#spelen of sterven
Explore tagged Tumblr posts
Link
Charel Hungry For Kees by Ganymede1135
#gif#lust#lick lips#tongue#young love#charel#spelen of sterven#boys love#homoerotic#cinema gay#flirting#crush#so hot 🔥🔥🔥#anna blaman#teenagers#dutch#netherlands#bully#gay short film#desire#homosexual#hungry#eat you up
2 notes
·
View notes
Text
Kralen rapen
Soms lees ik in de trein een boek zonder een potlood bij me te hebben. Ik word daar onrustig van, tenzij het een meeslepend verhaal is. Soms heb ik alleen een balpen bij me en zoek dan in mijn tas naar een stukje papier of ik tik wat notities in op mijn telefoon. Die vergeet ik dan weer of ik raak het papiertje kwijt. Het is vooral frustrerend als de tekst rijk is aan parels of witte glanzende steentjes. Vriendin I bracht eens tijdens een vakantie aan de Griekse kust uren door met het zoeken naar witte marmeren steentjes langs de kustlijn, gladgepolijst door de zee. Misschien doet ze dat wel omdat ze op het gymnasium heeft gezeten en van oudGrieks hield of omdat ze een eigenzinnig en conceptueel kunstenaar is met een sterk ontwikkeld gevoel voor het absurde. Dat die witte steentjes oplichtten hielp haar bij het zoeken. Ik kreeg een handvol van haar.
Ik dacht daaraan omdat ik begonnen ben in een boek van Jan Keij over Sören Kierkegaard (filosofieleesgroephuiswerk). In het boek wordt gul gestrooid met parels of witte kralen zonder gat. Van Kierkegaard heb ik een boekje met aforismen – dat is wel een beetje vals spelen. Een pracht van een kraal: “De mensen zoeken in numerieke sterkte altijd wat Adam al achter de struiken zocht: dekking.” Die sluit mooi aan bij wat ik aankruiste in Keijs boek: “Je kunt geen afzonderlijke mens denken, maar enkel het begrip mens.” De eerste kraal glanst mooier.
Het boek met de meeste kralen uit mijn boekenkast is ongetwijfeld 'De ontdekking van de wereld' van Clarice Lispector. Zij is – al vaker hier vermeld – mijn grootste heldin. Om ze snel te vinden is het boek bezaaid met lelijke plastic bladwijzers van de Hema. Het boek is zo een pastelkleurige bloem geworden
Soms wantrouw ik mijn gerichtheid op kralen zoeken tijdens het lezen. Alles wat glanst is voor eksters en luie lezers, denk ik dan. Maar natuurlijk zijn het ook gewoon geheugensteunen en ze maken het lezen extra plezierig. Al heel lang houd ik van aforismen, maximes en motto's. Het zijn heel kleine, gepolijste artefacten van taal die hun glans maar niet lijken te verliezen. Het Griekse 'Ken uzelf' werkt al meer dan tweeduizend jaar. De mooiste zijn die je zelf hebt opgegraven, zoals deze van Lispector:
Je moet respect hebben voor je zwakte.
… omdat je het geschenk ervaart dat je stoffelijk bestaat.
Wat me geruststelt is het feit dat alles wat bestaat, bestaat met absolute precisie.
Brood is liefde onder vreemden.
Ik wist niet dat je pas liefhebt als je beider onbegrip optelt.
Wat leeft krimpt ineen omdat het leeft.
Zou sterven het laatste aardse genot zijn?
(vertaling: Harrie Lemmens)
2 notes
·
View notes
Text
‘Wildevrouw’ van Jeroen Olyslaegers: Dionysos aan de Schelde
Met zijn terecht meermaals bekroonde succesroman Wil (2016) demonstreerde Jeroen Olyslaegers dat hij een uitgehold genre als de historische roman volledig naar zijn hand kon zetten. Na meer dan vier jaar intense arbeid slingert hij met Wildevrouw zijn lezers nog verder terug in de tijd, meer bepaald naar het Antwerpen van voor, tijdens en na het bewogen onheilsjaar 1566. En hoe, want in zijn onnavolgbaar lyrisch en volks idioom weet hij als geen ander die woelige tijden tot leven te roepen in deze ongemeen rijke en overvloedige roman over vriendschap, verbondenheid, geloof en verraad.
Het is 1577 wanneer de innemende herbergier Beer, dan een vijftiger, vanuit Amsterdam terugblikt op de gebeurtenissen die hem tien jaar eerder Antwerpen deden ontvluchten. In die tijd was de Scheldestad niet alleen een bruisende handelsdraaischijf en een explosieve smeltkroes van religies, maar ook het kloppende hart van de schilderkunst, de rederijkerskamers, de cartografie en de boekdrukkunst. Beer verloor drie vrouwen in het kraambed. Zijn derde echtgenote baart hem, alvorens te sterven, een zoon, Ward, die vanaf zijn geboorte abnormaal behaard is en eruitziet alsof zijn vrouw niet met Beer heeft ‘gepaard’ maar met ‘een wild dier’. In de harigheid van zijn zoon ziet Beer ‘een vingerwijzing van U daarboven’.
Beer is een ooggetuige, die vanop de eerste rij de onrust in Antwerpen ziet toenemen, met zijn drukbezochte herberg als uitkijkpost. Geregelde en graag geziene klanten zijn de cartograaf Abraham Ortelius, de drukker Willem Silvius en in hun kielzog, zelfs de schilder Pieter Bruegel, bijgenaamd ‘Pierre den Drol’, die in een handomdraai een indrukwekkende muurschildering maakt met een slapende Beer omringd door apen. Een mislukte handelsexpeditie langs de Noordpool om sneller naar ‘de Indiën’ te kunnen varen, keert terug met een wonderlijke buit: twee ‘skraelingen’, een Eskimovrouw met haar dochter, of ‘mensdieren’ zoals Beer ze noemt. Ortelius krijgt de ‘wildevrouw’ als geschenk, maar vertrouwt haar toe aan Beers goede zorgen. Hoewel ze niet met elkaar kunnen communiceren, raakt Beer meer en meer in de ban van de vierde vrouw in zijn leven.
Beer zit in een wildemansbond, samen met drie vrienden: de boekhandelaar Hugo, de blinde reiziger (én kok) Jeroom en de Schrale, een narrige mafketel die — dat doet de ronde — model stond voor Bruegels ‘Dulle Griet. Op Lichtmis gaat dit bonte kwartet de straat op; Beer in ‘berenpak’ gestoken, met een grote ‘valse baard van koord’ en ‘een kroon van klimop’, de andere drie verkleed als koning, jager en vrouw, die doen alsof ze de wildeman de stad uit jagen, ‘om zo de nakende lente en dooi te verwelkomen’. In het toenmalige Antwerpen, waar handel en de vooruitgangsidee de plak zwaaien, kijkt men neer op de verklede vrienden: ‘want in de ogen van de handelaars was zo’n dierlijke vent een lachwekkende herinnering aan lang vervlogen tijden.’ Voor Beer is het wildeman spelen ‘heilig’ en ‘de ware gedaante van ons allemaal, ons oeroude verleden dat ons met elkander verbond.’ De uitheemse vrouw die hem in de schoot wordt geworpen ziet hij dan ook als een goddelijk antwoord op zijn roep naar liefde: verenigd vormen ze onmiskenbaar een reflectie van het wilde koppel dat het Antwerps wapenschild flankeert.
Beers getuigenis is een biecht, net zoals die van Wilfried Wils in Wil, met dat verschil dat de herbergier niet terugblikt in dagboeknotities, maar met openhartige confessies rechtstreeks gericht aan God en de lezer. Achtervolgd door de dood voelt hij zich vervloekt en vergelijkt zichzelf meermaals met de Bijbelse Job. Vanuit Amsterdam wil hij in het reine komen met zijn verleden en die vloek tenietdoen. Zijn stem is een bezwerende voice-over, die de aandacht weet vast te houden, mede dankzij de plastische en energieke beschrijvingen. Olyslaegers is een ware meester in sfeerschepping en weet historische gebeurtenissen met enkele borstelstreken bijzonder geloofwaardig en levendig in beeld te brengen. Zijn beschrijvingen van de Beeldenstorm, het landjuweel van 1561 en de eerste hagenpreken bijvoorbeeld zijn grandioos, net als die van de toespraak van de Grote Geus Hendrik van Brederode of van Hugo die met zijn boekenstand op de bevroren Schelde staat tijdens de horrorwinter van 1564.
In zijn herberg laat Beer oogluikend samenkomsten toe van de Familie der Liefde, een geheim genootschap dat voornamelijk bestaat uit ‘welgesteld volk’. Beer wordt echter nooit een volwaardig lid van deze maçonnieke bende, terwijl ze hem wel dwingen tot hand- en spandiensten voor belangrijke spelers zoals de magister John Dee, die als Beers gast een duivels boek schrijft, en de louche Hongaar Sambucus, die een bibliotheek met verboden boeken uitbouwt in Beers kelder. Onduidelijke afspraken met deze olijkerds komen de onfortuinlijke kroegbaas uiteindelijk duur te staan. Zijn vrienden zien hem als een verrader en in augustus 1567 ziet hij zich genoodzaakt, samen met de wildevrouw en haar dochter, te vluchten naar Amsterdam.
Door opnieuw te kiezen voor de historische roman schikt Olyslaegers zich uitdrukkelijk in een afgemeten traditie, maar niet zonder de beperkingen van het genre op scherp te stellen. Een gigantisch onderzoek ging vooraf aan het schrijfproces, grotendeels uitgevoerd door Olyslaegers’ ‘broeder van een andere moeder’ Stef Franck, en samengebracht op het soort website waarvoor het woord surfen is bedacht. Bruegels ‘Dulle Griet’, — die overigens een paar keer door Wils hoofd spookt in Wil — was hoe dan ook een eerste katalysator, maar wanneer Franck op de proppen komt met een op Bruegel gebaseerde afbeelding van een wildeman en later met een anonieme gravure van een vrouwelijke versie mét kind, is dat uiteraard koren op Olyslaegers’ schrijversmolen.
