#mezelf liefhebben
Explore tagged Tumblr posts
Text
DE WERKELIJKHEID VROLIJK VERPAKT
'Ik ben een gedicht / en word nu geschreven, / en naarmate mijn dichter / verder schrijft / krijg ik een gezicht / en een eigen leven. / Ik kom steeds dichter / bij mijn dichter.' Het fleurt de middag op. Het kleurt de morgen in. Door een rose bril bezie ik het vandaag de dag, wanneer ik de bundel "De flamingoballon" opensla en er in ga grasduinen. Lees ik een oneliner en of een gedicht dan word ik even opgetild van de dagelijkse dingen en zweef een enkel moment een stukje boven de wijde woelige wereld. Als in een surrealistisch kunstwerk krijg ik een dubbele kijk op het zijn. Ik moet doorkijken, doorlezen, om te weten wat de strekking van het vers zou kunnen zijn. Maar dikwijls lijkt er geen diepere kennis of een dubbele betekenis, is het gewoon te gek om waar te zijn.
Nelleke Hendriks noemt het vrolijke nonsensgedichtjes, haar poëzie. Maar daarmee haalt zij zichzelf naar beneden. Het lijken onzin verzinsels, flauwekul, maar wie de dubbele bodem doorziet en vooral doorleest merkt dat de zinnen verre van gelul zijn. Hendriks dicht helemaal niet uit haar nek. Het is de waarheid verpakt in een vrolijk papiertje. Zo'n geschenkverpakking voor een viering van de verjaardag of met sinterklaas, waarop de figuren en andere figuraties blijmoedig en opgewekt zich over een jolig gekleurde ondergrond bewegen. Dat is de buitenkant. Maar wanneer die wikkel er dan wordt afgedaan openbaart zich de inhoud, de ware aard. Zo werkt dat ook bij de gedichten en versjes van Nelleke Hendriks. De eerste kennismaking is niet meteen doorslaggevend. Je moet er meer van kennis nemen en er bekend mee worden, dan doorzie ik en krijg beeld van de adder onder het gras.
De bundel zet al meteen de toon bij de binnenkomer, een inval die de sfeer maakt: 'Een kettingroker besloot: / "Ik stop!" / en stak zijn laatste ketting op.' Meteen weet ik wat de bedoeling van de boodschap is. Hoe ik de inhoud van de bundel dien te lezen en moet beschouwen. Een eerste kwinkslag is gemaakt, de stemming is gezet. Ik zal niet oppervlakkig lezen en meteen de lach voorrang geven, maar de woorden wegen en serieus het genoegen beleven. Want een snelle scan van dichters product is niet genoeg, met aandacht zal ik de dubbele bodem openen.
Het vers waar de bundel de titel aan dankt gaat over boven jezelf uitstijgen en beseffen dat het op de top van jou vermogen eenzaam is. Maar meer nog gaat het over vinden van geluk, liefhebben en afscheid nemen, verdriet. Zo heeft ieder vers twee kanten. Blaast de vrolijke sfeer zich op totdat de ballon knapt en er een moraal zit aan het verhaal. Nelleke Hendriks wil meer zijn dan een nonsensdichter, ze wil serieus worden genomen hoewel zij de lachers op haar hand heeft met haar grappen en grollen.
De korte drie- of vijfregelige gedichten zijn eerder quotes dan poëzie. Gedachten bij dagelijkse dingen en momenten. Je ziet het en hebt er een idee bij, maar Hendriks staat er langer bij stil en vindt er wat van. Op papier heb ik dan een aha-moment, van o ja zo had ik het niet gezien maar kan ik het wel bekijken. Achteraf. 'Een havik had geen snavel, / maar in plaats daarvan, / ’t is heus / een kanjer van een haviksneus.' In de langere gedichten, die eigenlijk korte rijmende verhalen zijn – ballades, word ik op een verkeerd been gezet en loop aan het eind pijnlijk tegen de lamp. Aan het gedicht weet Hendriks onderwijl een draai te geven die het spoor naar een ander station leidt dan waarop ik bij aanvang had ingecheckt.
Hendriks neemt dagelijkse dingen als onderwerp bij de kop. Het alledaagse leven is haar inspiratie. Maar overgiet dat niet met een saaie saus, maar dramatiseert het en, beter beschouwd, ziet de humor ervan in. Wat ik als gewoon ervaar en beleef drukt zij als abnormaal uit. Het gemeengoed wordt door haar scherpe blik en puntige taal persoonlijk. Voor haar als mens en voor mij als individu. In de glimlach herken ik mezelf. En veelal verschijnt de r op mijn lippen en wordt het een grimlach. Pret hebben om andermans tekortkoming is de steen in de oester. Het klopt niet, het geeft geen pas en doet zeer. Daarom wordt het puntige mineraal een ronde steen. Zodat het handzaam is. De humor leeft daarvan, het cabaret groeit erdoor. Pret om een anders gebrek.
Als fantast leeft Hendriks zich in mensen en dingen in. Zij wordt zelf het laken en ziet het licht. Is getuige van al hetgeen tussen haar als laken voorvalt, de huwelijksnacht, het verwekken en baren van kinderen, een vreemd gaan. Uiteindelijk draagt ze haar bezitster naar het graf: ‘Mijn leven als laken is voorbij / en het was rijk en goed. / Nu ga ik zelf naar de Hemel, naar de Hemel van het Beddengoed.’ Ze is een urn zonder as. Een gevallen engel met een bijna-levend-ervaring. Een vleesetend plantje dat vegetariër wordt, maar niet heus – hap, slik, weg. Ze is een klein kerstboompje. Kortom, zij kan van alles zijn zolang de lezer daar maar in gelooft.
Nelleke doorleeft haar eigen geboorte nog eens voor mij – 'als een wonder lag ik daar / tussen jou billen en je knie'. Ze meent dat Jezus te vroeg geboren is. Uitgeteld op 1 januari van het jaar nul, maar met Kerst ging het mis. Na veel gedol en grappig zijn in taal en tekst, kan Hendriks toch met een kwinkslag serieus zijn. Ze richt zich dan tot moeder op Moederdag als mantelzorger. En tot vader op Vaderdag als ondeugende dochter: 'Jaren later begreep ik pas / dat jijzelf niet deugde, / en wat voor een enorme zak jij was.' Ze neemt geen blad voor de mond en zegt hard haar waarheid, maar is toch ook wel blij met vader want 'er is zoveel liefde tussen ons, zo groots en ook zo teer…' En moeder: 'Er zijn geen woorden / in geen enkele taal / om jouw moederliefde te verwoorden.'
Maar eigenlijk geef ik met al deze citaten al te veel prijs. Breek ik het mysterie van Hendriks’ poëzie open. Prik ik de ballon te vroeg stuk. Dat is jammer, want daardoor bent u als aspirant lezer van haar bundel vooringenomen. Daarom staak ik nu maar verder dat beleven, beschouwen en bespreken. Want ‘De flamingoballon’ moet gelezen worden van voor tot achter, van kaft tot kaft. Welnu, nog ééntje dan omdat ik het niet laten kan: 'Ik ben de spatie in een tekst, / ik lijd een onzichtbaar leven. / Was ik maar een letter, / desnoods een komma of een punt, / dat zou mijn leven inhoud geven. / Maar men leest over mij heen / alsof ik niet besta, / terwijl de geschreven letters, / die klateren elkander / kleurrijk achterna / en vormen zinnen / in prachtige verhalen. / / Balen, / ja, het is echt balen / als je slechts een spatie bent. / Maar wat jullie nooit mogen vergeten: / elketekstbestaatbijdegratievaneenspatie.'
De flamingoballon en andere vrolijke nonsensgedichtjes. Nelleke Hendriks. Uitgeverij Boekscout, 2023.
0 notes
Text
ze bedanken me voor mijn eeuwige geduld. vergeet niet dat ik een dag moet bijkomen om het zware gevoel op mijn borst weg te schijnen.
wat blijft over na opgroeien als oudste kind en dochter en me vormen naar hoe iedereen mij wilde zien, na iedereen tevredenstellen, na iedereen proberen in hun waarde te laten, na het van me laten afglijden of het opzuigen, na vage grenzen, na de ander radicaal accepteren of mezelf slecht laten behandelen?
ik weet dat liefhebben het makkelijkst is, maar ben ik niet een octopus die al zijn armen weggeeft?
wat heb ik nodig? wat heb ik echt nodig van mijn omgeving? mijn antwoord neigt naar niks, maar zou ik dat wel moeten denken?
ze lachen als ik vertel dat ik nooit ruzie had met familie, nooit ruzie met vrienden, nooit ruzie met degenen op wie ik verliefd was, maar wat voor zin had ruziemaken als ze me al gekwetst hadden? want ik kon terugkeren naar waar ze nooit zouden komen, mezelf. en met de dagen, weken doofde het gevoel. soms zeiden ze uit zichzelf sorry, soms niet. en ik hield bij of de emmer vol was, of ik ze al moest buitensluiten van mijn leven, van mezelf.
ze bedanken me voor mijn eeuwige geduld. ik spreek uit: ik wil niet dat je je gevoelens op mij afreageert. ze schieten in de verdediging ("ik ben niet perfect, soms ben ik gewoon gestresst, jij moet gewoon niet zo doen"), in de teleurstelling ("o god, ik ben een walgelijk persoon omdat ik me zo gedraag tegenover jou"), en ik denk: is dit het waard?
is het het waard als de ander daarna alsnog huilend in mijn schoot ligt? en ik degene ben die troost? we weten allebei dat hun vuurspugen niks met mij te maken heeft, we weten allebei dat ze niet perfect hoeven te zijn, we weten allebei dat ze geen walgelijk persoon zijn, we weten allebei dat ze een betere manier moeten vinden om met hun frustratie om te gaan, maar doen ze daar ook wat mee?
of vertrouwen ze op mijn eeuwige geduld?
0 notes
Text
07/02/2020
- Ik voel dat ik de connectie met mezelf wat ben verloren de afgelopen week, en dat zit me wat dwars. Er is heel veel gebeurd deze week, heel veel prikkels moeten verwerken en dat heeft me wat afgemat.
De verwarming was kapot, waardoor ik sowieso niet goed voor mezelf kon zorgen en daardoor ging ik mezelf wat (onbewust) verwaarlozen. (Ik heb wel elke dag eten gemaakt). Maar nu weet ik niet hoe ik weer bij mezelf kan komen, mezelf actief kan liefhebben zoals voorheen. Ik merk het vooral hoe ik weer heel afhankelijk werd van Huub zijn gedrag ten opzichte van mij: ene keer reageert hij heel kortaf en krijg ik het gevoel dat alles wat ik zeg dom is of hij neemt al mijn grapjes serieus, andere keer vertelt hij iets persoonlijk en bonden we of toont hij interesse in mij (bv hoe het bij de tandarts was) en dan voel ik me top. Van nature wil ik mij aanpassen aan anderen, maar hij is zo moeilijk te lezen dat ik daar erg onzeker van word, waar ik sta bij hem. Ene keer lijkt hij heel blij dat ik er ben, andere keer alsof ik hem kapot irriteer. Ik bedenk dan dat zijn ergernissen komen uit persoonlijke issues of dat hij het zelf lastig vindt om nieuwe dingen uit te zoeken. Ik weet niet of hij het zou zeggen als zijn irritaties met mij te maken hebben.
- Al die onzekerheden en prikkels en niet optimaal voor mezelf kunnen zorgen hebben me deze week echt moe gemaakt.
0 notes
Text
In de categorie: ik vind selfies posten op instagram awkward, maar ik wil het toch graag ergens delen 💜
#nieuwe tattoos liefhebben#lavendel haar liefhebben#mezelf liefhebben#(soms)#ik ben hier helemaal niet zo actief meer eigenlijk en heb eigenlijk nog maar weinig actieve mutuals dus misschien is dit evengoed genant#maar tumblr blijft 💜💜💜#maar da's dus mijn hoofd#persoonlijk
14 notes
·
View notes
Note
Ik wil dat je voelt dat er mensen zijn die lezen wat je schrijft en erdoor geraakt worden. Ik herken mezelf heel erg in jou, of ik ken vooral de gedachten die je benoemd.
