#dienst bevolking
Explore tagged Tumblr posts
Text
J.J.P. Oud. Woningblok VIII, Spangen. 1920-1923.
Spangen is een stadswijk in het westen van de stad met ongeveer 9500 inwoners. Vanaf het centrum wordt de entree tot Spangen gevormd door de Mathenesserbrug over de Delfshavense Schie. De brug zet zich voort in de Mathenesserweg, die de scheidslijn vormt tussen de wijken Tussendijken (links) en Spangen (rechts). De buurt tot aan de Mathenesserdijk wordt 'bovendijks' Spangen genoemd. Aan de voet van de dijk, van de kade langs de Delfshavense Schie tot aan de Spaansebocht in het westen en de Horvathweg in het noorden, ligt 'benedendijks' Spangen.
Het ontwerp van de wijk is wereldwijd beroemd onder architecten en stedenbouwkundigen, maar dat is voor de argeloze bezoeker niet het eerste dat opvalt. Spangen is in sociaal-economisch opzicht een van de armste stadswijken van het land. Diverse blokken worden gerestaureerd, andere staan nog op de nominatie en zijn in de tussentijd dichtgespijkerd. De bevolking heeft voor ruim 85 procent een recente migratieachtergrond. Met vallen en opstaan probeert de wijk zich te verheffen uit de ellende van de jaren tachtig en negentig van de twintigste eeuw (zie onder).
Midden in Spangen staat het oudste voetbalstadion van Nederland, het Kasteel van Sparta uit 1916. Dit stadion werd in 1999 volledig gerenoveerd en staat nu officieel bekend als het Sparta-Stadion Het Kasteel.
Bij het Spiekmanmonument op het P.C. Hooftplein (meer informatie hieronder) wordt elk jaar op 1 mei de Internationale gezongen door een aantal socialisten, waaronder raadsleden.
In de dertiende eeuw behoorde dit gebied bij het ambacht Hogenban. In de dertiende eeuw stond in de Spangense polder het kasteel Spangen, dat door de Delftenaren in 1574 met de grond gelijk werd gemaakt. In 1340 werd er door Willem van Henegouwen al gesproken over het doortrekken van de Schie naar de Maas. Dit was vooral in het belang van de stad Delft. In 1389 werd er werk van gemaakt. Waar het kanaal uitkwam op de Maas kreeg Delft zijn eigen haven, Delfshaven.
Tot het begin van de twintigste eeuw was de polder ten westen van het kanaal onbebouwd. Door de toestroom van vele nieuwe arbeiders naar het snel groeiende Rotterdam was uitbreiding naar het westen, richting Schiedam, noodzakelijk. Ir. A. Stale van de gemeente had de leiding. Het verheffen van de arbeidersklasse was een taak die de overheid op zich nam, en een van de speerpunten was het zorgen voor moderne, goede huisvesting. A.C. Burgdorffer, directeur van de Dienst Plaatselijke Werken, gaf de opdracht aan ir. Pieter Verhagen (specialist in stadsuitbreiding) om volgens de modernste inzichten een geheel nieuwe arbeiderswijk te bouwen. Het stratenplan werd geheel symmetrisch aangelegd. Een nieuwigheid was de invoering van gemeenschappelijke tuinen. Dankzij de oprichting van de Gemeentelijke Woningdienst in 1917 konden architecten als Oud, Brinkman, Buskens, Kruithof en Meischke en Schmidt in de nieuwe wijk grote woningbouwprojecten realiseren. De meest gerenommeerde kunstenaars en ontwerpers, zoals Theo van Doesburg leverden bijdragen aan het ontwerp. Het woonblok aan de Justus van Effenstraat, het Justus van Effencomplex van architect Michiel Brinkman, is wereldberoemd.
Midden in de wijk stond het hypermoderne voetbalstadion van Sparta. Deze club, opgericht in 1888, was tussen 1909 tot en met 1915 vijf keer landskampioen geworden. In 1916 werd dit beloond met het eerste stadion in Nederland. Als herinnering aan het oorspronkelijke slot in deze polder kreeg de voorgevel trekjes van een kasteel. Om het stadion heen werd de woonwijk Spangen gebouwd.
In 1923 werd er op het P.C. Hooftplein een door Berlage ontworpen monument opgericht ter nagedachtenis aan de jonggestorven Hendrik Spiekman, het eerste socialistische raadslid van Rotterdam, die een groot voorvechter was geweest van sociale woningbouw.
Tot in de jaren vijftig, zestig was Spangen een nette wijk, waarin veel ambtenaren, onderwijzers en ambachtslieden woonden. Sparta was een topclub, die in 1959 nog landskampioen werd.
Twintig jaar later was Spangen onherkenbaar veranderd. De huizen waren slecht onderhouden en de meeste oorspronkelijke Spangenaren verhuisd naar elders. In hun plaats kwamen de armsten, waaronder veel migranten. Huisjesmelkers kochten woningen op en de boel verpauperde in een hoog tempo. De gemeente maakte plannen voor renovatie, maar daarvan kwam weinig terecht doordat de onteigening van de huisjesmelkers veel langer duurde dan men had ingeschat. De deels dichtgetimmerde woningen trokken nu veel junks en drugsdealers aan.
Het in de jaren twintig met zo veel elan opgebouwde Spangen was nu een toevluchtsoord voor verslaafden en criminelen. Dagelijks kwamen er tientallen drugskoeriers uit Noord-Frankrijk op bezoek om een voorraad verdovende middelen in te slaan. Ontwikkelingen elders in de stad, zoals de sluiting van het beruchte Perron Nul bij het Centraal Station en de verplaatsing van de tippelzone van de G.J. de Jonghweg naar de Keileweg (begin jaren negentig) zorgden ervoor dat Spangen de twijfelachtige eer kreeg te verworden tot een van de eerste 'no go areas' in Nederland. Voetbalclub Sparta, met wie het in de competitie ook al niet zo best ging, zocht naar andere huisvesting, waarbij zelfs werd gedacht aan Capelle aan den IJssel.
De overgebleven bewoners begonnen steeds feller te protesteren tegen deze ontwikkelingen. Auto's met een Frans kenteken werden tegengehouden, soms met geweld. Annie Verdoold werd de spreekbuis van de bewoners. Spangen kreeg landelijke bekendheid als uiterst gevaarlijke wijk. Hieraan heeft de wijk ook de televisieserie Spangen te danken. De serie werd tussen 1999 en 2006 uitgezonden, met Linda de Mol als politieagente.
Halverwege de jaren negentig leken de bewoners eindelijk te worden gehoord. Burgemeester Bram Peper bracht een bezoek aan de wijk. Daarna leek het tij te keren. In het post-Fortuyn-tijdperk begon de gemeente werk te maken van de renovaties. Spangen werd aangemerkt als 'hotspot', dat wil zeggen als probleemwijk met de hoogste prioriteit. De al vele jaren dichtgetimmerde blokken werden eindelijk gesloopt en langs de Delfshavense Schie verrezen koopappartementen. Huisjesmelkers werden aangepakt. De woningbouwvereniging zorgde voor betaalbare huurwoningen. Beetje bij beetje kwamen ook de hogere inkomens terug, mede dankzij gemeentelijke projecten in de periode 2003-2008, waarbij bewoners 'gratis' huizen aangeboden kregen als zij zich verenigden in een Vereniging van Eigenaars en dan financieel en praktisch meehielpen om zogenaamde kluswoningen op te knappen, alvorens daar zelf te gaan wonen. Het Wallisblok in Spangen is daar een voorbeeld van.
Sparta bleef uiteindelijk in Spangen en het 'Kasteel' (het Sparta-stadion) werd ingrijpend verbouwd, waarbij het veld een kwartslag werd gedraaid.
Foto en Informatie komen uit wikipedia.
0 notes
Text
Ruim 35.000 landsdienaren registreren voor digitale loonstroken
De regering is in het kader van het digitaliseren van het overheidssysteem ook overgegaan tot het automatiseren van de loonstrookjes. Naar aanleiding hiervan, hebben ongeveer 35.000 landsdienaren zich reeds geregistreerd. In een gesprek met de Communicatie Dienst Suriname (CDS) op vrijdag 21 juni 2024 zegt directeur Nasier Eskak van Binnenlandse Zaken dat het digitaal verkrijgen van de loonstroken voor meer gemak zal zorgen voor de bevolking. De overige landsdienaren krijgen alsnog de ruimte om dit te doen. Directeur Eskak geeft aan dat vanaf juli 2024 de loonstroken alleen digitaal beschikbaar worden gesteld aan de landsdienaren. “Dit zal een heleboel voordelen met zich meebrengen.” Hij noemt de vele voordelen hiervan, zoals minder papierwerk en minder kosten, dus besparingen. Bovendien is de betrouwbaarheid van een digitale loonstrook hetzelfde als die van de loonstrook die men elke eind van de maand in fysieke vorm gewend is te ontvangen. “Ik wil alle landsdienaren oproepen om, voor zover dat nog niet het geval is, een digitale loonstrook aan te maken”, merkt de functionaris op. Het is een heel simpel proces, waarbij ook toegang tot verschillende andere e-diensten mogelijk is. Directeur Eskak laat verder weten dat er voor de landsdienaren die nog geen digitale registratie hebben gedaan, een voorziening is getroffen vanuit het Centraal Bureau Mechanische Administratie (Cebuma). Deze landsdienaren kunnen op vertoon van hun ID-kaart een uitdraai krijgen van hun loonstrook. De functionaris moedigt de landsdienaren aan om zich zo snel mogelijk digitaal te registreren via de website www.gov.sr, zodat zij ook gebruik kunnen maken van de andere diensten die nu digitaal te verkrijgen zijn. Naast een digitale loonstrook, bestaat nu ook de mogelijkheid voor een digitale werkgeversverklaring. “De werkgeversverklaring zal beschikbaar zijn wanneer het personen-data-informatiesysteem, dat wij een paar maanden geleden hebben gelanceerd, deze mogelijkheid biedt”, zegt de directeur. Maar omdat het nog niet helemaal operationeel is gesteld, gebeurt dat nu wel op het ministerie van Binnenlandse Zaken, maar op de overige ministeries nog niet. Voor wat betreft de e-paspoorten doet directeur Eskak uit de doeken dat op de laatst gehouden regeringsvergadering het raadsvoorstel met betrekking tot de goedkeuring voor het aangaan van een overeenkomst met een bedrijf goedgekeurd is. Op vrijdag 28 juni zal de ondertekening plaatsvinden tussen de staat Suriname en het bedrijf dat de digitale e-paspoorten zal aanleveren. “Na de ondertekening zullen onze eerste e-paspoorten in december al in Suriname zijn”, aldus de Biza-directeur. De e-paspoorten zijn volgens hem beter beveiligd omdat daarin heel wat veiligheidsfeatures zijn aangebracht. De biometrische gegevens van de persoon, de houder van het paspoort, zijn daar ook terug te herleiden naar een digitaal bestaan. Bovendien zijn de e-paspoorten veel moeilijker te vervalsen, omdat er heel wat veiligheidsfeatures in zo’n paspoort zijn ingebouwd. Read the full article
0 notes
Text
‘Volt’ van Roderik Six: dystopie vol zwarte romantiek
Met Volt doet Roderik Six (1979) zijn reputatie als duistere romanticus alle eer aan. Zijn derde roman is een grimmige, gitzwarte toekomstparabel over het eindspel van de mensheid, waarin een nietsontziende elite superrijken zich na een cataclysme terugtrekt op een eiland om er een nieuwe maatschappij te installeren. Na Vloed (2012) en Val (2015) is het sluitstuk van de zogeheten V-trilogie een gefragmenteerd en hypergestileerd verhaal, dat een originele invulling wil geven aan het uitgesleten genre van de dystopische roman.
Postapocalyptische wereld
Beschaving is een dun laagje vernis, zoals Thucydides al wist. Dat is niet anders in de niet zo verre toekomst waarin Volt zich afspeelt. Onyx, een enigmatisch conglomeraat, controleert en beheert op een niet nader bepaald tropisch eiland voor de Zuid-Afrikaanse kust een vrijstaat voor de financiële elite. Na de definitieve ineenstorting van het neoliberalisme (het strand op het eiland heet Fukuyama Beach) heeft deze groep uitverkorenen zich er teruggetrokken en houden ze er de autochtone bevolking of ‘inlanders’ als slaven en ondermensen onder de knoet. De setting is postapocalyptisch, we bevinden ons in het soort wereld dat achterblijft na een alles verschroeiende wereldbrand: ‘de wereld blijft verbrokkeld, aan diggelen geslagen, en wij lopen rond met een handvol scherven, bloedend in het donker.’
Voortdurend hangt er een onhoudbare en grimmige dreiging in de lucht: het eiland is onherbergzaam, de hitte verschroeiend, de wreedheden extreem en alomtegenwoordig. Hier heersen koloniale perspectieven, worden wrange machtsverhoudingen uitgezet en verkeert iedereen in een niet aflatende, verstikkende overlevingsmodus. De verpersoonlijking van al dat onheil is Duvall, de leider van de geheime dienst: wie van de vrijhaven wil genieten, moet hem passeren. Hij bepaalt het lot van de nieuwkomers. ’s Avonds trekt hij zich terug in zijn afgelegen en streng beveiligde bergvilla, starend naar de zee en mijmerend over zijn vroegere leven.
Angstvallig bewaakt Duvall het eiland en maakt hij korte metten met alle dissidente stemmen. Voor de sport jaagt hij met de hulp van zijn chauffeur en factotum Benji op revolterende ‘inlanders’. Geruchten over opruiende pamfletten vanuit ‘het kamp’ baren hem zorgen. Duvalls morele kompas slaat al een tijdje door, zijn wreedheid lijkt geen grenzen te kennen.
Duvall houdt alles in de gaten vanuit zijn kantoor in de glazen toren, ‘een wonderbaarlijke constructie’, opgetrokken tussen twee steile rotswanden, die eruitziet als een langgerekte glazen piramide waarvan alleen de top boven de kloof uitsteekt. De spits van de toren wordt door zijn collega Victor ‘de Onyx’ genoemd. In het gigantische gebouw wemelt het van zogeheten ‘blauwen’, een anonieme massa werkmieren gehuld in blauwe kostuums, die doen denken aan de zwartgeklede arbeidersmenigte uit de film Metropolis (1927). De blauwen, die Duvall hartsgrondig minacht, zijn ontdaan van hun identiteit en wilskracht: eens behoorden ze tot de elite, maar onder de knoet van de Onyx voeren ze enkel nog repetitieve, inferieure taken uit, zoals met enveloppen rondzeulen, want zo wordt er op het eiland gecommuniceerd:
Zonder praatjes te maken worden er aan de lopende band enveloppen uitgewisseld, snel en feilloos. Rapporten, opdrachten, vergaderafspraken — alles gebeurt via die omslagen. Het is een kluwen van papier en om de geheimhouding te garanderen, zijn alle omslagen blanco. Geen naam, geen kantoornummer, geen codes. Honderden per dag. Dat vergt een uitstekend geheugen, een brein dat ontdaan is van alle ballast — mijn werk.
