#ik voel mij toch echt niet snel oud
Explore tagged Tumblr posts
Text
klasgenoot van 15: “ ik weet nog in mijn tijd-“
ik) bijna tien jaar ouder: “iN MiJn TiJd?!?!”
#sorry mevrouw maar iedereen die in 2008 is geboren mag deze uitspraak niet maken#jullie hebben niks meegemaakt behalve corona#in mijn tijd: speelde ik geen spelletjes op m’n telefoon of ipad (roblox of minecraft) maar zat ik op speel eiland of spelletjes.nl#of habbo hotel#IN MIJN TIJD hadden we geen digibord maar gewoon eentje met krijt#ik voel mij toch echt niet snel oud#maar deze kinders… oef#IN MIJN TIJD hadden winkel ketens nog leuke spaar acties voor kinderen#was neopets een hype#en spaarden we diddle plaatjes of voetbal plaatjes#[incert: asjemenou van stef ekkel]
2 notes
·
View notes
Text
Lanaken - NP Hoge Kempen - Rekem - Natuurpark Hoge Venen-Eifel - Robertville
Zondag 28 april
Het was een warme nacht, maar ik klaag niet want de zon schijnt deze ochtend volop 😎. Ik ben vroeg wakker, waarschijnlijk heb ik nog het werkritme in mijm systeem, maar dat betekent dat ik nog een lekker lange dag voor de boeg heb 💪🏻.
Na mijn ontbijt pak ik mijn fiets voor een tocht door Nationaal Park Hoge Kempen. Het is geen superlange tocht, slechts een kleine 37 kilometer, maar het stuurt mij wel langs de meeste highlights.
Zoals gezegd schijnt de zon volop als ik vertrek, maar ook nu komen al snel de wolken. Toch blijft het heerlijk fietsen. Korte broek! Mijn shirt met lange mouwen onder mijn fietsshirt is elke keer als de zon zich laat zien, zelfs té warm.
Onderweg is het naast het genieten van de natuur ook echt leuk fietsen, want Belgisch Limburg staat bekend om verrassende fiets- en wandelarchitectuur. Gisteren de uitkijktoren en nu de fietsbruggen.
Onderweg kom ik veel wielrenners tegen, het is ook gewoon een toffe route en ik ben wel een beetje jaloers dat wij in Zeeland niet zoveel mooie heidevelden hebben 😉. De laatste 8 kilometer doet mij wel weer aan thuis denken...windkracht 4 a 5 tegen op het stuk langs de Maas...pfff 🚵♀️ 🥴.
Na mijn fietstocht was ik mezelf eerst, want ik heb me behoorlijk ingespannen. Vervolgens besluit ik naar Rekem te gaan. Ik fietste langs dit plaatsje deze ochtend en zag een bord staan met 'een van de mooiste oude dorpjes van Vlaanderen '. Eenmaal door het dorpje wandelend vraag ik mij af waar het mooie gedeelte dan is...één gebouw is wel mooi maar zit verstopt achter bomen en muren...tja veel dorpen in Vlaanderen zijn echt spuuglelijk, deze dan misschien iets minder dan de rest? 🤷♀️ Het was in ieder geval niet de moeite waard om op de foto te zetten...😉.
Ik drink nog een latte in de enige brasserie die het dorp rijk is, die smaakte dan wel weer lekker 😂.
Ik rij weer verder...ietsjes zuidelijker richting Natuurpark Hoge Venen-Eifel. Hier ben ik afgelopen februari langsgereden toen ik een weekend ging wandelen in de Eifel en dacht toen al ik wil hier nog een keer heen!
Er loopt een plankenpad door het hele gebied en het is er echt prachtig!
Ik heb een korte route uitgekozen van ongeveer 7 a 8 kilometer lang. Maar net voor ik wil vertrekken ziet de lucht er wel heel dreigend uit. Voor de zekerheid gooi ik toch even mijn regenbroek en jas in mijn rugzak.
Zoals wel vaker tijdens mijn vele reizen komt er ook nu geen of slechts 1 druppel uit de lucht. In plaats daarvan laat de zon zich nog zien en kan ik weer mooie plaatjes schieten 😊.
Na de leuke wandeling, stap ik weer mijn auto in en maak ik nog een korte tussenstop. Een hele korte wandeling van 3,5 kilometer retour leidt mij nog naar de mooie Baheyon waterval. Nu ik toch in de buurt ben...tik ik die ook nog wel even aan! Het pad is echt super makkelijk en de waterval mag er zijn hoor 👌🏻!
Vervolgens ga ik op zoek naar een camperplaats in de buurt. Het is hier wel weer een stukje frisser dan vanmorgen en gisteren. In het plaatsje Robertville vind ik een plekje midden in het dorp achter de kerk. Ik sta vanacht een keer alleen, maar voel mij totaal niet ongemakkelijk. Lekker rustig juist!
Na een heerlijk maaltje, ik had nog een bak chinees uit mijn vriezer meegenomen gisteren en dat is nu pas net ontdooid 😋, loop ik nog even door het dorpje. Er is niet veel te beleven, ik kruip dan ook tegen tien uur al lekker in mijn bed.
0 notes
Text
15/04/2020
- Ik durf van mezelf te houden/mezelf graag te zien
Ik durf voor mezelf te kiezen
Ik durf mezelf te accepteren (of toch grotendeels)
Ik durf mezelf te zijn
Ik durf mezelf te uiten en kwetsbaar op te stellen
Ik durf mijn diepste emoties te delen/gevoelens te delen
Ik durf op te komen voor mezelf indien nodig
Ik durf mijn (en anderen hun) grenzen af te tasten
Ik durf liefde te geven aan anderen zonder het terug te verwachten/mijn hart op tafel te leggen
Ik durf werk te zoeken en dit vol te houden
Ik durf mij open te stellen naar vreemden
Ik durf smalltalk te voeren
Ik durf vragen te stellen/om hulp te vragen
Ik durf mijn grenzen aan te geven
Ik durf te zeggen waar ik nood aan heb
Ik durf “nee” zeggen
Ik durf telefoongesprekken aan te gaan
Ik durf ondanks schaamte weer contact te zoeken met oude vrienden
Ik durf dankbaar te zijn voor anderen en dit te uiten
> vorig jaar had ik nog echt schrik om af afgewezen te worden door mij voor het minste kwetsbaar en gevoelig op te stellen (vooral door de ruzie met Myra)
Nu heb ik meer mensen rondom mij die mijn gevoeligheid waarderen, inclusief mezelf, waardoor ik me meer geliefd ga voelen en het gevoel krijg dat ik geaccepteerd word, waardoor ik ook een beter gevoel krijg over mezelf of ik me zelfzekerder voel omdat ik “erbij hoor” en niet verstoten word door “de groep”.
,Het geeft meer een “veilig gevoel”, en het is een wisselwerking van dit te durven en ervoor geaccepteerd (en gemotiveerd door Valerie) te worden.
- Ik voel alleen dat ik nog altijd iets kan zeggen of doen wat iemand triggert en die niets meer met mij te maken wil hebben, waardoor ik me dan immens schaam en schuldig voel, terwijl ik wel de juiste intenties had. Ik geloof dat dit volledig met Myra te maken heeft, zij deed mij voelen als een slecht persoon door gevoelig te zijn voor mijn gedrag, waardoor ik zo lang zo weinig zelfwaarde had.. Ik was slecht omdat ik gevoelig was, terwijl zij net de gevoelige was die alles extreem persoonlijk nam. En ik nam haar reactie op mij ook persoonlijk.. Ik heb me zo lang zo inferieur gevoeld tegenover haar. Ik zag haar als de wijze persoon, terwijl ze er nog erger aan toe was dan mij. Het doet zoveel pijn dat de persoon waar ge zo lang zo hard naar opkijkt, nadien jarenlang op u neerkijkt en u onder de duim wilt houden en u beschimpt.. Het ging van ideale zus tot mijn 20e (?) Heel snel naar tyrannieke zus die handelde uit verlies van controle over mij tot mijn 25e en toen de bom barstte.
En van Valerie krijg ik nu wel de steun en liefde die ik van een zus van die leeftijd zou moeten krijgen.