Vakkundig laat Olyslaegers feit en fictie in elkaar overvloeien, zonder het documentaire te laten overheersen en met een mooie balans tussen historische en fictieve personages. Nooit trapt hij in de val van het belerende, maar blijft — net als de wildemannen die ‘berserkerbloed’ drinken voor hun rondgang — een fervente volgeling van Dionysos en laat de verbeelding hoogtij vieren. Een grote natuurlijkheid, in zowel de dialogen als de vele personages van vlees en bloed, geeft Wildevrouw de grandeur van een hoofse kroniek. Het geregeld gebruik van obsolete woorden als ‘moosmeier’, ‘vliegmare’ of ‘zinkroer’ valt nergens uit de toon, en wanneer een stamgast — zoals het blijkbaar de gewoonte was — pist in de brandende open haard van Beers herberg, dan is dat vermakelijk én instructief.
Maar, geen Olyslaegers zonder een geëngageerd standpunt. Beer heeft wel degelijk een flink pak boter op het hoofd. Hij is medeplichtig en vlucht niet alleen voor de stormen die Antwerpen nog te wachten staan, maar ook uit schaamte voor zijn verraad, zowel aan zijn vrienden als aan de wildevrouw. Hij praat zijn schuld tijdens zijn biechten voortdurend goed, wat hem verlaagt tot een meester in zelfbedrog, een onversneden ‘tweezak’, om nog maar eens met Wils te spreken. Wanneer Ward aan Beer vraagt waarom de leden van de Familie hun geheimen niet willen delen, antwoordt hij dat verbondenheid ‘een schoon ding’ is, maar dat in de kern van de mens ‘een grote behoefte’ heerst om bedrogen te worden. Een van de motto’s, ‘Mundus vult decipi’ of ‘de wereld wil bedrogen worden’, een zinssnede toegeschreven aan de Duitse humanist Sebastian Franck, is in dat licht dan ook treffend gekozen. Later voegt Beer toe dat bedrog altijd zelfbedrog is en dat hij Antwerpen ontvluchtte omdat ‘de eenheid al was uitgekleed door de Antwerpenaren zelf, nog voor de Spanjaarden haar als wraakengelen hadden verkracht’, een niet mis te verstane verwijzing naar de huidige polarisering in onze maatschappij.
Had Olyslaegers met Wil zijn ‘Grote Vlaamse Roman’ reeds te pakken, dan is hij er nu met Wildevrouw meer dan glansrijk in geslaagd zichzelf te overtreffen én opnieuw uit te vinden.
Verschenen op: De Lage Landen (volledige tekst achter betaalmuur) 15 december 2020 en op papier in Ons Erfdeel, januari 2021
Wildevrouw van Jeroen Olyslaegers, De Bezige Bij 2020, ISBN 9789403113012, 416 pp.
www.wildevrouw.be
0 notes
Text
Nurmohamed geeft toe dat de NDP bij PanAm een betere dealmaker was dan de VHP
De straten van het North Gate project – PanAm begint op een doolhof van Nurmohamed en Santokhi te lijken. De mannen spelen balletje-balletje met ons. De PanAm case had door Nurmohamed en Santokhi simpeler uitgelegd kunnen worden, maar zij maken er een spaghetti van en daardoor neemt argwaan toe. Dus denk a torie en stel je zelf een paar vragen: het is een juweel van een project waarmee de VHP groots kan scoren en er is een onderliggende overeenkomst op basis waarvan Nurmohamed en de President vinden een betalingsopdracht – uiteraard met inachtneming van alle betalingsprocedures – te mogen geven: 1. Waarom creëert de VHP dan zoveel ruis en verwarring met steeds afgeven op de vorige regering? Waarom niet simpel focussen op stemmen bij elkaar harken met de show van een mooi project, ook al was het van de vorige regering? 2. Waarom wil de President per se de Vicepresident en de ABOP erbij slepen? Normaliter is Santokhi een man van onemanshow en alleen met de eer vandoor willen gaan. 3. Waarom draait Nurmohamed overuren met zijn optreden – LIM FM, KAAK, ABC, Persconferentie – voor een case die hij in principe in 10 minuten simpel had kunnen uitleggen? Kennelijk met de bedoeling de discussie een bepaalde richting op te duwen? Reconstructie Dus wat was zo simpel en waar zit de verwarring die gecreëerd wordt door Nurmohamed en Santokhi? Het is inmiddels duidelijk – Nurmohamed ontkent dat ook niet – dat er geen verplichting was bij de overheid om USD 8 mio te betalen op basis van de overeenkomst met Panam zoals afgesloten in 2019 door de vorige regering. Woorden als 'inkomen' en 'mondelinge' afspraken vormen geen basis. Overigens sinds wanneer zouden Santokhi en Nurmohamed zo gentle zijn om de mondelinge afspraken van de vorige regering na te komen. De hele discussie in de samenleving, mede aangezwengeld door de klokkenluider, gaat over een betaling zonder een grondslag in een overeenkomst. Maar Nurmohamed en Santokhi hebben naderhand wel een overeenkomst opgesteld waarin ze alsnog – let wel op het woord alsnog! – een verplichting van ongeveer USD 8 mio op zich hebben genomen om dat bedrag aan PanAm cadeau te doen. Oeps, bedoel te betalen. Dus de samenleving stelt dat er geen grondslag is om te betalen en Nurmohamed zegt van wel omdat die nu – let wel NU! – wel een overeenkomst heeft waaruit wel grondslag voor betaling zou blijken. Mooi zo, dan moeten wij een paar andere vragen stellen en een andere discussie voeren, namelijk: Waarom hebben Nurmohamed en Santokhi alsnog de behoefte gehad om een commerciële rijke projectontwikkelaar USD 8 mio te geven, terwijl de overheid zelf geen geld heeft en terwijl er baby’s sterven in ziekenhuizen omdat er geen geld is en terwijl er geen water uit de kraan komt midden in de stad omdat er geen geld is en terwijl er kinderen zijn die hongerig naar school moeten moet er geen geld is en terwijl “invaliden” hun tegemoetkomingen niet krijgen omdat er geen geld is. Waarom doet een president dat? Mooie betaalbare huizen waren er al. Ook zonder USD 8 mio. De huizen stonden er al. Mooie betaalbare woningen zijn nodig en die kun je realiseren door goede deals te maken zoals de vorige regering dat aantoonde en niet door Sinterklaas te spelen. Waarom doet de President dat? Bepaalde richting opduwen Nurmohamed en Santokhi en sinds kort ook de futubois van de VHP, sturen de discussie graag in een andere richting en vertellen ons een "stuur-ons-het-bos-in" verhaal. Nurmohamed spartelt al dagen en slaat wild om zich heen door zijn frustratie. Hij strooit met modewoorden als PPP en verwijten over verwaarloosde projecten van de vorige regering. Hij maakt zoveel heisa zodat men niet bij de echte tjoetja van dit verhaal komt. Hij leidt iedereen inclusief het OM af van de echte broeija. Het gaat niet om North Gate. Die torie zit mogelijk ergens anders als je steeds de “waarom vraag” blijft stellen”. Wat is dan de echte tjoetja en broeija? Was er iets strafbaars? Je kan alleen vaststellen of er strafbare feiten zijn begaan als je ook in de juiste richting gaat zoeken met de juiste hypotheses en dat gaat het OM niet doen want zoals Nurmohamed het nu brengt kan men bij het OM tot de conclusie komen dat er hoogstens andere politieke keuzes zijn gemaakt dan wat anderen zouden maken doch er zijn geen overtredingen in de zin van de wet begaan. Einde oefening en zo dreigt dit met een sisser af te lopen tenzij. Tenzij de “kraskoppen” – om een woord van Oostburg te lenen – in Suriname zelf onderzoeksvragen voorleggen aan het OM. Dit is dan ook het uur der waarheid voor al die “nationalisten” die zo van hun land houden. Schijn bedriegt Alles wijst erop dat het mogelijk niet gaat om het PanAm project, maar om mogelijk iets anders want waarom zouden Nurmohamed en Santokhi zomaar alsnog – let wel alsnog – USD 8 mio geven aan een rijke projectontwikkelaar terwijl de regering zelf arm is en het volk op alle fronten het moeilijk heeft. Let wel, er was dus totaal geen verplichting en geen reden voor. En dit moet de onderzoeksrichting zijn voor het OM. Het onderzoeken van die waarom vraag zal ergens anders naartoe moeten leiden. En hier moet het zorgpunt van het volk zitten, namelijk gaat het OM die waarom vraag onderzoeken? Hoe diep gaan ze zoeken? Hoe diep kunnen ze zoeken? Naast juridisch-technische vragen moeten motieven onderzocht worden, het OM moet hypotheses bouwen en via “follow the money” de hypotheses bevestigen of ontzenuwen. En de hypotheses moet men zoeken in “wie allemaal kan hier beter van geworden zijn”. Dit betekent eventueel beslag leggen op de administratie van de ontwikkelaar om geldstromen te identificeren. Het is vreemd dat de ontwikkelaar in elk geval in de media heeft verklaard dat die geen geld heeft ontvangen. Is dat zo? En waarom zegt die "man" dat als hij het toch zou hebben ontvangen ook al was het via een stroman zoals sommigen beweren. Bedenk dat het geld van North Gate naar andere projecten zou gegaan kunnen zijn en dat de njang in dat ander project gemaakt kan zijn, bij bijvoorbeeld project “Runway to North Sun two” oftewel “voorsorteren op noorderzon” oftewel “project lekkers klaarzetten voor later”. Huiswerk voor OM en kraskoppen Het is belangrijk dat het OM het onderzoek op verschillende fronten doet en zich niet beperkt tot of er onrechtmatig betaald is want ik vrees dat die betaling door de aanvullende overeenkomst gedekt is en dat het onderzoek dan doodloopt. Als men toch dat traject op wil dan zijn de volgende vragen relevant om beantwoord te krijgen: a. Moest bij de aanvullende overeenkomst en de aangegane verplichting geen openbare aanbesteding plaatsvinden? b. Kan de nieuwe verplichting van de overheid – gecreëerd