat ze geen nood voelde om een heel circus rond mij te bouwen zoals andere inferieure moeders in de omgeving deden met hun kinderen. Hierdoor werden vaak mijn autisme-gerelateerde problemen genegeerd in plaats van aangepakt. Maar ik bekritiseerde mijn moeder hier nooit voor. In mijn ogen had ze heel veel begrip voor mij. Mijn vader noemde me een “rand-debiel”, dus mijn moeder’s aanpak was niet al te slecht. Ik ben aan het afwijken; mijn therapeut-
Mijn therapeut probeert dus in te halen wat ik gemist heb over het onderwerp van autisme. Zij neemt het op zich om me uit te leggen wat ik ben. Wat ik ben. Ikzelf ben van de overtuiging dat autistisch iets is dat mensen zijn, in plaats van dat ze autisme hebben. Iets dat men heeft, kan men namelijk afstand van doen. Men zou het kunnen verliezen. Autisme kan men echter niet verliezen en ik zie ook geen enkele reden om een onderscheid te maken tussen de ziel en de eigenschappen van een mens. Sommige mensen zijn egoïstisch. Ze hebben niet egoïsme. Ze zijn het. Als een man zou beweren dat hij lijdt aan een zwaar geval van racisme, zou het haast klinken als een excuus om gebrekkig te zijn. Als een soort van mislukte verbloeming. Een slechte eigenschap die niet deel van hem is, hoewel hij het toch altijd met zich meedraagt. Alsof een mens niet geheel verantwoordelijk zou zijn voor de dingen die in zijn eigen schedel gebeuren. Maar als de mens zijn eigen schedel niet beheert, wie doet het dan wel?
Excuseer, ik wijk graag af. Van onderwerpen in gesprekken, maar werkelijk van alles.
Mijn therapeut is gewend om met kinderen te werken, of althans jongere mensen. Ik vroeg haar wanneer ik te oud zou zijn om door haar geholpen te worden. Zij zei dat ik naar een therapeut voor volwassenen zou moeten, zodra dat ik volwassene-problemen had. Ik was nieuwsgierig naar het onderscheid tussen volwassene-problemen en kinder-problemen. Ze gaf me als voorbeeld van volwassene-problemen, “problemen met drank of relaties”. Interessant toch? In mijn volwassen bestaan ben ik verstandig genoeg om van beiden onderwerpen weg te blijven. Misschien had ik dan langs een therapeut voor volwassenen kunnen gaan toen ik nog tiener was?
De therapeut is erg geïnteresseerd in autisme. Ze zegt me dat ik veel interessante dingen zeg. Het is niet verwonderlijk, autisme moet haar indertijd zodanig geïntrigeerd hebben dat ze besloot zich er in te specialiseren. Nu is alles dat ik zeg, doe of beschrijf uiterst merkwaardig voor haar. Alsof ik leerrijk ben, of entertainend. Ik heb gemerkt dat telkens als ze me iets uitlegt over autisme, dat ze verwacht dat ik dit speciaal of interessant zou vinden. Misschien verwoord ik dat verkeerd; Maar ze gelooft dat de informatie die ze met me deelt iets merkwaardig heeft, en dat ik de merkwaardigheid er van zou erkennen. Maar ik erken het helaas niet. Is het tonen van typisch autistische dingen aan een autist, dan niet het zelfde als saaie banale dingen tonen aan een niet-autist? Is het dan niet te verwachten dat het me niet echt beweegt? Is dat een strikt Engelse expressie of mag ik dat zo schrijven? Geen idee. Er werd mij ook verteld dat ik geen puntkomma mag gebruiken in schrijfwerken, door een dikke leerkracht Nederlands uit het laatste jaar van een ASO richting (niet bepaald een voorbeeldig persoon waar ik veel respect voor had). Dat advies heb ik volkomen genegeerd. De mens maakt de taal, niet andersom. Ik gebruik puntkomma’s op elk moment dat ik en de Nederlandse taal een ruzie hebben. Het is bijna magisch, ik wring mezelf door zoveel zinnen met dat ding en ik begrijp zelf ook niet hoe, wanneer of waarom ik het gebruik.