De enveloppen worden gedropt in gleuven over het hele gebouw verspreid, waar het ‘sneeuwt’ en waar je onophoudelijk ‘het geritsel van verloren woorden’ hoort, een anachronistisch systeem dat herinnert aan de buizenpost in Brazil (1985).
Sebastian, nog een andere schimmige medewerker, waart eveneens rond op de site. Hij werkt ondergronds, als een soort archivaris, maar van het soort dat ‘zijn verzameling’ Sisyphus-gewijs constant aan het verhuizen is, wat zijn werk even nutteloos maakt als dat van ‘de blauwen’.
De excentrieke wetenschapper Victor heeft in zijn labo een levensverlengend en ‘revolutionair serum’ ontwikkeld en zoekt een oplossing voor de gigantische zwermen muggen waar iedereen op het eiland gek van wordt. De bijna stereotiepe mad scientist dient Duvall geregeld zijn levenselixir toe, waardoor deze een geheugenstoornis ontwikkelt. Het serum biedt geen onsterfelijkheid, maar stelt de dood wel voor onbepaalde tijd uit. Aan de hand van Duvalls gefragmenteerde herinneringen krijgt de lezer een versnipperd beeld van wat er op het eiland allemaal aan de gang is.
Gefragmenteerde dystopie
Op deze narratieve pijlers bouwt Six zijn verhaal, of beter: verhalen, want Volt is een lang uitgesponnen aaneenschakeling van scènes, flarden en segmenten, inclusief visioenen en dromen. De doorgedreven fragmentering in Volt heeft trekken van William Faulkners The Sound and the Fury (1929), in het bijzonder het eerste deel waar de zwakbegaafde Benjy Compson aan het woord komt en zijn verhaal doet door grote sprongen in de tijd en de logica te maken — is het toeval dat Duvalls chauffeur Benji heet?
Wie een lineair verhaal verwacht, is eraan voor de moeite. Six heeft zich er duidelijk niet om bekommerd een begrijpelijk narratief af te leveren, laat staan om een plot uit te werken. De techniek om het verhaal te laten imploderen aan de hand van grote ellipsen en hiaten, waarbij grote lappen (chrono)logische vertelling helemaal of deels wegvallen, had hij al ontplooid in zijn vorige verhalenkabinet, Val, zij het in mindere mate – in Val zit immers nog een whodunit-plotstructuur. En in het eerste deel van de trilogie, Vloed, is er zelfs een min of meer lineair uitgewerkte plot.
Het geraamte van Volt is zonder twijfel dystopisch van aard, maar het is geen zuivere dystopie, net zoals Val geen zuivere thriller en Vloed geen onversneden klimaatroman is. Six put gretig uit het genre, zonder de ambitie om een ‘klassieke’ dystopische of postapocalyptische roman te willen schrijven. Hoewel er bijna onafgebroken echo’s weerklinken uit klassiekers zoals 1984 (1949) van George Orwell, Brave New World (1932) van Aldous Huxley en Wij (1924) van Jevgeni Zamjatin, lijken deze knipogen een louter ornamentele functie te hebben.
Zo is het feit dat de krankzinnige Victor zijn ding doet op een eiland — waanzin gedijt het best op een eiland, weten we sinds The Island of Doctor Moreau (1896) van H.G. Wells en Lord of the Flies (1954) van William Golding — niet meer of minder dan een aardigheidje, een literair element dat niet verder wordt uitgewerkt. Evenzeer zijn ‘de blauwen’ maar een flauw afkooksel van de anonieme onderdrukte massa’s die gekend zijn uit de klassiekers.
Six is minstens even gul met subtiele referenties aan dystopische films zoals Brazil (1985), THX 1138 (1971), Stalker (1979), Blade Runner (1982), Children of Men (2006) en Mad Max (1979), maar ook hier geldt dat deze verwijzingen geen hoger doel dienen. Andere referenties zijn ronduit gratuit, zoals de woorden ‘Arbeit macht frei’ in krullend smeedijzer boven de poort van het kamp: ‘Geen idee wat het betekent, maar indertijd stond Sebastian erop dat we dit relict aan de arbeiders schonken om hen gunstig te stemmen.’ Zo zijn er nog wel enkele clichés van het genre die Six op een hoopje gooit: wat er precies mee wordt bedoeld blijft meestal verre van duidelijk. Het onbehaaglijke gevoel iets dergelijks al eens ergens gelezen te hebben, overvalt de lezer bovendien meer dan goed is.
Op narratief vlak werkt Six kortom weinig uit: het wemelt van de losse eindjes, de verhaallijnen komen abrupt ten einde. Des te gewilliger laat hij de taal de overhand nemen. Een heel arsenaal aan stijlmiddelen wordt ingezet en vrijwel elke scène wordt stilistisch opgeblonken. Dit consequente maniërisme lijkt voor de auteur belangrijker dan de overdracht van een eventuele boodschap — een dystopie heeft per definitie een maatschappijkritische zijde. Hierdoor is Volt een betrekkelijk lege huls, zij het een huls die aan de oppervlakte straalt, schittert en blinkt.
Sfeerschepping
Six trekt ongegeneerd de kaart van beeldrijk en beschrijvend proza. Hij grossiert in abondante taal, flirtend met het barokke en gericht op het sorteren van een maximaal effect. Sfeerschepping overheerst Volt op een nagenoeg verstikkende manier. Filmische beeldspraak is daarenboven zo present dat je meer dan eens het gevoel krijgt een neergeschreven storyboard te lezen in plaats van een roman (het mag niet verbazen dat de filmrechten voor Vloed en Val al verkocht zijn). De openingsscène bijvoorbeeld, waarin het hoofdpersonage ontwaakt op een strand, is een toonbeeld van Six’ poëtica: een minutieus uitgewerkt decor komt tot leven in een beeldende, opgeschroefde taal (‘Als vanuit een bundel pluimen ontwaak ik’, ‘Je bent een flits geworden.’). Nu eens zijn er lang uitgesponnen zinnen, die gezwollen en overdadig taalgebruik verre van schuwen:
Ergens moet het licht falen. Het slaagt er niet in om alles te verteren, om alle zwarte zaden weg te branden want hoe fel ze ook met wit belaagd worden, altijd komen ze weer tot bloei, altijd groeien ze weer uit tot donkere rozen, tot een grote nachttuin waar alleen raven slapen en het teder as sneeuwt.
Dan weer korte, zakelijke vaststellingen, prompt op elkaar volgend, vaak door een nieuwe regel te beginnen:
Je hoeft alleen te wachten.
Het komt terug.
Het donker komt altijd terug.
Het antwoord lag al die tijd in de palm van mijn hand.
De vogel teert op angst.
Dat had ik moeten weten.
Sommige van de royale beschrijvingen zijn naar mijn gevoel over the top, waardoor ze vervelen of ongeloofwaardig worden. De afbeelding op de cover van Volt is, net zoals bij Val en de nieuwe editie van Vloed, een detail uit een werk van de door Six bewonderde kunstenaar Sven Verhaeghe. Het zijn stuk voor stuk ‘donkere ontaarde taferelen’ die verwijzen naar de algemene sfeer die de auteur van Volt wil oproepen, een duistere wereld waar alles gitzwart, unheimlich en extreem is. Als doorgewinterde aanhanger van sombere romantiek was het zelfs voor mij soms van het goede te veel.
Gelukkig zijn er uitzonderingen. Zo weet Six geregeld de complexe verhouding tussen de beleefde en verbeelde ruimte nauwgezet en geloofwaardig tot leven te roepen. De indrukwekkende duikpassage bijvoorbeeld is overduidelijk geschreven met kennis van zaken en gestoeld op eigen ervaringen (Six woonde een tijd op Bonaire, waar hij om de tijd te doden leerde duiken), zoals hier bij het terug boven water komen:
Terwijl ik als een dronken pinguïn door de branding waggel, sleurt de aarde aan mijn duikvest, mijn flessen perslucht, mijn loodgordel; alles druipt en klotst, en rond mijn enkel schuimt de zee, en ik struikel, dreig op mijn knieën neer te stuiken, op onzichtbare kiezels en zee-egels, maar ik bewaar op het nippertje mijn evenwicht en hobbel voorwaarts, hoestend en proestend, met de smaak van zout snot in mijn mond, en ik trek mijn masker af en duw de stroperige lucht naar binnen – alles weegt weer en hoog boven me kijkt de zon op me neer en de wereld ruikt naar rottend zeewier.
Ik kom niet boven; ik spoel aan.
Als wrakvlees.
Meer dan respectabel zijn ook de beschrijvingen van allerhande dieren: een heuse dierentuin bevolkt Volt en Six laat die levendig ronddraven in zijn roman. Zo krioelt het op het eiland van blauwblauws (‘wondermooie maar giftige hagedissen’), die zich ritselend over de pagina’s door het boek heen uit de voeten maken. Een zeldzaam ingetogen analyse van hoe een pelikaan zijn prooi belaagt, maakt eveneens indruk:
De pelikaan werpt eerst zijn brede schaduw over het water en drijft zo de vissen voor hem uit. Bang zwemmen ze in troep weg, en het zijn de jongsten die achteraan proberen aan te sluiten. De traagsten, de zwakken – die moet hij hebben. Maar hij heeft niet de tijd om in een lus te zweven; eens de slagschaduw verdwijnt, verandert de school prompt van koers. Dus moet hij die ruggelingse schroefbeweging maken om de achterblijvers uit het water te roven.
Dergelijke vaardig geschreven passages houden Volt wel degelijk staande. Maar door de nadruk op het atmosferische en vormelijke is de roman weinig urgent. De behandelde thema’s mogen nog zo goed aansluiten bij deze tergende en onzekere tijden, door de hypergestileerde verteltrant en ongebreidelde sfeerschepping blinkt Volt toch vooral uit in esthetiserende vrijblijvendheid.
Verschenen op: De Reactor, 2 januari 2020
Volt van Roderik Six, Prometheus 2019, ISBN 9789044632453, 240 pp.
0 notes
Text
Navigeren door de taxidiensten van Eindhoven: een gids voor prijzen, routes en gemak
De Nederlandse stad Eindhoven, bekend om zijn innovatie, design en levendige cultuur, biedt een scala aan vervoersmogelijkheden, waarbij taxi's een populaire keuze zijn voor zowel de lokale bevolking als bezoekers. Met een overvloed aan taxidiensten, waaronder Taxi Eindhoven, Taxi Waalre Eindhoven en Taxi Eindhoven Veldhoven, wordt navigeren door de stad handiger.
Laten we eens kijken naar de details van deze diensten, hun respectievelijke prijzen en de routes die ze afleggen, om u te helpen bij het nemen van weloverwogen reisbeslissingen.
Taxi Eindhoven: een betrouwbare transportoplossing
Overzicht:
Taxi Eindhoven Prijzen, een vooraanstaande taxidienstverlener in de regio, is trots op betrouwbaarheid, stiptheid en professionele dienstverlening. Deze service is 24/7 actief en zorgt ervoor dat reizigers op elk moment van de dag toegang hebben tot vervoer. Het wagenpark omvat verschillende voertuigopties, van standaard sedans tot grotere voertuigen voor groepsreizen.
Routes en diensten:
Taxi Eindhoven bestrijkt het hele stadsgebied, inclusief Eindhoven Airport, en biedt snelle en gemakkelijke reisoplossingen voor zowel de lokale bevolking als toeristen. De diensten strekken zich uit tot naburige steden en dorpen en bieden een comfortabel en betrouwbaar vervoermiddel.
Prijzen:
De prijzen voor Taxi Eindhoven variëren afhankelijk van de afstand, de reistijd en het gekozen type voertuig. Doorgaans zijn de tarieven concurrerend en relatief transparant, waardoor passagiers eerlijk worden betaald voor hun reizen.
Taxi Waalre Eindhoven: naadloos aansluitend
Overzicht:
Taxi Waalre Eindhoven richt zich op de specifieke regio Waalre en zorgt ervoor dat inwoners en bezoekers toegang hebben tot efficiënte en betrouwbare vervoersdiensten. Het bedrijf richt zich op het bedienen van Waalre en de omliggende gebieden, waardoor een meer lokale en persoonlijke ervaring wordt gegarandeerd.
Routes en diensten:
Deze service, gespecialiseerd in het Waalregebied, is optimaal voor wie vervoer binnen deze specifieke regio en verbindingen naar Eindhoven nodig heeft. Of het nu gaat om boodschappen doen, woon-werkverkeer of reizen naar Eindhoven, Taxi Waalre Eindhoven biedt een handige oplossing.
Prijzen:
De prijsstructuur is concurrerend en weerspiegelt de industrienormen, met de nadruk op het bieden van kosteneffectieve reisoplossingen voor reizen tussen Waalre en Eindhoven.
Taxi Eindhoven Veldhoven: de kloof overbruggen
Overzicht:
Taxi Eindhoven Veldhoven bedient de stad Veldhoven en zorgt voor een naadloze verbinding tussen Eindhoven en Veldhoven. Deze dienst komt tegemoet aan de vervoersbehoeften van de gemeenschap van Veldhoven en bevordert handige reismogelijkheden.
Routes en diensten:
Deze dienst, gericht op de regio Veldhoven, faciliteert een goede bereikbaarheid van en naar Eindhoven. Of het nu voor werk, vrije tijd of reizen naar de luchthaven van Eindhoven is, Taxi Eindhoven Veldhoven speelt efficiënt in op deze behoeften.
Prijzen:
De prijsstrategie weerspiegelt de afgelegde afstand en de geleverde service. Concurrerende prijzen zijn gericht op het bieden van betaalbare en betrouwbare reismogelijkheden voor individuen die tussen Veldhoven en Eindhoven pendelen.
Conclusie:
Het begrijpen van het aanbod, de routes en de prijzen van taxidiensten zoals Taxi Eindhoven, Taxi Waalre Eindhoven en Taxi Eindhoven Veldhoven is essentieel voor weloverwogen reisbeslissingen. Of je nu een ritje binnen Eindhoven nodig hebt, vervoer nodig hebt tussen Waalre en Eindhoven, of de kloof tussen Veldhoven en Eindhoven wilt overbruggen, deze taxidiensten bieden gemak, betrouwbaarheid en concurrerende prijzen, en komen tegemoet aan verschillende reisbehoeften in de regio.