door Nurmohamed en Santokhi – worden gebaseerd op de aanvullende overeenkomst immers die overeenkomst lijkt te gaan over een PPP waarbij North Gate geen karakter zou hebben van een PPP. Dus mogelijk toch geen basis in de aanvullende overeenkomst. c. Als blijkt dat er uiteindelijk toch een grondslag is voor een verplichting vanuit de overheid dan is de vraag of die verplichting ongeveer USD 8 mio moest zijn? Is dit bedrag niet te veel? Ik vrees dat dit met een sisser afloopt. Ik vermoed dat de tjoetja en broeija ergens anders ligt, in de vraag “waarom ALSNOG USD 8 mio willen betalen”. Huiswerk voor de samenleving De samenleving moet nu wakker worden en dieper nadenken. Er is een regering die USD 8 mio cadeau heeft gegeven aan een rijke projectontwikkelaar. Zijn Santokhi en Nurmohamed Sinterklaas geworden? Mooie betaalbare huizen komen ook zonder USD 8 mio cadeau te geven want dat had de vorige regering bewezen. Mooie betaalbare woningen zijn nodig en die kun je realiseren door goede deals te maken zoals de vorige regering dat aantoonde en niet door Sinterklaas te spelen. De samenleving ziet dat de NDP – de vorige regering- kennelijk in staat was huizen te laten bouwen zonder USD 8 mio voor infrastructuur te hoeven te betalen en dat de VHP – deze regering – door de knieën gaat voor de ontwikkelaar die kennelijk alsnog wat geld wil zien. Dus de NDP heeft toen sterker onderhandeld en is een betere dealmaker? Trap niet in de verhalen van Santokhi. Zoals altijd weet Santokhi even niks en laat hij anderen de "slag" vangen en gebruikt hij de tijd om een storyline te bedenken die hij straks kan "verkopen" om zijn huid te redden en zijn eigen handen in onschuld te wassen. Zoals hij dat ook deed bij HPSG, Surfin, SLM, Italianen en Jerusalem Ambassade. Santokhi blijft deze dagen akelig selectief stil. Laat dit het zoveelste bewijs zijn dat het behoorlijk mis is met zijn betrokkenheid bij het volk en met zijn leiderschap. Hikmat Mahawat Khan Read the full article
0 notes
Text
ER GAAT NIETS BOVEN STAD ALS INSPIRATIE
Hij woont in stad. De kunst ligt voor hem op straat. Stapt hij uit de deur loopt hij zo tegen de inspiratie aan. Die stad, de grachten, de straten, het plein, vertaalt hij in voor hem herkenbare beelden. Daarin herken ik niet de Akerk, de Korenbeurs of de Martinitoren. Die zijn er niet in te ontdekken. Jochem Hamstra is geen stadsschilder. Hij maakt geen romantische plaatjes van schilderachtige plekken. Wel zie ik hem langs de straat slenteren met een schetsboekje, wat potloden en een stukje krijt. Zittend op een terras achter een goed glas bier tekent hij de stad voor zich uit. Zo’n dromerig beeld kan ik mij voor de geest halen. Maar honderd om een haalt Hamstra zijn beelden tijdens kloeke stadswandelingen. Slaat deze op in gedachten en werkt ze thuis uit in het atelier. De vertaalslag wordt dan niet op papier gemaakt maar in zijn hoofd. Het is niet de zichtbare werkelijkheid, maar een afdruk van het idee bij een plek.
Er kunnen ook gebouwen en straten samenvallen in een enkele compositie. Niet als collage, juist meer of minder een abstracte verwerking van de realiteit. Maar altijd met die werkelijkheid als ondergrond, als basis waarop de schildering groeit naar een figuratie die neigt naar abstractie. Want het figuurlijke gevoel, de letterlijke emotie, is een aftreksel van de werkelijkheid. Een uittreksel of liever een doorsnee daarvan. Het is het uitdrukken van een basisstructuur, het gevoel en de idee is daar nog wel in te herkennen. De werkelijkheid laat Hamstra niet helemaal los. Alleen met de neus op de feiten raakt de realiteit uit beeld. Ook heeft hij uitzicht vanuit zijn atelier, op de zolder van het Lamme Huiningegasthuis, over de daken van de stad. Maar hoogbouw belemmert een weidse blik. Wel bekijkt hij het grote geheel, beziet de boten in de gracht, beschouwt de monumentale gebouwen. Onderdelen daarvan vind ik terug in de composities. Echter kan ik deze niet terug leggen op de plekken waar ze zijn ontstaan. Omdat Hamstra een universele omgeving schept. Een stad die niet alleen Groningen is, maar ook best Amsterdam of Utrecht kan zijn. Maar dit oord, deze plaats, is de stad waar hij zijn inspiratie opdoet en daarom losvast verbonden aan Groningen.
Hij woont op het platteland. De kunst groeit natuurlijk in zijn tuin. Gaat hij naar buiten valt hij met de neus in de boter. Maar zo werkt dat niet bij Martin de Jong. Hij is geen landschapschilder. Bij hem geen huisje, boompje, beestje. Hij houdt van de stad. Hoe groter, hoe beter. Hoe hoger, hoe mooier. Zakelijke gebouwen, woontorens, met in de gevels rijen gerangschikte ramen. Complexiteit daagt hem uit. In de stad heb je geen last van de horizon. Daar staat het landschap overeind – hoe hoger de gebouwen des te verticaler de blik. Op afstand werd hij erdoor geprikkeld. Zijn schilderijen inspireerde hij op New York, het zijn portretten van deze metropool. De architectuur losgelaten in speelse beelden. Afgeleide realiteit om het imposante gevoel beeld te geven. Een wiskundige opbouw gevat in strakke verticalen en rechtlijnige horizontalen. De regelmaat onderbroken door rijen ramen die in cadans donker of verlicht zijn.
Na het sterven van zijn vader verzette De Jong zijn bakens. In de nalatenschap vond hij houtbewerkingsmateriaal. Op eigen kracht schoolde hij zich om tot timmerman. Nu maakt hij collages, gefiguurzaagde houtvlakken, met nog telkens de stad als uitgangspunt. Daarin kan hij nog beter met de vlakken spelen, door uitsparingen doorzichten geven, restvlakken dynamisch maken. Hij maakt zijn eigen blokkendoos om lustig met de volumes te spelen. Meer dan in het schilderij zie ik het imposante van de inspiratie. De grootsheid van het verticale landschap. De wandobjecten ademen nog de stad. De reliëfs associëren aan het stadsgezicht dat gezien is in de schilderijen. Een collage van figuren gezaagd in en uit hout. Soms onbeschilderd gelaten of de sporen van eerder gebruik dragend. Maar ook geverfd met acrylverf of kleur gegeven door verf en epoxyhars. De Jong neemt in het hout afstand van het traditionele stadsgezicht. Door het samenvoegen van gezaagde contouren van torenflats en wolkenkrabbers kan een soort van kroonluchter ontstaan, een perpetuum mobile.
Al meer dan 30 jaar kiezen deze opmerkelijke kunstbroeders hun eigen weg, maar verliezen elkaar nooit uit het oog. Oorspronkelijk en zichzelf, altijd zoekend naar een onconventionele manier van benaderen. Het levert al jaren verrassende beelden op. Beide oeuvres lopen parallel aan elkaar. En nu dus samen in één uitzonderlijke tentoonstelling bij Kunsthandel Peter ter Braak in Groningen. Conservator en museumdirecteur Han Steenbruggen opende de bijzondere expositie eerder met een dadaïstische oprisping. Inhoudelijk ging hij niet op de heren in en liet het werk al helemaal buiten beschouwing zo leek het.
“De schilder zwijgt tussen de verstrooide splinters, om galg en schot. Een kooi 3 meter breed 5 meter lang. Zijn oog tot dakraam, zijn hand een zaag strooit hij de blik naar verten tussen lood en steen. Langs vensters, het gordijn waarachter schimmen samensmelten, voorbij de wolkenkrabber. (…) Een flits van vroeger raaskalt in de bloeddoorlopen verf of platen, planken, platte planken wrikkend om de sleutelgaten. Zij de lege luchten, boven chemischgroene raaigrasvelden, zij de strakgetrokken horizonten. Wij het kletsen van de klinkers, wij de helle gevels torens en de putten naar de onderbuiken waar het zuipt en kruipt achter de kieren en het sijpelt langs de kromme ellebogen…” Te poëtisch om in de vergetelheid te laten wegzakken. Te eigenaardig om niet te citeren. Even vreemd en eigenzinnig als STAD, daar gaat niets boven.
STAD. Een uitzonderlijke tentoonstelling met twee opmerkelijke kunstenaars. De straatcultuur als inspiratie. Kunsthandel Peter ter Braak, Noorderhaven 50, Groningen. Expositie van 8 tot en met 29 oktober 2023.
0 notes
Text
29/07/2023 Dromen door Emilia Sameyn (Nederlandse Versie)
Hallo allemaal, ik had een aantal interessante dromen op één nacht. Dus besloot ik ze te delen. Voel je vrij om ze te gebruiken in je creatieve werken, of te speculeren over hun betekenis.
Bedankt - Emilia Sameyn
(wat ik zag in mijn droom, gemaakt met AI en GIMP)
1. De duivelsjongen
Ik droomde dat ik naar een van die waargebeurde misdaadverhalen op YouTube keek. Het ging over een man die een vrouw vermoordde. Het zijn de jaren 80, een man ontdekte dat zijn vriendin de liefde had bedreven met een duivel, een letterlijke duivel, dus besloot de man haar te vermoorden. Hij werd echter op de één of andere manier geteleporteerd van de jaren tachtig naar de vroege jaren 2000. Hij was in de war, maar dat hield hem niet tegen, hij vond zijn ex-vriendin en vermoordde haar! Die duivel werd boos toen hij dit hoorde! Hij ziet tijd echter niet-lineair, dus uit blinde woede, of omdat hij wilde dat zijn zoon zou opgroeien met een moeder, hij stuurde de man uit 1980, twintig jaar vooruit in de tijd! De man werd gestraft voordat hij haar doodde, maar hij doodde haar, wat leidde tot de boze duivel en zijn straf. Het kind was natuurlijk bedroefd, maar hij kon tenminste bij zijn moeder opgroeien.