Ik stuur dit bericht anoniem naar je. Misschien schrik je van hoe open het is, maar je hoeft niet te weten wie ik ben om te leren van wat ik heb gezien. Ik ben een vrouw net als jij, Nederlandse en drie jaar ouder.
Ik lees dat je 19 bent. Toen ik 19 was, verkeerde ik in een diepe depressie. Ik was net op vakantie geweest met een vriend, die niet goed voor mij was. Ik had een psychologe die me behandelde voor een trauma. Tijdens die sessies ontdekte ik ook dat ik over een gevoeligheid bezit die niet iedereen heeft.
Ik voel me naakt op de wereld. Misschien jij ook? Iedereen ziet mij, ziet door mij heen. Mensen komen dichtbij en kunnen me kwetsen. Ik heb ze nodig, maar ik wil alleen zijn.
Alleen is veilig, maar niet gezond.
Op Tumblr lees je soms over mensen die "neurotypical" zijn. Wij zijn dat allebei niet. Dat maakt het niet makkelijker op deze wereld.
Ik had het gevoel dat niemand me begreep. Ik lees dat jij ADHD hebt. Daar ben ik niet bekend mee. Ik heb een leerling, een meisje van 13 dat het ook heeft. Ik geef Engels op een middelbare school. Als ik in je posts lees dat je moeite hebt met de dagen, dan herinnert me dat er ook aan dat ik wat extra op de leerlinge let. Er zijn echt wel mensen die je willen begrijpen.
Een anoniem bericht van over de grens gaat je niet van je verdriet verhelpen.
Toen ik 19 was zat ik ik het tweede jaar van mijn lerarenopleiding. Mijn eerste jaar overleefde ik nauwelijks. Met een psychologenbrief voor de examencommissie lieten ze me doorgaan. Hier in Nederland moet je de school verlaten als je in je eerste jaar een negatief studieadvies krijgt door te weinig studiepunten.
Ik wist niet waarom ik het nog deed. Voor mezelf leefde ik al lang niet meer. In de ergste nachten lag ik in het duister in bed, suïcidaal. Hand op m'n borstkas, huilend.
Toch ging ik maar door. Wat is het alternatief? Het is grof maar een echt einde maken aan mijn leven was niet realistisch. Ik zou te veel mensen achterlaten.
En het werd beter. De pijn van wat ik had meegemaakt draag ik iedere dag mee. Maar het zorgde er ook voor dat ik verder kan kijken dan mezelf.
Je gaat door. Iedere seconde tikt verder weg en velen ervan zul je vergeten. Ieder stapje verder van de pijn die je gevoeld hebt.
Ik leerde dat sommige mensen niet goed voor mij zijn. Wees eens eerlijk en kijk naar de mensen om je heen. Nemen ze je serieus? Luisteren ze naar je? Wie neemt alleen je energie weg, maar geeft niets aan je terug?
Volwassen worden is leren omgaan met wie je bent en waar je mee geboren bent. We hebben onszelf niet gemaakt, maar we kunnen wel leren werken met wat we gekregen hebben. Wanneer voel jij je goed? Bij wie voel jij je op je gemak?
Ik zie dat je bijvoorbeeld prachtig Engels kan. Ja ik ben echt een juffrouw, dat beloof ik. Je kan mooi schrijven, bent gevoelig. Vier dat ook aan jezelf.
Vandaag was voor mij een moeilijke dag. Mijn emoties zijn ook over mij nog vaak de baas. Morgen ga ik naar de huisarts om hulp te zoeken. Beloof me dat jij ook denkt aan hoe je jezelf kunt helpen?
Omdat je me niet kent kan ik zonder ironie zeggen: leer voor je zelf te leven. Het leven is wel mooi. Dat zeg ik nu, na dezelfde dingen te hebben gedacht die jij schrijft. Op een dag wordt je wakker en denk je niet meer meteen aan verdriet. Zo wordt het steeds ietsje beter.
Je gaat nog zoveel mooie dingen zien, zoveel meemaken. Nog zoveel presteren, nog liefhebben, nog huilen, nog lachen.
Ik weet niet zo goed waarom ik dit schrijf. Misschien omdat ik mezelf herken en graag gehoord had dat ik destijds niet de enige was? Misschien moest ik ook even iets kwijt. Het helpt altijd om over dingen te praten :)
Ik ben maar een anoniem iemand uit een ander land, ik kan je nergens toe dwingen en dat wil ik ook niet. Ik hoop alleen dat je je niet zo alleen voelt als je dit leest. Er zijn mensen die willen luisteren.
Al het goede uit Nederland :)
lieve lieve lieve anoniem het spijt me zo voor mijn late antwoord. ik heb dit opnieuw en opnieuw en opnieuw gelezen de afgelopen dagen. ik moet nog steeds trillen als ik het lees
je hebt me zo bewogen & aangedaan & ik vind het moeilijk om onder woorden te brengen hoe veel dit voor me betekent. maar ik wil het toch proberen :p
“ik voel me naakt op de wereld”. ja ja ja 100x ja dat is altijd waar het op neerkomt, hè? en dat was ook het punt waarop ik bij mn eerste keer lezen in huilen uitbarstte
“Iedere seconde tikt verder weg en velen ervan zul je vergeten. Ieder stapje verder van de pijn die je gevoeld hebt”. ik ben zo ongelooflijk blij dat je op dit punt beland bent. dat je er zo wijs bent uitgekomen. dit klinkt als een mantra voor mij, en ik moet toegeven dat het al sinds ik het las in mijn hoofd zit - als het eerste beetje toekomstzekerheid dat ik in lange tijd heb. of toekomsthoop. dankjewel daarvoor
ik beloof dat ik beter ga kijken naar wat me echt helpt ipv wat me gewoon goed doet voelen maar uiteindelijk mijn eigen leven saboteert. ik beloof dat ik op tijd aan de alarmbel zal trekken. dat is het minste wat ik nu voor je kan doen; dat met m’n hele wezen beloven
je klinkt als een fantastisch, prachtig persoon. en het doet me goed om te horen dat je leerkracht bent, omdat je ongetwijfeld dagelijks kinderen/jongeren helpt op zowel kleine als grote manieren. en ik hoop dat je daar altijd warmte in kan vinden. ik hoop dat de mooie dagen zowel frequenter als lichter zijn, met al je dieptepunten achter je
het wringt dat ik niet meer kan doen om je te bedanken. je hebt me geholpen op een manier die ik nooit zal kunnen beschrijven. maar weet dat je op een manier mijn leven hebt gered hiermee, en dat je (zeker als leerkracht) kleine of grote stukjes leven van iedereen om je heen blijft redden. ik wou dat ik terug in de tijd kon gaan om jou iets soortgelijks te vertellen toen je even diep zat. mooie mensen als jij helpen de wereld verder
ik ga dit blijven herlezen opnieuw en opnieuw en ben je zo dankbaar maar volgens mij is dit nu lang genoeg om je beschaamd te maken (ik weet dat ik zo zou zijn 😉) dus ik wens je een prachtige dag toe. het wordt lenteweer!!!! geniet ervan, en van alle dagen daarna <3
8 notes
·
View notes
Text
Het is bijna 4 jaar geleden dat ik te horen kreeg dat ik ziek was. Mijn wereld veranderde. Het heeft me gebroken, maar ook sterker gemaakt. Ik ben gelukkig ook al bijna 2 jaar genezen. Het begon sinds dan stilletjes aan iets beter te gaan met me. Ik voelde me ook beter in mijn vel en ik kon veel meer fysieke activiteiten doen. Ik kreeg meer zelfvertrouwen. Ik wilde leven en genieten. Dansen en zingen. Liefhebben en geliefd worden. Vooral ook mezelf liefhebben. Ik was trots op mezelf. Mijn donkere gedachten waren, dacht ik, weg. Maar ze waren eerder ergens verdwenen op de achtergrond als ik het nu zo bekijk. Want we zijn 4 jaar verder en nu kreeg ik te horen dat mijn bloedwaardes weer niet goed zijn. Ik voel me ook heel ziek de laatste maanden. Eigenlijk van afgelopen zomer al, merk ik dat mijn lichaam aan de alarmbel aan het trekken is. Mijn donkere gedachten zijn veel luider en de zin om te leven is er niet echt meer. Genieten kan ik niet meer. Alles doet pijn. Ik zie mezelf niet meer graag. En ik begrijp waarom mensen niet bij me kunnen blijven. Ik ben te moeilijk. Te moeilijk om van te houden.
3 notes
·
View notes
Text
Hoe Reyna’s Nederlandse dochter toch vrede vindt met de Filipijnse keuken: “Dit is mijn moeders manier van zorgen”
Maandagavond 17.23 uur, hartje Alkmaar. Bij binnenkomst vliegt de condens dat nevelig opstoomt van de pruttelende potjes en pannetjes die op het gasfornuis staan je om de oren via de entreehal. Een weeïge geur van kruidig Filipijns avondeten kruipt je neusgaten in. Driftige sis-, sudder- en borrelgeluiden komen daarbij uit de achterkant van het huis vandaan, daar bevindt zich immers de keuken. Dan kijkt Reyna (53) met een grote glimlach op van haar wokpan vol met hete, witte mihoen: “Zo leuk dat je er bent! Alles goed? Ja, ruikt lekker, hè?”
Naam: Reyna Ipac-Taalman Geboortedatum: 20 februari 1967 Geboorteplaats: Bontoc, Mountain Province, Filipijnen Naam: Shaina Taalman Geboortedatum: 26 juni 1997 Geboorteplaats: Alkmaar, Noord-Holland, Nederland
Traditionele adobo van de Hollandse toko Of Reyna ook in het Noord-Hollandse Alkmaar geboren en getogen is, zoals haar dochter Shaina? Het scheelt maar een kleine 10.300 kilometer. “Mijn kookkunsten, die heb ik van mijn moeder geleerd. In Bontoc, een heuvelgebied in het noorden van de Filipijnen, daar woonden we,” vertelt ze terwijl ze de mihoenslierten om de spatels wikkelt en omhoog draait. Ze laat een korte stilte vallen, maar gaat intussen door met koken. “Zij is twee maanden terug overleden. God bless her soul,” zegt ze zacht.
Foto 1: Even een paar keer omroeren zodat de kruiden goed kunnen intrekken
“Vanavond maak ik traditionele Filipijnse adobo, volgens de manier waarop mijn moeder die bereidde voor mij in de jaren ‘70,” vervolgt Reyna. Het is een gerecht dat naar haar eigen zeggen meer Nederlanders zouden moeten eten, smaakvol en simpel. “Een halve kilo varkensvlees, het liefst van de toko, tachtig mililiter sojasaus, honderd mililiter wittewijnazijn, een scheutje ketjap manis, wortel, ui, hele zwarte peperkorrels, een schepje suiker en lekker wat laurierblaadjes.” Het geheime ingrediënt? “Kasayahan. Vrolijkheid”, verklapt Reyna grinnikend.
Foto 2: Een laatste snuf zout toevoegen... Bijna klaar!
De Filipijnse archipel bestaat uit meer dan 7000 losse eilanden, met 85 verschillende dialecten en wel 30 verschillende manieren waarop de adobo gemaakt kan worden. “Ik kan er ook niet met iedereen even goed communiceren, maar het gezellig samen eten met elkaar smelt de Filipijnen samen tot één hecht land.”
Een beetje Filipino in Nederland De eerste keer dat zij met haar toenmalige man Jan (reeds overleden in 2005) een Nederlandse verjaardag bezocht, kwamen de muren op haar af. “Een klein schaaltje chips voor het hele gezelschap? Eén piepklein taartpuntje per persoon? En jullie zijn een welvarend land? Nee, nee, nee. Ik was kamayans gewend! Gigantische, kleurrijke feestbuffetten uitgespreid over bananenbladeren midden in de woonkamer, vol fingerfood waar iedereen van kan eten, de hele dag lang!”