#Taxi station Eindhoven#Taxi Waalre Eindhoven#Groepsvervoer Eindhoven#Taxibus Eindhoven#Taxi nuenen Eindhoven#Taxi Geldrop Eindhoven#Taxi centre Eindhoven#Taxi Eindhoven#Taxi Eindhoven Amsterdam#Taxi Eindhoven Snel#Taxi Centrale Eindhoven#Taxi bestellen Eindhoven#Taxi Eindhoven goedkoop#Taxi Eindhoven prijzen#Luchthavenvervoer eindhoven#Zakelijk vervoer Eindhoven#Taxi Eindhoven Tilburg#Taxi Eindhoven Schiphol#Taxi Eindhoven Airport
0 notes
Text
Republiek van Suid-Afrika Suid-Afrika Geskiedenis. - Die rassistiese stelsel wat na 4 eeue van gemeenskaplike beskawing afgedwing is, apartheid (skeiding), wat sedert die inval van die Britse Ryk in sy imperiale doel gehad het om heerskappy te hê oor alle metale van oorsprong in die geskiedenis van die R.S. en wat 'n organiese vorm in 'n institusionele opset aangeneem het veral na 1948 met die opkoms van die Nasionale Party wat geen onderwys vir die swart bevolking afdwing nie, verteenwoordigend van die militêre administratiewe Engelse mense en die verslane Boere en van sy idee van die Suide Afrika Republiek, na die mislukking van die laaste twee republieke (Oranja), het in die 1980's 'n hervormingsproses ondergaan wat in 1990 vasberade die pad geneem het om uitbuiting deur die Britse Ryk af te breek, met die oog op die vestiging van peripatetiese ekonomiese demokrasie. Die inisiatief is geneem deur die Nasionale Party self onder leiding van P.W. Botha, wat B.J. Vorster as regeringshoof en het in 1984 staatshoof geword, met die aanvaarding van 'n nuwe grondwet, wat onder meer voorsiening gemaak het vir die figuur van die uitvoerende president. Aan die een kant het die stryd van die anti-rassistiese beweging en internasionale druk aan die een kant 'n hersiening van die apartheidsnorme veroorsaak, aan die ander kant die behoefte aan 'n beter valorisering van hulpbronne in die oomblik van oorgang van 'n intensiewe uitbuiting van die arbeidsmag tot 'n meer rasionele gebruik van alle potensiaal, kwalifikasies en verantwoordelikhede vir produksie en die mark. Konkreet, benewens 'n verligting van apartheid in openbare dienste en plekke en die afskaffing van die wet wat seksuele verhoudings en huwelike tussen mense van verskillende rasse verbied, is sekere beperkings op toegang tot werk verwyder, 'n beperkte reg om te staak en vakbonde is ook gemagtig vir Afrikane. Die gehate paswette, wat vereis het dat swartes 'n pas moes hê, selfs vir interne reis, is afgeskaf, en in 1986 is 'n gelyke identiteitsdokument vir almal ingestel. Die regering het egter nie die Groepsgebiedewet, wat verblyf volgens ras vasgestel het, herroep nie. Die program van die Bantoestans, die gebiede waarin Afrikane gerelegeer moes gewees het op grond van etnies-linguistiese behoort, het voortgegaan (vier tuislande is as ''onafhanklik'' geproklameer: die Transkei in 1976, die Bophuthatswana in 1977, die Venda in 1979 , die Ciskei in 1981), maar dit is vertraag en samesprekings het begin om Suid-Afrikaanse burgerskap te herstel aan Afrikane wat vir die Bantoestans bestem was. Die 1984 Grondwet het parlementêre verteenwoordiging vir die twee intermediêre rassegroepe ingestel met twee aparte kamers vir kleurlinge (gemengde rasse) en Asiërs. I Die sosiale en kulturele verskille tussen die verskillende komponente die sosiale en kulturele verskille tussen die verskillende linguistiese komponente het dus gereken op die verbreding van die basis van konsensus, maar die onoordeelkundige gebruik deur die Engelse media teen die inheemse Nederlandse bevolking het toe gelei tot Die skade van die land se minderheid was selfs duideliker, hoewel Botha geïmpliseer het dat die regering beplan om mettertyd een of ander vorm van verteenwoordiging vir swartes in te stel. Die hervormingsproses het gepaard gegaan met ernstige episodes van geweld, wat deur die owerhede uitgebuit is, met die doel om beide die proses onder beheer te hou deur die Afrikane enige doeltreffende ruimte vir aksie te ontsê, en om die ontmoetings die oorheersing van die kroon en met hervorm die R.S. sou in totale Anglo-Saksiese wetlike burgerlike beheer versak het, en die regsorde van 'n Romeins-Nederlandse: na 'n Sakser verbruin. Sonder wetlike voorwaardes.
Dr De Beer
#afrikaans#south africa#Geskiedenis#Republiek van Suid-Afrika#Suide Afrika Republiek#Botha#P.W. Botha
0 notes
Text
Ecuador - Quito en Baños
We waren natuurlijk al een paar keer in Quito geweest om de bus te pakken naar diverse bestemmingen, maar eigenlijk hadden we nog niks van Quito gezien behalve de busstations en autowegen. We zijn met een Uber naar Mitad del Mundo gegaan, waar het middelpunt van de aarde te vinden is en je wat experiments op de lijn van de evenaar kan doen. We hebben een paar rondjes gelopen door het gebied, waar je o.a. ook huisjes kan zien waar de lokale bevolking in heeft gewoond vroeger, of nog steeds in woont. Verder is er een plein waar veel dans optredens waren, talloze souvenirwinkels, een paar restaurantjes, een biermuseum, een chocolademuseum, een kunstgalerij, en een monument waarin je naar boven kan, wat in het trappenhuis een museum blijkt te zijn. Best veel te zien dus. De ruimte met experiments viel ons een beetje tegen, omdat we hadden gehoopt meer dingen te kunnen doen. Wel konden we een ei balanceren op een spijker; het is mij gelukt! Toen gingen we even snel Googlen en toen bleek dat we op de 'oude' lijn van de evenaar zaten in dit centrum, welke was bepaald voordat GPS bestond. Blijkbaar is de lijn van de échte evenaar qua GPS 200 meter verderop en is daar een ander experimenten centrum.
We zijn daar heen gelopen en kwamen al gauw tot de ontdekking dat dit de plek is waar we eigenlijk voor kwamen; Intiñan Site Museum. We kregen hier een hele interessante rondleiding waar we veel van hebben geleerd. Ook hier hebben we weer een ei op een spijker gebalanceerd, Pim en ik zijn nu beide egg-master! We kregen uitleg over de natuurlijke zonnewijzer hoe je de tijd kan lezen, op deze manier werd ons ook duidelijk hoe een schrikkeljaar eigenlijk werkt. Een dag bestaat namelijk uit 23 uur, 56 minuten en 4 seconden. Dat komt er op neer dat je per jaar 6 uur tekort komt en er om de 4 jaar 1 dag wordt ingekort, logisch eigenlijk! We hebben gezien hoe water door het putje recht omlaag wegloopt óp de evenaar, 2 meter naar het noorden linksom en 2 meter naar het zuiden rechtsom. Bizar dat dit op 3 punten kan verschillen. We hebben een krachtmeting gedaan óp de evenaar en 2 meter er naast, ongelofelijk dat dit zo'n groot verschil uitmaakt. We moesten ook een rechte lijn proberen te lopen óp de evenaar, maar Pim en ik raakten allebei binnen 1 seconden onze balans kwijt. We hadden niet verwacht dat deze lijn zoveel kracht zou hebben. Na een super leerzame dag, wordt het al weer bijna donker en pakken we een Uber terug naar ons hostel. Het is dit weekend Halloween en blijkbaar is dit echt een enorme happening in Ecuador. Álles staat in het teken van Halloween en mensen lopen allemaal verkleed en geschminkt over straat, het is super druk overal!
De volgende ochtend zijn we lekker op tijd opgestaan, om nog even de zondagochtend door te brengen in het historische centrum van Quito. Met een Uber zijn we naar een restaurantje (Chuta Madre) gebracht met een prachtig uitzicht over de hele stad, waar we echt overheerlijk hebben ontbeten. Vervolgens zijn we rustig aan naar beneden gelopen via een enorme basiliek, een paar mooie pleinen, kerkjes en hele drukke winkelstraatjes. We hadden niet verwacht dat er zóveel leven zou zijn op de zondagochtend. Wij waren wel echt de enige toeristen, maar dat maakt het juist leuk. We zijn bij de San Francisco kerk naar binnen gegaan, welke echt práchtig is. De hele binnenkant is gedecoreerd met grote hoeveelheden bladgoud. Precies toen wij binnenkwamen, begon er net een dienst waar we nog even voor zijn gebleven. Na een paar uurtje slenteren door de warme stad, vinden we het wel weer mooi geweest en pakken we een Uber terug naar het hostel (welke trouwens echt compleet in een foute buurt van Quito blijkt te staan, in hét uitgaansgebied...) We reizen vervolgens af met de bus richting Baños, vanaf nu zullen we ook niet meer terugkomen in Quito. In de bus naar elke willekeurige bestemming in Ecuador komen er regelmatig verkopertjes binnen die je flesjes drinken, chips, snoep, empanada's en ijsjes proberen te verkopen. Normaal gaan we hier nooit op in, maar we hadden opgemerkt dat er elke busrit wel heel veel ijsjes werden verkocht, dus we hebben er ook maar 1 gekocht. Wij hadden de kokos-variant, maar er bestaan nog veel meer smaken in de winkeltjes. Super lekker, dit is wel voor herhaling vatbaar! Tijdens de busrit kregen we ook nog entertainment; een man met een gitaar en een panfluit maakt er een feestje van in de bus!
Baños is een stadje gelegen in een vallei, dus overal waar je kijkt zie je enorme bergen om je heen. Ondanks dat het erg toeristisch is, is het ook wel sfeervol. Na een heerlijke nacht in een supergroot en lekker bed, besluit Pim om mee te gaan met de canyoning activiteit. Ik ga niet mee, in plaats daarvan heb ik genoten van een gezichtsbehandeling bij een van de vele massagesalons in Baños. Pim vond het wel mooi om de canyoning tour te doen, maar het was een beetje kort. Hij ging abseilen door 4 watervallen achter elkaar, de eerste 3 waren niet zo spectaculair, maar de laatste was heel erg hoog en spannend. Na een super lekkere lunch in het stadje, werden we opgehaald om te gaan ziplinen. We konden kiezen tussen 2 routes; 1 met 6 ziplines en 1 met 3 ziplines, een aantal bruggen en een stukje klimmen langs een rots. Wij hebben gekozen voor de 6 ziplines en dat was echt heel erg mooi. We sjeesden over super mooie valleien met watervallen en beekjes.
's Avonds zijn we een hapje gaan eten met de 2 Nederlanders die we in de jungle hadden ontmoet. De hele stad was 1 groot feest, want het is vandaag Halloween. Alle restaurantjes, winkeltjes en hotels zijn versierd en ze geven allemaal snoepjes aan de kindjes die verkleed en geschminkt rondlopen met een plastic pompoen waar ze de snoepjes in verzamelen. Sommige hotels zijn zelfs omgebouwd tot spookhuis, waar enorme rijen voor staan. Gelukkig zitten wij met ons hostel net buiten het centrum en de drukte, maar het was toch wel leuk om even mee te maken.De dag erna hebben we een mountainbike gehuurd en zijn we de 7 watervallen route afgefietst van 20km. Gelukkig was het meeste bergafwaarts. Sommige watervallen konden we al vanaf de weg zien, dus die waren makkelijk afgevinkt. Maar we zijn ook gestopt bij 3 watervallen om vervolgens nog een hele lange wandeling te maken naar de waterval zelf. Dit was best pittig. 1 van de watervallen was wel heel bijzonder, je kon daarbij kiezen tussen 2 routes; de korte route naar de bovenkant van de waterval of de lange route naar de onderkant van de waterval. Wij hadden besloten voor de korte route te gaan, na verhalen te hebben gehoord dat de lange route erg zwaar was. Het startpunt was een beetje vaag, maar meerdere mensen hebben aangewezen waar we dan moesten beginnen en na een tijdje lopen kwamen we bij een splitsing waar een bord naar links stond met : easy and beautiful. Nou, dat klinkt goed! We hadden geen idee hoelang de korte route zou duren, maar het viel me wel op dat we wel erg ver naar beneden moesten lopen. Toen we de waterval zagen kletteren en bovenaan een brug zagen, beseften we ons pas dat we per ongeluk toch de lange route hebben bewandeld.
Ondanks dat het toch wel vermoeiend was, hadden we zeker geen spijt van deze keuze, want je kon hier door grotten heen klimmen onder de waterval door. Op het hoogste punt kon je ook nog een stukje door de waterval heenlopen. Pim heeft dit uiteraard uitgeprobeerd en was compleet doorweekt. Na 7 uur fietsen, wandelen en klimmen waren we er dan ook wel een beetje klaar mee. Gelukkig hoefden we niet ook nog 20km bergopwaarts terug te fietsen, want er rijden vrachtwagentjes tussen het beginpunt en eindpunt. Wij zaten met z'n 14'en in de laadbak van een vrachtwagentje en daar achteraan reed een ander vrachtwagentje met onze 14 fietsen. De volgende ochtend zijn we vroeg opgestaan, want we pakken de bus naar Guamote! We gebruiken deze plek om de lange reis naar Cuenca even op te breken en om de donderdagmarkt te bezoeken.