2. Extreemrechts VS Bronies
Ik liep 's nachts met een groep Bronies (volwassen fans van My Little Pony). Het was in mijn straat. Om de één of andere reden waren er Nazi's die in de straat aanwezig waren, ze liepen vooruit. Ze leken rumoerig en waren al bezig een van hun 'vrienden', een mede-nazi, te schoppen totdat hij op de grond viel. Ze bleven hem schoppen, niet te hard, als een "grap". Een vriend van mij zat aan de kant van de straat, hij was in de war. Hij vroeg me: "Moet ik lid worden van de nazi's of de linkse Bronies?" Ik zei, kies niet voor haat, kies voor liefde, we kunnen enorm cringe zijn, maar we zijn tenminste niet gewelddadig en vol haat. De nazi's leken dichterbij te komen. Ik ben een persoon die meestal voorbereid is wanneer dingen fout gaan. Ik keek of ik iets had om me mee te verdedigen, maar ik had mijn paraplu niet. Ik keek rond en zag een plastic spuitfles. 'Ik zou dat kunnen gooien, als het mis gaat. Als afleiding of 'wapen'. ' dacht ik. Maar, het was al te laat, de nazi's kwamen dichterbij en besloten ons als doelwit te nemen. Een greep me bij mijn shirt en trok me naar hem toe. Hij was een kop groter dan ik, maar mager. Ik was natuurlijk bang en greep instinctief met één arm naar zijn nek. Ik dacht bij mezelf "nek en knieën zijn de zwakke plek, misschien kan ik tegen zijn knieën schoppen. De nazi wilde me echter alleen maar intimideren en trok zich weg. Waarschijnlijk besefte hij dat het niet slim was om zichzelf pijn te doen of te sterven tijdens nachtelijke vechtpartijen. Hij probeerde echter te doen alsof zijn intimidatietechniek werkte, alsof hij besloot dat we 'te zwak' waren of zoiets. De nazi's gingen weg en ik was opgelucht dat er niet echt gevochten werd.
3. Vele zielen, één lichaam
Ik droomde over hoe ik dood was. Het bleek dat er niet één, maar tussen de 10 en 20 zielen in mijn lichaam zaten! Een man in een uniform, een engel, liet ons een projectie op een scherm zien: 'Oké, allemaal, dit wordt ons volgende leven!' Op het scherm zagen we een glimp van onze toekomst: een zesjarig meisje, haar lange haar was tussen blond en bruin. Ze leefde gewoon haar leven. In het ene fragment was ze aan het spelen in de tuin, in het volgende at ze een boterham. De zielen om me heen zagen eruit als gewone mensen. Sommigen waren rond de 20, maar de meesten waren van middelbare leeftijd en ouder. De meesten waren stil, sommigen riepen positieve reacties uit. 'Oh dat is leuk!' 'Wat een lieverd!', zei een 80-jarige vrouw. Ik besefte dat elke individuele persoon op aarde, elke persoonlijkheid, eigenlijk meerdere persoonlijkheden waren. Elke persoon had 10 of 20 persoonlijkheden in zich. Maar als ze leven, lijken de persoonlijkheden te vergeten dat ze talrijk zijn, en versmelten ze tot één persoonlijkheid. 'Dit zijn wij' wordt langzaam: 'dit ben ik'. Een andere factor kan zijn: als baby moeten onze hersenen zich ontwikkelen en vergeten we onze vorige levens. Elke "mini"-persoonlijkheid draagt min of meer bij aan die "grote" persoonlijkheid. Ook al heeft elke persoonlijkheid zijn eigen angsten, hoop en dromen, ze lijken het niet erg te vinden om als één persoonlijkheid te werken. Wanneer we ons leven leiden, voelen we waarschijnlijk verschillende dingen vaak op hetzelfde moment. Er zijn verschillende manieren waarop we kunnen reageren en we kiezen of doen altijd één optie. Deze 'mini'-persoonlijkheden zouden kunnen verklaren waarom we tegenstrijdige emoties hebben. De ene 'persoonlijkheid' wil dit, en een andere 'persoonlijkheid' wil iets anders. Het zijn misschien de stemmen in ons hoofd, wanneer één kant van je zegt: 'Doe het nu, gast!' terwijl een ander zegt: 'Wacht even, doe het niet, wat zijn je andere opties, schat?' Viola, dit waren mijn dromen. Hopelijk vond je het leuk ze te lezen! - Emilia
#droom#dromen#droomfabriek#kunst#ai#gimp#meisje#duivel#zielen#droomdagboek#slaap#slapen#nederlands#dutch#belgie#creatief#raar#ziel#spiritueel
1 note
·
View note
Text
Overdenkingen Met Spurgeon | De doodslaap Wat voor een slaap is de doodslaap? Wij weten, dat de hoofdgedachte, die aan slaap verbonden is, die van rust is. Wanneer het oog door de slaap gesloten is, heeft het geen pijn meer door het felle licht of het vloeien van tranen, het oor wordt niet moe door het gedruis van het leven of de klacht van het lijden; de hand is niet verzwakt door langdurige krachtinspanning en moeitevolle arbeid, de voet wordt niet verwond door het wandelen langs hobbelige wegen. Slaap is rust voor het kloppend hoofd, overspannen zenuwen en het bezwaarde hart. Op zijn bed, hoe hard dat ook mag zijn, vergeet de arbeider zijn werk, de koopman zijn zorgen, de denker zijn moeilijkheden en de lijder zijn pijn. De slaap maakt elke nacht tot een sabbat voor de dag. De slaap sluit de deur van de ziel en laat alle indringers buiten wachten. Zo is het ook met het lichaam, dat rust in het graf. ’’Daar rusten de vermoeiden van kracht, de knecht is vrij van zijn heer.” De werkman leunt niet meer op zijn spade. De geleerde vergaart geen kennis meer. Het rad staat stil, de schietspoel is niet in beweging, de hand en de vingers, die ze beide in beweging brachten, liggen nu stil. Het graf sluit alle stoornis, arbeid en moeite uit. De afgematte gelovige slaapt rustig als het kind, dat, vermoeid van het spelen, de ogen sluit en aan moeders borst inslaapt. O zalig zij, die in de Heere sterven, zij rusten van hun arbeid en hun werken volgen hen na. Wij schuwen het werk niet, ofschoon het op zichzelf een vloek is, want, geheiligd, is het een zegen, maar wij zouden het toch niet op zich kiezen en wanneer Gods werk geëindigd is, zijn wij blij, dat het onze ook geëindigd is. De machtige Bruidegom zal, wanneer wij onze dagtaak vervuld hebben, zijn dienstknechten op het beste bed laten uitrusten, want de grond van de valleien zal zacht voor hen zijn. Hun rust zal niet worden gestoord, tot Hij ze opwekken zal om hen hun volle beloning te geven. Door engelen bewaakt, achter het gordijn van de eeuwigheid verscholen, in de schoot van moeder aarde rustende, zal u voortsluimeren, u, erfgenamen van de heerlijkheid, tot de volheid van de tijd u de volheid van de zaligheid zal doen smaken.
0 notes
Text
omg interview met ilya kaminsky in NRC
Dove Oekraïense dichter Ilya Kaminsky: ‘Stilte is een uitvinding van de horenden’
Ilya Kaminsky Op de 52e editie van Poetry International treedt de in Amerika wonende Oekraïense dichter Ilya Kaminsky op. Als dove dichter schetst hij een wereld van geweld in stilte. ‘Poëzie hield de mensen in de schuilkelder bij zinnen.’
De Oekraïens-Amerikaanse dichter Ilya Kaminsky is vijftien jaar als hij in de bus aan een medepassagier vertelt dat hij dichter wil zijn. De man schiet hard in de lach en zegt: „Hoe kan iemand die doof is nu een dichter zijn?” Kaminsky, bij wie op zijn vierde jaar doofheid werd geconstateerd, gaat verward naar huis en vraagt zijn vader wat poëzie eigenlijk is. Zijn vader vertelt: „Er was eens een dove man die aan zijn vrouw vroeg het repertoire van Chopin zo hard mogelijk op de piano te spelen. Terwijl ze op de toetsen ramde, ging de man op handen en knieën zitten en beet in het hout van de piano.” En dat, zo legt Kaminsky uit per mail, is poëzie.
Kaminsky, die komend weekend optreedt bij de 52e editie van Poetry International in Rotterdam, werd door de BBC na de verschijning van zijn bundel Deaf Republic in 2019 uitgeroepen tot een van de twaalf kunstenaars die de wereld met hun kunst veranderden. Bij Poetry zal hij uit -Deaf Republic voorlezen, een epos over een dove jongen die tijdens een poppenkast-voorstelling wordt doodgeschoten door een soldaat. De gemeenschap protesteert: ‘De volgende morgen ontwaakte ons land en weigerde de soldaten te horen’. Het spreken wordt vervangen door gebarentaal, en zo ontstaat een alternatieve wereld waarin stilte een andere betekenis krijgt.
Dat de gedichten nu extra actueel lijken, terwijl de bundel uit 2019 is, is typerend voor de rol van geweld en oorlog in ons leven, meent de dichter. „Ik groeide op tijdens de val van de Sovjet Unie en het Transnistrisch Conflict”, legt de in 1977 in Odessa geboren Kaminsky uit . „Dat conflict was de eerste Russische ‘humanitaire hulp campagne’, zoals de Russen het indertijd omschreven. Het leek op de situatie in Oekraïne nu, alleen minder breed internationaal opgepikt. In 1993 kreeg mijn familie politiek asiel in de VS. Ook in de VS is er genoeg geweld, en hoe groot is het verschil tussen Poetins bommen op Kiev en die van George W. Bush op Bagdad eigenlijk? In de bundel wil ik het geweld dichtbij brengen, maar ook aandacht hebben voor hoe mensen ondertussen nog doorleven, lachen en liefhebben. De gedachte erachter is dat lezers vaak denken: dat geweld is gelukkig ver weg, maar dat is niet zo. We leven met z’n allen in de Deaf Republic, vandaar dat ik ook schrijf: ‘En toen ze de huizen van anderen bombardeerden, / protesteerden we / maar niet genoeg, we verzetten ons er tegen, maar niet // genoeg’.”