Ik denk dat ik nog veel verdriet in mij heb dat ik een zus heb verloren die haar rug naar mij heeft toegekeerd, een zus die ik ooit zo graag had, en dat ik daar nooit echt om gerouwd heb. Ik vind het ook erg dat dat nooit meer zal terugkeren..
0 notes
Text
November Vlinders
Ik ontmoette haar op een koude dag in november. Ik werkte dat seizoen in de blokhut van Gale op de Cairnhorm Mountain in Schotland. Gale is de broer van de ex man van mijn vader. Mijn oom zeg maar. Gale is een echte Schot, met zo’n rooie kop en een beetje een viking maar dan het kleine broertje met een groeistoornis. Voor een viking dan hé, eigenlijk is Gale best gemiddeld lang. En Gale is ook heel sportief. Hij heeft mij namelijk al op mijn eerste dag uitgebreid ingelicht dat de blokhut helemaal door hem zelf is gebouwd. Dat vond ik best stoer. Als ik op mannen zou vallen... zou hij niet mijn typ zijn, veel te oud. Maar wel een fijne vent en een prima baas. Met een goede antenne voor mijn seksualiteit. Wanneer, rond vieren, de eerste wandelaars komen binnendruppelen zorgt hij dat ik ze ontvang. Dat is in principe helemaal niet nodig want wij runnen een blokhut, geen sterrenhotel. Maar zo leer ik met mooie vrouwen, oude rotten, rondtrekkende tieners, rondtrekkende tieners die overduidelijk net een ruzie hebben uitgevochten, rondtrekkende tieners met veelste mooie vrouwelijke reizigers, en natuurlijk Eira, die leuke vijftiger die Gale echt een keer mee uit eten moet nemen, om te gaan. Eira is zo’n leuke vrouw, zeker voor Gale. Heel spontaan, en je ziet die fonkeling in haar ogen wanneer ze verteld, over een reis die ze nu weer heeft gepland. Ze moet hem uitvragen en hij moet dan proberen niet zo rood te worden als zijn baard. En ik moet al die avontuurlijke vrouwen ook eens uitvragen. Ik ben best leuk om naar te kijken. Daar ligt het niet aan. Ik heb een kale kop, bruine ogen en heb wel vaak te horen gekregen dat ik er leuk uit zie. Dat zei Seve ook. Na onze date. Want ik heb haar dus uitgevraagd toen ik haar ontmoette op die koude dag in november. Ik weet het nog goed, ik verveelde mij, en had behoefte aan iemand van mijn eigen leeftijd. Best kinderachtig, ik weet het, maar als het hoogseizoen voorbij is, en er nog maar weinig mensen komen overnachten, voel ik mij soms een beetje leeg, en daar kan Gale met zijn stomme grapjes dan geen verandering in brengen. Ik heb dan het gevoel dat ik niks beleef en warm en vertrouwd in mijn coconnetje zit. En dat ik een beetje als rupsje nooit genoeg loop te profiteren van Gale’s kookkunsten en ondertussen mijzelf verschuil voor de hoogtes en dieptes van het echte leven. Daarom ga ik soms buiten slapen in een tent, ook al is buiten kouder en vochtiger dan in de hut, zeker in november. Op mijn date met Seve zijn we gaan wandelen. Het was koud en volgens Gale zou het gaan stortregenen, maar ik voelde mij helemaal warm van binnen en buiten was het slechts bewolkt. Dus we gingen op pad. Zij met haar prachtige glimlach op, en ik had de vlinders in mijn buik, dus we waren naar mijn mening echt uitstekend voorbereid. Het plan was om naar de andere kant van de Cairnhorm Mountain te wandelen. In principe een tocht van vijf uur. Normaal klim en daal je bij een bergtocht. Bij deze tocht niet. Bij deze tocht loop je langs de rand van de berg, om de berg heen naar de andere kant. In principe geen probleem, behalve als het pad echt spekglad wordt. Dan is het lastiger. Maar dat zou dus niet gebeuren had ik bedacht. Het ging ook best goed voor de eerste twee uur. We waren rustig maar gestaag op pad. Ik hou ook echt van wandelen, dus dat helpt wel als het toch een beetje begint te miezeren, en je je vingers niet meer allemaal kunt voelen. Nu krijg ik heel snel koude handen dus dat is niet de beste indicator voor de temperatuur. Maar het werd wel degelijk echt een beetje koud. En het pad werd ook wel een beetje gladder. Maar daar denk je dus niet echt over na, als je wandelen leuk vindt en er een super mooi meisje al zo’n twee uur achter je loopt omdat jullie op date zijn. Op een gegeven moment gleed ik uit. Mijn voet glipte weg, en mijn koude klammen hadden de kracht niet om mezelf overeind te houden met het touw. Dus ik viel. Ik probeerde mezelf op te vangen en dat lukte nog best goed. Toen ik een beetje was bijgekomen begonnen mijn polsen echt heel veel pijn te doen. Het deed het minst pijn als ik ze zo als zo’n verzopen katje liet hangen. Want dat waren we ook een beetje; twee verzopen katjes. Eentje met gekneusde polsen en eentje met een broek waar het water uit stroomde. Dat was best veel water wat daar uit haar broekspijp op de stenen spetterde. Toen ik op keek biggelde de tranen over Seve’s wangen. Ze lachde, echt heel hard. Tussen het schokken door zei ze ‘Rinke, hahaha, I hahahahaha ve peed my pants.’ Nou toen begon ik dus ook echt heel hard te lachen. Want het was echt heel grappig. En toen wouden we niet terug naar de hut maar we wouden wel naar binnen. Dus we zijn naar het dorp gelopen. Daar hebben we een kamer in een hostel geboekt. En nadat Seve haar plasbroek had uitgedaan, hebben we samen gedoucht en toen we helemaal stoomden, zijn we in bed gestapt en heb ik elke centimeter van haar caramel huid gekust.
1 note
·
View note
Text
Derde opgave
Hallo iedereen, hier is het voorlaatste opgave. In deze opdracht moet ik een personage met een mythische god, een monster… zich laten confronteren. Ik zal Liese zich laten confronteren met een draak.
Confrontatie
Nadat deze zaak eindelijk gedaan was, ging Liese op vakantie. Deze zaak was erg moeilijk voor haar, er was heel veel emotie. Ze ging naar Schotland, meerdere vrienden van haar hebben haar gezegd dat er een heel mooi landschap was. De laatste keer dat ze een tip voor vakantie kreeg, vond ze het heel leuk. Dus ging ze naar Schotland, in een verre plek met weinig personen.
Ze arriveerde eindelijk na die 5 lange uren in de vliegtuig, auto enz. Het was bijna een woestijn dacht ze. Na enkele dagen op vakantie, had ze een leuk leven. Maar iets heel raars ging haar vakantie weer veranderen. Ze was op een groot plein met voor haar een grote rotsen berg. Ze hoorde een eng geluid, maar ze dacht dat het gewoon de wolken was, het was een grijze dag. Maar toen hoorde ze het weer en zag ze van ver een rode wolk. Ze zag die rode wolk naar haar komen en eigenlijk, was het een vuurspuwende draak!
Ze moest snel reageren, hoe kon ze nou een draak doden, op tenminste verslaan? Ze gebruikte haar detective hersen om iets te vinden. Eerst dacht ze aan wat kon een draak nou verslaan, ze had er nog nooit gezien. Ze dacht even en ze herinnerde zich ineens dat in een oud boek het geschreven was dat er een zwakke plek onder de twee vleugen van de draak was. Ze had twee wandelstokken in haar zak. Ze had die meegenomen omdat ze wist dat ze veel ging wandelen. Ze pakte een mes die ze had om zijn brood te snijden, en ze scherpte de twee wandelstokken. De draak was er nu. Maar tot zijn verassing, toen de draak bij haar was, stopte hij met vuur te spuwen. En de draak begon haar te praten!
“Wat doe je op mijn terrein! Ik slaap hier al 500 jaren en jij komt mij storen! Wat wil je nu jij waardeloos mens!”
“Ik ben op vakantie, ik wou gewoon deze berg klimmen. Het is een beetje raar maar, wat is jou naar… draak?”
“Joris, Joris de Boris.”