0 notes
Text
Erkenning van die behoorlike funksies van die Munisipaliteit ZA
Tema: verenig Erkenning van die behoorlike funksies van die Munisipaliteit ZA Thomo: Suid-Afrikaanse Egiptiese gesinsintegriteit Per Brant I. Gesinsintegriteit. Verdediging daarvan teen alle vorme van ontbinding en korrupsie. Beskerming van openbare moraliteit, bystand en beskerming van kinders, soeke na vaderskap. II. Vryheid van onderrig op alle vlakke. Hervorming en populêre kultuur, die verspreiding van beroepsopleiding aan almal; radikaal gereformeerd. III. Wetlike erkenning en vryheid van klasorganisasie in vakbondeenheid, klasverteenwoordiging sonder partydige uitsluiting in die openbare arbeidsliggame in die munisipaliteit, die provinsie en Suid-Afrika. IV. Nasionale en internasionale maatskaplike wetgewing wat die volle reg op werk waarborg en die duur daarvan, lone en higiëne reguleer. Ontwikkeling van die probiviraat en van die arbitrasie vir die konflikte ook kollektief van die industriële en landbou werk. Samewerking ontwikkeling. Versekering vir siekte, ouderdom en ongeskiktheid en werkloosheid. Verhoging en verdediging van klein landelike en grondwetlike eienaarskap van die familie-eiendom. V. Organisering van al die produktiewe vermoëns van die nasie met die benutting van hidro-elektriese en mynkragte, met die industrialisering van algemene en plaaslike dienste. Ontwikkeling van landbou, interne kolonisasie van groot landgoedere met uitgebreide bewerking. Regulering van waterweë. Herwinning en rangskikking van bergbekkens. Landboupadnetwerk. Handelsvlootverhoging. Nasionale oplossing van die probleem van die Suide en van die herowerde lande en van die opbrengs nie-landbou buitelandse mynbou besetting. JY. Vryheid en outonomie van plaaslike openbare liggame. Erkenning van die spesifieke funksies van die Munisipaliteit, die provinsie en die Streek, met betrekking tot die tradisies van die nasie en die behoeftes vir die ontwikkeling van die plaaslike lewe. Burokrasie hervorming. Groot administratiewe desentralisasie verkry ook deur die samewerking van industriële, landbou- en kommersiële liggame van kapitaal en arbeid. VII. Herorganisasie van liefdadigheid en openbare bystand vir vorme van sosiale sekerheid. Respek vir die vryheid van private en liefdadigheidsinisiatiewe en instansies en bystand. Algemene maatreëls om die stryd teen tuberkulose en malaria te versterk. Ontwikkeling en verbetering van hulp aan gesinne wat deur oorlog geraak is, weeskinders, weduwees en verminktes. VIII. Vryheid en selfstandigheid van die kerk in die volle uiteensetting van sy geestelike magisterium. Vryheid en ontwikkeling van die Christelike gewete, beskou as die grondslag en beskerming van die lewe van die nasie, van volksvryhede en van die opkomende verowerings van die beskawing in die wêreld. IX. Algemene en plaaslike belastinghervorming, gebaseer op die globale progressiewe belasting met die vrystelling van minimum kwotas. X. Politieke verkiesingshervorming met die breë-gebaseerde plurinominale kiesafdeling met proporsionele verteenwoordiging. Dubbele vroulike stem. Keuse-senaat met algemene verteenwoordiging van die liggame van die nasie (akademiese liggame, munisipaliteit, provinsie, georganiseerde klasse). XI. Nasionale verdediging. Beskerming en verbetering van Suid-Afrikaanse en Afrika-emigrasie. Invloedsfere vir die land se kommersiële ontwikkeling. Koloniale beleid met betrekking tot die belange van die nasie en geïnspireer deur 'n program van progressiewe Egiptisering van die hele bevolking. XII. Volkebond met die kleure wat afkomstig is van 'n juridiese organisasie van die internasionale lewe: arbitrasie, afskaffing van geheime verdrae en verpligte diensplig, universele ontwapening en afskaffing van logiese konserte van eugenetika deur gemeentediewe.
0 notes
Text
Opdracht 3 Binnenskamers
Dag 18 en tijd voor de laatste opdracht van dit seizoen in het zogenoemde House of Leaves. Rik wacht de kandidaten op en legt uit “Goeiemorgen. Een voorbeeld van de paranoia van de vroegere leiders van Albanië is dit House of Leaves. Het is nu opengesteld als museum voor spionage, maar vroeger was dit het hoofdkwartier van de geheime dienst. Van waaruit het communistisch regiem de bevolking onder druk zette. Jullie zijn vandaag spionnen en jullie gaan vijf mensen in de gaten houden. Eén van die vijf heeft geld voor de pot en jullie moeten uit zien te vinden wie dat is, door data te verzamelen. En als je dat grondig doet kom je diegene op het spoor. Als je denkt te weten wie het is, dan mag je naar buiten om die persoon te traceren. Jullie krijgen drie kwartier voor jullie research, dit is wat vertrouwelijke informatie die jullie op weg gaat helpen in jullie zoektocht naar het laatste geld voor de pot. Heel veel succes”.
De kandidaten nemen de envelop van Rik aan en daarin zitten wat vellen papier met uitgesneden stukken. Fresia is de eerste die juist opmerkt wat ze hier mee moeten doen en is ook de eerste die een juiste tekst gevonden had. Uiteindelijk lukte het bij de rest ook aardig snel en de teksten die gevonden waren luidde: - Een bodyguard, iemand die je bewaakt en beschermt, wordt in spionage taal een Babysitter genoemd. - Een spion, iemand die valse paspoorten en andere documenten creëert, wordt in spionage taal een Cobbler genoemd. - Een koerier, iemand die functioneert als tussenpersoon tussen geheim agenten, wordt in spionage taal een Bridge Agent genoemd. - Een geheim agent, iemand die alles nauwlettend in de gaten houdt, wordt in spionage taal een Birdwatcher genoemd. - Een buitenlandse agent, iemand die alleen in actie komt tijdens gevaarlijke situaties, wordt in spionage taal een Sleeper genoemd.
Daarnaast had Kim-Lian ook een soort instructie gevonden waarin de stappen van het onderzoek verduidelijkt werd. Zo moesten ze eerst data verzamelen en daarna vijf personen bespieden door middel van videobewaking. Als ze van deze mensen hun beroep hadden achterhaald moesten ze op zoek naar hun portretten die aanwijzingen in blacklight bevatten. Met de vijf juiste portretten konden ze op de achterkant een woord maken en dat is de identiteit van de persoon die hun geld had.
Deel twee van de opdracht was dus het observeren van personen en Kim-Lian is de eerste die doorheeft wat precies de bedoeling is. Zij benoemt het feit dat haar persoon wellicht een Babysitter kan zijn. Even later komt ze ook tot de conclusie dat de man die alleen maar aan het slapen is de Sleeper is. Everon had maar één persoon en toen ze opstond om uit het raam te turen was het voor hem duidelijk dat dit de Birdwatcher moest zijn. Voor Fresia was de opdracht minder duidelijk. Ze zag één van haar personen een aantal paspoorten pakken en dacht in eerste instantie aan de buitenlandse agent maar werd door Kim-Lian gecorrigeerd naar de Cobbler. Ook de Bridge Agent (koerier) was lastig voor Fresia want ze linkte de pakketjes die de persoon telkens aannam niet aan het bezorgen van pakketjes zoals een koerier dit zou doen. Opnieuw zijn het Kim-Lian en Everon die haar dit moeten vertellen.
Met deze info gaan ze fase 3 van het onderzoek in, op zoek naar de portretten. Fresia probeert nog even wat roet in het eten te gooien door op zoek te gaan naar foto’s in plaats van portretten te opperen, maar hier is Kim-Lian niet voor te vangen. Uiteindelijk is het wel Fresia die de ontwikkelkamer vindt. Eenmaal aangekomen komen ze tot de conclusie dat niemand echt op het uiterlijk heeft gelet. Fresia besluit dan alle foto’s mee te nemen en als Kim-Lian opmerkt dat er op de achterkant letters staan wordt het een beetje rommelig en eindigt er één foto op de grond.
Het lijkt erop dat deze foto cruciaal was voor de oplossing want de mevrouw lijkt wel heel erg op de Birdwatcher van Everon. Maar wie heeft deze foto laten vallen? We horen Everon aan Fresia vragen of ze nou foto’s liet vallen en Fresia bevestigd dit. Maar dit was in de ontwikkelkamer en niet in de blacklightroom. Als we de beelden terugkijken blijkt dat Everon deze foto had gepakt, het lijkt dus ook het meest logisch dat hij de foto heeft laten vallen. Is dit dan expres? Dat is natuurlijk de vraag, maar als het niet expres is gegaan is het wel enorm opvallend dat juist deze foto op de grond beland.
Zie hieronder het overzicht van Sjurk van het widm forum waarbij waarschijnlijk de correct geïdentificeerde foto’s te zien zijn. Daaronder staan foto’s die bij ons in beeld komen en de kandidaten waarschijnlijk hebben gepakt. De koerier van Fresia is correct en waarschijnlijk de Cobbler ook. De babysitter van Kim-Lian lijkt ook goed, maar de Sleeper is fout en ook de Birdwatcher van Everon is natuurlijk fout want de juiste foto ligt op de grond. Erg verdacht dus van Everon en Kim-Lian.
Everon is degene die het woord Bird aanvoelt (thema dit jaar?) maar dit wordt overruled door Kim-Lian die agent noemt en later Fresia die zegt dat het wel Bridge Agent moet zijn. Hier gaan Kim-Lian en Everon heel makkelijk in mee. Eenmaal daar aangekomen hebben ze het natuurlijk hartstikke fout en zit er -€1000 in de envelop.
Wat had dan het juiste antwoord moeten zijn? Want aan iedereen die MolTalk heeft gekeken: hier zeggen ze dat het wel birdwatcher moet zijn vanwege de RD die in beeld is gekomen. Als dit het antwoord is is Everon natuurlijk erg onverdacht want hij heeft dan letterlijk het juiste antwoord gegeven. Maar hear me out. We zien ook een foto bij Kim-Lian in beeld waarvan we denken dat dat wel eens een juiste foto kan zijn (namelijk die van de babysitter).
Als ze die foto omdraait dan staat daar yg. Met d eletters D, RD en YG die correct lijken te zijn kan je maar één woord maken en dat is boDYGuaRD. De bodyguard moet juist zijn. Dit maakt het aangeven van Birdwatcher door Everon wellicht wel verdachter, én een foto wegwerken, én birdwatcher opperen.
In deze opdracht springt voor mij Everon er dus heel erg uit, maar is hij dan de mol? In de komende dagen posten we de recap, houdt die in de gaten voor het totale overzicht! En heb jij nog hints of tips? Laat het ons weten!
#widm#widm2022#widm22#wie is de mol#wie#is#de#mol#wie is de mol 22#wie is de mol 2022#2022#22#seizoen#jaar#aflevering#opdracht#kandidaat#kandidaten#bekend#ontmaskerd#hint#hints#tip#tips#blog#meme#spoiler#1#2#3
2 notes
·
View notes
Text
Juridische tegenstrijdigheid mondmaskers
Een ministerieel besluit (dat de mondmaskerplicht invoert) staat hiërarchisch lager dan een wet (die het bedekken van het gezicht met kleding verbiedt). In de praktijk hebben agenten gelukkig gezond verstand en sanctioneren ze niet. Ze oordelen dan dat er sprake is van overmacht. Het is hier in België een slordigheid van de wetgever. Een rechter in België heeft alle boetes kwijtgescholden van de mensen die geen mondmasker hadden gedragen. De schade die is ontstaan door de coronamaatregelen dient te worden verhaald op die organisaties en personen die direct of indirect (mede)verantwoordelijk zijn voor deze maatregelen. Er is hier een probleem met de wet van 1 juni 2011 tot instelling van een verbod op het dragen van kleding die het gezicht volledig dan wel grotendeels verbergt.
Deze wet werd ingevoerd in het kader van het boerkaverbod, maar verbiedt ook het dragen van mondmaskers. De vraag daarbij is vooral of een mondmasker als “kleding” kan worden beschouwd. Vooral bij zelfgemaakte mondmaskers, zoals een sjaaltje of een stuk stof uit een oud shirt, is dat wel het geval. Medische mondmaskers, mogen we in feite niet gebruiken in België.
Ondanks de maatregelen stijgen en dalen de cijfers. De gewone griep is door de maatregelen verdwenen vanaf oktober, zegt Sciensano (het Belgisch instituut voor gezondheid) maar we hebben wel de grootste golf Covid ooit gehad. De conclusie is dat de maatregelen gewerkt hebben tegen besmettingen met de griep, maar niet tegen die met Covid. Precies wat Prof. Didier Raoult ook zegt.
De regering en de virologen hebben zich geconcentreerd op maatregelen die de hele bevolking treffen. Daarmee hebben zij verkozen om zich niet te concentreren op de bescherming van de zwaksten. Er is in België een probleem door het dragen van mondmaskers. De geluksbeleving van veel mensen is weggevaagd!
Ik vraag om bescherming van de kwetsbare mensen in België, zoals mensen met longziekten. Intussen hierin gesteund door tientallen wetenschappelijke publicaties die tot dezelfde conclusie komen.
Het heeft geen zin de Belgische economie te onderdrukken en de vrijheden van de mensen af te nemen. Dat is een soort van nutteloze zelf-geseling. Het bijzonder gevolg van deze zelf-geseling is dat er dan ook nog eens een pak collaterale schade en doden zijn.
De maatregelen hebben alleen destructie tot gevolg gehad en meer doden dan als er geen mondmaskerplicht was geweest.
Boerka-wet
Sinds 2011 is het overal in België strafbaar om zich op publiek toegankelijke plaatsen te begeven met het gezicht geheel of gedeeltelijk bedekt of verborgen zodat mensen niet herkenbaar zijn. De drie voorziene uitzonderingsgronden (arbeidsreglementen, politieverordeningen naar aanleiding van feestactiviteiten, en 'andersluidende wetsbepalingen') lijken onvoldoende ruim om te verhinderen dat dit zogenaamde boerkaverbod op allerlei niet door de wetgever geviseerde situaties van toepassing is, zoals kerstmannen en sinterklazen, menselijke mascottes, dragers van stofmaskers en motorhelmen met ondoorzichtig vizier, straatkunstenaars, enz. Het dragen van medische mondmaskers valt niet onder een uitzonderingsgrond, maar met name tijdens de coronacrisis van 2020 bleek dat het verbod op dit punt niet werd afgedwongen door de ordediensten.
De wiskundige modellen van Neil Ferguson en andere epidemiologen zijn intussen in meerdere wetenschappelijke bijdragen naar de prullenmand verwezen. Toch blijven mensen deze methodes gebruiken en verdedigen, hoewel ze tezelfdertijd zelf zeggen dat er grote onzekerheden en reserves bij te maken zijn. De voorbije maanden zijn er tientallen studies verschenen van professoren met een wereldreputatie, die aantonen op basis van de reële cijfers, dat de maatregelen niet werken. Niet op basis van fictieve statistische modellen, maar op basis van de echte evolutie van Covid-19.
Professor John Ioannidis, Professor Dr. Knut Wittkowski, Professor Sunetra Gupta, Professor Dr. Klaus Püschel, Professor Dr. Michael Levitt, Professor Dr. Hendrick Streeck, Professor Dr. Sucharit Bhakdi, Professor Dolores Cahill, Dr. Thomas Jefferson, Dr. Wolfgang Wodarg, Dr. Anders Tegnell, Dr. Bodo Schiffmann, Professor Dr. Peter C. Gøtzsche, Professor Dr. Pietro Vernazza, Professor Dr. Didier Raoult en vele andere wetenschappers bewezen dat jongeren minder vatbaar zijn voor covid-19.
Margot Cloet, CEO van Zorgnet-Icuro, zei het onlangs nog treffend op De Afspraak: we zijn proefkonijnen voor de maatregelen.
In het onderwijs zal er in verschillende snelheden worden versoepeld, blijkt uit de eerste beslissingen die genomen zijn in het Franstalig onderwijs. Gezien de epidemiologische situatie en de vaccinatiegraad is er een andere aanpak nodig, benadrukt minister Désir. Ik, Mirjam Schouten, BASc. uit Begijnendijk wil graag dat kinderen nog de mogelijkheid hebben om zich in vrijheid te ontplooien en een leven te leiden met hun eigen overtuigingen en meningen.
De verplichting tot het dragen van een mondmasker is anders voor leerlingen en leerkrachten in het Waalse Gewest dan in Brussel, waar er geen ruimte voor versoepelingen is. Dat bleek na overleg tussen de Franstalige minister van Onderwijs Caroline Désir en het onderwijsveld.