Foto 3: Filipijnse adobo geserveerd met witte rijst
“Kainan na!” Oftewel ‘eet smakelijk,’ zegt ze opgewekt terwijl ze de de kookpitjes uitdraait en voor het hele gezin opschept. Reyna kookt voor zichzelf nog altijd Filipijns en kent alle Aziatische toko’s in omgeving Alkmaar als haar eigen linkerbroekzak. Daar haalt zij exotische fruit-, vis- en groentensoorten die een standaard buurtsuper op de hoek van de straat niet verkoopt. “Bij de toko haal ik grote tijgergarnalen, bangús – melkvis in het Nederlands –, chayote, durian... Heb je wel eens de vrucht van een durian gezien? Die lijkt op een grote groene egel! Een libidoverhogende groene egel. Dat zeggen ze dan, op de Filipijnen,” voegt ze er ietwat nerveus lachend aan toe. “Maar zo kan ik mij gelukkig nog steeds een beetje Filipijns voelen in Nederland.”
Reyna is naast parttime hobbychef op zelfverklaard Michelinsterniveau, fulltime moeder van haar drie nog inwonende kinderen Shaina, Robert en Ayra – allen van een Nederlandse man. “Ik kook weliswaar nog altijd Filipijns voor mijzelf, maar de kids ontvluchten het diner vaak of koken iets voor zichzelf. Ik denk niet dat ik het stokje doorgegeven heb. Of liever gezegd de spatel,” lacht zij af.
Twee verschillende werelden Dochter Shaina (22) verklaart haar desinteresse in de Filipijnse keuken: “Tja. Ik associeer mijn Filipijnse bloed toch vooral met wat negativiteit dat er in mijn jeugd heeft afgespeeld. Zo werd ik vaak op de basisschool ‘dat bruine meisje’ genoemd, terwijl ik mij zo Hollands voelde als de kaasmarkt die hier in Alkmaar elke vrijdag staat. Ik denk dat ik daarom de Filipijnse keuken niet zo erg meer toelaat in mijn dagelijkse leven.” Shaina voegt daar nog aan toe: “Mijn moeder en ik verschillen in de keuken als twee werelden die lijnrecht tegenover elkaar staan, van ontbijt tot avondmaal. Mijn ontbijt bestaat uit een normaal Hollands broodje met – weetjewel – gebakken ei, kaas of pindakaas, terwijl m’n moeder nog wel echt naar een kom rijst met groenten of vis grijpt.”
Foto 4: Rijst, groenten, kruiden. Een typisch ontbijt van Reyna.
Foto 5: Brood met kaas of pindakaas en een glaasje zuivel. Een typisch ontbijt van Shaina.
Dat een doordeweekse dag in de Filipijnse keuken al om half 3 ’s middags begint is eerder norm dan uitzondering. “Ook hier zou ik de tijd dus niet voor vrij willen maken! Ik ga ‘s middags als ik vrij ben liever gamen met wat vrienden, of ik bestel ergens een goede lunch op het terras.” Niettemin spreekt zij de vraag of zij dan de gerechten van haar moeder niet lekker vindt, ondanks haar duidelijke terughoudendheid naar de Filipijnse cultuur, bliksemsnel tegen. “O, ik vind adobo op z’n tijd heerlijk!”, spreekt zij haast lyrisch uit. “Of een goede kare-kare curry. En ik zie mijzelf ook zeker nog eens Filipijns koken voor mijn vriend of voor vrienden zodra ik op mezelf woon. Het is alleen voor mij wat de Hollandse stamppot voor de familie Jansen is – maar dan met een vleugje negatieve associatie vanwege een rits aan racistische opmerkingen in mijn jeugd. Geef mij dan maar een spaghetti carbonara,” zegt ze. “Zolang ik het maar niet in m’n hoofd haal om vegetarisch te worden. Mijn moeder zou me vermoorden! Zij zou me denk ik nét zo hardhandig afslachten zoals het vlees uit de adobo vermoord is.” Kasayahan Ondanks de culinaire verschillen tussen haarzelf en haar moeder, waardeert zij bepaalde aspecten van de Filipijnse cultuur wel zeker. Er zijn zelfs aspecten waarvan zij zou willen dat de Nederlandse cultuur die een tikkeltje meer eigen maakte: “Voedsel verbindt mensen op de Filipijnen met elkaar. Het is een manier van zorgen, liefhebben, van dank uiten. Ik ben een tijdje depressief geweest, en mijn moeder vond het lastig om hiermee om te gaan vanuit haar achtergrond. Er rust namelijk een flink taboe op mentale gezondheid in grote delen van de Aziatische cultuur. Zo was zij nooit een ster in peptalks, maar schoof zij wel op haar eigen goedbedoelde manier verse noedels om de hoek van mijn slaapkamerdeur als ik moeite had met de dag. Dit is haar manier van zorgen,” vertelt ze. “In Nederland zijn we allemaal veel individualistischer, misschien zouden we – als we een eetcultuur hadden die niet alleen bestond uit een aangebrand gourmetpannetje met kerst – een stuk begripvoller en geduldiger zijn met elkaar. Ik denk dat wij als samenleving meters zouden kunnen maken als we net zoals in de Filipijnse cultuur gewoon eens rustig de tijd namen om uitgebreid met elkaar te koken, de dag door te spreken en daarna met z’n allen te gaan zingen en dansen in de keuken. Gezelligheid. Met als kers op de taart: gezellig met al je vrienden en familie rond een grote tafel te gaan eten.” “Kasayahan,” knikt Reyna instemmend toe. “Inderdaad, mam, kasayahan.”
#I wrote an article on my aunt from the Philippines and my Filipino-Dutch cousin and their cultural clashes and fights#Sorry it's in Dutch! But I happen to have a good few Dutch followers on here as well#...this is what Tumblr was originally set-up for right?#blogging?...#anyway have fun reading it; especially in times of travel restrictions; because I really wanna visit the Philippines now :)#personal#interview#Filipijnen#Koken#Eten#Culinair
4 notes
·
View notes
Text
Wat er was / toen je kwam / voor je ging
Er was heel weinig en alles tegelijk - er was een roep om afgeleid te worden - er was ongenoegen en frustratie - er was weer hetzelfde veel te lang - er was geen weg uit - er was onervarenheid en vragen - er was teveel woorden en woorden - er was in ieder geval eenzaamheid - en toen kwam jij
Toen kwam spanning - toen kwam hoe ieder goed begin hoort te gaan: met bakken vol nieuwsgierigheid, ongeduld en enthousiasme - toen kwam aftasten en grenzen verleggen - toen kwam tijd maken voor antwoorden - toen kwam je stem en meer stiekem anoniem - toen kwam anders naar mezelf kijken - toen kwam dat gebruiken - toen kwam houvast - toen kwam nodig en/of liefhebben - toen kwam jaloezië - toen kwam het woord en meer van dat - toen kwam zelf proberen - toen kwam zelf doen - toen kwam vertrouwdheid - toen kwam niet meer nodig hebben - toen kwam dankbaarheid
En toen
nog even geen gedag.
6 notes
·
View notes
Text
40 jaar… 4 Decennia op deze wereld. Het stemt tot nadenken, even reflecteren. Normaal zou ik nu een grote fuif geven, feesten als de beesten. Maar het is nu even anders. Dit relaas zou zo mijn speech kunnen zijn. Neem een glas, en luister naar mijn stem. Mijn jeugd begon niet vol rozengeur en maneschijn. Veel onrecht, woede en verdriet kruisten mijn jonge levenspad. 18 jaar lang, tot ik zelf mijn leven in eigen handen nam. De stap naar volwassenheid was voor mij een hele grote. Mij losknippen van het verleden, het zoeken naar wie ik was en wie ik wilde worden. Het ontdekken van de verschillende facetten van het leven, met vallen en opstaan. Het is niet eenvoudig om vanaf zo’n jonge leeftijd er alleen voor te gaan, zelfstandig in het leven te staan. Maar ik deed het toch maar, en het kwam allemaal goed. Toen ik 23 was, nog steeds groen achter de oren, maar het niet volledig beseffen, kwam ik de liefde van mijn leven tegen. Echt, een coup de foudre die al bijna 17 jaar blijft doorgaan. De komst van Nicolas in mijn leven was een van de eerste stappen naar rust en stabiliteit, iets waar ik al vele jaren ongelooflijk hard naar hunkerde. Samen waren we 1: 1 koppel, 1 gezin, 1 familie, 1 team, 1 geheel die gewoon altijd samen hoorde te zijn. Soms twijfelde ik, soms twijfelde hij, maar we brachten elkaar altijd terug naar die ene essentie, naar de kern van ons liefhebben. Wat een geluk heb ik toch met zo’n prachtige man aan mijn zijde. Een echte bijoux, die schittert sinds hij mijn leven binnenstapte en telkens opnieuw zorgt voor die glinstering in mijn ogen. Toen ik 27 jaar oud was, kwam de allergrootste liefde mijn leven binnen. Elias, een wonder van een kind, hij waar wij samen hard voor moesten vechten. Lief, schattig, verstandig en mooi. Ja, ook ik geloof dat mijn eigen kind de mooiste is. De mooiste ter wereld? Hoeft helemaal niet. Hij is de mooiste voor mij. Mooi in alle facetten: mooi van hart, mooi van karakter, mooi van geest, mooi in het geven van liefde, mooi qua uiterlijk. De wereld heeft hem ook al vaak teleur gesteld, zelfs soms diep gekwetst. Maar ondanks alles blijft hij steeds geloven, geven en liefhebben. Ja, ik heb een zoon die vaker geeft dan krijgt en niet goed beseft hoe wonderbaarlijk mooi dat is. Ik hoop dat ik nog minstens 40 jaar erbij kan doen om te zien welke prachtige man hij zal worden, hoe hij zijn leven eigenheid geeft, hoe hij zijn weg zal uitstippelen en bewandelen. Op professioneel gebied is mijn pad heel divers geweest. Zoeken, proberen, kansen creëren en kansen afmaken. Regelmatig het roer eens 360° omslaan, met 2 voeten in het diepe springen. Ik nam risico’s, gewaagde keuzes, maar kwam steeds op mijn poten terecht. Zoals een kat met 7 levens, of gewoon op eigen kracht? Het is mij niet altijd even hard duidelijk waarom net ik zoveel ‘geluk’ heb gehad. Maar mijn vechtlust, doorzetting en ongelooflijke wil om te slagen in alles wat ik start heeft zeker ook een belangrijke rol gespeeld. Aan iedereen die op professioneel vlak een rol in mijn leven speelde, positief of negatief, wil ik zeggen: dank je. Bedankt voor jullie rol in mijn groeitraject. Want ook de minder leuke ervaringen maakten mij sterker, brachten mij inzichten. Gaandeweg werd mij duidelijk wat ik graag deed en vooral ook wat ik niet graag deed. Waar mijn talenten liggen en waar voor mij de valkuilen zijn. Ik leerde die valkuilen omzeilen en om te zetten naar sterktes. Vandaag voel ik echt dat ik op mijn plek zit. Maar dat was een jaar terug, of 10 jaar terug niet anders. Zoals ik als mens evolueer, evolueert ook mijn gevoel van ‘op mijn plek zijn’. De tijd leerde mij hier vooral aan te passen, als een kameleon aanvoelen wat je nodig hebt en omschakelen. Luisteren naar dat kleine stemmetje in je hoofd die zegt: ‘Zou ik dat kunnen? Kom, we gaan er samen voor!’