“Ok Joris, ik wil echt niet vechten met jou, ten eerste omdat ik op vakantie ben, en ten tweede omdat je mij in een spuw mij doden kan.”
“Dat is waar en waarom zou ik dat eigenlijk niet doen?”. Liese dacht heel hard in haar hoofd om iets te vinden.
“Omdat het veel energie kost, en dat je jouw vuur kwijt gaat raken. Ik ben lief, maar als er achter mij iemand met slecht ideeën komt, kan je niks meer doen.”
“Serieus, is dat jouw excuus? Dat is echt slecht. Ten eerste heb ik heel veel vuur, eigenlijk 1000 keer genoeg om je te doden. En ten tweede is er in 500 jaren niemand gekomen, dus dat iemand 5 minuten na jij komt, zou erg pech zijn.”
“Misschien wel ja.” Liese dacht heel hard in haar hoofd, ze wist niet wat zeggen maar ze wou toch niet dood. “Weet je Joris, je blijkt mij lief te zijn, waarom zou je mij” Joris spuwde een hele harde spuw op Liese. Liese rende zo hard dat ze kon achter een steen.
“Misschien ben je eigenlijk niet wie ik dacht dat je bent Joris. Maar weet je wat? Ik ben niet bang van jou, kom dan kleine draak.” Het ‘kleine draak’ maakte Joris heel erg boos. Hij vloog zo hard dat hij kon naar Liese en spuwde heel veel vuur op het steen. Het detective hersen van Liese heeft gewerkt, ze wou eigenlijk dat het draak heel zijn vuur spuwde zodat ze daarna hem gewoon met de twee wandelstokken hem dood kan maken.
“Ik voel zelfs geen graden meer Joris de Boris.” Joris spuwde weer heel veel vuur, en toen hij stopte moest hij hoesten, dus hoestte hij. Liese heeft ervan geprofiteerd en gooide één van zijn twee wandelstokken recht onder zijn vleugel.
“AAAAAAh, dat is pijnlijk. Denk je misschien dat het me iets doe kleine mens? Dit moest je écht niet doen jonge vrouw!” en hij spuwde zo hard als hij kon. Liese zag dat het steen daardoor breek, en ze gooide zich daarom in een kleine rivier achter haar.
“HAHAHAHA, ik heb je Liese, ik wist dat ik je kon doden, kleine vrouw”. Toen de draak zich omdraaide om weer te gaan slapen, ging Liese uit het water en gooide ze het beste dat ze kon onder het tweede vleugel van de draak.
“NEEEEEE, je hebt me Liese! Sorry, ik ben een stoute draak geweest.”
“Haha, ik wist het dat je geen hersen had”. De draak viel op de grond, stil zoals een paal. Liese had weer gewonnen.
Dat was het iedereen, ik hoop dat jullie het leuk hebben gevonden, tot ziens voor het laatste opdracht!
1 note
·
View note
Text
14/02/2020
Ergens in de loop van mijn leven was ik vergeten dat ik een persoon was. De wereld rondom me voelde aan als een droom, en de mensen die er in leefden leken niet echt. Ze voelden niet aan als echte mensen, of misschien niet als echt menselijk. Maar ik wist dat het niet aan hen lag. Ik begreep dat ik mijn eigen reflectie zag.
Er is een lijn tussen de werkelijkheid en het endoversum; mijn binnenste.
Dat vertelde ik mezelf.
En die lijn is een spiegel as. Ik ben niet meer dan een reflectie - een gevolg van - de wereld om me heen. En hoe ik de wereld ervaar, vertelt me niets over de ware aard van de wereld zelf. Het geeft me enkel een verder inzicht op mezelf.
Ik besefte dat ik alles was dat er was. Ik was alles dat ik ooit zou kennen, ik zou mijn leven lang alleen zijn en wanneer ik stierf zou er geen wereld meer achterblijven. Mijn wereldbeeld bestond uit puur solipsisme en niets anders. Hoe kon ik dan ook iets anders geloven? Elke droom die ik had voelde echt. Elke dag in mijn leven voelde als een droom. Ik herinner me nog goed dat dat ook was hoe ik zelf het onderscheid tussen de twee maakte.
Toen ik aan het verdrinken was op een verre planeet, toen het water zich mijn longen in wurmde, dacht ik tegen mezelf: “Het doet zo’n pijn. Het voelt zo verschrikkelijk. Dus dit is niet echt. Dit is maar een droom. Wees gerust. Wees niet bang. Je bent al zo vaak gestorven.”
En toen ik droomde over hoe ik door een donker bos zwierf, vluchtend voor een onvermijdelijke migraine, drong het op een bepaald moment traag maar zeker tot me door dat het middernacht was. Dat ik van het pad was afgegaan in het natuurreservaat. Dat ik niet droomde, maar dat het wel laat was en dat ik moest gaan slapen want ik had morgen zo veel te doen. Maar morgen leek me gewoon de volgende droom. Ik besefte nooit dat morgen weldra zou gebeuren. Morgen bestond niet, dus dag in dag uit deed ik niets.
Verhalen kolkten door mijn hoofd maar geen van hen werden neergeschreven. Ze waren te groots. Te spectaculair. Te afleidend. Ik keek naar de verhalen, volgde ze in mijn hoofd als een kind dat vast plakte aan een televisiescherm en ik kon niet wegkijken. Ik kon niet ontwaken. Ik kon niet stoppen met dromen. Ik zat vast in mijn eigen hoofd en ik geraakte er niet uit.
Het was pas later dat ik in het gezelschap van een kinderpsycholoog met een krijtje naar een bord aan het staren was. Ik dacht goed na. Woog alles goed af. Dan besloot ik een klein kringetje te tekenen op het bord.
“Als het hele bord alles is dat ik ken, dan is deze cirkel de werkelijkheid.” Vertelde ik haar.
De psychologe knikte, maar ik weet nu dat ze het niet begreep.
“Wat is de rest van het bord dan?” vroeg ze.
Ik verwachtte die vraag niet, want ik weet nu dat ik zelf de hele situatie ook nog niet door had.
“De rest is de rest.” Zei ik alsof het evident was.
Want voor mij was het evident.
Ik had het altijd zo moeilijk, omdat ik me altijd op dat ene kleine kringetje moest focussen. En dat kon ik niet. Maar uiteindelijk zou ik wel begrijpen wat er gaande was; hoe – als het dan niet uniek was – zeldzaam mijn situatie was.
Het duurde te lang voor ik besefte dat geen van mijn Vlaamse vrienden functioneerden zoals ik, dat zij enkel droomden over wat ze morgen zouden doen, over het meisje waarop ze verliefd waren, over hoe ze een voetbalwedstrijd wonnen – maar niet over andere planeten, niet over spinnen, niet over liederen en machines, niet over God, niet over theorieën en al zeker niet over hun diepste interne mechanismen. Toen ik dat eindelijk begreep, begreep ik de ware eenzaamheid waarin ik me bevond. Ik liet mijn vrienden gaan. Sprak nooit meer tegen ze. Wat was dan ook het punt? Alles dat ik wou zeggen, kon ik niet zeggen en konden zij niet verstaan.
Zij kenden de Spin niet, laat staan de horror van de Vierde. Zij geloofden dat treinen vast stonden op rails maar ik wist dat er treinen waren die konden vliegen door de lucht, en één trein had een doodskop als locomotief en enkel die trein kon door het Firmament, naar Hierna. Ze kenden noch Altra noch Oord, spraken noch Poels noch Tarkaans. Zij kenden enkel het Nederlandse alfabet, en enkel Aardse klanken. Kortom; zij kenden mij niet. Ik was als een vreemde voor hun en we deden de hele tijd al alsof we elkaar kenden en begrepen, maar dat was zo niet. Mijn kop stond op barsten en die van hun leek wel leeg. Niet dat hun hoofden leeg waren. Niet dat zij dom waren, want dat waren ze niet en ik was zeker niet slim. Maar al dat zij ooit over nadachten lag binnen de werkelijkheid, had een connectie met de werkelijkheid. Al waar ik aan dacht had connecties met elkaar, allemaal door heen de tijd verbonden met oude dromen die me ooit te binnen geschoten waren als kind. En het was groter dan de werkelijkheid. Er waren meer ideeën in mijn hoofd dan dat ik wist dat er in de wereld waren.