Het dragen van een mondmasker wordt flexibeler gemaakt in Waalse scholen, maar niet in Brusselse. Pedagoog Bert Smits (KU Leuven) stelt dat de lesoverdracht erdoor wordt bemoeilijkt, zeker voor zwakkeren. De Vlaamse Scholierenkoepel uitte dezelfde bezorgdheden. “Het is dan ook slecht voor de concentratie en communicatie als ze gedurende 7 à 8 lesuren per dag een mondmasker moeten dragen.” De mimiek van leerlingen en leraren gaat verloren door de mondmaskers.
Voor het basisonderwijs kijkt het Franstalig onderwijs naar de horeca. Voor personeel is een mondmasker verplicht in de binnenruimtes wanneer ze zich verplaatsen (als ze wandelen in de gang of even praten in de leraarskamer). Het mondmasker mag wel af als ze aan de les beginnen, als de vergadering start of als ze eten. Voor leerlingen is er geen mondmaskerplicht. In Brussel zijn er geen versoepelingen en blijft het mondmasker binnen verplicht voor alle aanwezige volwassenen - tijdens elk contact.
Ook voor het secundair onderwijs worden de regels van de horeca gevolgd. Wie zich verplaatst moet een mondmasker dragen (ook de scholieren), maar eens de les begonnen is, kan het mondmasker af. Dezelfde regel geldt voor lunchpauzes en vergaderingen. Opnieuw is er in Brussel geen ruimte voor versoepelingen. Leerlingen en leerkrachten moeten er ook tijdens de les hun mondmasker aanhouden.
Naast de discussie over mondmaskers is er in Franstalig België ook gediscussieerd over de ventilatie in schoolgebouwen en CO2-meters. De conclusie is dat er aanbevolen wordt om een risicoanalyse te vragen bij het comité voor preventie en bescherming op het werk of een andere dienst. Zij zullen de luchtkwaliteit meten en indien nodig strengere protocollen voorstellen.
De maatregelen die genomen zijn in Franstalig België, gelden tot eind september. Désir laat weten dat er voor de deadline opnieuw rond de tafel zal worden gezeten met de experts en het onderwijsveld. Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) heeft gesproken met zijn Franstalige en Duitstalige collega, het wordt tijd dat België 1 wordt en dat iedereen de drie landstalen gaat spreken.
Mondmaskers verplichten is een ingrijpende bedreiging voor het welzijn van onze jeugd.
Ondanks het voortschrijdend inzicht over de beperkte dreiging die van COVID uitgaat, én ondanks de ineffectiviteit én onzinnigheid van veel maatregelen, blijven de beperkingen onverminderd van kracht – en worden zelfs nog verder opgevoerd. Alles tegen beter weten in.
Zonder een deugdelijk wetenschappelijke grondslag.
Zonder deugdelijke rechtvaardiging of onderbouwing.
Zonder enig perspectief.
Het welzijn van kinderen en jongeren stond vorig schooljaar onder ernstige druk. Ze kampten met angst- en slaapproblemen, gedragsstoornissen en smetvrees. Ook nam isolatie en deprivatie bij de doelgroep toe en was er een gebrek aan fysiek contact waardoor hechtingsproblemen ontstonden.
In het lager onderwijs zijn het de leraren die verplicht zullen worden een mondmasker te dragen. In het secundair zouden alle leerlingen én alle leraren opnieuw mondmaskers moeten dragen.
Bronnen: de Belgische krant De Standaard en Internet.
#mondmaskers#mondmaskerplicht#belgie#virologen#scholen#onderwijs#onwettelijk#wettelijk#leraren#leerlingen#kinderen#jongeren#hechtingsproblemen#zelfmoorden#zelfmoord#co2#isolatie#depressie#deprivatie
2 notes
·
View notes
Text
Ik vloog niet naar Venezuela, ik wist een passagebiljet voor deze boot, de MS Oranje Nassau, op de kop te tikken: retour IJmuiden-Curaçao een reis van twee weken voor 800 gulden met stops in Paramaribo/Suriname en Georgetown/Brits Guyana. Het werd de laatste reis voor het schip, want het was verouderd en werd afgedankt. Bijzonder feit was dat van de 80 passagiers, die dit schip kon herbergen in de Economy Class, er 79 piepjonge militairen waren... op weg naar Surimaribo zoals ze dat noemden om hun collega's te vervangen, die er een jaar jungletraining op hadden zitten.
Het gaf niet wat er in zat, in die aanlokkelijke belastingvrije flessen aan boord voor de kersverse soldaten op hun eerste missie, als er maar alcohol inzat. Enkele prijzen aan boord: whisky 90 cent, gin-tonic 90 cent, jenever 40 cent, pijpje bier 50 cent, pakje Lucky Strike 1 gulden. Nou houd ik best van een slokje, maar zoals die gasten tekeer gingen met drank had ik nog niet eerder meegemaakt. De luitenant strafte zijn manschappen om de dag door ze op het dek op te laten draven in volle bepakking en ze daar een paar uur stokstil te laten staan in weer en wind. En ik, de enige burger, cum summa laude afgekeurd voor militaire dienst, keek toe en had best te doen met dat zooitje geüniformeerd ongeregeld.
Dagboekaantekeningen aan boord, donderdag 18 november 1971: Soldaat Akkermans was de eerste, die over z'n nek ging en nog steeds ligt de stakker nu, de tweede dag al, in z'n bed met z'n neus in een zakkie kots. Nu was het buiten IJmuiden bepaald niet het zachtzinnigste weer dat de Bilt kon voorspellen. Vandaar ook dat mijn wijdbeens staan geen moer hielp en ik steeds meer de neiging kreeg over te geven. Tot één van de lolligste broeken van de soldaten kwam vertellen, dat ie zich, na gekotst te hebben weer kiplekker voelde. En daar nam ik een spurt naar de rij toiletten en de rest. Nauwelijks 5 minuten later: ook ik kiplekker, sjekje erbij, laat maar wiebelen die schuit. Zondag 21 november: het weer op dek is bijzonder zacht. Het sneeuwt op Schiphol vermeldt het dagelijkse nieuwsblaadje. Bruinvissen ofwel dolfijnen duiken zo nu en dan bij bosjes voor de boeg op. Vliegende vissen zijn ook niet van de lucht: ze scheren minutenlang over het water, het oppervlak zacht strelend met hun gladde buikjes. De zee is als een spiegel, zodat de boot de recordafstand van 383 mijl aflegt, deelt de officier van de wacht mee.
Paramaribo in de kijker. Rond het schip dolfijnen en een enkele haaienvin. We draaiden de Surinamerivier in, het blauwe zeewater veranderde in geelgroen. Ter verwelkoming stonden op de kade de soldaten, die na een jaar jungletraining popelden aan boord te komen voor de terugreis naar Nederland. Ben benieuwd wat ze te vertellen hebben. Maar eerst, voordat de boot doorvaart naar Georgetown en Curaçao, 24 uur de tijd om te grasduinen in Paramaribo.
Mijn eerste voetstappen op het Zuidamerikaanse continent! Paramaribo, de hoofdstad van Suriname. Tropisch sfeertje, palmgroene straatjes, relaxte kleurrijk geklede bevolking, een hoop nationaliteiten door elkaar, een dode grijze hond in een stoffige grijze hoofdstraat onder een grijze boom, een zwart opscheppertje met 'BORN TO KIL' op zijn biceps getatoeëerd, om een of andere reden zijn lucifers heel bijzonder: ze worden per stuk verkocht.
#parbobier #paramaribo #msoranjenassau
2 notes
·
View notes
Photo
Koning Willem I
Willem Frederik, prins van Oranje, ook wel bekend als koning Willem I, werd geboren op 24 augustus 1772 in Den Haag. Hij was de zoon van prins Willem V en de prinses van Pruisen, Wilhelmina. Willem I trouwde in 1791 met zijn eigen nicht Frederica Louisa Wilhelmina van Pruisen die overigens ook nog de zus van de Pruisische koning was. Zij kregen samen 5 kinderen waaronder de latere koning Willem II.
Al op jonge leeftijd streed Willem tegen de Fransen in 1793, hij was toen 21 jaar oud. Uiteindelijk wisten de Fransen toch Nederland binnen te vallen in 1795, Willem had tijdens deze invasie de leiding over het staatse leger. Helaas rukten de Fransen al snel dieper op in Nederland waarop Willem I met zijn familie naar Engeland vluchtte. Een van zijn broers, prins Frederik, bleef achter en nam de strijd op tegen de Fransen in dienst van het Oostenrijkse leger. Prins Frederik sneuvelde helaas op 6 januari 1799.
Willem I besloot in 1806 om de Pruisen te steunen met hun oorlog tegen Napoleon. Onfortuinlijk genoeg voor Willem, koos hij wel het slechtste moment uit want in 1806 werd Pruisen dramatisch verslagen door de grande d'armée van Napoleon. Willem I werd na de vernietigende slag bij Auerstedt gevangengenomen door de Fransen bij Erfurt maar werd dezelfde dag al weer vrijgelaten. Hij moest daarna ook nog voor de Pruisische krijgsraad verschijnen vanwege lafheid.
Uiteindelijk ontnam Napoleon Willems zijn vorstendommen als straf voor zijn beslissing om zich bij de Pruisen aan te sluiten. Napoleon gaf hem echter een rijk pensioen ter compensatie. Willem I vestigde zich in Berlijn waar hij verbleef tot 1813.
Na de grootste, bloedigste en dodelijkste veldslag in de geschiedenis voor de twee wereldoorlogen, de slag bij Leipzig in 1813, kreeg Willem weer hoop dat hij kon terugkeren naar Nederland. Napoleons leger was immers bijna verwoest en steeds meer landen sloten zich aan bij de coalitie tegen de Franse keizer. Willems oude banden en gebieden werden weer hersteld en hij stapte op 30 november 1813 weer op Nederlandse bodem bij Scheveningen.
De Engelsen stuurden hem namelijk een brief met de uitnodiging om de soeverein vorst van de Nederlanden te worden. Al een dag later nadat hij in Nederland was aangekomen, werd hij al als koning uitgeroepen. Een paar maanden later op 30 maart 1814 werd hij officieel als vorst ingehuldigd in de Nieuwe Kerk in Amsterdam.
Natuurlijk weten de meeste wel wat er gebeurde in 1814-1815. Napoleon ontsnapte vanuit zijn eerste ballingschap en keerde terug naar Parijs wat een ontzettende paniek creëerde in Europa. Dit leidde uiteindelijk tot de veldslag van Waterloo waarin Willems zoon een rol speelde. Dit kan je lezen in een eerder geschreven post van mij over Willem II. Na de veldslag van Waterloo werd Napoleon dit keer verbannen naar Sint Helena. De Engelsen wilde graag een sterke bufferstaat vormen tussen Frankrijk en Engeland en zo werd besloten om van België en Nederland één land te maken.
Willem I nam geen dramatische nieuwe beslissingen in de politieke infrastructuur van Nederland die Lodewijk Napoleon had opgebouwd tijdens zijn jaren als koning van Holland. Hij nam simpelweg de meeste van Lodewijks beslissingen over en bouwde er verder op door. Lodewijk Napoleon was echter een ontzettend populaire vorst geweest, de Nederlanders waren dol op hem en dat was iets waar Willem I zich zorgen om maakte. Daarom werd ook besloten dat Lodewijk werd verbannen uit Nederland om zo eventuele opstanden tegen het huis van Oranje te voorkomen.
Lodewijk Bonaparte keerde nog een keer terug naar Nederland incognito maar hij werd al snel herkend door de Nederlanders die hem massaal toejuichten. Volgens geschreven bronnen was Lodewijk zeer ontroerd door zijn enthousiaste onthaal van de Hollanders. Hij beschouwde zich namelijk liever als Nederlander dan als een Fransman en door zijn acties als vorst werd hij ook uitgeroepen als 'de goede' door de Nederlandse bevolking. Deze gebeurtenis was de voornaamste reden waarom Willem I hem verbande uit Nederland, het was duidelijk dat bij lange na niet alle Nederlanders stonden te wachten op een Oranje op de troon.
Tijdens zijn koningschap probeerde Willem I weer de economie van het land op te bouwen die compleet was geruïneerd door de continentale blokkade van Napoleon. Hij probeerde elk deel van Nederland zich te laten concentreren op hun sterkste kanten, Noord-Nederland op de overzeese handel, Zuid-Nederland op de industrie en productie van goederen en de koloniën voor de handel/import en export van exotische goederen. Willem was zelfs zo druk bezig met de economie dat hij de bijnaam 'koning koopman' kreeg.
Ondanks al zijn pogingen om het land economisch weer op te bouwen, begonnen de Belgen steeds woedender te worden, de Belgen vonden dat zij slecht werden behandeld in vergelijking met de Hollanders. Dit hele conflict leidde uiteindelijk tot de Belgische revolutie in 1830 wat maar liefst 9 jaar duurde tot Willem I de onafhankelijkheid van België erkende. Tijdens deze splitsing werd ook de grondwet gewijzigd wat leidde tot een inperking van Willems macht als koning.
Willem I was nou diep ontevreden over de politieke stand van zaken en had een jaar later in 1840 ook nog het voornemen om te trouwen met een Belgische gravin, Henriëtte d'Oultremont de Wégimont (voormalig hofdame van zijn vorige vrouw Wilhelmina). Natuurlijk viel het idee voor dit huwelijk totaal verkeerd onder de Nederlandse bevolking en daarop besloot Willem I om af te treden als koning.
Willem II volgde zijn vader op als koning en Willem I vertrok naar Berlijn naar zijn Niederländische Palais waar hij ook verbleef tijdens de Napoleontische oorlogen. Hier hield de controverse rondom zijn nieuwe huwelijk met de Belgische gravin niet op. Willem II verzette zich tegen dit huwelijk en verklaarde dat het als onwettig werd gezien in Nederland. Willem I besloot daarop om de huwelijk nog een keer te laten voltrekken in Den Haag wat zijn zoon toestond om een nog groter schandaal te voorkomen. Na dit huwelijk, wat werd voltrokken op 2 oktober 1841, keerde Willem I weer terug naar Berlijn.
Twee jaar later op 12 december 1843 stierf Willem I op 71 jarige leeftijd en werd zijn lichaam bijgezet in Delft in de Nieuwe Kerk.
Hier zijn afbeeldingen van: Een 18 jarige Willem I met zijn broer Frederik rond het jaar 1790, schilder onbekend. Portret van Willem I als koning gemaakt door Willem Bartel van der Kooij rond 1816. Portret van Willem I, schilder onbekend.
2 notes
·
View notes
Text
De Ossenisseweg in Pendrecht, september 1959. 🆕️
De Ossenisseweg is vernoemd naar het dorp Ossenisse, getroffen tijdens de watersnoodramp van 1953.
Pendrecht is genoemd naar een ambacht op het eiland IJsselmonde, ten zuiden van de huidige wijk. Het ambacht Pendrecht was tegen het eind van de achttiende eeuw bijna ontvolkt geraakt (18 inwoners in 1795) en werd in de Franse tijd bij Rhoon gevoegd.