. Qua gezondheid vind ik dat ik niet mag klagen, ik heb ontzettend veel geluk. Hoewel de nieuwe huisarts die ik recent kreeg niet dezelfde overtuiging had toen die mijn dossier voor het eerst doornam. Ja, ik heb mijn linker nier lang geleden al verloren. Poliepen, een appendix of een galblaas heb ik ook niet meer. Ik mis ze niet. Mijn knie is na de operatie hersteld, maar lopen lukt nog steeds niet goed. Maar ik ben gewoon blij. Blij voor elke dag dat ik gewoon geen pijn heb en gezond ben, dat is veel meer waard. Felle allergieën teisteren nu al enkele jaren mijn leven, maar ik pas mij aan. Die kameleon, weet je wel. Ik ging van mager naar dik, terug naar mager en nu… tja, nu weer dik. Maar ik voel me goed, ik ben tevreden als ik naar mezelf kijk. Ben ik gezond? Ja, een gelukkig mens straalt ook fysiek veel harder. Ik ben gelukkig, en voel mij gezond. Wil ik sommige dingen anders? Ik ben niet hypocriet, ja ik wil dingen anders. Ja, ik wil slank zijn. Vroeger was ik dat, maar ook dan was ik niet blij. Nu heeft de tijd mij vooral geleerd om dat wel te zijn. Veel bijzaken krijgen een te grote plaats in het leven. Onbelangrijk en toch prominent aanwezig. In mijn omgeving zie ik zoveel mensen die oprecht problemen hebben met hun gezondheid. Vaak in het ziekenhuis, constante pijn, kanker, of weten dat ze er heel binnenkort niet meer zullen zijn… Je kan ze niet helpen, enkel steunen. Dat is hard, zo oneerlijk. Dan, op zo’n momenten, prijs ik mij gelukkig. Daar haal ik mijn kracht om te beseffen: ik heb zoveel geluk om gezond te zijn. Ik heb geleerd in het leven wat vriendschap is. Dat je van vriendschap niet altijd krijgt wat je verwacht. Dat ik niet noodzakelijk de beste vriend van mijn beste vrienden ben, of omgekeerd. Maar dat is ok. Want ik heb ongelooflijk veel warme vrienden. Ieder van hen is anders, bijzonder op hun manier. Ik weet bij wie ik waarvoor terecht kan. Wie voor mij op welk moment klaar staat. En toch zijn er vrienden die mij nog kunnen verrassen, doen wat ik niet verwacht had. Mijn hart verwarmen met een kaartje in de bus, een pakje aan de deur, een bloemetje als er geen feest is, een foto om te tonen dat ze op hetzelfde moment met hetzelfde bezig zijn (zonder dat je het van elkaar echt weet), of een foto die je terugbrengt naar leukere tijden als het even moeilijk gaat… Vriendschap is een begrip die zoveel ladingen dekt, in zoveel vormen voorkomt. Wat ben ik blij met al mijn vrienden, sommige al heel lang in mijn leven, sommige nog maar pas ontdekt. Jullie zijn mij allemaal ontzettend dierbaar voor wie jullie zijn en wat jullie voor mij betekenen. En als dat gevoel wederzijds is, is dat nog net zoveel leuker. Maar als dat niet zo is, is dat ook ok. Er zijn ook mensen die mij maar niets vinden. De haters. Zij die mij te luid, te druk, te aanwezig of gewoon teveel mezelf vinden. Tja, wat kan ik zeggen? Is hier wel een plaats nodig voor julllie? Elke deur in mijn huis staat open, voor iedereen. Dat werkt in 2 richtingen. Staat het je niet aan wie ik ben: vertrek. Ga, negeer mij gewoon, schenk mij geen aandacht. Als je verdwijnt merk ik het waarschijnlijk niet eens. Want jullie heb ik nooit nodig gehad om te zijn wie ik ben: mezelf. Jullie zijn blind, zien het moois niet dat ik te bieden heb. Dus: who cares? Ik in elk geval niet. Tot ziens, het ga je goed! 40 jaar… Een hele tijd. Maar wat ben ik blij, vandaag, hier en nu. Gelukkig met mijn leven, mijn hele zijn. Omringd door zoveel familie, vrienden, collega’s. Wat is het leven fijn. Ik geloof echt van alles wat ik meemaakte dat het gewoon zo moest zijn. Elke tegenslag bracht mij nieuw geluk. Elke down een nieuw up. Het leven is niet veel waard als je nu en dan niet beseft dat het minder kan zijn. Succes proeft niet half zo lekker als je niet weet hoe nederlagen en teleurstellingen smaken. Vreugde voelt nog warmer aan omdat je net weet hoe koud en triest verdriet is. Yin en Yang, mooi in balans. Zo voelt mijn leven vandaag. Goed, mooi, in balans, gelukkig, warm. Ik kijk uit, naar de toekomst en al het moois dat nog komen zal. En tegelijk wil ik op pauze drukken. Hier en nu, zo mooi, zo goed, zo compleet, het voelt alsof het nooit beter zal worden. En toch, met alles wat ik weet besef ik dat het altijd minstens zo goed als nu zal zijn. Samen met jou, iedereen die de moeite deed om dit te lezen en echt te luisteren, wil ik klinken. Klinken op het leven. Op al het moois dat we samen reeds beleefden. Op morgen, dat nog mooier wordt dan vandaag. Op jou, om mij, op ons. Op het leven, dat elke dag opnieuw zoveel moois te bieden heeft.
3 notes
·
View notes
Text
Soms zou ik willen dat we echt in een simulatie leefden. Of dat er op z’n minst in het echte leven ook (snel)toetsen waren zoals op een computer. Dan kon ik gewoon efkes control a gevolgd door backspace doen, en simpelweg opnieuw beginnen met een blanco blad. Want ik schreef ooit dat ik in plaats van muren hele steden rond mijzelf gebouwd had. Zodat als er toch iemand binnen zou raken ik mij alsnog zou kunnen verstoppen. Wel nu zijn die steden al een tijdje aan het afbrokkelen en ben ik aan het verdwalen in de ruïnes. En alhoewel ik het hier nog steeds schoon vind - want ik houd van onvolmaaktheden en gebrokenheid - voelt het toch verstikkend. Het is een eenzaam bestaan - al die ruïnes en niemand om ze mee te bezichtigen. Maar ik heb het mezelf aangedaan; ik heb lang gedacht en gepredikt dat liefde niets voor mij was. Dat ik daar niet voor gemaakt ben. En daar had ik dan ook de gestaafde argumenten voor. Maar zoiets noemen ze self-fulfilling prophecy. Want ergens wil ik wél geliefd worden natuurlijk. En liefhebben. (Elke mens heeft daar behoefte aan; dat zit in ons dna). Dus nu wil ik mijn muren afbreken, één van die steden heropbouwen en vernoemen naar iemand. Een stad niet langer om mij in te verstoppen, maar om te laten zien wie ik echt ben. Toch blijf ik ronddwalen; alsof ik wacht op degene die mij wilt komen zoeken, en de uitweg tonen.
#nederlands#mijn#schrijfsel#schrijfsels#tekst#teksten#tekstje#tekstjes#woorden#woordjes#zinnen#zinnetjes#schrijven#schrijver#schrijversvantumblr#zoiets?
29 notes
·
View notes
Text
ik schreef iets
Ik ben er uit: mijn taak is het zorgen voor de verhalen. Het ruimte bieden zodat de ander mag en kan vertellen, het vragen stellen zodat de details tot in de puntjes kunnen worden uitgeplozen, en het ondersteunen of lichtjes sturen waar (en indien) nodig. Het daardoor verdiepen en nog beter begrijpen van mijn eigen verhaal, en daardoor wederzijds inspireren. Omdat mijn leven bepaald geen saaie bedoening is, en ik veel verhalen bij me draag, ben ik de afgelopen tijd aan het ontdekken en aanvoelen waar en wanneer ik mijn verhaal wel en niet kan delen. Niet iedereen kan altijd alles horen namelijk. Zeker het verhaal van mijn moeder, wat minder rooskleurig lijkt dan mijn eigen ‘overlevingsverhaal’. Maar het leven draait niet alleen om lenteverhalen, waarin alles openbloeit. De herfst vol gure stormen en winter zonder bloem of blad horen ook bij de cyclus waar we op deze aarde aan onderhevig zijn. De intensiteit, misschien het verdriet en de leegte maken winter- en herfstverhalen niet minder waardevol dan een lente- of zomerverhaal vol zonnig stralend geluk. Het geluk kan in alles zitten, hoe groot of klein dat alles ook is. Net als het gegeven dat de zon altijd ergens aan de hemel staat te stralen, al dan niet achter een diepe wolkenzee. Zelfs een traan, koude regen of een eenzame dag kan op haar eigen manier geluk omvatten. En juist ook dat verdriet kent iets veiligs. Wat mij doet denken aan mijn lievelingspassage van Laura van Dolron (in Liefhebben, het boek en de voorstelling): “Het ergste dat mij kan gebeuren is dat ik heel veel pijn heb en niet moet huilen. Huilen is opengaan, is de warmte van je tranen voelen. Huilen is heel troostrijk, zoals de afwas doen, of douchen, met warm water. Wat is er mooier? Dat vind ik zo geweldig aan het menselijk lichaam, dat het denkt: “Ze is verdrietig, laten we wat warm water over haar wangen plengen.” Zo slim, en het werkt altijd. En tranen verbinden. Iedereen huilt mee, een beetje om jou en heel veel om zichzelf. Maar dat zie je er niet aan af dus het werkt toch. En je pakt elkaar zo makkelijk vast als er tranen vloeien en elke huilbui eindigt met een diepe slaap of een goeie grap en lachen door je tranen heen. Lachen door je tranen heen, altijd liefde.” Ik denk dat de kunst van het leven is om het volledige spectrum aan verhalen te blijven beleven en blijven vertellen, vertalen, begrijpen, genieten. Hoe zwaar of licht ook, en vooral het hele jaar, doorheen alle seizoenen, mag gelezen, gehoord, gezien, genoten. Daarbij is een overlevingsverhaal niet belangrijker of mooier dan een overlijdensverhaal. Dat raakt een stuk van een verhaal dat ik sprak op de uitvaart van mijn moeder, over de boosheid die ik voelde over het feit dat ze geen verzet bood tegen de dood. Over hoe het mij raakte dat we ten tijde van mijn dwarslaesie samen visualiseerden hoe ik weer zou kunnen lopen, en waarom ze nu dan niet zelf haar zinnen op het leven had gezet: “Na een avond boos, een nacht bedaren en dag om te bezinnen kwam ik tot het inzicht dat jouw hoop schijnbaar andersoortig was dan de vechtlust die ik van mezelf ken. Jouw hoop lag in het vinden van eeuwige rust, op een eervolle manier. Voor altijd volledig als jezelf, in alles wat je bent - helemaal hoe jij het wilde. Je hoop uitte zich in de wonderlijke kracht om tot op het allerlaatste moment nog op je eigen benen te staan, in je eigen bed te slapen en alles te beleven en laten lopen zoals jij dat het liefst had. Zonder gevecht, zonder strijd en zonder verzet, maar in vrede.”