Terug ter zaken; (puntkomma joepie!) de therapeut gaf me een boek over autisme mee naar huis om te lezen. Ze was daar erg enthousiast over, want ze had het zelf gelezen en het interesseerde haar natuurlijk enorm. Ze liet vallen dat ik ook over mijn gedachten een boek zou kunnen schrijven, tenzij als dat een droom van mij was. In dat geval heeft ze dat niet laten vallen, maar klonk het gewoon ergens in mijn waanzinnige hoofd. Ze had toch wel zeker gezegd dat mijn kijk op de wereld interessant zou zijn om er over te… lezen? Mijn geheugen is zijn ware zelf met deze anekdote. Misschien fantaseerde ik het allemaal. Hoe dan ook, misschien is voor iemand niet-autistisch mijn kijk op de wereld inderdaad interessant maar wat de therapeut hier niet goed begrepen heeft, is hoe zelden ik feitelijk naar de wereld kijk. De wereld interesseert me niet. 99% van de dingen die gebeuren op deze wereld, zijn dingen waarvan ik niet eens besef dat ze bestaan. En als ik te horen krijg dat ze bestaan dan val ik compleet uit de lucht maar tegelijkertijd kan het me nog steeds niets schelen. Als deze tekst lang genoeg zou door drammen, dan eindigt het ooit in een sprookjeswereld beschreven in een boek dat in een bibliotheek staat midden in een andere sprookjeswereld, twaalfhonderdduizend lichtjaren van de planeet aarde vandaan. Want planeet aarde is niet waar mijn hersenen op letten, vandaar de concentratieproblemen. Er zijn ruim genoeg dingen die me dagelijks bezighouden die niets te maken hebben met de realiteit waarin andere mensen (met technisch gezien ikzelf inbegrepen) leven.
Focus! Ze gaf me een boek. Het laatste boek dat ze me gegeven had, kon gelezen worden door een zesjarige en had prenten met dieren. Ik geef dat boek een tien op tien. Dit boek daarentegen heeft verrassend veel woorden. En dat is jammer want ik lees echt niet graag. Ik ben vaak geïnteresseerd in de verhalen dus ik zoek wel veel boekbesprekingen op online, maar voor het lezen zelf heb ik niet de concentratie en ik doe het ook zo traag. Het boek noemt “Mafkezen en het Asperger-syndroom” in het Nederlands en is uit goed hart geschreven door Luke Jackson uit Engeland(denk ik), wie op het moment van het schrijven een kind was met autisme. Het is nu al een week nadat ik het boek gekregen heb en ik heb het ondertussen al gelezen tot pagina negentien. Ik begon met lezen op pagina vijftien. Het lijkt leuk maar zoals gewoonlijk zet dit me enkel aan om zelf te beginnen schrijven in plaats van verder te lezen. Vandaar het bestaan van deze tekst.
Neem me mijn afkeer voor het lezen niet te kwalijk. Mensen vinden het vaak verwarrend dat ik niet graag lees, omdat ik altijd zeg dat ik een schrijver wil zijn. Maar ik begrijp dan weer niet wat lezen en schrijven met elkaar te maken hebben. Het zijn twee compleet verschillende, zelfs tegenovergestelde, activiteiten. Ik meen het; In deze tijden begrijp ik echt niet waarom mensen nog willen lezen. Of waarom mensen nog willen televisie kijken. Of met elkaar praten. Het is 2017 – het jaar van de ondergang (want elk huidig jaar is het jaar van de ondergang) - en als ik dan toch eens durf naar de wereld te kijken zie ik niets anders dan een overdreven overvloed aan informatie. Overal is er informatie. Overal is er iets om te lezen, overal is er iets om te leren, waar je ook maar kijkt. De mensen houden maar niet op met informatie naar je te slingeren, en ik hoef het niet te hebben. Reclame voor films, dat zinkend schip van een industrie, en andere rottige producten. Sociale media, om mij weg te jagen van het internet. Zielloze muziek waar iedereen tegelijkertijd naar luistert alsof ze geen individuele smaken hebben. De wereld schreeuwt naar ons de hele dag door. Als ik dan te weten kom dat ik er een schepje bovenop kan doen, door een goed boek te lezen dan zeg ik nee. Sorry interessant boek, de andere media hebben het luchtruim al in beslag genomen en hebben het voor jou verpest. Ik wil niet dat de wereld nog meer dingen naar me roept. Eigenlijk zou ik liefst van al willen dat de hele wereld eens stopt met roepen. Dat de wereld zwijgt en in plaats daarvan mij ook eens een keertje laat praten. Ondertussen zou ik al even luid kunnen terugschreeuwen. Dat is wat schrijven is: Stoppen met luisteren en begrijpen dat je hersenen de onzin van de buitenwereld niet nodig hebben. Beseffen dat er buiten je schedel niets hoeft te bestaan. Lezen is informatie opnemen, of soms geforceerd naar binnen moeten slikken. Schrijven daarentegen is informatie uitstoten, en nieuwe dingen creëren. Lezen is vast zitten in de houdgreep van de wereld. Schrijven is opstijgen en het allemaal achterlaten.