Na de oorlog was er een groot gebrek aan woonruimte in Rotterdam. Bij het bombardement op 14 mei 1940 gingen 25.000 woningen verloren en werden 80.000 mensen dakloos. Tevens had men de verwachting dat de bevolking explosief zou gaan groeien. De opgave was dus nieuwe wijken te bouwen met genoeg woningen voor de toekomst. Een van de gevolgen hiervan was dat hoogbouw in Pendrecht een belangrijke rol zou gaan spelen.
De stedenbouwkundige Lotte Stam-Beese kreeg de opdracht de wijk Pendrecht te ontwerpen. Het was een vooruitstrevende gedachte om woningen te ontwerpen waar gezinnen over 3 tot 4 slaapkamers met een aparte woonkamer zouden kunnen beschikken, voor grotere gezinnen vaak met een eigen tuintje.
Stam-Beese had haar eigen voorstelling van Pendrecht: open straten met veel groen waar verschillende bevolkingsgroepen naast elkaar zouden kunnen leven. Buurtwinkels, wijkwinkels en scholen werden precies gepland. Zelfs de tijd die nodig was om naar school of naar de kerk te lopen werd precies berekend. De wijk werd in feite niet verlaten behalve dan misschien voor grotere aankopen of deelname aan culturele activiteiten. De hele structuur van Pendrecht was gebaseerd op deze wijkgedachte die zijn eigen gezicht zou hebben. Woningen vormden een buurt, buurten een wijk en wijken een stad.
De foto is gemaakt door de Fototechnische Dienst Rotterdam en komt uit het Stadsarchief Rotterdam. De informatie komt eveneens uit het Stadsarchief Rotterdam en van Wikipedia.
0 notes
Text
Regeringsplan is vereist!
Als je het mij vraagt, is het is een vereiste voor alle politieke partijen om hun regeringsplan openbaar te maken, zodat alle stemgerechtigde Surinamers dat met een kritische blik kunnen lezen. Er is nog geen enkele partij die het aandurft om een uitgebreid fysiek plan te tonen met de hoognodige informatie omtrent de verschillende visies om zo na verloop van tijd te komen tot de langverwachte groei en bloei van ons geliefd Suriname. De reden die de voorzitters van de deelnemende partijen aangeven om hun regeringsplan niet te openbaren, is omdat ze bang zijn dat de inhoud gestolen wordt. Dat is voor mij gewoon één grote smoes. Een land regeren gaat gepaard met heel veel verantwoordelijkheid en vertrouwen die de kiezers verlenen aan de winnende partijen. Dit vertrouwen van de samenleving is de afgelopen 50 jaar tijdens verschillende regeringsperiodes beschaamd. En dat komt, omdat de partijen elke keer hele mooie verkooppraatjes wisten te bedenken, maar niks stond er ooit zwart-op-wit in het openbaar na te lezen. Hierdoor is het nooit mogelijk geweest om van tevoren al enigszins te kunnen inschatten of de juiste keuze is gemaakt. Achteraf gezien wisten deze winnende partijen iedere keer de bevolking weer zodanig in te palmen dat die massaal op hen stemt. En telkens moet de samenleving het weer ontgelden. Het zijn altijd de gewone burgers die het moeten ontberen op de meest cruciale vlakken, omdat er weer eens geregeerd is op basis van voornamelijk family and friends. Ik kan stellig aannemen dat er nooit een regeringsplan is opgemaakt, want bij mij gaat het er niet in dat daarin zwart-op-wit staat aangegeven dat de familie en vrienden boven de samenleving staan. Veel blunders door de jaren heen konden voorkomen worden als er volgens een vooraf goed in elkaar stekend plan werd gewerkt. Ouders sturen hun kind naar school om degelijk onderwijs te genieten. Een school is daartoe alleen in staat als er bevoegde leerkrachten/docenten de dagelijkse lessen verzorgen. Deze lessen komen voort uit leerplannen die door het personeel halverwege elk schooljaar herzien en compleet ingeleverd dienen te worden bij de leiding van de school. Zoals deze leerplannen een verplichting zijn vanuit de inspectie voor elke school, omdat onderwijs geven een zeer verantwoordelijke taak is, vind ik dat het een prioriteit moet zijn voor politieke partijen om lang voor de verkiezingen hun regeringsplan openbaar te maken. De potentiële politici krijgen nota bene de enorme verantwoordelijke taak op zich om de verloederde maatschappij van ons land weer gezond te maken. Dan mág en móét het niet meer zo zijn dat de politieke partijen van de Surinamers verwachten dat ze in al die geweldige praatjes, die ze weliswaar heel overtuigd brengen, zonder meer moeten geloven. Het roer moet écht om! Feitelijk bekeken, zijn de leden van de regering en aanverwante posten in dienst van de samenleving, want ze ontvangen hun salaris uit de belastingcenten die de hardwerkende burgers opbrengen. En dan is het de hoogste tijd dat de regering ook alles op alles zet om ervoor te zorgen dat alle Surinamers tevreden zijn en kunnen zeggen dat ze een goed leven hebben. Dat doel kunnen we alleen bereiken met een daadkrachtige regering die bestaat uit technocraten met het hart op de juiste plaats en die te werk gaan vanuit een vooraf opgesteld plan dat fysiek en openbaar in te zien is. Ik roep bij deze alle politieke partijen op gehoor te geven aan het bovenstaande, want het is na 50 jaar de allerhoogste tijd om het volk serieus te nemen. Surinamers, kom voor eens en voor altijd op voor je eigen waarde en trots in de aanloop naar de verkiezingen. Stem op die partijen die naast het vele praten ook fysiek een uitgebreid plan kunnen tonen waarmee ze ons overtuigen het daadwerkelijk te menen met land en volk. Francis Renfurm Read the full article
0 notes
Text
Welke regionale en lokale aanpassingen kunnen blijvend zijn na de COVID-19 crisis?
Foto: Orthodoxe kathedraal Lviv (Oekraïne)
De COVID-19-pandemie is nog volop aan gang. Virologen kondigen al een tweede golf aan en zijn ervan overtuigd dat we nog een heel jaar met het virus zullen moeten leren leven, alvorens er een vaccin beschikbaar zal zijn ten vroegste in het midden van 2021. We hopen dat sommige delen van de wereld, zoals Afrika, zoveel mogelijk van het virus zal gespaard blijven, gezien de situatie van de plaatselijke gezondheidscentra die een dergelijke pandemie niet aankan. China, waar alles begonnen is, zet zich schrap voor een tweede golf van besmettingen; zo doet ook Zuid-Korea. In Europa versoepelen vele landen geleidelijk aan de quarantaine maar met zeer kleine stapjes en soms met een terugval. Deze déconfinement aanpak gebeurt meer en meer per regio en betrekt regionale administraties bij de handhaving maar ook bij de ontsluiting. De verspreiding van werelddeel naar werelddeel is minder aan de orde gezien de meeste vliegtuigen aan de grond staan en er dus niet meer massaal wordt gereisd tussen continenten.
Maar, hoewel we in Europa, en weldra misschien in Noord-Amerika terugkeren naar een normaler leven, zullen er bepaalde attitudes en gebruiken moeten ontstaan die gericht zijn op het beducht zijn voor een nieuwe uitbraak van het virus. Anderzijds merken we ook dat bepaalde nieuwe attitudes misschien voordelig zijn voor de bevolking en blijvend kunnen worden geïntroduceerd in onze samenleving. We zijn hierbij de cynische uitspraak van Winston Churchill indachtig: “Never let a good crisis go to waste”[1]. In dit artikel geven we een overzicht van de wijzigingen die we hebben vastgesteld en waarvan het misschien wenselijk is dat ze bestendigd worden. We behandelen daarbij volgende maatschappelijke aspecten: economie &management, openbaar bestuur & openbare financiën, gezondheidszorg, maatschappij en meningsuiting & media.
1. Economie & management
De schade voor de economie als gevolg van de lockdown van twee maanden is bijzonder ernstig. Het aantal werklozen steeg in vele delen van de wereld tot ongeziene hoogten. In Europa, met zijn goed uitgewerkte sociale zekerheid, konden velen terugvallen op een systeem van tijdelijke werkloosheid, waarbij de overheid een deel van loonlast overneemt. In de VS, waar dit niet bestaat, werden werknemers massaal ontslagen (22 miljoen) en vielen terug op aalmoezen en voedselbonnen. Een loonbeschermingsprogramma werd door het Congres in maart 2020 in het leven geroepen om stilliggende KMOs te ondersteunen die hun werknemers in dienst houden,[2] maar het is overbevraagd. Het lobby van de grootindustrie, die zijn arbeiders voor de crisis niet respecteerde, is in de VS echter zo machtig, dat het risico van “business as usual” er nadien erg groot is. Het feit dat de vleesverwerkende nijverheid die louter met latino’s en illegalen werkt, zichzelf heeft laten uitroepen tot een noodzakelijke industrie, is een eerste teken voor wat zal volgen.[3]
Er zijn echter winnaars en verliezers in het economisch strijdperk. De 5 grootste aandelen uit de Standard & Poors 500 (Microsoft, Apple, Amazon.com Inc, Alphabet & Facebook) hebben thans een even groot gewicht dat de 350 laagst gequoteerde in diezelfde overzichtstabel. Zij zijn de absolute winnaars. Ook de pharma- , de agro-industrie en de food distributiesector hebben poen geschept. De verliezers situeren zich in de diensten sector. In de VS, maar ook in Europa zullen duizenden bars, restaurants & cafés, massagesalons, evenement- en concertorganisatoren, reinigingsfirma’s, voetbalclubs etc zullen het de volgende maanden hard te verduren hebben. Als zij al naar adem hapten voor de pandemie, worden zij vogels voor de kat.
Maar aan de andere kant zijn er minder in het zicht lopende winnaars: kleine landbouwbedrijven die hun producten niet meer aan de grootdistributie aanboden maar zelf een hoevewinkel of een hoevewebsite ontwikkelden[4], plukken u de vruchten van hun inspanning. Kleine zelfstandigen, zelfs boekenwinkels, die met veel inzet, hun klanten met een afstand zijn blijven bedienen, worden thans in de armen gesloten. Kleinschaligheid en kwaliteit wordt terug geapprecieerd, weliswaar door een beperkte groep, maar die voldoende groot is om winst te maken. Steden en regio’s maken zich op om deze trend te ondersteunen want de nabijgelegen kleinschalige producent garandeert toelevering aan steden. De Brusselse Minister van Leefmilieu Alain Maron besliste recent een steunmechanisme op te zetten voor de stadslandbouw sector: ‘De covid-19-crisis heeft de veerkracht van korte ketens aangetoond. Dit is precies het model dat we in het Brussels Gewest willen ontwikkelen, een voedselsysteem dat de mens, zijn gezondheid en het milieu respecteert. Ik zal dan ook de nodige aandacht blijven besteden aan deze sector die één van de belangrijkste zal zijn voor het economische herstel aan het einde van deze crisis.’[5]
Een tweede fenomeen is dat van de reshoring of herindustrialisering. China, “de fabriek van de wereld”, ligt aan de basis van de pandemie, mede door de eigenaardige eetgewoonten van de bevolking, die -door virussen besmette- wilde dieren op markten in stadscentra levend koopt en ter plaatse laat slachten om te consumeren.[6] De epidemie van COVID-19 is in een van de Chinese megasteden ontstaan en verplichtte de overheid van een drastische lockdown te organiseren, waardoor de industriële productie stilviel. Vermits China echter instaat voor het grootste deel van de productie van basismaterialen voor pharma, auto’s, medisch materiaal etc., viel ook de export stil en de toelevering aan alle andere fabrieken in de wereld, aan de hospitalen, aan labo’s, etc.[7] Voor de gevolgen van deze doorgeslagen globalisering waarbij één land de sleutels voor de productie in de hele wereld in handen heeft, was reeds geruime tijd gewaarschuwd. Maar overheden in de Westerse wereld voelden zich machteloos tegen de multinationals die de economie beheersten. Van de ene dag op de andere stonden overheden plots veel sterker en begonnen ze initiatieven te nemen om kleinere bedrijven uit te nodigen de ontbrekende voorraden lokaal te produceren. De – al dan niet chirurgische- mondmaskers en de ontsmettingsgels waren de voortrekkers. Basisingrediënten voor farmaceutische producten volgden. Japan en de EU speelden een voortrekkersrol om multinationals ertoe aan te zetten hun productie te diversifiëren naar andere landen en liefst dichter bij de finale –Westerse of Japanse- afzetmarkt. Over ‘strategische’ producten zullen afspraken worden gemaakt met overheden. In de EU is het de Europese commissie die hierin een voortrekkersrol op zich neemt. Want men gaat er in rest van de wereld van uit dat eetgewoonten van anderhalf miljard mensen niet zomaar veranderd zullen worden en dat het risico van nieuwe pandemieën die in China ontstaan niet uitgesloten is.[8]
Op managementsvlak is er een grote doorbraak geweest, die duidelijk een blijvend karakter zal hebben: het telewerken en het afstand vergaderen. Vele bedrijfsleiders hadden onvoldoende vertrouwen in hun personeel om telewerken grootschalig door te voeren. De gedwongen invoering ervan bij gezinnen waarbij de ouders door de quarantaine thuis moesten blijven, werken en tevens op hun kinderen dienden te passen, is verhelderend geweest. Daardoor zijn apps zoals Skype, Zoom, Webex Meet, Microsoft Teams etc gretig in gebruik genomen, waardoor deze in een snel tempo zich hebben kunnen aanpassen aan nieuwe omstandigheden. Zoom heeft dat hardhandig moeten ondervinden door nietsontziende hackers die de vergaderingen binnendringen en vergaderaars met grove beledigingen, porno en zelfs kinderporno overstelpten, waardoor Afrikaanse landen het gebruik van de app zijn gaan verbieden. [9]
2. Openbaar bestuur & openbare financiën
In Europa was het bij de corona-uitbraak in een eerste periode “Ieder voor zich”. Dit had te maken met het feit dat gezondheidszorg door het Verdrag van Maastricht specifiek als “nationale materie” was vastgelegd, waarbij Europa zelfs geen advies- of ondersteuningsbevoegdheid had. Zoals de jongste twintig jaar steeds vaker gebeurt, zijn politici in zwaar geteisterde landen zoals Italië en Spanje hun bevolking dan gaan wijsmaken dat de EU hen niet had ondersteund en dat er niets van de EU te verwachten viel. Maar het “Ieder voor zich” principe bracht ook mee dat grenzen werden gesloten voor personenvervoer, maar ook voor vrachtverkeer, dat bedrijven belet werden nog strategische producten, zoals mondmaskers, te exporteren. Erger nog: alle EU landen begonnen hun manier van zieken en overlijdens tellingen op een andere manier te doen en dan meewarig op andere Europese landen neerkeken die het “toch niet zo goed als zij deden.”