1 note
·
View note
Note
Moet jij huilen als je iets spannend vindt? Ik heb dat heel erg en weet niet hoe ik ermee om moet gaan. Ik heb dit bij grote veranderingen, boze mensen/ruzie, grote beslissingen. Als jij dit ook hebt en tips hebt, hoor ik het graag.
hoi lieve anoniem, wat vervelend dat je het zo lastig vindt dat je moet huilen als je iets heel spannend vindt. ja, ik huil ook vaak bij de situaties die je noemt, ik denk tegenwoordig minder vaak dan vroeger. vrijwel nooit tegenover andere mensen, though. en bij boze mensen specifiek heb ik eerder een shut-downreactie, ik ben absoluut niet graag in de buurt van mensen die boos zijn. ik ben dan meer bezig met mezelf van diegene verwijderen, zowel mentaal als fysiek.
als ik het goed begrijp, weet je niet hoe je moet omgaan met dat je moet huilen als je iets heel spannend vindt?
vind jij het vervelend als iemand moet huilen als ze iets heel spannend vinden? kinderen doen het vaak, neem je het hen kwalijk? en stel het is iemand van jouw leeftijd en (emotionele) ontwikkeling, neem je het hen kwalijk? ik denk niet dat degenen die huilen omdat ze veel spanning in hun lijf voelen raar zijn of aanstellers of zwak. ik denk niet dat het voor hen voelt alsof ze een keuze hebben.
ik weet niet precies wat jij voelt en denkt wanneer je het lastig vindt om te dealen met het huilen, maar waarom neem je het jezelf kwalijk als je dat bij een ander niet zou doen? het is niet erg dat dat bij jou gebeurt. en als je omgeving je het gevoel geeft dat het erg is, kan je een aantal dingen doen: de situatie accepteren, de situatie proberen te veranderen (door je omgeving bijvoorbeeld aan te spreken), of jezelf verwijderen van de situatie.
maar ik weet ook wel dat huilen echt vermoeiend is. het is niet erg is als je huilt om spannende gebeurtenissen, maar ik gun je meer rust en kalmte. diep ademhalen via mijn buik werkt goed bij mij. je focussen op je zintuigen werkt bij mij, wat hoor ik, wat voel ik, wat ruik ik. probeer als het ware een spotlight op de spanning in je lijf te plaatsen en wees er niet bang voor. probeer te omarmen dat je je zo voelt, dat je zo reageert op spanning. dat is verschrikkelijk eng, maar by far, de meest effectieve manier om die spanning om te zetten naar een minder zwaar gevoel. het moment dat je volledig accepteert dat je die spanning zo intens voelt en zelf misschien met begrip, liefde en vertedering naar dat gevoel kunt kijken, zal die spanning minder worden.
dit klinkt echt superzweverig allemaal, excuus haha. het helpt natuurlijk ook om erover te praten met degenen die je vertrouwt. en af en toe is het ook fijn om bezig te zijn met iets anders zodat je gedachtes niet teruggaan naar de situatie die je spannend vindt (maar waar je niks aan kan doen op dat moment).
uiteindelijk kunnen al je gevoelens een leidraad zijn die je iets vertellen. zowel dat je iets spannend vindt als dat je erom moet huilen verdienen je begrip. ik moet denken aan het gedicht van rumi, “the guest house”:
This being human is a guest house. Every morning a new arrival.
A joy, a depression, a meanness Some momentary awareness comes As an unexpected visitor.
Welcome and entertain them all! Even if they're a crowd of sorrows, Who violently sweep your house empty of its furniture, still, treat each guest honorably. He may be clearing you out For some new delight.
The dark thought, the shame, the malice, Meet them at the door laughing, And invite them in.
Be grateful for whoever comes, Because each has been sent As a guide from beyond.
#vragen#ik hoop dat ik je een beetje heb kunnen helpen#je zou ook boeken van jan geurtz en/of eckhart tolle kunnen checken#die hebben mij enorm geholpen met in het nu zijn en mezelf liefhebben
0 notes
Text
Ik denk dat het tijd is om de stem in mijn hoofd te negeren
Degene die zegt dat iedereen naar je kijkt
Dat mensen je niet leuk vinden
En dat je er niet bij hoort
Want ik vind mezelf leuk
En ik hoor bij mezelf
Dus voor de rest gw ik proberen te doen waar ik blij van word
En mezelf meer liefhebben wanneer ik denk dat de rest het ook niet doet
Want daar gaat het allemaal niet om
(Maar nu ga ik slapen en morgen is alles hetzelfde maar hopelijk toch anders)
34 notes
·
View notes
Text
De mist trekt op en ik vind het pad naar het hemelse koninkrijk
De mist trekt op en ik vind het pad naar het hemelse koninkrijk
Door Chen Ai, China
Al vanaf mijn kindertijd volg ik mijn ouders in hun geloof in de Heer, en nu is mijn oude dag aangebroken. Hoewel ik mijn leven lang in de Heer geloofd heb, was het probleem van het afleggen van de zonde en het binnengaan van het hemelse koninkrijk een onoplosbaar raadsel geweest. Het bezorgde me constante nood en ik heb me er verloren en gekweld door gevoeld. Ik wilde zo graag tijdens mijn leven uitvinden hoe ik de zonde moest afleggen en het hemelse koninkrijk moest binnengaan. Als het mijn tijd was, kon ik dan de dood tegemoetzien in de wetenschap dat mijn leven voltooid was en dat ik eindelijk met vrede in het hart bij de Heer kon komen.
Om te proberen dit dilemma op te lossen, sloeg ik er naarstig de Bijbel op na. Ik ging van het Oude Testament naar het Nieuwe en van het Nieuwe Testament terug naar het Oude; keer op keer las ik de Bijbel. Maar ik kwam niet op het juiste antwoord uit. Ik had mijn mogelijkheden uitgeput en kon daarom alleen maar mijn best doen om me zo goed mogelijk te gedragen, in overeenstemming met de leringen van de Heer. De Heer heeft immers gezegd: “Heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand. Dat is het grootste en eerste gebod. Het tweede is daaraan gelijk: heb uw naaste lief als uzelf” (Matteüs 22:37-39). De Heer vereist dat we God liefhebben met ons hele hart en ons hele verstand, en dat broeders en zusters elkaar liefhebben. Maar wat ik ook deed, dit soort liefde bleef simpelweg buiten mijn bereik. Mijn liefde voor mijn gezin was groter dan mijn liefde voor de Heer, en ik was gewoon niet in staat om mijn broeders en zusters in de kerk werkelijk lief te hebben zoals ik mezelf liefhad. Integendeel, ik was vaak kleinzerig en berekenend tegenover anderen als mijn eigen belangen op het spel stonden, zozeer dat ik me dan wrokkig voelde. Hoe zou iemand zoals ik ooit gered kunnen worden en het hemelse koninkrijk kunnen binnengaan? De Heer Jezus heeft ook veel gezegd over het binnengaan van het hemelse koninkrijk. Bijvoorbeeld: “Ik verzeker jullie: als je niet verandert en wordt als een kind, dan zul je het koninkrijk van de hemel zeker niet binnengaan” (Matteüs 18:3). “Want ik zeg jullie: als jullie gerechtigheid niet groter is dan die van de schriftgeleerden en de farizeeën, zullen jullie zeker het koninkrijk van de hemel niet binnengaan” (Matteüs 5:20). Ik was niet in staat om ook maar één van deze vereisten van de Heer in praktijk te brengen. Vaak loog ik, en steeds wanneer ik iets tegenkwam wat mij niet aanstond, gaf ik de Heer de schuld. In mijn gedachten was er bedrog en oneerlijkheid, en ik zwolg constant in zonde. Ik zondigde en had berouw, ik had berouw en zondigde, steeds maar weer. De Heer is heilig en in de Bijbel staat: “Want zonder heiliging zal niemand de Heer zien” (Hebreeën 12:14). Hoe zou iemand die zo totaal vervuild was als ik ooit geschikt kunnen zijn om het hemelse koninkrijk binnen te gaan? Dit tergde me. Maar steeds als ik las over de weg van de rechtvaardiging door het geloof, zoals uitgedragen door Paulus in Romeinen, Galaten en Efeziërs – dat het hebben van geloof en gedoopt zijn betekent dat men met zekerheid is gered; dat we gerechtvaardigd zijn door het geloof en voor altijd gered zijn als we in ons hart in de Heer geloven en Hem met onze mond belijden; en dat de Heer ons bij Zijn weerkomst gegarandeerd zal opnemen in het hemelse koninkrijk – dan werd ik overspoeld door vreugde. Ik voelde dan dat ik me geen zorgen hoefde te maken over de vraag of ik het hemelse koninkrijk wel zou betreden. Maar vervolgens herinnerde ik me dat de Heer zei dat mensen het hemelse koninkrijk alleen kunnen binnengaan door hun eigen inspanningen, en voelde ik me slecht op mijn gemak. Gerechtvaardigd worden door het geloof en vervolgens het hemelse koninkrijk binnengaan: kon het echt zo eenvoudig zijn? Vooral wanneer ik oude, vrome gelovigen zag die het eind van hun leven naderden en die onrustig en bezorgd leken, zozeer dat ze zelfs tranen met tuiten huilden en dat niet een van hen blij leek om te gaan, dan kon ik niet ontsnappen aan de vraag: als ze zeggen dat ze het hemelse koninkrijk kunnen binnengaan puur door rechtvaardiging door het geloof, waarom lijken ze dan zo stervensbenauwd op hun doodsbed? Het leek erop dat zijzelf geen idee hadden of ze wel of niet waren gered en waar ze na de dood heen zouden gaan. Ik dacht steeds maar na over de woorden van de Heer Jezus en ook over die van Paulus. Ik kwam erachter dat er een groot verschil was tussen de woorden van Jezus en die van Paulus wat betreft de kwestie van wie het hemelse koninkrijk kon binnengaan. Volgens Paulus wordt men gerechtvaardigd door het geloof door eenvoudigweg in de Heer te geloven. Als dat zo was, zou iedereen gered zijn. Waarom zei de Heer Jezus dan: “Het is met het koninkrijk van de hemel ook als met een sleepnet dat in een meer werd geworpen en waarmee allerlei soorten vis werden gevangen. Toen het net vol was, trok men het op de oever en ging men zitten om de goede vis in kuipen te doen; de slechte vis werd weggegooid” (Matteüs 13:47-48)? Waarom moet de Heer, als Hij in de laatste dagen terugkomt, het graan van het onkruid scheiden, de schapen van de bokken en de goede dienaren van de slechte dienaren? Deze woorden die de Heer Jezus sprak, maken duidelijk dat niet iedereen die in Hem gelooft het hemelse koninkrijk kan binnengaan. Daarom vroeg ik me af: ben ik gered? En zal ik na mijn dood het hemelse koninkrijk kunnen binnengaan? Deze vragen bleven in mijn gedachten hangen als raadsels, en ik was niet in staat er antwoorden op te vinden.
In een poging om dit probleem op te lossen, zocht ik in boeken die in de loop der tijden door bekende spirituele persoonlijkheden geschreven waren. Maar het leeuwendeel van wat ik las, bestond uit interpretaties van de rechtvaardiging door het geloof zoals daarover gesproken wordt in Romeinen, Galaten en Efeziërs. Niet één van die boeken bracht een einde aan mijn verwarring. Vervolgens bezocht ik alle bekende ouderlingen in de Heer en ging ik naar bijeenkomsten van veel verschillende denominaties. Ik constateerde dat ze allemaal min of meer hetzelfde zeiden. Niemand kon me duidelijk het mysterie verklaren van hoe men het hemelse koninkrijk kan binnengaan. Later vond ik een nieuwe, buitenlandse denominatie die in opkomst was. Dit soort kerk, dacht ik, kon misschien een nieuw licht schijnen. Daarom ging ik vol goede moed naar een van hun bijeenkomsten. Aan het begin van hun preek vond ik deze enigszins illuminerend, maar tegen het einde stelde ik vast dat ook zij de weg van de rechtvaardiging door het geloof verkondigden. Ik voelde me totaal uit het veld geslagen. Na de bijeenkomst liep ik op de hoofdvoorganger af en vroeg: “Dominee, ik ben bang dat ik het niet begreep toen u zei: ‘Eens gered, altijd gered.’ Kunt u daarover meer met mij delen?” De voorganger zei: “Dit is heel eenvoudig te begrijpen. Er staat in Romeinen: ‘Wie zal ook maar iets inbrengen tegen Gods uitverkiezing? Het is God die rechtvaardigheid doet. Wie is het om dat te veroordelen?’ (Romeinen 8:33-34). De Heer Jezus Christus heeft ons al vrijgesproken van al onze zonden door aan het kruis te zijn genageld. Dat wil zeggen: al onze zonden, of het nu de zonden zijn die we vroeger hebben begaan, de zonden die we vandaag begaan of de zonden die we nog moeten begaan, zijn allemaal vergeven. We zijn voorgoed gerechtvaardigd door het geloof in Christus. Als de Heer ons niet veroordeelt om onze zonden, wie zou ons dan ooit beschuldigen? Daarom moeten we, wat betreft het binnengaan van het hemelse koninkrijk, de moed niet verliezen.” Het antwoord van de voorganger verwarde me alleen maar meer, dus stelde ik nog een vraag: “Hoe verklaart u wat er staat in Hebreeën: ‘Wanneer we willens en wetens blijven zondigen nadat we de waarheid hebben leren kennen, is er geen enkel offer voor de zonden meer mogelijk’ (Hebreeën 10:26)?” Het gezicht van de voorganger werd rood en hij zei niets meer. Mijn vraag bleef onbeantwoord. Niet alleen had deze bijeenkomst mijn verwarring niet kunnen wegnemen, mijn ergernis was er zelfs door vergroot. Ik dacht: tientallen jaren heb ik in de Heer geloofd, maar als het me niet eens duidelijk is of mijn ziel na mijn dood naar de Heer gaat, betekent dat dan niet dat mijn geloof al mijn hele leven verward is? Vervolgens ging ik op een zoektocht om, waar dan ook, het antwoord op mijn vraagstuk te vinden.