Het westen kijkt naar ons, deze oorlog is hun reality-tv en ze zijn benieuwd of we leven of sterven
Als we allemaal tot stilte zouden overgaan als eerbetoon aan Petya, zou dat helpen?
„In Deaf Republic schrijf ik onder meer dat stilte een uitvinding is van de horenden. Stilte is enerzijds macht – je legt iemand het zwijgen op – maar stilte beweegt ons ook tot spreken, ze is de bestaansreden voor muziek, poëzie en mystiek. Ik had tot mijn zestiende geen gehoorhulpmiddelen, als doof kind groeide ik op in een land zonder geluid en ik hoorde de Sovjet Unie uiteenvallen voor mijn ogen. Voor mij is zwijgen gekoppeld aan oorlog: ik zag explosies, zag hoe een moeder aan mij vroeg waar haar dochter was en hoe ik aan haar moest uitleggen dat ik haar niet kon verstaan. Nu krijg ik berichten van vrienden hoe ze overleven. ‘Het westen kijkt naar ons, deze oorlog is hun reality-tv en ze zijn benieuwd of we doorgaan met leven of sterven’, schreef een vriend me. Ik vroeg wat kan ik doen? Het antwoord was: ‘Poetins komen en gaan, stuur gedichten en essays voor ons tijdschrift’. Midden in de oorlog vraagt hij om poëzie, kan je nagaan. Wat ik bedoel te zeggen: zwijgen is uiteindelijk onacceptabel.”
En dan kan poëzie een functie vervullen?
„Ik vind het altijd een interessante vraag, omdat die zo westers is. Critici uit west-Europa vragen vaak: doet poëzie er nog toe in deze tijd? Ik kan het beste antwoorden door middel van een voorbeeld: een vriendin in Kiev schreef me dat zij nachten in de metrostations waar ze schuilde gedichten reciteerde, zo kon ze zichzelf en haar omgeving bij zinnen houden. De vraag of poëzie er toe doet, komt volgens mij van iemand die geprivilegieerd is, die kan alleen gesteld worden door iemand die altijd woorden heeft voor de positie waarin hij of zij zich bevindt. De meesten hebben dat privilege niet en hebben poëzie nodig. Als iemand in een schuilkelder poëzie uitspreekt om zo te overleven dan is dat het bewijs dat poëzie ertoe doet.”
In een gedicht schrijft u ‘Nu is ieder van ons / een getuigenbank’. Is poëzie er om te observeren of om vast te leggen?
„Poëzie geeft ons verbeelding en verlevendiging van onze omgeving. Waar een politicus spreekt over ‘collateral damage’ komt een dichter met het beeld van een helikopter die bommen werpt op de gasten die net een toast uit brengen. Het tot leven brengen is wat poëzie vermag, niet omdat ze mooi is of een luxe, maar omdat ze de meest onmogelijke momenten vorm kan geven. Soms is verwoording alles wat je nog hebt, en daarom kan je niet zuinig genoeg zijn op poëzie.”
Ilya Kaminsky treedt vrijdag en zaterdag op bij Poetry International. Info: poetryinternational.com
8 notes
·
View notes
Photo
@repost 🌟 Slaap zacht lieve vriend 🌟 Onzichtbaar voor velen liep hij door de straten, op zoek naar eten, een plekje om te schuilen, misschien ook wel een thuis… 😢 Ooit moet hij van iemand geweest zijn, iemand die niet voor hem zorgde want Pedro was niet gecastreerd of gechipt… onzichtbaar ging hij verder 🥺 Niemand die hem opmerkte, niemand die hulp inschakelde, niemand die hem wou. Tot hij volledig uitgeput en moederziel alleen onder dat zeil lag te sterven. Te laat… Onze fantastische dierenartsen, en het mag gezegd, ze hebben een hart van goud, zetten een heel weekend alles op alles om hem er niet alleen bovenop te krijgen maar ook om hem die warmte te laten voelen waar hij al die jaren naar op zoek was. 💖 Een knuffel, lieve woordjes, wat lekker eten… hetgeen ons troost bied in dit droevige verhaal, Pedro heeft liefde gekend, er is voor hem gevochten en hij is niet moederziel alleen onder dat klamme zeil gestorven. 🙏 Laat Pedro zijn verhaal hier niet eindigen, laat het mensen wakker maken en beter doen. Kijk niet de andere kant op, bied hulp, adopteer, doneer, word opvanggezin voor de vele Pedro’s die nog steeds buiten rondlopen. 🙏 Lieve Pedro, konden we maar… konden we de tijd maar terugdraaien en je iets vroeger vinden, dan lag je daar nu zeker en vast in een warme nest. Lieve vriend, het ga je goed daarboven… Speel vrij 🌟💖🌟 #everycatlivesmattersbypplimnotsureanymore #theyneedus #beavoice #educate #foster #donate #beterlaws #savethem #thisworldisdead #rescue #thedeadofhumanity #adoptdontshop #harderlaws #karmawillgetyou #everycatlivesmatters #lovethemnothurtthem #gethulp 😭😭😭 dit gaat op rekening van de blinde,de oh wordt all iemand it's doen,oh ne de is te vies , de trekt zijn Plan ,of ne ik heb nix gehoort ... Julie zijn de root van deze wereld en niet waardig dezelfde lucht als wij te admen, ik hoop dat karma snell bij Julie langskomt best in form van Pedro 😭😭😭 rust zacht klein schaaltje je gaat het goed Da boven op de regenboog bruk ♥️♥️♥️ géén lijd geen pijn en geen verdriet gaa flink spelen met all onze vriendjes tot binnenkort lieverd 😘😘😘 https://www.instagram.com/p/CQtgNaGHLJVFWIxovtlaLa7Ps7PDWN0y7Aqnvg0/?utm_medium=tumblr
#everycatlivesmattersbypplimnotsureanymore#theyneedus#beavoice#educate#foster#donate#beterlaws#savethem#thisworldisdead#rescue#thedeadofhumanity#adoptdontshop#harderlaws#karmawillgetyou#everycatlivesmatters#lovethemnothurtthem#gethulp
2 notes
·
View notes
Text
Stuprum in de Vinex-wijk
De natuur kent geen moraal. Het is een keihard systeem waar eigenbaat, concurrentie en etnisch profileren een grote rol spelen en geweld en machtsmisbruik niet worden geschuwd. Voor de natuurliefhebbers onder ons is dat gelukkig zelden zichtbaar. De meeste beesten vreten elkaar namelijk in het geniep op, slopen elkaar stiekem en sterven buiten uw beeld een trage pijnlijke dood.
Dat de natuur zonder zeden is, wordt echter een keer per jaar pijnlijk duidelijk. Dan starten de woerden van de wilde eend namelijk hun publiekelijke groepsverkrachtingen. Zonder enige schaamte! Het is maar goed dat de mens een fatsoenlijk, moreel en zedelijk wezen is!
3 notes
·
View notes
Text
Het raadsel
Elk meisje kwam een voor een af, niemand kon het raadsel oplossen van Eva. Het raadsel ging als volgt:
Er was een man in een lege kamer die zich gehanged had. Onder hem was er een plas water. Er waren geen ramen. Hoe is hij gestorven?
Eva had het antwoord al is eerder aan Elise verteld waardoor zij makkelijk zou kunnen winnen. Toen het haar beurt was (als laatste omdat zij het mooiste was) had ze goed gedaan alsof ze het raadsel eerst niet kon oplossen. Uiteindelijk was het haar wel gelukt. Dit betekende dat ze de jongens een opdracht mocht geven. Ze beveelde hun al hun kleren uit te doen. Dit hadden ze gedaan. Ze vonden het allebei erg oneerlijk dat Eva niks mocht doen omdat zij er zelf ook bij betrokken was. Elise had hun gezegd dat Eva de opdracht niet had verzonnen dus ze haar niet kwalijk kon nemen. Lauren en Pim hadden haar dan verteld dat Eva haar paard had doen sterven (Twinkel) door haar suiker te voeren. Dit had Eva wel ecjt gedaan, maar was niet de oorzaak van haar overledene. Elise werd erg boos en besloot dat Eva dan ook de boete moest betalen. Ze dwong haar ook al haar kleren uit te doen. Eva vond dit erg ongemakkelijk omdat ze recent was begonnen met 2 bh’s aan de doen. Het was genant om dan te hoeven toegeven dat haar borsten in werkelijkheid niet zo groot waren. Vervolgens had Elise gezegd dat Eva nog maagd was (Eva had hier eerder in het verhaal al eens over gelogen tegen haar en zei dat ze geen maagd meer was. Vanwege schuldgevoel had ze die avond zichzelf ontmaagd door gebruik te maken van een Pritt stift.) en dat ze de opdracht kreeg ontmaagd te worden. Eva mocht zelf kiezen of dat zou gebeuren door een van de jongens of door zichzelf. Ze had een spade gebruikt. Elise had haar geforceerd een bepaald aantal keren op en neer te gaan op het ding. Eva was niet nat en de spade was van hout waardoor alles 10x meer pijn deed. Dan kwam de ergste opdracht van ze allen. Elise had de jongens verteld dat ze Eva een orgasme moesten veroorzaken. Als ze dit konden doen, mochten de jongens haar neuken. Ze waren nu alle 3 naakt (Eva, Laurens en Pim). Eva probeerde dit tegen te houden door te zeggen dat haar mama en zusje bijna thuis zouden komen van de winkel, maar Elise reageerde gewoon dat ze dan maar sneller moesten gaan. Laurens was op Eva gaan zitten, haar polsen tegengehouden op de grond. Pim ging het heftige werd doen. Hij gebruikte een gaatjesmaker en duwde dat in Eva. Ze was nogsteeds erg droog. In de schuur was er een emmer met bahanglijm. Elise had Pim dan verteld dit te gebruiken als een soort glijmiddel. Dat had hij dan ook gedaan.!Eva had zo veel pijn maar wachten gewoon totdat het allemaal over was. Pim had haar verteld dat ze zich maar moest inbeelden dat hij Jan was, maar hoe wisy hij dit allemaal? Laurens roepte opeens aan Pim day hij moest ophouden, Eva was erg hard aan het bloeden. Elise stond er maar bij naar haar voeten te kijken. Uiteindelijk sloeg Eva, Laurens in het hoofd met de truffel waardoor hij ook hard begon te bloeden.