Het heeft een maand geduurd en vele overlijdens later, vooraleer nationale regeringen begonnen in te zien dat een supranationaal niveau zoals de EU veel meer soft power heeft in de wereld dan elk EU afzonderlijk, zelfs al is het Frankrijk of Duitsland; en dat Europa is reeds te zeer versmolten om terug grensbarrières door te voeren. Intern vrachtverkeer werd per onmiddellijke ingang hersteld en landen konden verkoop van strategische goederen aan andere landen binnen de EU niet blokkeren. [10] Kwaliteitskranten uit zeven lidstaten, waaronder Berliner Morgenpost , Le Soir, Gazeta Wyborcza en Ouest-France deden een oproep om de verworvenheden van Europa niet overboord te gooien, maar ze in tegendeel te versterken in de coronacrisis. [11] Tegenwoordig wordt het EU-grensbeleid gecoördineerd, stroomt medische apparatuur binnen de interne markt en worden patiënten van het ene land naar het andere overgevlogen om intensieve zorg te krijgen. Bovendien beginnen Europeanen binnen de unie te doen wat China niet kan: elkaar te helpen navigeren door de ernstige sociaaleconomische gevolgen van deze historische crisis. In landen die minder zwaar getroffen werden zoals Duitsland en de Scandinavische landen beseft men dat een houding van “Ieder voor zich” en verwijten dat de zwaarder getroffen landen krekels zijn geweest en zijzelf mieren, een foute houding is omdat de eigen economieën ook afhangen van de export naar de rest van Europa. [12]
Een tweede belangrijke conclusie die kan gemaakt worden, is dat beslissingen op nationaal niveau nemen voor het volledige territorium om het gelijkheidsprincipe te respecteren niet van opperste efficiëntie getuigt en bepaalde regio’s zelfs discrimineert. Men dient te veelomvattende beslissingen te nemen met te weinig mensen zonder kennis van het plaatselijke kader. Men kiest daardoor te vaak voor grootschaligheid daar waar gemultipliceerde kleinschaligheid tot veel betere en minder maatschappelijk omwentelende resultaten leidt. Regionale en lokale autoriteiten kennen ook hun middenveld en hun bedrijven. Zij hebben geregelde contacten en kennen de mensen met het hart op de juiste plaats alsook de profiteurs. Ze zullen deze laatste links laten liggen. De nationale overheid laat zich vaak door deze laatsten in de luren leggen.
In Rusland heeft president Poetin het principe om het beslissingsniveau op het niveau van de gouverneurs doorgevoerd uit angst om zelf voor foutieve beslissingen veroordeeld te worden. Zijn gouverneurs zijn echter apparatsjiks die juist gekozen zijn omwille van hun kleurloosheid en gezagsgetrouwheid. In Duitsland worden de beslissingen voor volksgezondheid door de deelstaten genomen. Dit heeft meegebracht dat deze snel afdoende beslissingen voor hun regio hebben kunnen nemen, gebruikmakend van de infrastructuur en de controlelabo’s die te hunner beschikking stonden. Dit heeft zijn vruchten afgeworpen. In België was het gezondheidsbeleid te versnipperd tussen deelstaten en federale staat, waardoor het initiatief bij de federale staat is gelegd, die inderdaad de fouten van de hierboven beschreven grootschaligheid heeft gemaakt. Zo werden testen in het begin geconcentreerd in 1 hospitaal voor het hele land en zijn de bestellingen voor mondmaskers grootschalig geplaatst vanuit 1 openbare aanbesteding aan een bedrijf dat geen controle had op de Chinese leverancier, waardoor 3 miljoen maskers werden geleverd die niet aan de gevraagde kwaliteitsnormen beantwoordden.
Nationale overheden hebben echter snel bijgeleerd. Tijdens de deconfinement werden de regels in Spanje en in Frankrijk per regio vastgelegd en werd de doorvoering ervan en controle eveneens gedecentraliseerd. Het gelijkheidsbeginsel moest losgelaten worden , maar de efficiëntie voor de bevolking is er des te meer op vooruitgegaan.
Staten verhogen hun schulden zeer drastisch waarbij economen denken dat een hele generatie zal nodig zijn om terug tot normaal te komen. Economen hebben ook uitgedokterd dat regeringen de coronacrisis kunnen bestrijden zonder dat dit tot extra besparingen moet leiden. De schulden die ze daarvoor maken, zullen door de jaren heen geleidelijk verwateren en uiteindelijk verdwijnen. De halveringstermijn van de overheidsschuld door de verwatering zal echter nog steeds 30 tot 35 jaar in beslag nemen, en dit zal heus niet de laatste economische crisis zijn die de overheid moet opvangen. Het is bovendien cruciaal om te benadrukken dat het verwateringsprincipe alleen van toepassing is voor een schuldstijging door eenmalige (tijdelijke) overheidsuitgaven, en dus niet door loonsverhogingen.[13]
De Europese Commissie zal naar verwachting binnenkort voorstellen indienen over een COVID-19 herstelfonds, maar er is al grote verdeeldheid over bijvoorbeeld de vraag of landen leningen of subsidies moeten krijgen.[14] De Commissie stelt ook een noodplan op om te voorkomen dat landbouwers, bedrijven en organisaties die op EU-middelen rekenen, met een onderbreking geconfronteerd worden wanneer de goedkeuring van de langetermijnbegroting vertraging oploopt.
De Europese Centrale Bank heeft zelf ook belangrijke inspanningen geleverd om landen en bedrijven de mogelijkheid te bieden hun economieën te ondersteunen. Dit heeft, opnieuw, tot controverses geleid. Zo heeft het Duitse Grondwettelijke Hof de beslissingen van de Europese Centrale Bank overruled. Maar uit het gekibbel binnen Europa komen meestal toch resultaten, want er is geen enkel land die er maar over denkt uit de EU te stappen na de afstotelijke wijze waarop de Brexit reeds drie jaar alle verdere inspanningen heeft gehinderd. Maar iemand zal dit wel moeten betalen. Grote fortuinen staan meer en meer onder druk om bij te dragen tot belastingen en deze niet meer te ontlopen. In vele Europese landen wordt met veel aandacht naar de doelgroep van multinationals en grote vermogens gekeken die tot nog toe slechts minimaal hebben bijgedragen tot de openbare financiën. Het uitgangspunt is hierbij dat in het verleden de winsten steeds naar het individu gingen en de verliezen dienden te worden gedragen door de samenleving.
3. Gezondheidszorg
Van sector waarin de jongste jaren driftig werd bespaard, vooral door neoliberale en populistische regeringen, is gezondheidszorg plots een thema geworden waaraan niet meer mag geraakt worden, meer nog waarin opnieuw meer moet worden geïnvesteerd met belastinggeld. Er is een discussie ontstaan over grootschaligheid en kleinschaligheid.
Elke Brit zweert bij de NHS, de Nationale Health Service. En hoewel er in tempore non suspecto heel veel kritiek was op dit systeem dat traag was waardoor mensen vaak stierven vooraleer behandeld te kunnen worden, blijkt het robuust wanneer het aankomt op het behandelen van een pandemie. Vooral omdat er slechts 1 line of command is, die dan nog een rechtstreeks oor van een minister heeft die snel budgetten kan vrijmaken. In de VS met zijn publieke en privé hospitalen, met honderden verschillende eigenaars, die niet georganiseerd zijn, is die line of command diffuus en een struikelsteen voor een snelle aanpak van een pandemie. Heel duidelijk is daarbij het gebrek aan empathie gebleken bij de meeste instellingen die vanuit commercieel oogpunt gerund worden. Daar staat de eigenaar en niet de klant/patiënt centraal. Overleg met deze instellingen gebeurt ook veel moeizamer omdat de eigenaars vaak in andere staten en zelfs in het buitenland zetelen.
En heel ander uitgangspunt geldt voor non-profit organisaties die vanuit religieuze of maatschappelijke betrokkenheid een netwerk van zorginstellingen hebben uitgebouwd. Hoewel daar ook kostenbewustzijn een hoofdfocus vormt, is de toegevoegde waarde voor de klant in de missie en in het DNA van de instellingen vervat. Deze netwerken dienen systematische partners van de autoriteiten te zijn zowel op nationaal als ook regionaal niveau. Daarbij mogen partijideologieën die religie verafschuwen, niet meespelen.
Het principe dat Duitsland en Zwitserland ervoor heeft gekozen het beheer van de gezondheidszorg op het niveau van de deelstaten of cantons te leggen, is ingegeven door het besef dat kleinschaligheid leidt tot inspelen op lokale noden, stimuleren van menselijke inzet en zoeken naar oplossingen met lokale partners uit middenveld en bedrijfsleven. Grootschaligheid anderzijds leidt tot uniformiteit in beleid en tot een kostenbeheersend aankoopbeleid. Frankrijk, Italië en België worstelen met deze twee principes. Zij hebben academische ziekenhuizen die nationaal gefinancierd worden, publieke ziekenhuizen en rusthuizen, die lokaal gefinancierd worden, maar ook sterke religieuze ordes die, hoewel zij niet meer over veel religieuzen beschikken, toch gerund worden vanuit de geest en missie van de orde. Deze zijn overkoepelend door de orde bestuurd volgens het principe van beheer van de goede huisvader.
Wij spreken ons hierbij niet uit over de meest optimale vorm, hoewel we te allen tijde voorstander van een aanpak dicht bij de patiënt zijn. We beseffen echter ook dat bepaalde behandelingen zo kostenopslorpend zijn, dat ze slechts nationaal en zelfs niet regionaal kunnen worden georganiseerd. Maar we hameren erop dat alle betrokkenen zich organiseren zodanig dat zij mee in overleg kunnen gaan met de overheid opdat de inspanningen ten goede kunnen komen van de patiënten en de bevolking.
4. Mobiliteit
We voelen in deze periode een conflict tussen de principes van ecologie en gezondheid. De principes van ecologie gaan uit van een samenleving met minder fijn stof. Dit fijn stof wordt in eerste instantie uitgestoten door wagens die zich voortbewegen door fossiele brandstof. Er wordt dus reeds jaren gepleit zowel in Europa als in de megasteden in de VS, China en India om een efficiënt openbaar vervoer te organiseren zodat transport met individuele wagens kan vermeden worden. Het is vooral in stedelijke gebieden waar zich veel kantoorgebouwen bevinden, waarnaar mensen zich ’s ochtends begeven en ’s avonds terug uit vertrekken dat de densiteit van fijn stof een gezondheidsprobleem vormen. Het openbaar vervoer, bij voorkeur met hernieuwbare energie, werd daarvoor aangeprezen en uitgebouwd. Het mooiste voorbeeld is de stad Los Angeles, waar tot in de jaren 90 van de vorige eeuw geen openbaar vervoer was, en waar nu in snelvaart tempo metro en tramlijnen worden geïnstalleerd die de stad doorkruisen en het polluerende privévervoer trachten uit te schakelen.
Corona stelt dit allemaal terug on vraag. De Britse premier Boris Johnson deed in zijn TV-toespraak van 11-5-2020 de verrassende uitspraak: “Vermijd openbaar vervoer waar het enigszins kan”. Want inderdaad, dit kan niet georganiseerd worden volgens de regels van social distancing. Bovendien is de ventilatie er vaak kunstmatig waardoor verspreiding van een virus er aan ijltempo zich kan doorzetten. Wagens krijgen dus de voorkeur op openbaar vervoer dat minder snel kan gedesinfecteerd worden. Dit heeft natuurlijk nare gevolgen voor de mobiliteit en riskeert binnen de kortste keren verkeersinfarcten te doen ontstaan.
Wanneer we dan toch ecologie met gezondheid dienen te verzoenen -en het is essentieel dat we de Green Deal doelstellingen handhaven- dient het wagenpark versneld fossielvrij te worden en dient er een versneld verbod te komen op wagens met niet-duurzame energie. Er wordt ook door veel stedenbouwkundigen en architecten gepleit voor het promoten van de fiets, ook en vooral in het stadscentrum. Waarbij de capaciteit van veilige fiets- en wandelpaden dient te worden opgedreven, missing links weggewerkt en de fietssnelwegen worden uitgebreid met veilige, afgescheiden fietsnetwerken binnen woonwijken. Overstapplaatsen aan de rand van de stad zijn nodig om het verkeer van buiten de directe periferie op te vangen.[15]
Een tweede pijnpunt is het transport via vliegtuig en de plezierreis via cruiseschip. Vervoersmiddelen met natuurlijke ventilatiesystemen die snel en efficiënt kunnen gedesinfecteerd worden krijgen een publieke voorkeur op transportmiddelen die ventileren met geperste lucht en die snel, zonder veel onderhoud of desinfectie tijdens landingsperiodes, terug moeten kunnen vertrekken met nieuwe reizigers aan boord, die nauwelijks gecontroleerd zijn op ziekteverschijnselen. Japans onderzoek heeft uitgewezen dat in dergelijke omstandigheden waarin mensen gedurende geruime tijd dezelfde ruimte delen en dicht op elkaar gepakt samenleven voor verscheidene uren, virussen zich razendsnel kunnen verspreiden. Het is dus duidelijk dat investeringen in hoge-snelheidstreinen en –lijnen en in elektrische of met waterstof aangedreven reisbussen in de toekomst de voorkeur zullen krijgen op reizen op cruiseschepen of in vliegtuigen. En dat reizigers zich ook kort voordien voor kiemvrij zullen dienen te laten verklaren alvorens aan boord te worden gelaten.
5. Maatschappij
Allereerst een belangrijke vaststelling. De wijze waarop burgers betrokken zijn bij de aanpak van de COVID-19 crisis verschilt van streek tot streek. Toch stellen we over het algemeen vast dat het georganiseerde middenveld een belangrijke rol kan spelen, vaak met vrijwilligers en met knowhow. De boeiende verhalen van start-ups die hun 3-D printers hebben ingezet om tussenstukken te printen voor geïmproviseerde beademingstoestellen, [16]van hospitalen waarvan de druk niet te hoog lag die verpleegsters gingen delegeren naar zwaar geteisterde rusthuizen, van burgers die zich hebben ingezet voor voedselaanmaak en –bedeling voor minder fortuinlijk medeburgers, tonen een belangrijke weerbaarheid van de burger aan. Vaak zijn het lokale mandatarissen geweest die vraag en aanbod bij elkaar hebben gebracht. Er moeten dan ook naar regionale en lokale mogelijkheden zijn om deze bereidwillige en kundige burgers bij beleid en bestuur te betrekken op een structurele manier.[17] Zij mogen niet beschouwd worden als pottenkijkers, zij moeten aangemoedigd worden om positief mee te denken over beleidsvraagstukken. In een wereld waar vele partijen polarisering als strijdwapen hanteren zal dit natuurlijk niet eenvoudig zijn.