In maart 2000 ging ik studeren aan een seminarie dat door buitenlanders werd geleid. Ik had er vertrouwen in dat de preken van buitenlanders superieur zouden zijn en wel zeker mijn verwarring zouden wegnemen. Maar tot mijn verbazing kwam ik erachter, na er twee maanden barstensvol geloof gestudeerd te hebben, dat de dominees allemaal dezelfde oude koek preekten en dat hun preken geen enkel nieuw licht schenen. Terwijl ik daar was, vernam ik van geen enkele preek die leven schonk en las ik zelfs niet één spiritueel opstel. Niet alleen was mijn verwarring niet weggenomen, door mijn tijd daar was ik alleen maar meer in de war. Ik kon aan mijn verwarring niets doen en dacht: ik ben hier nu meer dan twee maanden, maar wat heb ik eraan gehad? Als ik hier geen provisie kan krijgen, wat is dan het nut van doorgaan met deze studie?
Op een avond na het eten vroeg ik een dominee: “Dominee, is dit alles wat wij als theologiestudenten studeren? Kunnen we niet over de weg van het leven praten?” De dominee antwoordde heel ernstig: “Als we in onze theologische studie niet over deze dingen praten, waar moeten we dan over praten? Blijf maar kalm en blijf studeren! Wij zijn de grootste religieuze organisatie ter wereld en we zijn internationaal erkend. We zullen je hier drie jaar trainen, dan zul je internationaal gekwalificeerd zijn als dominee. Als het zover is, kun je met dat attest overal in de wereld het evangelie verkondigen en kerken stichten.” Het antwoord van de dominee was een grote teleurstelling voor me. Ik wilde geen dominee worden, ik wilde alleen maar weten hoe ik het hemelse koninkrijk zou kunnen binnengaan. Daarom vroeg ik hem: “Dominee, aangezien het bezit van een domineesattest zo veel deuren opent, kan ik er ook mee in het hemelse koninkrijk komen?” Toen hij dit hoorde, werd de dominee stil. Ik ging verder. “Dominee, ik heb gehoord dat u in de Heer hebt geloofd sinds u een jongen was. Er zijn nu vele decennia voorbijgegaan, dus vraag ik me af: bent u gered?” Hij antwoordde: “Ja, dat ben ik.” “Zult u dan in staat zijn om het hemelse koninkrijk binnen te gaan?” Zelfverzekerd zei hij: “Natuurlijk zal ik dat!” Vervolgens vroeg ik: “Mag ik dan vragen op grond waarvan u zegt dat u het hemelse koninkrijk zult kunnen binnengaan? Bent u een rechtvaardiger man dan de schriftgeleerden en de farizeeërs waren? Houdt u van uw naasten als van uzelf? Bent u heilig? Overweegt u eens: we kunnen het nog altijd niet helpen dat we de hele tijd zondigen en tegen de leringen van de Heer in gaan. Elke dag leven we in een staat van zonde en elke nacht belijden we onze zonden. God is heilig, dus denkt u werkelijk dat we in staat zullen zijn het hemelse koninkrijk binnen te gaan als we zo vol zonde zitten?” De dominee was sprakeloos en zijn gezicht werd zo rood als een biet. Een hele tijd sprak hij geen woord. Ik vond zijn reactie erg teleurstellend. Het scheen me toe dat ik, als ik mijn studie daar voortzette, niet het mysterie zou kunnen begrijpen van hoe men het leven verwerft en het hemelse koninkrijk binnengaat. Daarom brak ik mijn studie aan het seminarie af en keerde ik terug naar mijn woonplaats.
Op mijn reis naar huis voelde ik me gedeprimeerder dan ooit. Het voelde alsof mijn laatste hoop de grond in was geboord. Ik dacht: zelfs op een seminarie dat door buitenlandse dominees wordt geleid, heeft mijn zoektocht me nog altijd niet het pad gewezen van het afleggen van de zonde en het binnengaan van het hemelse koninkrijk. Waar kan ik verder nog heengaan om dit pad te zoeken? Het voelde alsof ik alle mogelijkheden had uitgeput. Precies op dat moment kwam het beeld van mijn oude vader en een oude dominee, huilend terwijl de dood naderde, me in een flits weer voor ogen. Ik bedacht hoe zij hun hele leven de weg van rechtvaardiging door het geloof hadden verkondigd. Ze verkondigden dat mensen na hun dood het hemelse koninkrijk zouden binnengaan, maar uiteindelijk stierven ze zelf vol spijt. Ik had mijn hele leven in de Heer geloofd en had mensen elke dag verteld dat ze na hun dood het hemelse koninkrijk zouden binnengaan. Niettemin was het me nooit echt duidelijk geweest hoe men het hemelse koninkrijk werkelijk kan binnengaan. Zou ik dit leven verlaten vol spijt, net zoals mijn vader en de dominee? In al mijn verdriet schoten me ineens deze woorden van de Heer te binnen: “Vraag en er zal je gegeven worden, zoek en je zult vinden, klop en er zal voor je worden opengedaan” (Matteüs 7:7). Zo is het, dacht ik. De Heer is getrouw, en zolang ik met een oprecht hart zoek, zal de Heer me zeker de weg wijzen. Ik mag het niet opgeven. Zolang er nog een enkele ademtocht in mijn lichaam is, zal ik blijven zoeken naar het pad dat naar het hemelse koninkrijk voert! Vervolgens wendde ik me tot de Heer om te bidden: “Lieve Heer, ik heb overal gezocht naar de manier om de zonde af te leggen en het hemelse koninkrijk binnen te gaan, maar niemand heeft mijn probleem kunnen oplossen. Lieve Heer, wat moet ik doen? Als predikant vertel ik broeders en zusters elke dag dat ze ijverig moeten zoeken en tot het einde toe geduldig moeten zijn, en dat u ons wanneer we sterven komt halen om ons naar het hemelse koninkrijk te brengen. Maar op dit moment heb ik werkelijk geen idee hoe ik de zonde kan afleggen en het hemelse koninkrijk kan binnengaan. Ben ik geen blinde die de blinden aanvoert, die zijn broeders en zusters naar een kuil toe leidt? Lieve Heer, waar moet ik heen gaan om het pad naar het hemelse koninkrijk te zoeken? Wijs me alstublieft de weg!”
Toen ik terugkwam in mijn woonplaats, hoorde ik dat veel goede schapen en leidende schapen in onze kerk door de Bliksem uit het oosten waren gestolen. Veel mensen zeiden dat de weg van de Bliksem uit het oosten een nieuw begrip en nieuw licht bracht, en zelfs door de wol geverfde dominees bewonderden hun preken. Telkens als ik deze dingen hoorde, dacht ik: de preken van de Bliksem uit het oosten lijken nogal majestueus te zijn. Het is jammer dat ik niemand van de Bliksem uit het oosten heb ontmoet. Wat zou het mooi zijn als ik hen eens zou kunnen ontmoeten! Als die dag komt, zal ik beslist luisteren en oprecht proberen in te zien wat het precies is wat hun preken zo goed maakt, en of ze deze verwarring die ik al jaren meedraag wel of niet kunnen oplossen.
Op een dag zei een kerkleider tegen me: “Bij die-en-die kerk zijn veel van de goede schapen gestolen door de Bliksem uit het oosten. Alle denominaties doen nu hun kerken op slot. We moeten er bij onze broeders en zusters op aandringen dat ze absoluut elk contact met wie dan ook van de Bliksem uit het oosten moeten vermijden. In het bijzonder moeten ze niet naar hun preken luisteren. Als al onze gelovigen in de Bliksem uit het oosten beginnen te geloven, tegen wie kunnen wij dan nog preken?” Ik vond het walgelijk om de kerkleider dit te horen zeggen en dacht: onze kerk is open voor iedereen; waarom moeten we hem dan op slot doen? Waarom zou je geen vreemdeling die van verre komt verwelkomen? In de Bijbel staat: ‘En houd de gastvrijheid in ere, want zo hebben sommigen zonder het te weten engelen ontvangen’ (Hebreeën 13:2). Abraham haalde vreemdelingen in huis en werd daarom gezegend door God, en hij kreeg een zoon op zijn honderdste. Lot haalde twee engelen in huis en werd daarom gespaard tijdens de vernietiging van Sodom. Rachab de hoer liet spionnen van Israël binnen en haar hele gezin werd gered. En een arme weduwe ontving Elia, de profeet, waardoor ze drieënhalf jaar lang een hongersnood het hoofd boden. Geen van al die mensen berokkende het schade om vreemdelingen die van verre kwamen in huis te halen. Integendeel, ze werden allemaal gezegend door God. Het binnenhalen van vreemdelingen is daarom duidelijk in overeenstemming met de wil van de Heer. Waarom dan zou men tegen de wil van de Heer ingaan door onbezonnen de kerk op slot te doen en geen enkele vreemdeling binnen te laten? Bij het overdenken hiervan schudde ik mijn hoofd. Ik zei tegen haar: “Deze handeling gaat tegen de wil van de Heer in. Onze kerk behoort aan God en is open voor iedereen. Zo lang hun communicatie draait om geloof in de Heer, moeten we iedereen welkom heten, wie het ook is. We moeten met een open geest zoeken en samen ideeën onderzoeken. Alleen zo handelen we in overeenstemming met de leringen van de Heer.”
Op een dag in juli 2000 ontmoette ik bij broeder Wang thuis twee zusters die de Bliksem uit het oosten aan het verkondigen waren. Nadat we elkaar kort hadden begroet, vroeg ik hen: “Ik ben altijd verward geweest over de vraag of ik wel of niet gered kan worden en het hemelse koninkrijk kan binnengaan. De hele religieuze wereld hangt nu de woorden van Paulus aan en gelooft dat we gered worden door eenvoudigweg te geloven en gedoopt te worden. Door in je hart in de Heer te geloven en met je mond de Heer te belijden, word je gerechtvaardigd door het geloof, ben je voor altijd gered en zul je met zekerheid in het hemelse koninkrijk worden opgenomen bij de terugkeer van de Heer. Maar zelf denk ik niet dat het binnengaan van het hemelse koninkrijk zo eenvoudig kan zijn. Zoals er in de Bijbel staat: ‘Want zonder heiliging zal niemand de Heer zien’ (Hebreeën 12:14). Wie het ook is die elke dag de hele dag in zonde wegkwijnt, ikzelf of de broeders en zusters om me heen: ik denk niet dat mensen zoals wij die elke dag in zonde leven het hemelse koninkrijk kunnen binnengaan. Ik zou graag willen weten hoe men precies het hemelse koninkrijk kan binnengaan. Kunnen jullie daar met mij over communiceren?”