Ik ben weer eens enorm afgeweken, maar zo hoort het. De tekst gaat toch nergens naartoe, en het eindigt ook zo abrupt.
. . .
Deze tekst kwam ik ergens op mijn kladblad tegen. Ik herinnerde me al niet meer dat ik het geschreven had. Het zou ongeveer een jaar oud moeten zijn. Het was duidelijk niet echt voor een publiek bedoeld, maar ik vond het zelf wel amusant om het opnieuw te lezen dus ik denk dat het wel goed staat op deze blog.
Zoals de tekst zelf zegt, laat ik meestal de realiteit links liggen. Ironisch genoeg is deze tekst misschien wel één van de enigste keren dat ik de realiteit echt aan het beschrijven was in één van mijn schrijfsels. Leukst van al vind ik hoe de tekst inderdaad nergens heen gaat, en hoe incoherent het verhaal is. Het is exact zo rommelig geschreven zoals mijn gedachten denken.
Goed gedaan, ik uit het verleden!
22 notes
·
View notes
Text
Ik ben er
Het is momenteel 9 uur s'avonds wanneer ik dit schrijf.
Vanaf jouw bankje wil ik dat je een aantal dingen weet.
Het gaat momenteel niet zo goed, dat ligt aan van alles maar de echte vinger kan ik er nog niet op leggen. Pas geleden kwam ik tot het besef dat er een hoop dingen niet goed gaan, mentaal maar toch zeker ook fysiek.
Dus vandaag voelde ik de noodzaak om je te bezoeken. 11 jaar geleden ging het vanwege omstandigheden, scenario's o.i.d gewoonweg niet. En ik kan eerlijk zeggen dat ik daar nog weleens moeite mee heb. Dus ik ben hier eigenlijk om verschillende redenen.
Ik zit momenteel aan de medicatie, anti psychotica zoals ze dat zo mooi noemen. Het is met name om mij rustig te houden, want eerlijk gezegd gaat het af en toe gewoonweg mis in mijn hoofd. Mijzelf accepteren gaat dan ook best wel lastig. Gelukkig word ik binnenkort geholpen, en wellicht dat ik dan eindelijk ook kan accepteren dat je weg bent. Of op zijn minst, mijn emoties verwerken.
Want daar schort het het meeste aan. Het verwerken van verlies, het verwerken van verdriet en met name het verwerken dat sommige dingen nou eenmaal gaan en weg blijven. Wanneer ik dat niet kan verwerken dan uit dat zich in verbale en fysieke agressie. En de enige vraag die je dan achteraf kan stellen is, waarom?
Nou, momenteel kan ik die vraag niet beantwoorden. Ik verwacht dan ook niet wanneer ik er volgend jaar zit dat ik dat wellicht wel weet.
Ik hoop op zijn minst dat mensen trots op mij kunnen zijn. Want eigenlijk heb ik maar barweinig gepresteerd, althans dat vind ik.
Als ik dingen kon veranderen had ik dat zeker gedaan maar het is zoals het is. Maar ik wil dat je weet dat ik er ben. En dat zal ik wellicht vaker gaan doen.