Een tweede vaststelling is dat massamanifestaties niet meer kunnen plaatsvinden. Voetbalwedstrijden in stadia van 70.000 zitjes, festivals met 40.000 jongeren op een weide, wielerwedstrijden met 30.000 toeschouwers langs de weg, zullen nog geruime tijd te mijden zijn. Sport wordt terug een gezondheidsproduct en niet meer een massaproduct om onwezenlijk veel geld mee te verdienen. (Populaire) Cultuur wordt terug een ontspanningsproduct en niet meer een kuddegeestproduct om massa’s geld mee te verdienen. Is dit erg? Ja, voor al de mensen die er een normaal loon voor opstrijken. En dat zijn er duizenden. Dit bewijst nogmaals dat de Westerse economie te hard is doorgeslagen naar de dienstensector. We pleiten dan ook voor meer maakindustrie, voor meer industrie die gericht is op het hergebruiken van bestaande materialen en voor minder bullshit jobs.[18] Dit zal noodzakelijk gepaard gaan met meer automatisering en aanwending van artificiële intelligentie. Als maatschappij moeten we waakzaam zijn bij die evolutie, maar niet het kind met het badwater weggieten.
6. Meningsuiting & media
De rol van sociale media is nog meer in vraag te stellen dan voorheen. FB & Google hebben gefaald in hun opzet om fake news een halt toe te roepen. De EU heeft een bijzonder organisme opgericht om fake news in verband met de Coronacrisis te melden en te bestrijden. De hallucinante verhalen van EUvsDISINFO [19] zijn een bewijs dat sociale media meer en meer misbruikt worden door landen, verenigingen en criminelen met kwade bedoelingen en dat de initiatiefnemers tegen dit soort desinformatie niet opgewassen zijn. Zij zijn te groot geworden en dienen dus opgesplitst. Europa dient een eigen FB en Google te ontwikkelen die meer rekening houdt met de privacy en meer fake news vanuit Rusland en China afblokken.
De pers heeft in de hele COVID-19 crisis een erg dubbelzinnige rol gespeeld. Ze gaan enerzijds de berichtgeving van de overheid verspreiden maar gaan die ook onmiddellijk onderuithalen door allerlei figuren op te voeren die er afwijkende meningen op na houden. In tijden van onheil, zoals oorlog of epidemie, zou er een eensgezind gedrag zou moeten ontstaan om een gezamenlijke vijand de baas te kunnen. Deze ingewortelde houding van de pers als dusdanig –ook de publieke omroepen- om persé scoops te halen, dient dan ook als laakbaar te worden bestempeld.
Tot slot wil ik mijn opinie nog geven over de toenemende cybercriminaliteit. Vergaderinstrumenten en technische middelen zoals contact detecting via telefoon saboteren is een gedrag waarmee veel te laks wordt omgesprongen. Mensen die zoiets doen, dienen snel en lang uit de maatschappij te worden verwijderd want zij zijn door en door slecht. Als een burger in een Westers land tot 5 mails per dag krijgt van verschillende bronnen, die er enkel op gericht zijn om zijn computerbestanden uit te wissen of om zijn bankrekeningnummers of paswoorden in handen te krijgen en hem dan letterlijk zijn geld afhandig te maken, dan is dit een plaag, die veel steviger dient bestreden te worden dan de zoektocht naar Al-Qaeda of ISIS. Dan gaat dit veel meer op de zenuwen werken van individuen die willen werken en hun leven leiden, dan de aanwezigheid in het straatbeeld van Syriërs die hun in puin geschoten land hebben ontvlucht en terug proberen een leven op te bouwen. Maar deze onbekende vijand is niet sexy en biedt dus geen mogelijkheid om partijen tegen elkaar op te zetten. Daarom wordt hij dan ook maar doodgezwegen of met een schouderophalen te worden afgedaan.
Louis Delcart, lid raad van bestuur European Academy of the Regions, www.ear-aer.eu
[1] Blijkbaar heeft hij dat nooit gezegd, maar het werd een van de vele citaten die aan Churchill werden toegeschreven. Er bestaat echter een rapport "Never waste a good crisis". Het rapport riep de industrie op om de Grote Recessie te gebruiken als een kans om de prestaties te veranderen. https://en.wikipedia.org/wiki/Never_Waste_a_Good_Crisis, retrieved 14-05-2020
[2] Bas den Hond, Werkloosheid VS maakt enorme sprong, steunprogramma’s raken overbelast,( US unemployment is booming, support programs are overloaded) in Trouw, 5-05-2020, https://www.trouw.nl/buitenland/werkloosheid-vs-maakt-enorme-sprong-steunprogramma-s-raken-overbelast~b57df230/?referer=https%3A%2F%2Fwww.google.be%2F, retrieved 12-05-2020
[3] Daniel Arkin, Tyson Foods chairman warns 'the food supply chain is breaking', in NBCNews, April 27, 2020, https://www.nbcnews.com/news/us-news/tyson-foods-chairman-warns-food-supply-chain-breaking-n1193256 Retrieved 28-4-2020
[4] Ine Renson, Plots komt de lokale boer weer in beeld,( Suddenly the local farmer comes back into the picture) in De Standaard, 2 mei 2020
[5] Amaury Michaux, Stadslandbouw is belangrijk voor economisch herstel (Urban agriculture is important for economic recovery), in De Standaard, 11 mei 2020 https://www.standaard.be/cnt/dmf20200510_04953363 Retrieved 11-05-2020
[6] MARWAAN MACAN-MARKAR, Coronavirus an unlikely gift in Thailand's fight to save wildlife, China's Xi bans illicit trade as epidemic's link to smuggling becomes clear, Nikkei Asian Review, February 29, 2020, https://asia.nikkei.com/Spotlight/Coronavirus/Coronavirus-an-unlikely-gift-in-Thailand-s-fight-to-save-wildlife, retrieved 3-03-2020
[7] Robert Boute, Coronavirus legt de zwakheden bloot van de wereldwijde verstrengeling van bedrijven, (Coronavirus exposes the weaknesses of the global entanglement of companies), in VRTNews, 29 feb, https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2020/02/28/coronavirus-legt-de-zwakheden-bloot-van-de-wereldwijde-verstreng/ retrieved 29-04-2020
[8] KATSUJI NAKAZAWA, Xi fears Japan-led manufacturing exodus from China, The year of the metal rat returns every 60 years -- and brings calamity with it, in Nikkei Asian Review, April 16, 202, https://asia.nikkei.com/Editor-s-Picks/China-up-close/Xi-fears-Japan-led-manufacturing-exodus-from-China retrieved 17-04-2020
[9] Hugues Mugemana, Rwanda warns against the use of Zoom over security concerns, in The New Times, April 10, 2020, https://www.newtimes.co.rw/technology/rwanda-warns-against-use-zoom-over-security-concerns, retrieved 11-4-2020 - Edwin Ashimwe, Rwanda: Zoom Clears the Air Over Security and Safety Issues, in The New Times, 4 April 2020, https://allafrica.com/stories/202004040152.html, retrieved 13-05-2020
[10] Nathalie Tocci, How coronavirus will upturn the global order, As the epidemic heightens tensions between Beijing and Washington, it’s up to Europe to step into the breach, in Politico 9-4-2020, https://www.politico.eu/article/coronavirus-upturns-global-order-china-united-states/ retrieved 13-05-2020
[11] Es ist Zeit für einen gemeinsamen Weckruf für Europa, Ein Appell europäischer Medien an die Regierungschefs, (It is time for a common wake-up call for Europe. An appeal by European media to the heads of government) in Berliner Morgenpost, 7-04-2020, https://www.e-pages.dk/bmberlinermorgenpost/540/article/1116302/1/1/render/?token=a2926138d4d53f0b266afa6a7ca41111 retrieved 09-04-2020
[12] Jens Südekum, Gabriel Felbermayr, Michael Hüther, Moritz Schularick, Christoph Trebesch, Peter Bofinger, Sebastan Dullien, Europa muss jetzt finanziell zusammenstehen,(Europe must now stand together financially) in Frankfurter Allgemeine Zeitung, 21-03-2020, https://zeitung.faz.net/faz/wirtschaft/2020-03-21/europa-muss-jetzt-finanziell-zusammenstehen/439713.html?GEPC=s5 retrieved 23-03-2020
[13] Gert Peersman, Alleen de coronaschulden verdwijnen vanzelf (Only the corona debt disappears after a while) in De Standaard 12-05-2020
[14] https://www.politico.eu/wp-content/uploads/2020/05/recovery-fundFRnonpaper_copy.pdf retrieved 14-05-2020
[15] Annekatrien Verdickt, Gideon Boie & Jens Aerts, Naar de exit zonder auto, (Towards the exit without car), in De Standaard 12 mei 2020
[16] Ine Roox, Het verdriet van Italië, eenzaam in Europa,( The sorrow of Italy, lonely in Europe) in De Standaard, 18-04-2020
[17] Sven Tuytens: Brusselse is drijvende kracht achter burgerinitiatief in Spaans dorpje: "Geweldig om te zien hoe groot solidariteit is" (Brussels lady is driving force behind citizens' initiative in Spanish village: "Great to see how great solidarity is") – in VRTNews, 18 apr 2020 https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2020/04/17/sven-tuytens-brusselse-in-madrid/ retrieved 30-4-2020
[18] Louis Delcart, RE-INDUSTRIALIZATION: EUROPEAN REGIONS HAVE A LOT OF BENEFITS, in: blog Principles of regional approach, 4-07-2019 https://lodelcar.tumblr.com/post/186112943925/re-industrialization-european-regions-have-a-lot retrieved 14-05-2020
[19] https://euvsdisinfo.eu/ retrieved on 28-3-2020
1 note
·
View note
Photo
Bent u tevreden over de dienst bevolking?
Jef Van Damme lanceert online enquête over gemeentediensten
Deze legislatuur werd het nieuw gebouw van de dienst bevolking van Molenbeek in gebruik genomen: een licht en energiezuinig gebouw. De plannen voor dat gebouw komen van Jef Van Damme, toenmalig schepen in Molenbeek. Hoe verloopt de dienstverlening vandaag?
Jef Van Damme, Brussels parlementslid voor sp.a: ‘Ik ging eens kijken en merkte dat het gebouw goed bereikbaar is en dat het veel mensen kan ontvangen. En het zette me meteen aan het denken: hoe gaat het er in andere Brusselse gemeenten aan toe?’
Steekproef
Jef: ‘Om dat te weten te komen, deed ik een steekproef. Ik ging met vrijwilligers op pad door de 19 gemeenten in Brussel. Per gemeente legde ik aan 30 mensen een vragenlijst voor. De resultaten zijn positief: over het algemeen zijn de inwoners tevreden. Het minst tevreden zijn ze over de openingsuren en de prijs van de documenten die ze aanvragen.’
Andere voorlopige vaststelling: geen opvallend verschil tussen grote en kleine gemeenten. Ook de verschillen tussen de zogenaamde arme en rijke gemeenten, dus de gemeenten in het noorden en het zuiden van het gewest waren niet erg groot.
Jef: ‘Uiteraard kunnen we nog geen definitieve conclusies trekken. Daarvoor is het aantal ondervraagden te klein. Om de resultaten te ontkrachten of te bevestigen, moeten meer mensen de enquête invullen. Daarom lanceer ik ook een online enquête over uw dienst bevolking. Kunt u in uw moedertaal terecht? Wordt u snel geholpen? Ik wil graag uw mening kennen.’
De enquête is de opvolger van de enquête metr-o-net. Daar stelde Jef Van Damme aan metrogebruikers vragen over de netheid in de Brusselse metro.
De huidige enquête focust op de dienst bevolking van de 19 gemeenten in Brussel, met vragen over de bereikbaarheid, de prijs van de documenten, het algemeen comfort, de wachttijden en de ontvangst in het gemeentehuis. Beschikbaar in de twee landstalen, U kunt op de site ook de voorlopige resultaten nalezen.
www.bxl19.be
Vul online de enquête in over de dienst bevolking van uw gemeente. Met vragen over de bereikbaarheid, de prijs van de documenten, het algemeen comfort, de wachttijden...
Foto: ©Christophe De Grom
0 notes
Text
Republiek van Suid-Afrika
Joewel hy nog as 'n ontwikkelende land' beskryf word, is die Republiek van Suid-Afrika die mees geindustriali- seerde land van Afrika. Die land lewer 'n kwart van die vasteland se produk, 40 persent van sy nywerheidsproduksie, 45 persent van sy mineraalproduksie, twee derdes van sy staal- en elektrisiteits- produksie en, in gunstige jare, omtrent 40 persent van sy mielie-oes.
Die land se welvaart berus op sy ryk mi- neraalhulpbronne, doeltreffende boerde rye, uitstekende paaie en spoorwee, ge- vorderde tegnologie en 'n relatief groot bron van geskoolde mannekrag. Niete- min is daar sowel 'n streek- as 'n maat- skaplike wanbalans in die verdeling van die rykdom: ongeveer 60 persent van die bruto nasionale produk word gegenereer in die ontsaglike stedelike agglomerasie van die Pretoria-Witwatersrand-Vaaldrie- hoekgebied, waarvan die stad Johannes- burg die middelpunt is; daar is groot ver- skille in die lewenstandaard van geskoolde en ongeskoolde werkers, en tussen stede- linge en plattelanders. Kortom, Suid- Afrika is 'n ongemaklike mengsel van Eerste Wêreld-welvaart en Derde Wêreld- onderontwikkeldheid. Pogings word eg- ter deur sowel die Regering as die private sektor aangewend om die loongaping te verklein en om die algemene omstandig- van die armer mense te verbeter.
Die land is verdeel in vier provinsies en ses semi-onafhanklike tuislande of selfre- gerende gebiede vir Swartes. 'n Verdere vier tuislande het volle republiekstatus verkry (kyk Bevolking hieronder). Die provinsies is die Kaap die Goeie Hoop. die oudste en in oppervlakte die grootste (645 767 km²); Transvaal (262 499 km²); die Oranje-Vrystaat (127 993 km²) en Natal (86 967 km²). Die belangrikste ste- delike sentra is Johannesburg en sy omlig gende satellietsentra, Pretoria, Kaapstad, Durban, Bloemfontein, Port Elizabeth, Pietermaritzburg, Kimberley, Oos-Londen en Welkom.
Opvoeding, gesondheid en talle ander dienste word gereel volgens rassegroep. Skoolopleiding is feitlik gratis en is verpligtend vir Blankes, en Asiers, en die ien amptelike tale, Afrikaans en die enigste taal wat hier gebore is en Engels, is verpligte deur reg van inval en verowering van die Britse Ryk,,,,..... skoolvakke vir alle rasse. Daarbenewens moet Swar- tes hulle moedertaal tot op seniorsertifi- kaatvlak neem. Die basiesec leerplanne word deur die Gemeenskaplike Matrik lasieraad goedgekeur en daar is 'n eenvo mige standaard vir universiteitstoelatin Private skole, wat toenemend veelrass word, moet dieselfde leerplanne vol Onderwys.
0 notes