Zuster Zhou glimlachte en zei: “Broeder, deze vraag die je stelt is van wezenlijk belang. Hoe men het hemelse koninkrijk kan binnengaan, is een vraag van enorm belang voor elke gelovige. Om hierover duidelijkheid te krijgen, moet men eerst weten dat zij die in de Heer geloven altijd horen te handelen in overeenstemming met de woorden van de Heer Jezus, en niet in overeenstemming met wat door mensen is gezegd. De Heer Jezus heeft ons duidelijk verteld: ‘Niet iedereen die tegen mij zei, Heer, Heer, zal het koninkrijk der hemelen binnengaan; maar hij die de wil doet van mijn Vader, die in de hemelen is’ (Matteüs 7:21). De Heer heeft nooit gezegd dat we het hemelse koninkrijk kunnen binnengaan door alleen maar op genade te vertrouwen om gered te worden, of door gerechtvaardigd te worden door het geloof. Gerechtvaardigd worden door het geloof, voor altijd gered zijn door het geloof, en dan in het hemelse koninkrijk worden opgenomen: dat waren de woorden van Paulus. Paulus was alleen maar een apostel, hij hoorde bij de verdorven mensheid en ook hij had de redding van de Heer Jezus nodig. Hoe had hij mogelijk kunnen bepalen of andere mensen het hemelse koninkrijk kunnen binnengaan? Alleen de Heer Jezus is de Heer van het hemelse koninkrijk, de Koning van het hemelse koninkrijk; alleen de woorden van de Heer zijn de waarheid en alleen deze woorden hebben gezag. Daarom moeten we, waar het gaat om hoe we het hemelse koninkrijk kunnen binnengaan, uitsluitend naar de woorden van de Heer luisteren. Dit staat buiten kijf!
“Vervolgens zijn er de vragen: ‘Rechtvaardiging door het geloof en gered worden door het geloof, waar gaat dat precies over?’ en ‘Kan men het hemelse koninkrijk binnengaan als men eenmaal gered is?’ Deze dingen worden heel duidelijk uitgelegd in de woorden van Almachtige God. Laten we daarom een paar passages uit Gods woorden lezen. Almachtige God zegt: ‘Je weet alleen dat Jezus zal nederdalen tijdens de laatste dagen, maar hoe precies zal Hij nederdalen? Kan een zondaar zoals jullie, die net is verlost en niet is veranderd of vervolmaakt door God, naar Gods hart zijn? Voor jou geldt dat jij, die nog steeds je oude zelf bent, inderdaad gered bent door Jezus en dat je niet beschouwd wordt als een zondaar vanwege de redding door God, maar dat bewijst niet dat je niet zondig bent en niet onzuiver bent. Hoe kun je heilig zijn als je niet veranderd bent? Van binnen ben je overladen met onzuiverheid, zelfzuchtig en verachtelijk, maar toch wil je nederdalen met Jezus – dan zou je wel boffen! Je hebt een stap overgeslagen in je geloof in God: je bent alleen nog maar verlost, maar je bent nog niet veranderd. Om naar Gods hart te zijn, moet God persoonlijk het werk verrichten, dat inhoudt dat Hij je verandert en zuivert. Anders zul jij, die alleen verlost is, geen heiligheid kunnen verkrijgen. Op die manier ben je niet gekwalificeerd om te delen in de goede zegeningen van God omdat je een stap mist in Gods werk van het managen van de mens, en wel de cruciale stap van verandering en vervolmaken. Daarom ben jij, een zondaar die net is verlost, niet in staat om rechtstreeks de erfenis van God te erven’ (‘Over titels en identiteit’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). ‘Jezus deed veel werk onder de mens, maar voltooide alleen de verlossing van alle mensen en werd het zondoffer van de mens. Hij ontdeed de mens niet van heel zijn verdorven gezindheid. Om de mens volledig van de invloed van Satan te redden, was het niet alleen vereist dat Jezus de zonden van de mensheid als zondoffer op Zich nam, maar ook dat God nog belangrijker werk uitvoerde om de mens volledig te ontdoen van zijn gezindheid die door Satan was verdorven. Daarom keerde God nadat de zonden van de mensen waren vergeven terug in het vlees om de mens naar een nieuw tijdperk te leiden. Hij begon het werk van tuchtiging en oordeel, waardoor de mens in een hogere sfeer terechtkwam. Iedereen die zich aan Zijn heerschappij onderwerpt, zal een hogere waarheid genieten en een rijkere zegen ontvangen. Ze zullen echt in het licht leven en de waarheid, de weg en het leven verkrijgen’ (‘Voorwoord’ tot ‘Het Woord verschijnt in het vlees’).”
Zuster Wang vervolgde haar communicatie: “In het Tijdperk van Genade deed de Heer Jezus het werk van de verlossing van de mensheid. Hij werd een zondoffer voor de mensheid door de kruisiging en verloste ons uit de greep van Satan. Zolang we de redding door de Heer aanvaarden en onze zonden berouwvol opbiechten aan de Heer, worden onze zonden vergeven. Dan zijn we in staat om de genade en zegeningen van de Heer te genieten. Wat ik bedoel met ‘onze zonden worden vergeven’ is dat we niet langer verdoemd zijn, of onder de wet ter dood veroordeeld wegens het breken van de wet. Dit is wat het werkelijk betekent om gerechtvaardigd te zijn door het geloof en gered te zijn door het geloof. Maar dit betekent niet dat we dan zonder zonden zijn, of onvervuild. Evenmin betekent het dat we het hemelse koninkrijk zullen kunnen binnengaan. Dit komt doordat, hoewel onze zonden misschien vergeven zijn, onze zondige natuur diep in ons verankerd blijft. Wanneer we tegen zaken aanlopen, liegen we nog altijd vaak en misleiden we anderen om onze eigen posities en belangen te beschermen. Wanneer we de genade van de Heer genieten, danken en loven we Hem, en besteden we onszelf vol energie voor de Heer. Maar zodra er een ramp gebeurt of er iets ergs gebeurt met ons gezin, begrijpen we de Heer verkeerd en geven we Hem de schuld. Dat gaat zo ver dat we soms zelfs de Heer verloochenen en verraden. Hoe kunnen dan mensen als wij, die verlost zijn maar die vaak zondigen en zich tegen God verzetten, ooit geschikt zijn om het hemelse koninkrijk binnen te gaan? God is rechtvaardig en heilig. Vervuilde en verdorven mensen zou Hij nooit in Zijn koninkrijk binnenlaten. Om ons voorgoed te redden van de invloed van Satan, werkt God in overeenstemming met Zijn managementplan en onze behoeftes als verdorven mensheid. Hij doet Zijn werk, dat bestaat uit het oordelen over en het zuiveren van de mens in de laatste dagen. De vleesgeworden God heeft miljoenen woorden uitgesproken om over onze verdorvenheid, onze vuilheid, onze onrechtvaardigheid en ons verzet te oordelen, en om ons de weg te wijzen naar het afwerpen van onze verdorven gezindheden. Wanneer we, door het oordeel en de tuchtiging van Gods woorden te ervaren, onze satanische, verdorven gezindheden afwerpen, in staat zijn Gods woorden in praktijk te brengen, en mensen zijn geworden die God werkelijk gehoorzamen en aanbidden, pas dan zullen we geschikt worden om Gods koninkrijk binnen te gaan. Overigens profeteerde de Heer Jezus lang geleden dat Hij in de laatste dagen zou terugkeren om het oordeelswerk te doen. Hij zei: ‘En als iemand mijn woorden hoort en ze niet gelooft, zal ik niet over hem oordelen: Want ik kwam niet naar de aarde om te oordelen, maar om de wereld te redden. Hij die mij verwerpt en mijn woorden niet ontvangt, wordt geoordeeld: Het woord dat ik heb gesproken zal hetzelfde zijn dat hem op de laatste dag zal oordelen’ (Johannes 12:47-48). ‘Wanneer hij komt zal hij de wereld duidelijk maken wat zonde, gerechtigheid en oordeel is’ (Johannes 16:8). Het is daarom duidelijk dat we Gods koninkrijk alleen kunnen binnengaan als we Gods oordeelswerk in de laatste dagen aanvaarden, onze verdorven gezindheden afwerpen en tot zuivering komen.”
Nadat ik naar de communicaties van de zusters had geluisterd, werd alles plotseling duidelijk en werd mijn hart ogenblikkelijk met licht vervuld. Aha, dacht ik, dus zo komt men het hemelse koninkrijk binnen! Nu pas begrijp ik eindelijk dat de Heer Jezus het werk van de verlossing van de mensheid heeft uitgevoerd, niet het werk van het wegnemen van onze zonden. De Heer heeft inderdaad onze zonden vergeven, maar onze zondige natuur blijft diep in ons verankerd. Veelvuldig en zonder het te willen zondigen we nog altijd en verzetten we ons tegen de Heer. Het is geen wonder dat ik mezelf nooit heb kunnen verlossen uit de boeien en ketenen van de zonde: dat blijkt te komen doordat ik het oordeelswerk van Almachtige God in de laatste dagen niet aanvaard heb! Daarom zei ik tegen de twee zusters: “Ik dank de Heer! Door te luisteren naar de woorden van Almachtige God en jullie communicaties, weet ik eindelijk dat datgene waar we in geloofden – dat iedereen die in zijn hart in de Heer gelooft en die met zijn mond de Heer erkent, opgenomen kan worden in het hemelse koninkrijk – alleen maar onze eigen notie en inbeelding is! Nu begrijp ik dat het werk dat de Heer Jezus uitvoerde het verlossingswerk was, en dat de teruggekomen Heer het oordeelswerk zal uitvoeren. Dat wil zeggen: onze verdorven gezindheden zal Hij grondig reinigen en omvormen. Pas dan zullen we in staat zijn om het hemelse koninkrijk binnen te gaan. Geen wonder dat ik zo veel spirituele boeken heb gelezen, maar nooit de oplossing heb gevonden voor het probleem van de zondigheid van de mens! Zusters, hoe vervult God dan het werk van oordeel en tuchtiging in de laatste dagen? Kunnen jullie nog verdere communicatie met me delen?”
Daarop zei zuster Wang: “Het antwoord op deze vraag wordt duidelijk uitgedrukt in Gods woorden. Laat ons er daarom een passage uit lezen. Almachtige God zegt: ‘In de laatste dagen gebruikt Christus een verscheidenheid aan waarheden om de mens te onderwijzen, het wezen van de mens te ontmaskeren, en zijn woorden en daden te ontleden. Deze woorden omvatten verscheidene waarheden, zoals de plicht van de mens, hoe de mens God moet gehoorzamen, hoe de mens trouw moet zijn aan God, hoe de mens een normale menselijkheid moet naleven, alsook de wijsheid en de gezindheid van God, enzovoort. Deze woorden doelen allemaal op het wezen van de mens en zijn verdorven gezindheid. In het bijzonder die woorden die aan de kaak stellen hoe de mens God versmaadt, worden gesproken in verband met hoe de mens een belichaming van Satan is en een vijandelijke macht tegen God. Door het ondernemen van Zijn werk van oordeel, maakt God niet zonder meer de natuur van de mens duidelijk met slechts een paar woorden; over een langer tijdsbestek houdt Hij Zich bezig met ontmaskeren, behandelen en snoeien. Deze methoden van ontmaskering, behandelen en snoeien kunnen niet vervangen worden door gewone woorden, maar met de waarheid die de mens in het geheel niet bezit. Alleen dit soort methoden wordt beschouwd als oordeel; alleen door middel van dit soort oordeel kan de mens onderworpen worden en grondig overtuigd worden om zich aan God te onderwerpen, en daarenboven ware kennis van God te vergaren. Wat het werk van oordeel teweegbrengt is het begrip van de mens van het ware gezicht van God en de waarheid over zijn eigen opstandigheid. Door het werk van oordeel vergaart de mens veel begrip over de wil van God, over het doel van Gods werk, en over de mysteriën die onbegrijpelijk voor hem zijn. Het laat de mens ook zijn verdorven essentie herkennen en kennen en de wortels van zijn verdorvenheid, alsmede de afstotelijkheid van de mens ontdekken. Deze resultaten worden allemaal verkregen door het werk van oordeel, want de essentie van dit werk is eigenlijk het werk van het openleggen van de waarheid, de weg en het leven van God voor al degenen die geloof in Hem hebben. Dit werk is het werk van oordeel gedaan door God’ (‘Christus doet het werk van het oordeel met de waarheid’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’).