Na alles was ze zo snel mogelijk weg gereden van haar eigen huis, op weg naar nergens. Eva was als eerste vertrokken. Tijdens het fietsen was haar slipje op straat komen te liggen omdat ze die niet had aangedaan. Het lag gewoon los in haar broek. Uit schaamte durfde ze die niet te gaan oprapen.
Ze kwam aan bij Laurens’ moeder. Haar broek was helemaal doorweekt met bloed. De moeder dacht eerst dat haar papa dit allemaal had gedaan. Eva bleef maar stil. Ze had twee keer overgegeven op de grond. Ze had Laurens’ tshirt aangetrokken omdat het het eerste was dat ze vond. De moeder was ik de war en wou alleen maar weten wat er was gebeurd. Laurens kwam niet veel later ook aan. De moeder duwde Eva weg van haar en ging gaan kijken of haar zoon in orde was. Eva’s tshirt was rond zijn wonde gewikkeld. Hij vertelde haar dat ze niks mocht geloven van wat Eva haar had verteld. Eva ging vervolgens zelf ook naar huis. Alles deed pijn, zeker bij het fietsen. Haar spieren waren helemaal strak. Bij het thuiskomen probeerde ze haar familie te ontwijken. Tesje was in de voortuin voor de zoveelste keer Monopoly aan het spelen in haar eentje. Voor de eerste keer had ze Eva niet gevraagd of ze wou mee spelen. Ze zag waarschijnlijk ook de bloedvlekken. De lijm in haar onderbroek was helemaal opgedroogd. Tijdens het fietden voelde het alsof ze meerdere dingen had losgetrokken. 
Deel 4 komt later vandaag online!
Zella
1 note
·
View note
Photo
Derde opdracht na het boek
Hallo beste lezers,
Voor deze derde opdracht moet een van de personages vechten met een monster, een mythisch wezen of god. Ik heb beslist om Liese Meerhout te laten vechten met de godin Medusa van de Griekse mythologie.
“Hoe is dat mogelijk !!!” schreeuwt Liese. De wandelaar was net in steen veranderd. Zijn gezicht schreeuwde de afschuw en de wanhoop. Zijn mond en expressie waren in een gevoel van horror en pijn versteend. “Hij keek me in de ogen” zegt Medusa. “Ik ben inmiddels een godin en goden kunnen alles”. “Waarom doe je dat?” vroeg Liese vol verdriet en angst voor zoveel kracht. “Ik ben een godin en goden spelen graag met gewone stervelingen” zegt Medusa. Liese begon te begrijpen dat het geen nut had om te proberen haar te verzachten. Ze keek snel naar iets anders dan haar gezicht en zeker haar ogen en begon weg te rennen. Medusa begreep haar strategie en volgde haar maar niet zoals de stervelingen het zouden doen: rennen zo snel als je kan. Nee, ze deed het vliegend. Medusa kwam vliegend dichtbij en Liese, die haar niet meer zag, dacht dat ze weg was, andere stervelingen gaan traumatiseren. Plots hoorde Liese gesis. Ze keek naar haar voeten in de hoop daar een slang te vinden maar begreep snel dat het Medusa’s “haren” waren. Ja hoor, haar haren waren slangen. Medusa kwam boven Liese tevoorschijn en schreeuwde: “Je kan niet van me vluchten”. Liese begon zich af te vragen wat hier eigenlijk aan de hand was. Ze begint zich af te vragen of het geen droom is. Maar de steek van de slangen in haar handen brachten haar meteen terug naar de werkelijkheid en ze begon opnieuw te rennen. “Ik herhaal het, je kan niet van me vluchtten” zegt Medusa. “Dat kan ik wel” repliceert Liese droog. “Dat kan je niet !!!” schreeuwt Medusa zo hard dat alle vogels in de boomtoppen wegvliegen. Plotseling glijdt de grond onder haar voeten weg. Liese bevindt zich nu op een stuk grond dat in de lucht hangt!! Ze valt van dat stuk grond en landt op haar rug. De horizon bestaat niet meer en de aarde dat voor haar lag vormt nu een cirkelvormige arena om haar heen. Ze bevindt zich in een kom van aarde met boven haar de hemel en een godin dat vastberaden is om haar in steen te laten veranderen. Ze bedwingt zich om niet naar haar te kijken maar plots hoort ze een gegil en ziet ze een schaduw razendsnel naar haar komen. Pas wanneer ze voelt hoe de slangen haar oren en gezicht bijten begrijpt ze dat het Medusa was dat aanvalt. Ze heeft nu geen keus meer, het is vechten of sterven. Ze probeert recht te staan maar haar gebroken ribben denken daar anders over. Onder de pijnlijke aanvallen van Medusa lukt het haar om op haar billen te gaan zitten en ze neemt haar pistool uit haar vest. Haar rechterarm is in slechtere staat dan daarvoor en aan het gebruiken om te schieten durft ze zelfs niet denken. Ze neemt haar pistool dus in haar linkerhand en bestudeert de lader. Vijf. Dat zijn de kansen die ze heeft om haar dood te schieten, als we ervan uitgaan dat het voor haar dodelijk is. Liese heft haar arm boven haar hoofd en richt het pistool in de lucht. Ze wacht op de volgenden aanslag van Medusa. Ze voelt haar bloed in haar oren nagalmen, luistert naar haar hartslag dat veel te snel gaat en concentreert zich op het gezoem van Medusa’s aankom. Ze hoort haar gegil dichterbij komen. Ze bijt op haar lippen, sluit haar ogen en schiet vijf keer in de lucht op het moment dat Medusa voorbijgaat. Het dof geluid van een lichaam dat op de grond valt galmt in de arena door. Medusa bijt het stof en leegt zich van haar bloed. Liese zal hier tien uur wachtten voordat een helikopter, gewaarschuwd door bewoners, haar komt halen. Ze zal de rit niet overleven…
1 note
·
View note
Photo
~ Isoptera
K O R T E N B O N D I G
Termieten zijn kleine insecten die alleen leven in warme landen en laten zich overdag niet vaak zien. Mieren en Termieten leven in een kolonie. Bijna alle dieren in een kolonie hebben dezelfde moeder, de koningin. Die is groter en leeft het langst van allemaal. Termieten zijn vooral verwant met kakkerlakken.
K E N M E R K E N
De zespotige termieten zijn insecten die in kolonies leven en bevinden zich zowel boven- als ondergronds. Een typische kolonie bestaat uit een kastensysteem. De koningin vormt het hoofd van de kolonie die 5 tot 10 centimeter lang kan worden.
Toekomstige koninginnen en koningen (jaarlijks een aantal vrouwtjes en mannetjes) beginnen hun leven als gevleugelde termieten. De mannetjes zijn een kort leven beschoren en sterven na de paring. Daarnaast zijn er de soldaten en werkers, die zowel mannelijk als vrouwelijk kunnen zijn. De lengte van deze groepen varieert van 0,3 tot 2 centimeter. Termieten zijn in principe nachtdieren, maar kunnen ook overdag zichtbaar actief zijn. Deze kleurloze termieten communiceren via chemische signalen en vibraties.
De leefruimte die bestaat uit voorraadkamers en schimmelruimtes, wordt ondersteund door een basale plaat en kan zich zowel ondergronds als gedeeltelijk bovengronds bevinden. Luchtruimtes omringen de leefruimte en staan in verbinding met de buitenlucht via een complex netwerk van tunnels en cellen. De vertakkingen van de leefruimte en de omringende kanalen rondom het nest vormen tunneltjes waarlangs de termieten zich verplaatsen om op zoek te gaan naar voedsel. De afmetingen van termietenheuvels kunnen tot 8 m hoog en meer dan 15 m breed zijn.
T E A M W O R K
Het bouwen van een termietenheuvel verloopt nogal merkwaardig. Een eerste termiet laat een hoopje modder op een willekeurige plaats vallen. Dit zet andere termieten aan hun hoopje modder erbij te gooien. Hoe groter de modderhoop, hoe sterker de termieten worden aangetrokken, hoe groter de heuvel. Tijdens het bouwen van de termietenheuvel communiceren de termieten niet met elkaar.
G E B R U I K E N B E L A N G
- Termietenheuvels worden op grote schaal gebruikt in de traditionele landbouw als natuurlijke bemester. In Afrika gaan de boeren de termietenheuvel vaak verspreiden over hun veld om de bodemeigenschappen en de beschikbaarheid van nutriënten te verbeteren. Termietenheuvels zijn een belangrijk onderdeel van het dynamisch evenwicht van voedingsstoffen in tropische ecosystemen. Ze zorgen voor een stabilisatie en herverdeling van nutriënten. Een verstoring van dit natuurlijk evenwicht kan in de tropische bodems leiden tot een groot verlies aan voedingsstoffen op lange termijn.
- Termietenheuvels helpen bij opsporing van goud en andere metalen. De termietenheuvels blijken een goede indicatie op te leveren van concentraties metaal of goud. Dat kan de opsporing van economisch winbare goudertsen aanzienlijk vergemakkelijken. Ook voor koper, mangaan en zilver lijkt deze aanpak zinvol. Waarom de concentraties van de diverse metalen in de termietenheuvels al dan niet correleren met die in de vaste ondergrond is niet duidelijk; men suggereert – logischerwijs – dat de termieten daarbij een rol spelen.