Ik was weg. Ik was alleen. Ik was geen mens.
Een constante stress, een druk, begon op me neer te duwen telkens als ik aan de realiteit dacht. Als ik over mezelf als menselijk dacht. Als ik aan anderen dacht. Als ik dacht. Er komt een beeld in me op van een dier, een schepsel, een monster, dat in een klaslokaal zit en dat moet rekenoefeningetjes maken, of anders zal het beest geen diploma krijgen en dan laten ze het los in het bos en daar zal het geen eten vinden, en zal het sterven. En het heeft geen vingers, geen brein, geen mond, geen ogen. Het kan niets nuttig doen. Het kan zoveel, maar het kan zichzelf niet redden.
Maar ik probeerde wel, geloof het of niet. Ik ben nooit gestopt met te proberen. In de Vlamingen had ik geen vertrouwen meer, maar ik zocht wel andere zielige figuren op. Zij vertelden me dat ik hulp nodig had, toen ze na enige tijd aanvoelden dat ik een aantal graden zieliger dan hen was. Dan heb ik gevochten. Om mijn ouders er van te overtuigen dat de zoon waarvan ze zo veel hielden een ramp was. Om hen uit te leggen dat ik niet voor niets stil was, dat ik niet voor niets wakker lag in de nacht en mezelf voortsleepte in de dag, dat ik niet voor niets in tranen de kamer uit liep toen er een seks scene op televisie was, dat ik niet voor niets agressief werd, dat ik niet voor niets slechte punten haalde, dat ik niet niets traag was, dat ik niet voor niets kruistekens bouwde boven doodgereden dieren. En dat ik zo niet kon leven. Dat ik in mijn hoofd al lang alle pros en cons van mijn bestaan had afgelopen, en dat met de dag de weinige pros steeds minder hard door wogen.
Met wat hulp kwam ik dan eindelijk bij die kinderpsycholoog terecht. Ze hielp niet. De volgende psycholoog hielp ook niet. Nee het was jaren zoeken. Jaren pijn, jaren schreeuwen in het niets. Toen vond ik eindelijk iemand waarbij het opschoot. Een man. Vreemd genoeg was het zijn desinteresse in mijn psyche die hielp. Hij trachtte me nooit uit te pluizen, probeerde me nooit wijs te maken dat ik fascinerend of bijzonder intelligent was zoals de voorgangers. Ik kan zelfs geen moment herinneren dat hij me ongelijk gaf, of dat hij mijn bevindingen verwaarloosde in de ruil voor de bevindingen van één of andere studie.
“Maar jij bent jij.” Zei hij tegen me. “Wetenschappelijke studies zijn goed en accuraat. Daar leren we veel uit en het is altijd een goed idee om wat we er uit leren toe te passen. Maar als het dan toch niet werkt voor jou, dan moet je dat niet blijven proberen. We moeten oplossingen vinden waarvan we weten dat ze werken voor jou, niet oplossingen vinden waarvan bewezen is dat ze werkten in onderzoeken, en niet oplossingen die werken bij anderen. Ze moeten werken voor jou en dat is al dat telt.”
Ik parafraseer. Moet ik weten wat hij echt zei. ’T was lang geleden. Maar zo was hij. Hij hield zich niet bezig met mij te repareren, op te lossen of te begrijpen. Hij zag een stress probleem en hij zocht tezamen met mij naar manieren om van de stress af te geraken. Wat er aan de hand ging in mijn kop maakte hem niet uit. Dat ik er stress van kreeg en dat ik er onder leed, dat was wat hem interesseerde. Hij dacht praktisch. Hij dacht na over wat ik kon doen. Hij dacht zelden na over wie ik was. Waarom zou wie ik ben dan ook een probleem kunnen zijn? Zelfs als het een probleem was, dan kon men er nog steeds iets aan doen. Hij hielp me met actie te ondernemen. In plaats van passief te lijden onder mijn eigen gewicht, leerde ik te reageren op mezelf. Op mijn geest en op de wereld.
En doorheen de jaren werd ik resistenter. De stress verminderde. Langzaamaan werd de wereld weer echt en voelden mijn dromen weer als dromen aan. Verhalen kolken nog steeds in mijn hoofd, ja natuurlijk, want ik ben niet echt veranderd. De psycholoog heeft me niet veranderd. Hij heeft me enkel dingen leren doen. Nu de stress weg ebde begon ik weer te schrijven. Begon ik me socialer te gedragen. Begon ik af en toe eens op te letten en vloeide er informatie vanuit de echte wereld naar binnen.
Ik ben nog niet volwassen. Ik ben nog steeds gebroken met momenten. Maar zeker nu, nu dat sommige mensen me zelfs zijn beginnen beschrijven als “de meest relaxe persoon die ze kennen”, voel ik me veel beter. En ik denk nog steeds dat ik misschien een raar, een mislukt of een slecht mens ben. Maar ik ben wel een mens. En rondom mij zie ik mensen. En ik zie straten en huizen en bomen en insecten. Ik zie meer dan een klein kringetje op een krijtbord. Ik zie de wereld, ik zie mezelf. En ik ben vaak eenzaam, ja, want ik ben nog steeds heel anders dan iedereen die ik ontmoet, maar ik ben niet werkelijk alleen. Ik ben niet hopeloos. Ik ben juist heel hoopvol.
Vandaag was mijn laatste gesprek met de psycholoog die me zo geholpen had. Ik had eigenlijk al veel eerder moeten stoppen met therapie, maar ik bleef maar afspraken maken terwijl ik ze niet nodig had. Ik dacht dat het op elk moment weer slecht kon gaan, dat ik op elk moment weer kon uit elkaar vallen en degraderen tot wat ik vroeger was. Maar dat gebeurde niet. Of het gebeurde wel, maar dan klikte ik snel weer alles terug op zijn plek, bouwde ik mezelf weer op, schudde ik het van me af.
Ik heb hem bedankt en afscheid van hem genomen. Hij herinnert me er aan dat ik altijd opnieuw een afspraak kan maken wanneer nodig. Ik probeer het niet te vergeten, probeer hem niet te vergeten. Dan wandel ik naar buiten en ik vind het compleet absurd: hoe een ding ooit deze kamer was binnen gekropen en hoe vandaag er een man weer naar buiten stapt.
11 notes
·
View notes
Text
84. Heropening van het centrum
3/05/2020
Ja, ben ik weer, maar zoals ik al eerder zei, zijn er goede video's in quarantaine. De eerste die ik nu deel is van Legally Blonde: The Musical (ja, Legally Blonde heeft een musical versie en voor mijn ontdekking van rock musicals was het mijn favoriete musical) en het is het opening nummer, maar met nieuwe tekst. Nu zingen de leden van Delta Nu over het ontsmetten van je handen en eigendommen.
Wow, Laura Bell klinkt nog steeds goed.
youtube
OMIGOD YOU GUYS, DON’T FORGET TO SANITIZE.
WASH YOUR DAMN HANDS, KIDS!
En nu terug naar nieuwe bullshit. What bullshit am I back on today? Panic! At The Disco. Ik was gisteren al “back on my bullshit”, nadat ik eindelijk na bijna 2 jaar een hele video van Panic! en Hayley Kiyoko heb gevonden, maar nu nog meer bullshit.
Een concert werd opgenomen en laatst gereleased voor fundraising voor Corona. Ik had geen idee, want ik heb mijn collectieve fandom dagen achtergelaten. I’m just swimming, ik let niet op wat er om me heen gebeurd. Daarom wist ik ook niets van de Six video, ondanks het feit dat het één van mijn favoriete musicals is.
Dus hey, hier, een gratis Panic! At The Disco concert voor tijdens de quarantaine.
youtube
Vier nummer hebben “the final cut” niet gehaald (ben alleen teleurgesteld dat Death of a Bachelor er niet meer is), maar goede kwaliteit video en audio.
Zoals ze in Slovenië zeggen: #ostanidoma
***
4/05/2020
Ik blijf goed binnen.
Dit was mijn avond gisteren. Ik heb ook weer die kruidenpasta gevonden. Het was dus nasi goreng.