“Gods woorden vertellen ons duidelijk dat God in de laatste dagen alle waarheden uitdrukt die we nodig hebben om volledige redding te verkrijgen. Ze oordelen over en onthullen onze satanische natuur die zich tegen God verzet, en onze verdorven essentie. Al deze woorden zijn de waarheid, ze worden geschraagd door Gods eigen gezag en macht. Ze onthullen voor ons wat God heeft en is, en ook Zijn rechtvaardige gezindheid die geen schending duldt. Door het oordeel en de tuchtiging van Gods woorden, en door de openbaring van feiten, verwerven we enig begrip van onze satanische aard en de waarheid over hoe Satan ons verdorven heeft. We zien dat we zo intens verdorven zijn door Satan, dat we van nature arrogant zijn, en verwaand, oneerlijk, leugenachtig, zelfzuchtig, egoïstisch, hebzuchtig, boosaardig, dat we anderen graag overwinnen en dat alles wat we onthullen, zelfs tot in ons bloed en onze botten, onze satanische gezindheden zijn. We worden overheerst door deze verdorven gezindheden; daarom verzetten we ons en komen we in opstand tegen God zonder het te kunnen helpen. Wanneer we bijvoorbeeld in onze kerken werken en preken, ratelen we maar door met verheven betogen. We pronken en we verheffen onszelf, zodat anderen naar ons opkijken en ons hoogachten. We vertellen vaak leugens en misleiden anderen om onze eigen belangen te beschermen. We gaan zelfs zover dat we onszelf verwikkelen in intriges en met elkaar wedijveren. Wanneer we geconfronteerd worden met mensen, gebeurtenissen, dingen of situaties die tegen onze eigen noties ingaan, stellen we altijd onredelijke eisen aan God of koesteren we buitensporige verlangens. En we zijn niet in staat om ons aan Gods orkestraties en regelingen te onderwerpen. Door het oordeel en de tuchtiging van Gods woorden te ervaren, beginnen we geleidelijk aan enkele waarheden te begrijpen. We krijgen enig waar inzicht in onze satanische aard en haten deze oprecht. Ook krijgen we enig waar inzicht in Gods rechtvaardige gezindheid. We weten wat voor soort mensen God liefheeft en wat voor soort mensen Hij haat, en ook welk soort streven in overeenstemming is met Zijn wil. We leren enig onderscheid te maken tussen positieve en negatieve dingen. Als we eenmaal deze dingen begrijpen, worden we bereid om met ons hele hart ons vlees te verzaken en om te praktiseren in overeenstemming met Gods woorden. In de loop van de tijd komt langzaam de wens om God te vereren en lief te hebben in ons op, worden we bevrijd uit sommige van de boeien en ketenen van onze satanische, verdorven gezindheden en neemt het aantal onredelijke eisen die we aan God stellen af. We worden in staat om onze plek in te nemen als geschapen wezens en om onze plicht te vervullen. We onderwerpen ons aan Gods orkestraties en regelingen en beginnen een zweem van een werkelijke mens na te leven. Het ervaren van Gods werk geeft ons diepe waardering voor het feit dat er maar één pad is waarlangs we het hemelse koninkrijk kunnen binnengaan: het aanvaarden van het werk van oordeel en tuchtiging van Almachtige God in de laatste dagen, het nastreven van de waarheid, het verkrijgen van kennis van God en van onszelf, en het laten veranderen van onze verdorven gezindheden.”
Het horen van deze woorden van Almachtige God en van de communicatie van de zusters bracht me nog meer innerlijke duidelijkheid. De waarheden die Almachtige God uitdrukt, zijn erg praktisch en zijn waarlijk wat wij verdorven mensen nodig hebben. Alleen door het oordeelswerk van Almachtige God in de laatste dagen te aanvaarden en te ervaren, kunnen we de boeien en ketenen van onze verdorven gezindheden voorgoed afwerpen! Er ontsnapte me een zucht en ik zei: “Ik heb zo veel jaar in de Heer geloofd, en toch zondig ik overdag altijd en biecht die zonden dan ’s nachts op. Ik leid een leven waarin ik me wentel in zonde. Als God niet alle waarheden had uitgedrukt om de mensheid te zuiveren, als Hij ons niet het pad had getoond om ons te ontdoen van onze verdorven gezindheden, dan was ik ongetwijfeld zo strak gebonden door zonde dat ik het pad naar de vrijheid nooit zou hebben gevonden. Het is geen wonder dat de Heer heeft gezegd: ‘Ik heb jullie nog veel meer te zeggen, maar jullie kunnen het nog niet verdragen. De Geest van de waarheid zal jullie, wanneer hij komt, de weg wijzen naar de volle waarheid. Hij zal niet namens zichzelf spreken, maar hij zal zeggen wat hij hoort en jullie bekendmaken wat komen gaat’ (Johannes 16:12-13). De Heer Jezus heeft ons lang geleden verteld dat Hij meer woorden had om in de laatste dagen uit te drukken en dat Hij ons zou leiden om alle waarheden binnen te gaan. De woorden van Almachtige God hebben gezag en macht. Ze hebben alle waarheden en raadselen onthuld die ik wilde begrijpen en maar nooit kon begrijpen, en ze hebben me volledig overtuigd. Ten langen leste heb ik het pad gevonden om het koninkrijk van de hemel binnen te gaan!” De twee zusters knikten verblijd.
Vervolgens zei ik verheugd: “Dit is de stem van de Heer. Almachtige God is de Heer Jezus die teruggekeerd is! Iets waar ik zo lang naar heb verlangd, is eindelijk gebeurd. Ik heb zo’n geluk, ik ben zo gezegend! Toen de Heer Jezus werd geboren, ervoer Simeon intense vreugde bij het zien van het kindje Jezus, dat nog maar acht dagen oud was. Omdat ik in mijn eigen leven de terugkomst van de Heer kan verwelkomen en Gods eigen uitspraken kan horen, heb ik zelfs nog veel meer geluk dan Simeon. Ik ben de Heer zo dankbaar!” Onder het spreken raakte ik overweldigd door ontroering en huilde ik tranen van verheuging. Ik knielde op de vloer neer om tot God te bidden, maar huilde zo hevig dat ik niet kon praten. Ook de zusters waren tot tranen geroerd.
De ergernis die me zo veel jaar had dwarsgezeten, was uiteindelijk opgelost door de woorden van Almachtige God. Ik dacht erover dat ik overal gezocht had, maar nooit het pad van zuivering vond dat naar het hemelse koninkrijk zou leiden. Nu heb ik het eindelijk gevonden. Ik weet dat dit Gods genade en redding voor mij is! Naderhand kwam ik, door naar bijeenkomsten te gaan en met broeders en zusters over de woorden van Almachtige God te communiceren, steeds meer waarheden te begrijpen, en verkreeg ik enig inzicht in Gods wens om ons te redden. Ik wens nu meer van het oordeel en de tuchtiging van Gods woorden te aanvaarden, Zijn werk te ervaren, geleidelijk mijn verdorven gezindheden af te werpen en gezuiverd te worden. Ik geef God dank!
uit ‘Hoe ik terugkeerde tot Almachtige God’
1 note
·
View note
Text
CURIEUZENEUZEMOSTERDPOT Ik ben getagged door de lieve @ochtendstorm dankjewel!
1. Naam: M voor nu 2. Leeftijd: 17 jaar 3. Ik studeer: Grafisch Vormgever 4. Op mijn boterhammen eet ik het liefst: Chocopasta of pindakaas met hagelslag :) 5. Mijn drie favoriete woorden zijn: Hier moest ik even over nadenken; liefhebben, zacht, lente 6. Later als ik groot ben, wil ik graag: Een kat! 7. Een liedje uit mijn jeugd dat me steeds is bijgebleven: Dansen op de vulkaan van De Dijk, mijn moeder zette deze altijd aan in de auto, vandaar. 8. Een ongekend weetje over mezelf: Voor een belangrijke toets of portfolio/loopbaangesprek doe ik altijd even een gelukssprongetje. 9. Mijn meest geliefde sokken zijn: Op dit moment mijn sterrennacht sokken (waar helaas een gat in zit) en mijn rode sokken met kiwi’s. 10. Ik wens de mensheid … toe: (Persoonlijke) vrijheid voor iedereen. 11. Mijn woning vat vuur, dit grabbel ik mee op weg naar buiten: Mijn belangrijkste notitieboekje, telefoon (staan ook heel wat belangrijke dingen op), familie en mijn lievelingsboek. 12. Vijf woorden die mij typeren: Eigenwijs, vriendelijk, eigenzinnig, perfectionistisch, en ik denk altijd eerst aan anderen voor ik aan mezelf denk, dus als daar een woord voor is hoort die er ook bij. 13. Hét boek dat iedereen zeker ooit gelezen zou moeten hebben: Gedichten die vrouwen aan het huilen maken, samengesteld door Isa Hoes. 14. Ik krijg het angstzweet van: Onverwachte tegenslagen, deadlines, drukke winkels, en nog meer. 15. Deze vraag stel ik me het vaakst: ‘Heb je nu eindelijk eens een moment voor jezelf genomen?’ (Meestal is het antwoord nee). 16. Ik droom ervan om ooit naar … te reizen: IJsland, New Orleans, Nieuw Zeeland. 17. Wanneer ik ‘s ochtends ontwaak, ga ik eerst: Een oud vest van mijn vader aan trekken en naar beneden om te ontbijten. 18. Ooit, op een gekke dag, wil ik (in mijn ondergoed) op dit liedje dansen: Backfire at the Disco van The Wombats. 19. Mijn favoriete Tumblr-plekje(s): Ik lees graag de woorden van @lentewoorden en @liefs en stiekem lees ik ook vaak @ nshartkloppingen. Gewoon omdat het kan. 20. Dit wil ik nog graag met je delen: Ach, er gaat zo veel om in mijn hoofd tegenwoordig. Zou niet weten wat interessant genoeg is te delen.
Ik tag wat vrienden en favoriete tumblrs. Uiteraard hoef je dit niet in te vullen als je dat niet wilt. @lentewoorden @liefs @lichtverdriet @gedichtenverzameling @doodstil @stormvanwoorden
1 note
·
View note
Text
Heel
Ik heb jaren mezelf geweld aangedaan. Want dat was wat ik kende.
Ik kende slaag van het schoolplein ,dus dan sloeg ik mezelf. Ik kende verwaarlozing van thuis, dus ik was behoorlijk onthecht. Ik kende dissociatie om het door te komen, en dus was ik verdwenen.
Ik kende grenzeloosheid en emotionele vervloeiing die zich afwisselde met totaal verbitterde distantie. Dus dat zocht ik in relaties. Ik kende alleen de veiligheid, in onrust en onderwerping.
Ik kende alleen overleven. Of eigenlijk, leven, terwijl je de dreiging negeert. Terwijl mijn kerk van paranoia het allemaal verklaarde. Verkeerd verklaarde, maar toch verklaarde. Kende ik wanhoop en depressie en totale razernij. Maar geen verdriet.
Nu ben ik verdrietig, en kan ik warm afscheid nemen. En met liefde loslaten.
Nu kan ik, wat jullie me niet konden geven. Nu ben ik er, nu ben ik heel.
Nu schijnt de zon, en knuffel ik mezelf. Nu kan ik vertrouwen en zonder wanhoop van iemand houden. Nu kan ik troosten en geruststellen, zonder dwang of distantie. Nu kan ik verdragen waar ik eerder achter bleef haken Nu kan ik parkeren wat eerder gefileerd moest worden. Nu kan ik liefhebben zonder voorwaarden en controle
Nu kan ik, wat jullie me niet konden geven. Nu ben ik er. Nu ben ik heel.
#therapy#mental health#coping#trauma#healing#self healing#personal growth#self love#hashtag#good vibes#excited
0 notes