Het uitzicht is hier mooi, dit heb je goed gekozen. Het ga je goed
Gerben
#nederlands #blog #brief #gedachten #tekst
1 note
·
View note
Text
Niet verzonden brief (28)
Van jou en mij,
Toen ik in de klassenlijst zag dat ik bij jou in de klas zou komen, wilde ik echt gillen. Ik meette mezelf meteen een minderwaardigheidscomplex aan en liet alles maar over me heen komen. De eerste week vond ik je echt kut want hij, mijn crush van vorig jaar zat ook in onze klas en jij was de hele tijd bij hem. Ik voelde mij geïntimideerd. Tijdens een technologieles moest je mij wat laten zien van de docente. Ik schrok want waarom zou JIJ iets aan MIJ moeten laten zien? Je deed het en in het weekend daarna stuurde ik jou een berichtje over wie die ontwerper ook alweer was. Niet omdat ik het vergeten was hoor, ik wilde gewoon contact met je. Een halve maand daarna zei ik tegen jou dat ik jou een heerlijk mens vond en volgens mij begon daar onze vriendschap.
De maandag daarop volgend deelden wij samen dat ene gevoel. We vormden samen een front en toen dacht ik dat dit wel eens heel bijzonder kon gaan worden. Steeds vaker begonnen we dingen met elkaar te delen. We knuffelden elkaar elke dag en dat was iets nieuws voor mij en voor mij was het bijzonder want ik had zo tegen je op gekeken. Ik kon me gewoon niet voorstellen wat jij zag in een persoon als ik.
Regelmatig liet ik je weten dat ik respect voor je heb, dat ik trots op je ben en dat ik jou een ontzettend mooi mens vind. Ik gun jou dingen. Ik gun jou zo ontzettend veel dingen. Op 15 oktober deelde jij een heel persoonlijk verhaal met mij over het uit de kast komen en de problemen die zich daarna voordeden in jouw omgeving. Hij, de crush van vorig jaar, deed ook actief mee aan dat gesprek. Ik werd er emotioneel van. Jij lachte. Waarschijnlijk omdat je dat niet begreep maar het deed me echt zoveel zeer om te horen.
17 oktober; Je vroeg via een Whatsappje dat je met me wilde praten. Ik was meteen in de stress en was meteen allemaal scenario’s aan het bedenken over wat ik gedaan zou kunnen hebben waarom jij wilde praten. Ik kon er niet achter komen en de volgende dag zei je, tot mijn grote ergernis, dat het niet meer nodig was.
We gingen samen, met nog wat andere klasgenoten, eten in de stad en naar een BPV voorlichting. Ik ontmoette je ouders en ik hield meteen van ze. Twee dagen daarna vroeg je of ik met je mee wilde naar de Dutch Design Week. Ondanks dat ik vrijwel meteen reageerde dat het goed was, heb ik echt wel nagedacht over of dat wel een goed idee zou zijn. Een hele dag met jou opgescheept in een stad die ik niet kende, wat zou dat worden? Op de Dutch Design Week zelf kwam ik erachter waarom mijn hoofd vond dat ik erover na moest denken. Het was echt gezellig, maar toen je mij in mn gezicht mepte met een zak kruidnoten en ik daar boos om werd, was de sfeer eigenlijk wel een beetje verdwenen. Jij wilde weten waarom ik daar zo boos om werd omdat jij dat niet begreep en het maar als grapje bedoelde. Ik zei dat je het gewoon niet moest doen. Ik bedoel, ik kon je daar toch niet vertellen dat dat me deed denken aan de klappen die mijn vader me vroeger gaf? De rest van de Dutch Design Week was geweldig. We dronken witte wijn in het Warehouse of Innovation en toen liet ik voor het eerst iets heel prive aan jou los. Ik vertelde over wat mijn vader had gedaan vroeger en dat hij nu, gelukkig, dood was en ik vond het heel bijzonder dat jij niet meteen ‘gecondoleerd’ begon te gillen. Normaal gesproken doet iedereen dat, maar dit vond ik fijner. Je luisterde. Je was er. Vanaf het moment dat die wijn binnen was, vond ik je weer leuk en fijn worden. Die uurtjes daarvoor waren mwah. Op het station in Strijp S vroeg je mij of ik je tas wilde dragen. Ik met mijn domme hoofd nam je tas aan om vervolgens tot de conclusie te komen dat je gewoon geen zin meer had in je tas. Ik bitste je toe dat ik niet je PA was en raakte chagrijnig op je. Later, vraag me niet hoe, was dat ook wel weer goed. We gingen naar de Flying Tiger en dat was aanvankelijk niet de bedoeling, maar we blijven Nederlanders en we werden aangetrokken door de uitverkoop. Alles voor een euro. Jij kocht alle propellorpetten uit het pand op en we hebben zo ontzettend gelachen met de vreemde mensen die met ons in dezelfde rij naar de kassa liepen. Later in de trein was er een mevrouw boos weggegaan omdat wij te luidruchtig waren. Ik vond je toen irritant en o zo leuk tegelijk. Ik kon niet kiezen.