(men: Een onderzoeker van de Mekelle Universiteit in Ethiopië)
H A B I T A T
Er leven zo’n 2300 soorten termieten op de aarde. Deze zijn voornamelijk te vinden in de subtropen en tropen. Specifieker bevinden de termieten zich voor het grootste deel in Noord-Amerika tot Zuid-Amerika, Afrika, Oceanië, Australië en een groot deel van Azie, maar ook in het Midden-Oosten en grote delen van Europa, waaronder Spanje, Zuid-Frankrijk en Griekenland.
Termieten behoren tot de meest voorkomende insecten. Deze kleine insecten lopen al zo’n 65 miljoen jaar op de aarde. Ze zijn niet in hun voortbestaan bedreigd, hoewel hun habitat wel bedreigd word door uitbreiding van landbouwgebieden en de kap van bossen.
1 note
·
View note
Text
KIJKEN DOOR EEN GAT IN DE TIJD
Het is in de tentoonstelling OER niet meteen zo direct duidelijk te ontdekken dat Alle Jong werkt vanuit een oude basisgedachte, een meest oorspronkelijke zienswijze naar en in de wereld, onze aarde. Hoewel de titel mij direct op het juiste pad had moeten zetten, was dat toch niet het geval. Ook is mij niet onmiddellijk zichtbaar dat dit primaire en misschien wel primitieve idee om beeld te geven aan een gevoel, waarmee de vroegste mens en oudste voorloper van wat wij nu zijn het mysterie van leven en sterven heeft kunnen uitdrukken. Toen, destijds om het zijn te begrijpen.
Alle Jong is volgens het bij de tentoonstelling in Afslag BLV behorende schrijven bezig met onze diepere historie en beeldtaal tot misschien wel aan het begin van de schepping en volgens de evolutieleer nog verder terug. Een donker schijnend verleden, dat Jong in zijn werk uit de schemer naar het licht haalt. Dat doet hij letterlijk al beeldend. De tekeningen op groot formaat lijken bij eerste benadering op grotten waar het licht van buiten naar binnen valt. Dat licht beschijnt een wonderlijk leven. Een knoestig tengere boom richt zich uit een droge bodem op en met haar laatste krachten komt er nog een halve kruin aan bladeren in vrolijke kleuren tevoorschijn. Uit de rotsbodem ondertussen steekt jong groen de kop op.
De manier waarop die op een spelonk lijkende vorm op papier is gezet, heeft ook wel iets van een cocon waarin leven zich maakt om uiteindelijk tot wasdom te komen. In deze diverse grote tekeningen, die elk voor zich een andere toonzetting in kleur hebben, is het portret van de boom telkens een en dezelfde. Daar omheen spelen planten en stenen een spel van leven en dood, van levende materie en dode stof. Maar uiteindelijk is het denkbeeld van Jong een turen vanuit onze schedel naar buiten. Vanuit onze gedachten om een gevoel te raken. Een denken te verbeelden, het peinzen en filosoferen overdrachtelijk gemaakt in een boom, in een hang naar het begrijpelijk maken van leven. Zo zoals die mens in de oertijd dat voor ons heeft gedaan.
Maar eigenlijk zie ik er de paradijselijke boom van goed en kwaad in. De plantvorm die de eerste mens ceremonieel heeft afgebeeld op een rotswand. Om zijn wezenlijke keuze voor de rest van de mensheid te verantwoorden, van zich af te schuiven, weg te doen. Het is die boom die ons opzadelde met de wereld zoals deze nu in elkaar zit. Deze boom heeft Alle Jong in het volle licht gezet. Ik zie het als metafoor van het scheppingsverhaal en minder als een poëtische blik blijk gevend van een diepgeworteld bewustzijn dat kunst al heel lang bij ons is. Ook dat is waar, want die rotswand was de meest primitieve drager van de eerste primaire tekeningen, heel prematuur maar uiterst vakkundig. Het is maar net vanuit welke overtuiging je deze tekeningen van Jong benadert. Hij heeft er aldus een dubbele bodem ingelegd, een vruchtbare grond voor ieders diepste gedachten. Een duidelijk beeld dat toch voor meerdere uitleg vatbaar is.
Zijn interesse voor het verleden komt in het drieluik van de wandelaar nog het best tot uiting, althans bij deze tentoonstelling. Het figuurtje, dat wat verloren uitkijkt op een verwaaide boom die achter een stapel stenen staat, is gekleed zoals ik figuren aantref op antieke tekeningen uit de 17e eeuw bijvoorbeeld. Een jonkheer die zijn landelijke bezitting in ogenschouw neemt. En telkens is de zwarte belevenis, die schijnbare donkerte van de voorbije duistere tijd – althans zoals wij die hier en nu beleven, een fors onderdeel van de tekening. De helft zelfs van dit drieluik is gitzwart, daar vanuit groeit de verbeelding naar het licht.
Meer interessant dan de imposante formaten zijn de op handzame afmetingen gezette houtskooltekeningen. Alsof gekeken wordt door een gat in de tijd. Of zoals Jong het benadert. Dat wij de gedachten die eeuwen geleden zijn gevormd nu nog met ons meedragen, dat wij een deja vu krijgen terwijl het een herinnering of gevoel is dat al meer dan honderdduizend jaar oud is. “Hoe verstild is zulk een besef, alsof je in het donker contact maakt met een schim uit een onbegrijpelijk verleden.” Gluren en turen door het gat van vergetelheid. Het levenslicht straalt helder in de doodse duisternis. Deze scherpe uitlichting maakt de tekening tot een boeiende bezienswaardigheid. Op het wit van het papier komt het vakmanschap van de tekenaar die Jong is tot uiting. Zonder kleuring heeft deze vormgeving overtuigende zeggingskracht. De grote formaten overweldigen waardoor ik afstand neem, deze kleine vellen fluisteren mijn nabijheid.
De vlekken wit lijken te groeien in het zwart. Ze gloeien op en stralen uit. In het spotlicht zie ik een speelse zee of een glooiend landschap. Ook lichten steenvormen op, alsof het hunebed zich kenbaar maakt vanuit de oudheid in het heden. Laat zien dat er nog leven is in de rituele leegte die weleer ooit gevuld was. Dat het verleden ertoe doet en ertoe blijft doen. Zo zijn de werken van Alle Jong niet zomaar platen aan de muren van Afslag BLV om even snel in een enkele blik te bekijken. Er valt veel te zien en voldoende te beleven in een serieuze en geconcentreerde rondgang. En het werk doet een beroep op onze eigen beleving, ons gevoel, de emotie. De boom als metafoor van het leven waarin de dood niet ver weg is. En het zwart als de kleur van ons zijn, van waaruit we kijken naar toen en destijds. En niet andersom, dat wij zien vanuit ons licht naar het duister van de tijd die achter ons ligt. Een laatste compositie om de hoek: Sitting at the border of darkness. Zittend op de grens van duisternis, de smalle rand tussen dood en leven. Het wit beschijnt de gebogen rug, voor het oog licht de schaduw op uit het duister. De tweestrijd van verleden en heden. Toen en nu, op de scherpte van niets en iets.
OER, tekeningen van Alle Jong bij Afslag BLV, dependance van Museum Belvédère in het centrum van Heerenveen, Minckelersstraat 11. Tot en met 21 mei 2023.
0 notes
Text
Covid-19 /9
30 3 2020 – deel 3
Eerst gezondheid
Mijn fietstocht door het Corona-virus landschap dat zich nu voor mij ontrolt is ingrijpend. Ik hoor zoveel feiten, meningen, observaties. Het duizelt mij. De beleving van ervaringen in mijn kleine persoonlijke kring is een heel andere dan die welke zich afspeelt in het wereldwijde debat. Misschien zijn daar teveel deskundigen die zich uitspreken over onderwerpen die zij onvoldoende overzien.
Recessie en sterven
Zondagavond was er een hoogleraar op het gebied van Veiligheid en Bestuur in OP1 op de televisie. Hij kwam vertellen wat hij ook al in een artikel in de krant had laten schrijven. Dat was een belangrijke bijdrage aan het debat dat gevoerd wordt. ,,Je gunt iedereen een extra levensjaar. Maar als openbaar bestuur moet je kosten en baten in perspectief zien, tegen elkaar afwegen. Zulke zware maatregelen kosten ook levensjaren,’’ zegt hij.
Mijnheer Helsloot maakte duidelijk dat een zware economische recessie als gevolg van het virus verreweg de meeste consequenties heeft voor arme mensen, voor de onderklasse. Dat een zware recessie of depressie na enkele jaren leidt tot vele doden. ,,Als je een inkomen hebt op bijstandsniveau leef je gemiddeld tien jaar korter dan iemand met een normaal inkomen. Dus al die mensen van wie het inkomen nu verdwijnt omdat ze ontslagen zijn of nog worden als gevolg van deze maatregelen gaan korter leven. Dat moet je meewegen,’’ is zijn mening. Wanneer je dus alles op alles zet om het virus te bestrijden veroorzaak je doden door de economische recessie. Op de televisie en in het artikel maakte de professor geen duidelijke keus tussen economie en zorg. Uit andere berichten zou blijken dat tijdens recessies en depressies niet meer mensen overlijden. Dat hoorde ik op de radio. De bron moet ik nog uitzoeken.
Vacuüm tussen leven en dood
In de praktijk maken verwanten en artsen voortdurend keuzen tussen al dan niet overlijden van mensen. Daarbij is laten leven het uitgangspunt. Medici strijden voor iemands leven. Soms spelen daarbij kosten ook een rol. Er circuleren verhalen waarin het verlengen van het laatste levensjaar van iemand een waarde zou hebben van ongeveer 80.000 euro. Als iemand een jaar ouder kan worden door gezondheidszorg mag dat voor ouderen 80.000 euro kosten. Voor jongeren mag het bedrag hoger zijn. Een specialist die voor de keuze komt te staan wat aan de familie te adviseren is daarbij geneigd om het leven van een jonger iemand voorrang te geven. Familie heeft in deze processen lang niet steeds het laatste woord en de patiënt ook niet. Zoals bij meer belangrijke thema’s kom je op de grens van leven en dood in een vacuüm, in een niemandsland terecht waar geen duidelijke richtlijnen meer bestaan.