Dat was 3 mei.
En nu is het 4 mei, bevrijdingsdag. Gisteren heb ik Bandstand geluisterd en dat had ik eigenlijk vandaag moeten doen. Ach. In plaats daarvan luister ik naar de Where did those minutes go? playlist, een playlist voor lange musical nummers (en woah, we beginnen met Bandstand met Just Like It Was Before, het einde van de Tweede Wereldoorlog. Dat is toevallig).
Morgen had het land moeten feesten, maar ja, Corona.
Corona in Slovenië neemt weer af. Op zondag waren er ook geen nieuwe besmettingen, dus dat is goed. Op 4 maart kwam de eerste besmetting en op 4 mei is er niets.
In Slovenië is vandaag de dag dat van alles weer open gaat. Ik heb net boodschappen gedaan en ik moest oprecht lachen van geluk toen ik mensen op een terras zag zitten. De Spar is namelijk naast een druk cafeetje en het was heel lang leeg en nu dus niet meer.
Ook de beautysalon tegenover ons huis heeft de deuren weer open.
Het is ook mooi weer buiten en natuurlijk leer ik nooit van mijn fouten, want ik had mijn wintertrui aan. In mijn kamer is het namelijk koud en ik weet dat mijn kamer kouder is en toch ging ik met mijn warme kleding de wijde wereld in.
Toen ik naar buiten liep, stonden twee grote koffers voor de voordeur. Barbara’s koffers zijn aangekomen. Gelukkig kwam één van de Finse dudes (met een vrouw oh hallo) net aan, zodat hij één koffer voor mij kon dragen. Hij was nog nooit verder geweest dan de eerste verdieping, dus hij vroeg ook constant “another floor?” yeah man, ik woon op de bovenste verdieping. Het opruimen van Barbara’s kamer kan ook wel even wachten.
Maar dus toen ging ik boodschapjes doen en het was mega rustig. Misschien zijn de mensen die boodschappen doen, nu de wijde wereld in getrokken.
De boodschappen doen is genoeg voor vandaag. Ik weet dat dit een goed moment is om weer eens te gaan kijken in het centrum, maar ik had vanochtend les en in een uur heb ik ook weer les. Misschien morgen of overmorgen, want dan is het rustiger.
(Discovering Daniel/Pray van Once On This Island is intens.)
Ik ben alleen vergeten om te checken of de fietsband nu echt kapot is.
Wel irritant. Vorige week had ik het gevoeld dat alles nutteloos was, want alle dagen werden een grote blob en nu dat de winkels weer open zijn, heb ik een drukke week met studie.
Hoera, studie!
Vanochtend had ik een kleine 20 minuten lange les van MC, want mensen vroegen de leraar dus om meer uitleg. Ik weet nog steeds niet wat ik ga analyseren en ik heb ook nog minimaal 5 wetenschappelijke bronnen nodig.
Leraar MC: “This is also applicable to the people from other universities, but do not use a paper you’ve already written for another subject!”
En toch zit ik eraan te denken om een opdracht van Addy als uitgangspunt te gebruiken. Helaas is het ook plagiaat als je jezelf plagieert, maar als ik mezelf quote, is het niet meer erg. Ah, wetenschap!
Jonathan de Ier gaat kijken of het over cinematografie in animatie kan en nu ben ik jaloers, want dat is zo’n goed idee voor Avatar: The Last Airbender, een animatie show met veel symbolische cinematografie, maar ik wil zijn onderwerp niet pikken. Toen stelde hij voor om het over Vine te schrijven, maar ik weet niet of ik daar genoeg bronnen voor heb.
(Natasha, Pierre & The Great Comet of 1812′s The Opera is... ook intens.)
***
(Matilda’s Miracle is oké. Het is 10 minuten lang en ik denk niet dat ik het af ga luisteren.)
Kijk, ik heb mijn verwarming nog meer gepimpt.
Ik heb misschien meer magneten nodig.
22:48 en een paar uur later. Barbara belde iets meer dan een uur geleden over de koffers. Ik vroeg of ze niet zelf kon komen, aangezien de grenzen tussen Kroatië en Slovenië misschien snel weer open gaan, maar nee. Ze zit nog steeds op een eiland en daar kan ze niet van af. Het eiland heeft geen ziekenhuis. Yay.
De fietsband is dus kapot volgens Sophia. Ik heb Ana gevraagd waar ik het beste de fiets kan laten repareren.
(Nobody Needs To Know van The Last Five Years is zeer hartverscheurend, maar ik kan ook niet echt sympathiseren met Jamie aangezien hij vreemd is gegaan. Hij is helemaal aan het zingen over hoe slecht de relatie met Cathy en ik denk dan: ... then don’t fucking cheat, asshole, lick your damn wounds 🤷🏻♀️.)
Sanne heeft ook eindelijk een mogelijk onderwerp voor MC. Climbing uphill. Mijn originele opdracht voor Addy is gelukkig in het Nederlands geschreven, dus ik voel me een stuk veiliger om mijn oude opdracht te gebruiken als uitgangspunt.
Het is normaal niet mijn intentie om een slacker te zijn, maar ik moet nog zoveel werkstukken schrijven dit semester, dus als ik een makkelijke oplossing kan vinden voor één paper, dan neem ik die. Als ik de tijd en zin had gehad, dan had ik waarschijnlijk weer over glee geschreven.
Maar zelfs dan wordt dit nog tijdrovend, want het moet ongeveer 10 pagina’s lang zijn.
(Nu we het toch over Legally Blonde hebben: What You Want is goed.)
Ik moet nog twee werkstukken van ongeveer 7 pagina’s schrijven voor B&T. Ik moet ook nog twee kritiekstukken van ongeveer 3 pagina’s schrijven voor Sociologie en ook nog een eindwerkstuk van ongeveer 8 pagina’s. Dus dan ook nog dit MC werkstuk van ongeveer 10 pagina’s. Dat zijn 37 pagina’s. Denk ik. Ik kan niet hoofdrekenen.
Bruh, ik ben gewoon al blij dat ik dus een normaal examen krijg voor GLINT. De leraar gaat kijken of hij het digitaal kan afnemen, anders wordt het een mondeling.
Verder is een bepaalde duivel terug van weggeweest: Methoden A.
Yup. That bitch still lives.
Ik kon de herkansing dus niet doen in Nederland, maar wegens Corona heeft die herkansing dus niet plaatsgevonden. Ik heb Esther gemaild of ik alsnog mee kon doen, indien mogelijk. Als de herkansing digitaal is, kan ik het op afstand doen (... nu ineens wel). Esther zei dat Peer ergens volgende week meer informatie geeft.
Dus hoera, ook nog Methoden A. Het wordt druk, druk, druk. Het enige fijne aan werkstukken is dat je zelf het werk goed kan verdelen. Daarom ben ik normaal fan van vakken dat een werkstuk als laatste tentamen hebben, maar zoveel bij elkaar + Methoden A? Yikies.
En ik wil alle punten halen, maar om eerlijk te zijn laat ik één vak mogelijk zakken als het betekent dat ik Methoden A kan halen. Gelukkig heb ik me opgegeven voor meer vakken dan nodig.
(Mijn favoriete Natasha, Pierre & The Great Comet of 1812 nummer! The Abduction!)
Ik had het er met Sanne over: gelukkig is de RU niet zo streng met studiepunten halen in het buitenland. Alsnog, andere Nederlandse universiteiten eisen een aantal behaalde punten, maar als ik hier niet alles haal, heb ik volgend jaar nog.
No worries, ik ben niet van plan om expres af te zwakken, maar het geeft gewoon rust dat het niet het einde van de wereld is als ik het niet allemaal haal. Het geeft ook meer rust met Methoden A.
Dus ja, maandag en meteen begint het academische deel van mijn leven weer.
Anyway, have yet another cat.
2 notes
·
View notes
Text
Gedicht in vier hoofdstukken
(trigger warning: het is niet vrolijk)
hoofdstuk1
Toen ik jong was, wilde ik nooit schrijver worden. Ik zag al helemaal voor me hoe je dan in je eentje in je kamer of een kamer, een ruimte, zit- in je eentje, te schrijven.