Ik deelde mijn idee over het schrijven van een eigen poeziëbundel met jou. Jij moedigde dit idee aan. Heel erg zelfs en dat gaf mij dat laatste beetje vertrouwen in mijn kunnen. Ik ben bezig gegaan. Als ik dit schrijf, is het nog lang niet af, maar ik blijf ermee bezig. Ik moet dit doen van mezelf. We hebben zelfs een fangirlmoment gehad over Boer zoekt Vrouw en dat was echt het laatste waarvan ik had verwacht dat ik het daar met jou over zou kunnen hebben. Op 19 november schreef ik een brief naar jou. Ik nam deze op in de hoop dat je zou gaan huilen bij het luisteren. In de hoop dat je echt zou beseffen dat je in mijn hart zit, lekker warm, en dat ik van je houd. Een brief waarin ik schreef dat je me mocht haten als ik je hart ooit zou breken. Toen wisten we niet hoe dichtbij dat randje nu zou zijn. Toen wisten we niks. Je was me dankbaar. Je was me zo dankbaar.
Het Tropenmuseum. Ik had de expositie gezien van de kinderen op de cacaoplantages. Ik heb zo hard moeten huilen daar in dat fucking museum. Ik wilde naar je toe. Ik wilde je knuffelen en ik wilde gewoon even bij jou zijn. Ik kon je niet vinden. Letterlijk en figuurlijk. Je was met anderen en ik wilde daar niet tussenkomen. Ik voelde me teveel. Ergens bij de Samurai vonden we elkaar. Je knuffelde me en dat was het moment dat ik echt brak vanbinnen en dat niet echt heel erg liet merken aan de buitenkant. Daarna raakten we elkaar weer kwijt. Ik deed mijn best om bij je in de buurt te blijven, maar dat was tevergeefs. Diezelfde dag liet ik je weten: ‘Ik denk echt dat je lekker zoent.’ (Als je dat oké had gevonden, had ik je ook echt gezoend.) We schreven naar elkaar en we moedigden elkaar aan om vaker te schrijven. Om te blijven schrijven. Om te blijven doen waar we goed in zijn. Schrijven is nog steeds iets wat ik heel graag een keer samen met je zou willen doen.
We begonnen aan een nieuw project. Jij zat bij mij in een groep en we begonnen goed. We wilden voor OMGB een opdracht samen doen, een samenwerking die achteraf volledig in de soep liep en misschien maar goed ook, want jij kan nu een meesterlijk werk maken. Een werk waardoor ik nog trotser op jou ben dan ik al was. Ruzie, negeren, pijn, verdriet, boosheid, vertrouwen en hopeloos. Dat waren de keywords van de afgelopen week. Een vreselijke week. Niet alleen voor jou, maar ook voor mij. Na jou vier dagen te hebben genegeerd wilde ik eindelijk praten. Nu, ruim anderhalf uur bellen verder lijkt alles goed te zijn. Niet meer zoals het was in het allereerste begin, maar goed. Gewoon goed. Oke. En dat is een nieuw begin.
-
Dit zijn gebeurtenissen van het afgelopen half jaar. Vanaf die maandag middag in september, die dag dat ik jou leerde kennen, tot nu heb ik gedacht dat jij mijn beste vriend was. Ik denk dat ik nu op het punt ben gekomen waar ik het goede ga doen voor mijzelf in deze situatie. Ik deel al een tijdje geen dingen meer met je omdat ik de opening in jouw zorgvuldig opgebouwde muur niet meer kan vinden en misschien wil ik die ook wel niet meer vinden. Als we nog dingen met elkaar delen liggen die dingen op een bedje van irritaties die dan weer omhoog komen en zich opnieuw opstapelen.
.Jij bent met jezelf bezig en dat is prima. Niet helemaal wat ik zoek in een vriendschap. Jij hoeft niet te veranderen omdat ik iets anders zoek. Soms groei je in een vriendschap meer naar elkaar toe en soms groei je uit elkaar. Dat doet pijn, maar op een gegeven moment moeten we doen wat het beste is voor onszelf. Blijf jezelf want je bent prima zoals je bent.
x.