Boter op ons hoofd
Terwijl de vrieskoude oostenwind langs mijn oren giert en ik de kant van Dwingeloo op trap denk ik hierover na. Dat het goed is dat OP1 het dilemma op tafel legt. De patiënten en hun families en artsen, verpleegkundigen en andere zorgmedewerkers hiermee te maken krijgen. Het is altijd al een onderwerp, maar in deze tijd, met een virus waar geen vaccin voor is, komt het duidelijker dan ooit naar voren. Er is een tekort aan intensieve zorg bedden, aan beademingsapparatuur. Dat tekort neemt toe. Hoe komt dat toch?
“We hebben allemaal boter op ons hoofd”, zei CEO Frans van Houten van Philips tijdens het programma van OP1. Hij maakte duidelijk hoezeer Philips zijn best doet om tijdig voldoende van deze beademingsapparaten te leveren. “Hopelijk in het tweede kwartaal”. Dat is te laat voor een aantal mensen. De vraag die later beantwoord moet worden is hoe het komt dat Nederland te weinig voorraden van essentiële apparaten en mondkapjes heeft om bij een al zo vaak voorspelde virusaanval zonder vaccin in te kunnen grijpen. Waarom steken we onze koppen in het zand?
Eerst gezondheid, dan economie
Luisteren we niet naar visionairen die wel wisten dat het virus onderweg was zoals Bill Gates in zijn TED talks sinds 2003? Hoe komt het dat het zorgstelsel hier zo faalt op het gebied van preventie? Dezer dagen zie je het zorgstelsel kreunen onder de vraag naar zorg, zoals in 2008 en daarna het bankwezen instortte. Dat zijn zeer grote crises die samenhangen met de manier waarop we leven. Ik schrijf dit met de grootste waardering voor alle zorgmedewerkers die zich nu wel inzetten om de ramp te bestrijden. Welke rol speelt ons materialisme en egoïsme.
Ik denk dat onze gezondheid voorgaat boven welk economisch belang dan ook. De rationele rekenkundige wijze van hoogleraar Helsloot is niet mijn wijze van denken. Wel moeten we de economie zo inrichten dat een recessie of depressie niet ten laste komt van mensen op bijstandsniveau. Een goede methode daarvoor is de invoering van een basisinkomen dat gekoppeld is aan het minimumloon. Een experiment hiermee in Finland toont naast kritische punten ook positieve resultaten. Hoe dan ook moeten we bij een recessie de armoedeval dichten.
Ik denk dat mijnheer Helsloot met al zijn berekeningen ons een oneigenlijke vraag voorlegt. Hij gaat er immers, zoals de meeste, vanuit dat na de crisis de economie zijn groeipad en hegemonie op de oude voet hervat. Voor een deel denk ik ook dat de rijen van de welvaartseconomie zich weer sluiten als de pandemie onder controle is. Behalve als we welzijn en gezondheid meer waarde gaan toekennen dan welvaart en rijkdom. Misschien kunnen we nu voor gezondheid kiezen, zoals artsen beloven, en later nadenken over de toekomstige inrichting van onze samenleving.
2 notes
·
View notes
Text
61. Alweer, wat een hitte
7/04/2020
Het is 7 april. Het is het begin van het einde. Vanaf vandaag is het vijf dagen lang Check, Please! tijd en dan op 11 april is Check, Please! officieel geëindigd na 7 lange jaren. Na alle rare hockeywedstrijden. Na alle pies and lows.
... Of Check, Please! is nu al geëindigd als je het boek Sticks & Scones hebt. Oh man, mijn boek is gister in de namiddag pas verzonden en ik verwacht 4 - 6 dagen verzendtijd. Ik had gehoopt om het vandaag te krijgen, want normaal als ik pre-orders plaats op die site, krijg ik het soms al een dag voor release (zoals met Heartstopper). (Ja, ik koop fysieke versies van gratis webcomics.) (Het is het echt wel waard.) Maar nee, nu ben ik misschien eerder klaar met deze comic via het internet.
Sommigen andere lucky bastards hebben het boek wel al, dus ik probeer gewoon totaal weg te blijven van andere fans zodat ik niet gespoild wordt. Ik had bijna overwogen om ook nog de Kindle of ebook versie te kopen zodat ik het nu al digitaal had, maar dat is ook €10, dus dan wacht ik maar.
OH my God, it is happening. It is happening!!!! IT IS HAPPENING!!!!
(... I’ll take the Patarer for this amazing gif.)
Animal Crossing: New Horizons who? Na vandaag is het puur Check, Please! tijd. Nah, aangezien Check, Please! pas om 23:00 in Sloveense tijd uitkomt, heb ik de rest van de dag nog.
Maar dat is het voor nu (tenminste t/m 23:00 I CANNOT WAIT OMH MY GOD). Het enige echte interessante van vandaag is de buitenwereld. Ik ben weer eens naar buiten geweest voor de boodschappen.
“Maar Yuè, het is niet woensdag!”
Yeah... ik heb deze week op elke dag college en vandaag begint de les pas om 16:00, dus ik vond vandaag de beste tijd.
Geen duiven vandaag, maar een hagedis of salamander of wat het ook mag zijn. Ik wilde een foto maken, maar toen kroop de hagedis/salamander net weg.
Je ziet net de staart. Jammer, want het beest was zo’n cool contrast op de grijze muur. Anyway, ik had dus geen idee dat het heel lekker weer is. Moet je dit zien:
Dit gebeurt er als je de donkerste en koudste ruimte van het hele huis bewoont. Terwijl ik hier met de verwarming aan zit (yup), is het geweldig buiten. Ach, aangezien we niet echt naar buiten kunnen, mis ik niet veel. Wel had ik graag natuurlijk licht gehad. Ik heb een dakraam met een gaasje ervoor. Dat gaas is te shit om het licht dus helemaal buiten te houden (vandaar mijn makeshift curtain), maar het werkt goed genoeg om het donker te houden.
Dan alsnog, ik zit in de schaduwkant, dus ze zon komt toch niet echt. Kath heeft ook alleen een dakraampje, maar ze heeft geen gaas en ze heeft de zon volop in haar kamer. Voordat Sophia introk, ging ik soms in haar/Caroline’s kamer uit het raam hangen.
(Oh, ik ben naar Oldies aan het luisteren, maar ik had geen zin in music recs.)
Het is wel weer raar om met een wintersjaal in een rij voor de Spar te staan. Iedereen heeft maskers op of iets anders. Ik ben niet de enige met een sjaal, dus hoera. Maar ik vraag me af wat voor een zin het heeft, want kan Corona niet ook op je haar of kleding enz. zitten? De vorige keer gooide ik mijn sjaal en Delaney’s handschoenen meteen in de was, maar mijn kleding? Mijn jas? Mijn schoenen? Mijn haar?
Hmmm....
Slovenië is er op aan het mikken om het normale leven terug te halen na Pasen. Of tenminste, delen van het normale leven. Ze willen langzamerhand weer bepaalde sectoren openen en er zijn zelfs al plannen om een deel van de winkels weer open te laten gaan een week na Pasen, maar ik heb geen goede hoop. Je ziet niet echt een daling in Slovenië, maar juist een stijging. De bloemensector is wel al volop in bloei (ha), want die mocht een tijd geleden alweer beginnen om ziekenhuizen op te fleuren.
Toch hoop ik er wel op. Vandaag op weg naar de Spar zat ik me gewoon te bedenken hoe het zou zijn om aan het water te zitten in de stad. Met Sophia en Kath hadden we ook al de “Welke Boni zou jij meteen nemen?” discussie. Kath zei toen ook: “Just... going outside. Sitting somewhere having a coffee is enough!”
Plus, ik heb een zomerpyjama nodig. Vandaag keek ik effe in de Spar, maar volgens Sophia heb je meer kans in een Interspar in BTC. Ja...
Alhoewel, ik zag dat het maar 3 km is vanaf mijn huis. De bus neemt natuurlijk een mega lange omweg, waardoor het 1 uur duurt. Helaas is mijn fietszadel te hoog en ik was nog van plan om te vragen of iemand de nodige apparatuur heeft om het te verlagen. Ach... Anouk heeft de fiets nu, want Kath, Sophia en Anouk maken nog fietsrondjes.
Eh, ik heb dus genoeg lol hier in mijn kamer met Check, Please! en Animal Crossing en The Most Popular Girls In School (ook al heb ik die hele serie nu afgekeken) en allerlei andere dingen op mijn lijstje. Like.... I know. Ik mis ook wel de buitenwereld, zoals ik net al aangaf. Ik hoop zo erg dat ik nog iets te doen krijg tijdens mijn Erasmus. Zoals Anouk zei: de eerste maand hier was gewoon zo geweldig!
Maar zolang het einde niet in zicht is, zit ik hier binnen met mijn net gekochte zouten popcorn en mijn Nintendo Switch. Het is gewoon shit voor mensen zoals Kath en de Finse dudes die zo “actief” zijn.
Yeah, een pandemie bemachtigd mijn manier van leven!
But no really guys I just wanna go outside and sit at a damn river eating ice cream... Mij kennende neem ik gewoon mijn Switch mee na die rivier. Dat is het mooie van de Switch.
Hoe gaat de wereld hier van terug komen? Kan je geloven dat een tripje naar de Spar nu de grootste hoogtepunt van de week is? Ook online zie ik allemaal posts van “if only I could go to fucking Target!” “the Walmart is just around the damn corner....” “I wish I had a drink somewhere.”
Het grootste Corona nieuws in natuurlijk dat Johnson naar de IC moest. Damn son. Ik hoop oprecht niet dat hij sterft, want dan moet ik me misschien slecht gaan voelen. Dus ja, ja, veel beterschap en fuck off. Je moet een idiote politicus niet laten sterven terwijl hij zijn functie nog heeft, want dan gaan mensen hem romantiseren. Als Johnson ontslagen wordt (uit zijn functie, maar ook uit het ziekenhuis) wens ik hem een lang en gelukkig leven toe en dat hij zich nooit meer met anderen bemoeid.
Nou excuseer me, ik ga Animal Crossing spelen en me klaarmaken voor mijn les. Ik heb er nu al geen zin in.
1 note
·
View note