En ik weet niet of ik toen al afwist van schrijvers die zichzelf doodden, maar later hoorde ik over Herman Brood.
Herman Brood is dan misschien geen schrijver, (wel muzikant) maar het punt dat ik probeer te maken is dat toen ik over hem hoorde ik meteen dacht dat ik net zó zou eindigen als ik later zou gaan schrijven: Mezelf in Amsterdam, (of een andere stad) van een gebouw afwerpend. Omdat ik voor me zag hoe als je schrijft, je zó gek zou worden van je eigen gedachtes, je eigen overtuigingen, je eigen woorden, dat je zou springen.
Nu weet ik dat Herman Brood niet de allerbeste vergelijking is omdat nou ja, Herman Brood drugsverslaafd was, en het mij vooral ging om de eenzaamheid van het schrijven.
Toch, waar kunstenaar kunstenaar is en zo hypocriet als de mens keer op keer bewijst te zijn voel ik die behoefte om te schrijven.
Ik weet niet of dit telt. Ik spreek nu in een geluidsrecorder op m'n smartphone, en heb ook geen pen en papier bij me. Ik heb alleen dit bankje waarop ik semi-relaxt lig met m'n hoofd rustend op m'n opgevouwen winterjas met onder het bankje een blikje 7UP, sleutels, er ligt een pakje peuken, een aansteker-
Toen ik zojuist nog op m'n rug lag, zag ik een wolk. Het leek op een hond, een poedel. Het deed me denken aan ons eigen witte hondje thuis. Ik heb nooit van honden gehouden, tenminste ik ben geen dierenmens, zoals ze dat zeggen
Maar als inwoner bij je ouders thuis heb je vaak niet zo veel te zeggen als het op nieuwe inwoners in vorme van viervoeters aankomt.
Die wolk deed me dus denken aan ons hondje thuis. ''Ons''? Ik weet niet of die ook van mij is.
Toen we de eerste hond in huis namen, eenzelfde witte hond (met een naam die met dezelfde letter begint als de naam van de nieuwe witte hond), wist ik niet hoe snel ik moest aankondigen dat het absoluut niet mijn hond was. Dat ik die hond ook absoluut niet zou uitlaten. Nu heb ik heb dat toch af en toe gedaan, wanneer echt niemand anders dat kon doen
Ons nieuwe hondje lijkt best wel op mij: Korte concentratiespan, druk, houdt van aandacht, begint te janken als die alleen thuis wordt achtergelaten, houdt van naar buiten gaan en rondrennen, vrijheid- alhoewel dat misschien een illusie is- voornamelijk omdat wanneer je opgesloten zit tussen de vier (zes? 't is maar hoe je het bekijkt) muren van wat dan thuis heet, alles daarbuiten als vrijheid wordt ervaren.
Spinoza beweerde ooit dat god de natuur is, en dat god daarom alles is. Ik keek net om mij heen, naar een boom en dacht simpelweg: dus dan is die boom god? En alle grassprietjes, het onkruid, de mieren, ieder korreltje zand, ieder molecuul, elk atoom...
Ik vroeg mij af of ze in de tijd van Spinoza ook al kwantummechanica hadden. Want als god elk atoom is, zou god dus ook in alle andere theoretisch mogelijke werelden moeten bestaan.
En hoe zou god ooit in al die werelden tegelijk kunnen zijn en zorgen dat daar het juiste gebeurd?
Soms haal ik rust uit het feit dat er mogelijk andere werelden zijn. Werelden waarin ik wel met jou had kunnen zijn. Een wereld waarin ik je dingen heb verteld, die er nu schijnbaar niet uitkomen.
Een wereld waarin ik niet hoef te twijfelen of het uitspreken van gevoelens, ze kenbaar maakt of omdat jij altijd zo goed kon luisteren en oplettend was, het toch allemaal wel wist (en wij daar niks mee konden).
Het juiste doen is vermoeiend. Als god echt alles is dan is god ook ik.
Het juiste doen is vermoeiend, het juiste doen is lastig, het juiste doen is... wat is juist? Wat is doen? Waarom eindigt alles altijd in vraagtekens?
Je kunt A kiezen en A doen, je kunt B kiezen en B doen, om vervolgens een keuze te hebben gemaakt. Sommigen zeggen dan ook dat er geen juiste keuzes zijn, alleen keuzes en die keuzes hebben dan gevolgen: Kwantummechanica.
In hoeveel werelden zou ik nu al geëindigd zijn op een plek waar mijn ouders me tegen beschermen? Ergens onder een brug uit geprostitueerd of zwaar aan de drugs. In hoeveel werelden ziet mijn toekomst eruit als die van Herman Brood?
In welke werelden ziet mijn toekomst eruit zoals mijn ouders het wél hebben uitgedacht? En in welke van die werelden zou ik een schijn van geluk voelen?
Ik ben misselijk van vermoeidheid en verdriet, keuzestress.
Ik ben misselijk op een manier waarvan ik niet weet of het weggaat. En dan bedoel ik niet dat ik niet weet of het zo meteen weggaat. Ik bedoel ik ben misselijk op een manier waarvan ik niet weet of het ooit niet zal terugkeren.
Het schijnt dus dat er wel degelijk een connectie is tussen lichaam en geest. Ik was niet heel oud toen ik daar achter kwam. Iedereen die ooit heeft hardgelopen, weet het:
Als je hardloopt bemerk je dat je met je gedachtes je benen kan aansturen- nee, je merkt dat je met je hart of jezelf kan pushen of jezelf kapot kan maken.
Als je zegt: ik ben er bijna, nog even, ik kan het, volhouden, dat meisje voor je: je gaat naar haar toe en je gaat haar inhalen, nog even, dan zul je hoogstwaarschijnlijk je race kunnen afmaken.
Als je op exact hetzelfde moment denkt: het is nog ver, ik kan niet meer, ik kan niet meer, ik kan niet meer, dan zul je ook niet meer kunnen. Je zal de race nooit afmaken, je zal stoppen, je zal uitstappen- misselijk.
Misschien is in die zin, mijn misselijkheid ook wel een keuze, een keuze aan gedachtes Omdat ik ze niet probeer om te zetten. Alhoewel ik slechts mijn misselijkheid als ervaring heb benoemd en niet heb geprobeerd haar uit te vergroten.
Hoe dan ook het punt dat ik probeerde te maken is dat wanneer je misselijk bent, je vaak moet overgeven en dat je lichaam dan dus zegt, naar aanleiding van je geest: dit is niet goed, ik voel me niet lekker, er moet iets uit.
hoofdstuk 2
Soms zijn het de dingen die je minder misselijk maken van de wereld, van je problemen van de misselijkheid,
Soms zijn het dingen die je minder misselijk maken die je juist meer misselijk maken: sigaretten, likeur, praten, schrijven, hopen, liegen, geloven, om hulp vragen, niet om hulp vragen, emigreren, niet emigreren, eten, niet eten, seks, geen seks, kinderen, geen kinderen.
*ademt rook uit
Misschien werkt alleen eh, muziek.
Wat dat betreft was die Herman Brood misschien niet zo gek in het kiezen om voor en van de muziek te leven Alhoewel iemand zich af kan vragen in hoeverre dat een keuze was In hoeverre dat wellicht gewoon een roeping was
In het afscheidsbriefje van Herman Brood stond:
Ik ga nu bungy zonder elastiek. Genade- pappa. DROWN IN MY OWN TEARS
Hoofdstuk 3
Verdrink in m'n eigen tranen Was dat een advies Of Was het een verklaring?
Wat probeerde Herman Brood te zeggen?
Als je verdrinkt in je eigen tranen, heb je dan nooit leren zwemmen of had iemand een zwembandje moeten toegooien? Mag je dat verwachten van anderen?
Je moet jezelf toch redden? Of was bungy jumpen zonder koord de enige manier?
Sommigen durven niet te schrijven over zelfmoord durven er niet over te praten durven het niet te benoemen Ik ben niet sommigen
Nooit geweest. Maar misschien is dat ook slechts een arrogante overtuiging.