8 notes
·
View notes
Text
136. Het einde
14/07/2020
Niet het einde van de reisblog! Verwacht ten minste nog een epiloog of zoiets dergelijks. Maar ja, het is 14 juli en het is 23:50, dus over 10 minuten begint mijn laatste dag in Slovenië. Eigenlijk was dit dus mijn laatste dag, want morgen vertrekken we waarschijnlijk rond 8:00 ‘s ochtends (help me) om naar Nederland te gaan.
Gisteren had ik alleen 135. x geschreven over Naya Rivera’s dood. Gisteren was ik te moe om over de dag te schrijven en eigenlijk vond ik het ook een beetje raar om van “iemand die veel heeft betekend voor mij in mijn tienerjaren is op een tragische manier overleden” naar “MIJN DAGJE IN LJUBLJANA SIKE!!!” te gaan. Ik doe vaker emotionele wendingen in blog posts, maar dat was me iets te veel.
Ik schrijf dit nog zo laat, omdat ik net eventjes afscheid ben gaan nemen van Aga. Alles eindigt nu eenmaal. Maar laten we terug gaan naar 13 juli.
De fam ging ontbijten in het hotel. Ze vroegen of ik ook wilde komen, maar ik wilde mijn koelkast leeg maken en ik had nog 6 eieren en 2 tomaten, dus ik heb beide ochtenden roerei met tomaat gegeten.
Rond 10:00 ofzo stonden ze voor mijn deur en zo konden ze mijn thuis eens zien. Hier heb ik voor de laatste 6 maanden gewoond. Ze vonden het weinige licht in mijn kamer zeer shit. Ik zeg al maanden dat ik de donkerste kamer heb. Lu was niet onder de indruk van het huis.
Het was tijd om eindelijk de obags in het echt te waarderen! Ma en Lu hebben er 5 lange maanden op moeten wachten.
Toen gingen we Ljubljana weer in. Lulu wilde graag naar de bar waar we de struisvogel zagen in januari, oftewel de Zvezda. Ik was er niet meer geweest sinds de aller eerste dag. Lu wilde graag het ijs en we dronken wat en NATUURLIJK taart.
We zijn toen wat gaan winkelen (wow, goedkope elektrische tandenborstel bovenstukjes!) en ik liet ze gewoon wat plekken zien waar ik geweest was. Het is raar om op te merken hoe eigen alles is geworden in een korte tijd.
Het was gewoon een simpel dagje Ljubljana. Ze hadden de stad al in januari gezien, maar nu was er meer ~feeling!!~, want nu hadden ze een crappy tour guide. Helaas was Open Kitchen er niet.
Wat was er wel? VIGÒ.
***
15/07/2020
Ah, de tien minuten zijn voorbij. Ik wilde vroeg gaan slapen, want morgen moet ik relatief vroeg op, maar ik wil dit ook af maken. Dat gaat nog even duren.
Maar ja, eindelijk hadden ze VIGÓ ijs. Ik had Vigò en Lila. Mama had de chocolade sorbet en amarena. Pa had de Griekse yoghurt en amarena en Lu had twee keer cheesecake. De Griekse yoghurt smaakte echt wel naar yoghurt.
Toen gingen we even chillen in het hotel en zo konden we ook alle shop spullen even opbergen (waaronder de elektrische tandenborstel bovenstukjes wow!). Lu was moe, maar ik ging met pa en ma naar het kasteel om wat te drinken met uitzicht over Ljubljana.
Pa nam de meest steile pad omhoog en mam en ik namen de comfortabele lift van €4 retour.
Ik zoek later wel op hoe de bar heette, maar ja, we hadden een uitzicht over Ljubljana. Ik had er al foto’s van gemaakt op zaterdag, dus ik was meer geïnteresseerd in perensap.
Daarna pikten we Lulu op om naar de Chinees te gaan. Lu wilde al de hele tijd dumplings en ik besloot om niet naar de mega prominente Han te gaan, maar naar Zhong Hua. Dat is het kleine restaurantje waar ik met Victor naar toe ben gegaan. Het is duidelijk een familie bedrijf, want een schattig kleutertje liep de hele tijd rond.