Een leraar economie noemde mij ooit arrogant, dat is nu denk ik twee drie jaar geleden en soms denk ik er nog aan terug en dan vraag ik me af, of arrogantie soms ook terecht kan zijn
Een psychiater vroeg me ooit of er wel eens een intelligentie test bij me was gedaan en ik zei ''nee,'' ''hoezo?'' Ergens zou ik dat nog wel willen doen zodat ik aan mijn ouders, mijn economiedocent, maar vooral mezelf, kan laten zien met Getallen, met Cijfers, met Data, met Wetenschap dat sommige dingen wel te verklaren zijn, dat sommige dingen terecht zijn dat sommige dingen zijn zoals ze echt alleen hadden kunnen zijn
Een therapeut zei ooit tegen mij dat de opvoedingsstijl van mijn ouders wellicht niet zo goed bij me paste, dat dat de conclusie was die ik kon trekken uit m'n eigen woorden.
En ik heb dat toen geloofd en zal dat ook nog altijd geloven.
Maar wat als arrogantie misplaatst is? Wat als arrogantie altijd misplaatst is? Hoe neerbuigend dient men te leven? Op hoeveel genade mag je rekenen?
hoofdstuk 4
Ik denk dat iedereen op zoek is naar erkenning omdat de realiteit zo iets vaags is.
Misschien sprak Herman Brood daarom wel over zijn eigen tranen omdat hij over zijn eigen waarheid sprak.
Ik vind huilen op zichzelf een prestatie. Soms dan wil je huilen, maar lukt het niet. Soms dan moet je huilen, hou je het in, bedenk je wanneer je wel zal huilen (ergens alleen), en op dat moment: lukt het niet meer.
Als je kan huilen wanneer je dat wil Of het kan toelaten wanneer het het wil Is dat een prestatie.
Ik denk dat tranen ook een vorm van misselijkheid zijn. Of een soort waarschuwing dat je misselijk zal worden Of misselijk zal blijven
Zullen er mensen zijn die nooit misselijk zijn? Nooit huilen? Of in ieder geval zelden en dan ook weten dat het niet terugkomt Of in ieder geval niet zonder een aanleiding.
Als die er zijn zou ik graag zijn zoals zij. Maar ik hoorde laatst een man praten die al jaren niet had gehuild Dan vraag ik me toch echt af of het wel gezond is om jaren niet te huilen
Of zijn misselijkheid niet gewoon het somproduct was van jaren aan opgespaard verdriet, van geen prestaties behalen, op dat gebied.
Als er echt onmisselijke mensen zijn vraag ik me af hoe zij hebben geleefd hoe zij leven hoe hun jeugd was (waarschijnlijk goed) En hoe dat dan toch kan
Welk geluk je dan moet hebben of dat wellicht voorbestemd was Of god er bij die mensen voor heeft gekozen ze rust te geven, zuurstof, onmisselijkheid
Misschien is het wel gewoon dat die mensen aanzienlijk meer 7UP hebben gedronken dan de 330mL (met 95 Kcal) die ik mezelf nu toedien.
#gedicht in vier hoofdstukken#gedicht in stukken#nederlands#poëzie#herman brood#zelfmoord#misselijkhied#7up#determinisme#kwantummechanica#liefde#gedicht#het juiste doen#ik weet niet of dit woordenbombardement vet poëtisch of heel slecht is dus let me know#wat je vind#ps op computer lezen is beter x
13 notes
·
View notes
Text
Even terug in de tijd naar 17 maart 2016
In 2003 na dat me vader is overleden begon voor mij eigenlijk ook het ziekenhuis een rol te spelen in me leven. Omdat ik veel last had van hoesten en het vermoeden was toch een vochtig huis werd er besloten om long foto's te maken. Ik was nog niet thuis of de telefoon ging al. Ze hadden bij de linker long een een vlek gezien niet erin maar aan de buitenkant dit moest zo snel mogelijk onderzocht worden. Er is toen snel een ct-scan gemaakt en ze vonden een aneurysma net na de aorta boog van 5 cm lang en 5 cm dik alleen op bult zat nog een bult van een 1 cm. Ik ben via het ziekenhuis in Apeldoorn doorverwezen naar het vu in Amsterdam want daar waren ze op dat moment het verste met aneurysma in de borstholte en in Nijmegen konden ze het net 3 maanden dus de keus was makkelijk.Ik zou wel gevolgd worden door artsen in America omdat ze nog weinig wisten over stents aanbrengen via de lies en ik was een mooi persoon om dit te volgen. Ik was toen 36 jaar.Ik ben op 8 april 2004 geopereerd eraan en het herstel verliep goed. De jaren die er daarna volgden bleek het aneurysma heel mooi om de prothese te zijn geslonken en het resultaat was beter als ze verwachten. Had wel wat vaker last van de rug maar niet noemenswaardig kwam ook door meer oorzaken. Ik ben in 2007 verhuisd van Apeldoorn weer terug naar Nijmegen toch de stad waar mijn wortels liggen.Ik heb in 2009 een hond in huis genomen ze kwam van vrienden het was een hollandse herder ze heette Goldie. Ik kwam in de zomer van 2013 er achter dat ik de ene keer 10 km kon lopen en de andere dag amper 100 meter. Mijn huisarts was ondertussen verhuisd naar een huisartsen praktijk. Dus ik kreeg wel eens een andere dokter.het begon eigenlijk met pijn bij me rechter rib de onderste. Ik kreeg vaak een andere arts aangewezen bij de huisartsen post omdat die eerder tijd had als me eigen huisarts, zo had ik eens galstenen spieren verrekt en fysio werkte averechts en toen ineens copd. Ik ging weer bij haar op consult van wegen de pijn en kreeg te horen neem je maar een paracetamol ik kwam omdat die dingen niks hielpen. De maat was vol voor me en ben avonds naar het ziekenhuis gegaan. De arts dacht misschien een spier verrekt bij de rib door het hoesten maar kon zijn eigen niet vinden met de uitspraken en heeft een boze mail gestuurd naar mijn eigen huisarts met het verzoek om de copd nader te onderzoeken met foto's en een test want hij geloofde er weinig van. Ik kon een dag later al terecht en een paar dagen later op naar het ziekenhuis voor long foto's. Het was inmiddels al februari 2014. IK was nog niet thuis van de foto's of de telefoon ging alweer, de huisarts ze hadden een fors aneurysma gezien de prothese van de vorige bungelde in de nieuwe en deze nieuwe aneurysma was geschat op 10 cm lang en 10 cm breed.IK moest met spoed na de eerste hulp komen omdat ze dit toch wel nader wilde bekijken. Na de ct scan had ik nog griep ook werd er besloten er worden weer 2 protheses bijgezet 1 aan de onderkant van het nieuwe aneurysma en 1 die word in de nieuwe en oude prothese ingebracht om zo het aneurysma uit te schakelen. ik zou snel opgeroepen worden. Het was 18 maart 2014 en werd morgens wakker en had het gevoel als ik het einde van de dag haal mag ik in me handen klappen. Ik heb de huisarts gebeld en na overleg moest ik direct naar de eerste hulp. Daar aangekomen werd ik onderzocht en de vaatchirurg kwam voor me zitten met een bezorgd gezicht. Hij zei je prothese is al in Nederland die zijn ze met super spoed aan het ophalen ik moet jou nog 2 uur in leven zien te houden. Op dat moment ging de deur open kwamen er 4 dames binnen pakte me vierkant op werd op bed gelegd en naar ic vervoerd.Ze wilde zo goed mogelijk de protocol uitvoeren en dat houd in om de benen kunstmatig te verlammen en dit na de operatie weer langzaam op gang te laten komen dan heb je minder kans op blijvende verlamming na de operatie. Ik werd een paar dagen later wakker en kreeg te horen de operatie is geslaagd alleen ik had een flink delirium gehad. Ik weet hier niks meer van ik mocht na de mediumcare. Ik had wel steeds ruzie met een klok vond dat ie niet snel genoeg liep. Na 2 dagen na de afdeling en toen alles goed werd bevonden na een dag of 4 naar huis. Bij de apotheek begon het alweer lang wachten want de zorgverzekering had gevraagd of de medicijnen niet in een andere goedkopere vorm konden na veel overleg tussen apotheek zorgverzekering en arts werden paar dingen vervangen de arts zei wel moet wel dezelfde werking hebben. Het