Het was heel lekker, maar ik heb geen foto’s. Mam heeft er vast genoeg.
We gingen weer even naar het hotel, want het werd kouder, en toen op naar the place to be! Universiteitsplein. Er was namelijk een balletvoorstelling van het National Slovene Theatre in Maribor.
Nou, nu bleek het een mix van moderne dans en ballet te zijn. Ik had tijdens het optreden de voorstelling opgezocht, maar die pagina vind ik niet meer terug op de site.
Oh NEVERMIND, hier is het.
Eerst was er dus een dans met loopbanden en een danseres liep stil op de achtergrond, want ze was geblesseerd. Een grote fuck you naar de volwassen man achter me die het nodig vond om een danser belachelijk te maken toen hij een Aziatische taal sprak. Mijn twaalf jaar oude neefje heeft nog meer competentie dan u. De foto is niet geweldig, want het outdoor concert had al laten zien dat mijn camera niet geweldig is in het donker.
Daarna was er een mega lange pauze tussen de stukken. Ze moesten namelijk alle loopbanden weghalen en de danser kleedden zich om. Er kwam een mega lang stuk en pap en ik waren zeer onder de indruk van hun talent, maar ook zeer door de war. Ach, moderne kunst. Je snapt er niets van.
Het laatste stuk was dus de headliner. De “Falling angels”.
Het was cool en ik vond het leuk, maar het was niet mega geweldig. Bij een groep van het National Theatre denk je vaak eerder aan meer klassieke ballet. Moderne kunst is nu eenmaal raar. Als je het begrijpt, kan je het vaker meer waarderen. Anders leidt het gewoon tot veel verwarring. Ik heb hier een 10 voor gekregen:
Lang verhaal kort: moderne kunst is gewoon raar.
Het was rond 22:30 afgelopen en ik nam de bus naar huis.
De dag daarna had ik me enigzins verslapen, maar rond 10:30 zaten we in de auto richting Lake Bled. Yes, de laatste dag in Slovenië en eindelijk ga ik naar Lake Bled. Pa wilde ook wat anders dan Ljubljana zien en daar geef ik hem gelijk in. Slovenië heeft veel te bieden.
We kwamen even mijn huisbaas tegen en hij zei dat we naar Velika Planina moesten gaan. Dat was echt natuur en niet mega toeristisch. Het zou maar 25 minuutjes rijden zijn. Nou, het was 1 uur en 25 minuutjes over deels onverharde wegen. Dan maar naar Bled.
Lake Bled is één van de meest toeristische plekken in het hele land en wat is het een klote zooi om daar aan te komen. We hebben grotendeels rondgereden rondom het meer, want er stond nergens aangegeven hoe we er konden komen. De navigaties gaven ons een weg, maar dat was afgesloten wegens wegwerkzaamheden.
Uiteindelijk kwamen we er wel en we dronken wat in een heel schattig cafeetje.
Lake Bled was mega rustig. Toen ik hier langsreed met Tabea en Cristina was het benen buiten en overal file, maar nu was het gewoon stil. Er waren wel toeristen, maar niet belachelijk veel.
Wij zaten wel op een minder toeristisch deel, denk ik. We hadden niet eens geweldig uitzicht op het eiland in Bled. We zaten wel pal onder het kasteel.
Het was gewoon geweldig: het weer was niet te warm en niet te koud en het was helemaal niet druk. Het water is wel mooi.
Net zoals in Bohinj zie je de vissen zwemmen.
Er waren ook heel veel waterlelies.
We liepen even rond en er was ook een heel zwemgedeelte. Locals hebben allemaal abonnementen voor dat deel. Boven het zwemgedeelte lag een grill genaamd Grajska Plaža. Het plan was om uitgebreid te lunchen en dan licht te eten.
Alsnog, ma heeft de foto’s van het eten. Het zag er echt geweldig uit en het smaakte ook goed. Lu had eindelijk haar beef soup.
Rond 15:00 gingen we terug naar Ljubljana. We hebben even in het hotel gezeten en toen zijn Lulu en ik souvenirs gaan kopen (of Lulu ging souvenirs kopen en ik stond er naast) en ijsrolletjes halen bij Ice Wave. Dit is een ander bedrijf dat die op Open Kitchen en het smaakte ook anders. Hier gebruikten ze yoghurt en Bueno. Bij de ander hadden ze melk, Bueno en stukken witte chocolade. Beiden waren goed.
Pa en ma zaten inmiddels bij een café aan het water genaamd Petkovšek.
Wat voor avondeten? Burek. Ja, de laatste maaltijd in Ljubljana werd afhaal burek bij de 24/7 snackbar. We namen 3 pizza burek (burek met pizza smaak) en één pizza tuna (pizza met tonijn) voor Lu en ik ben blij dat de fam ook fan is van pizza burek. We namen het mee naar het universiteitsplein, want daar at ik ook altijd mijn afhaal eten. The place to be! Mijn Ljubljana experience!
Het plan was daarna om mijn spullen alvast in de auto te gooien, zodat we dat niet in de ochtend hoeven te doen. De fam ging naar het hotel en ik nam de bus naar huis. Vraag me niet waarom, maar ik voelde me ineens zeer “future” nostalgisch. De laatste keer buslijn 14 😭. Ja, ik ben zo iemand die gehecht raakt aan een buslijn, maar het was gewoon altijd een fijne rit, want het was niet mega druk.
Eenmaal thuis ging ik het laatste inpakken. Toen ook wat afwassen en andere dingen klaar maken. Pa kwam aan met Snuf (onze auto heet Snuf) om het grootste deel in de laden. Toen voelde het wel raar. Mijn kamer nu voelt ook mega leeg. Ik zei ook tegen pap dat het einde nu wel raakt. Ik ben natuurlijk verdrietig om weg te gaan, maar ik ben klaar om te gaan.
Of dat dacht ik.
(Fuck you Spotify voor Science Fiction Double Feature, oftewel Naya’s eerste solo in glee.) (Ja, ik luister nog steeds naar Ultimate glee playlist. Het is meer dan 25 uur lang.)
Ineens waren de laatste zes maanden opgepakt in een grote koffer en een paar tassen. We reden naar het hotel, want ik besloot om ook even te chillen in de kamer. Dus hoe besteedde ik mijn laatste avond in Ljubljana? Clubben? Drinken? Uitgaan t/m de vroege ochtend? Een zeer emotionele wandeling door het centrum?
Nee. Animal Crossing in een hotel kamer. (En nu wilt Bob ook nog verhuizen!)
Ik had ook even gedoucht, want die douche in het hotel is overduidelijk beter dan hier in huis.
(Spotify. Serieus? Nog een Naya solo? Santa Baby? God, haar stem was geweldig. “Was”, niet “is”. Ah.)
En toen naar huis. Laatste nacht hier, bitches. Ik nam de bus en lijn 6 kwam net op tijd aanrijden. Het is alsof deze bus wist dat ik lijn 6 shit vind (ja, ik heb ook haat aan buslijnen), dus als een vaarwelcadeau kwam de bus precies op tijd aan zonder planning. De app was namelijk niet aan het werken, dus ik had in mijn achterhoofd dat ik misschien toch moest gaan fietsen.
Eenmaal thuis klopte ik even aan bij Aga om vaarwel te zeggen, maar ze sliep (of dat dacht ik), dus ik ging naar mijn lege kamer. Ik heb nog een kop thee gezet en Kath kwam binnen, dus ik ben ook even met haar gaan praten. Zij vertelde dat Aga nog wakker is, dus ik ben alsnog even naar Aga gegaan.
Dat is het dan. 6 maanden en 6 dagen (oh wow) zijn voorbij. En nu is het 0:56 en ik moet echt slapen, maar ik wilde dit afschrijven. Plus, het is mijn laatste nacht hier! Let’s not care! No regrets.
De “caring” en “regrets” komen morgen vroeg wanneer ik mijn wekker moet snoozen. Yuè-van-morgen moet maar met de consequenties leven. Dat gaat leuk worden, aangezien ik nooit kan slapen in vervoer. Yuè-van-morgen(-of-eigenlijk-vandaag), het spijt me.
Weltrusten lezer. Welstrusten Slovenië. Welstrusten Erasmus. Ik heb net drie keer welterusten fout geschreven. Ik moet misschien toch maar eens gaan slapen.
Have a kitty cat.
3 notes
·
View notes