revalideren was begonnen en ging toch anders als verwacht maar er was vooruitgang. De pijn bij me rechter rib blijft terug komen en dat komt door het aneurysma dat duwt organen aan de kant luchtpijp en slokdarm darm zitten ook scheef long word in geduwd en organen eronder vinden ook hinder ervan. Maar als het aneurysma zou gaan slinken zouden de problemen ook weg gaan. Het aneurysma was tijdens de operatie al 12 cm geworden. het revalideren gaat redelijk helaas komt me zwager in november te overlijden. Dus wilde ik er graag zijn voor me zusje want ik weet hoe het voelt jong een ouder verliezen. Helaas moet ik op 3 december me hond in laten slapen ze was vergiftigd en haar nieren konden het niet meer bol werken. Het is 16 december 2014 ik ga werken en op werk voel ik me niet lekker. De chef die er is stuurt me naar huis. Maar onder het lopen beginnen me benen raar te doen rare tintelpijn. Een collega zet me op een bureaustoel en rijd me naar de kleedruimte. Daar onder het omkleden het snel erger werd en ik op de grond belanden omdat ik me benen niet meer voelde. De chef heeft toen een ambulance laten komen en het bhv team. Ik was blij dat de ambulance er was werd vlug onderzocht en het vermoeden was dat me aorta lek was geslagen. Ik had ook geen gevoel meer in me rechterarm. De ambulance is met zwaailicht en sirene naar het radboudumc gespoed. Daar aangekomen op de trauma hadden ze al snel in de gaten dat ik een grote bloedprop had en die was boven in me rechter lies blijven steken. Ik had gelukkig een medicijnlijstje in de bhv kast op werk neer laten leggen en de trauma arts had het vermoeden al dat die medicijnen wel eens gebotst zouden kunnen hebben, komt maar zelden voor maar ja ik was de 1 op de miljoen dus.Helaas ook een infarct gehad in me milt en rechter nier. ok me huid begint allergie te vertonen en na wat bezoekjes word besloten de huidklachten te onderdrukken omdat ik de medicijnen echt nodig heb met name de morfine voor de pijn,dus pilletje erbij en wat zalfjes. De bloedprop hebben ze opgelost en naar een week ongeveer mag ik naar huis terug.Toch met kou en lange inspanning willen me benen niet meer en beginnen behoorlijk pijn te doen. Ik heb dit met de arts besproken maar hij was eerlijk hij zei als het erger word aan de bel trekken. Het revalideren gaat slecht ik word regelmatig eerder naar huis gestuurd en de pijn bij de rib kliert ook aardig. Het is 18 maart 2015 ik sta op met veel pijn bij de rechter rib, ik bel de huisarts kan gelijk komen. ik weet nog dat een dame me vroeg wilt u voor meneer het gaat niet goed met u. Daarna lag ik in een ambulance op weg naar het ziekenhuis. na controle bleek toch het aneurysma te liggen klieren en ik moest de pijn voorblijven dan maar huiduitslag. Dus nu standaard alle pijnstilling in nemen en niet een basis pijn stilling en aanvullen als de pijn komt. Het is 3 juni 2015 ik ben weer op me werk en het revalideren is bagger. Simpele dingen of dingen waar ik bij kan zitten gaan redelijk goed. Allen nu ging ik zitten en er kwam een rare nare pijn bij dat me gewoon naar de grond sloeg en me linkerzijde als ik daarop lag was de pijn het minst. De chef die er is belt gelijk een ambulance. In de ambulance waren me waarde weer redelijk normaal maar ik ben een valkuil patiënt dus ze moeten me naar het ziekenhuis brengen voor onderzoek. Me gewicht bloeddruk en hartslag hadden de normale waarde. Aangekomen bij de trauma onderzoek gehad en ze hebben besloten een ct-scan met vloeistof en dan ter observatie op de eerste hulp. De collega gaat weer terug naar het bedrijf die was mee gereden want het kon nog wel uren duren. Ik lig op d eerste hulp en er komt iemand vragen of ik gereanimeerd wil worden ik kijk ze aan is het nodig dan? ow u weet het nog niet. Gelijk kwam de Vaatchirurg en die vertelde me u hebt weer een nier infarct gehad in u rechter nier maar we hebben iets anders ontdekt en dat is dat de prothese aan het uitbreken is en het verse bloed komt in het aneurysma en maakt zo bloed klontjes.Zoals het nu zit zal het nog wel een paar dagen bij volledige rust blijven zitten maar er moet iets aangedaan worden. De keuze een open operatie dat is de zwaarste operatie die er is en kom je met mankementen uit omdat ik niet echt top fit ben en heeft ook een lange revalidatie nodig meer als 2 jaar. Of de stents recht zetten en daar 1 lange stent overheen dat kon nog net voor ze andere belangrijke aders gaan afsluiten.Ik heb voor het laatste gekozen dat was volgens de vaatchirurg ook de beste optie een open operatie kan nog altijd.5 juni 2015 ben ik met succes geopereerd en weer de dood ontlopen gelukkig. Het is 21 juli 2015 ik moet op controle heb een vragenlijstje want de pijn achter me recht rib is erger geworden en trekt naar de rug toe dit zouden ze na de operatie uitzoeken omdat ze vermoeden dat dit nog steeds van het aneurysma komt dat helaas nog ruim 12 cm. Alleen er was weer een tegenvaller de nieuwe stent is aan de onderkant niet mooi in de aorta geschoten en lekt. Nu moet ik aansterken en gaan ze in september met een ballon naar binnen om de boel aan te drukken en het lek op te heffen.Ik hoop dat dit echt het laatste is me benen hebben het ook weer een behoorlijke klap gehad. maar ja ik ben er nog!!
1 note
·
View note
Photo
Foto by: https://www.nicolinerodenburg.nl/
Thema 2: Tijd
Wat betekent tijd voor mij? Op https://wetenschap.infonu.nl/diversen/50261-het-tijdperk-van-de-klok.html, geraadpleegd op 1 augustus 2018, staat een mooie omschrijving van het tijdperk van de klok, waarmee we tijd hebben uitgevonden en die kunnen meten.
Het begrip tijd
De dimensie ‘tijd’ zorgt ervoor dat de ruimte dynamisch is, ofwel constant aan verandering onderhevig. Denk aan wolken die langzaam overdrijven, of winkelende mensen die zich van de ene straat naar de andere begeven. Hoewel we het soms zouden willen, staat de tijd nooit stil en kan deze nooit worden teruggedraaid. Wijzelf en alles om ons heen zijn onderhevig aan het verloop van de tijd, hoewel de tijdsspanne varieert. Van sommige gebeurtenissen is de tijdsspanne goed te bevatten, denk aan een schooldag, of de wereldrecordbrekende tijd waarmee een schaatser de 500 meter sprint. Andere aspecten van tijd gaan ons inlevingsvermogen te boven: probeer je maar eens een voorstelling te maken van wat één dag is op de totale bestaansperiode van ons zonnestelsel, of van de tijd die het licht nodig heeft om je woonkamer te doorkruisen. Hoe geavanceerder onze technologie wordt, des te meer worden we ons bewust van de extreem lange – en korte – tijdsduren van processen die zich in de natuur afspelen. En hoe verder we terugkijken in de geschiedenis, hoe kleiner het toenmalige besef was dat de mens had van het begrip ‘tijd’. Tijd is voor mij nog fascinerender dan geboorte of dood. Tijd bepaalt onze bestaansduur zonder dat we die te weten komen en de keuzes die we nu maken bepalen onze tijdsinvulling in de toekomst. Ik heb lang een haat-liefdeverhouding met de tijd gehad. Ik dacht vaak te veel te kunnen doen binnen een beperkte tijd, tijd is voor mij bijna altijd een ‘te kort’ geweest. Ik schrijf bewust geweest omdat tijd een bewust fenomeen voor mij is geworden. Tijd heeft mij een lange periode ‘overgenomen’, tot waanzin gedreven. Het voortdurend vooruitrennen, afspraken maken, activiteiten willen en moeten doen van mezelf binnen een bepaalde tijd, zorgde ervoor dat ik leefde in de toekomst en niet meer in het hier-en-nu. Fysiek was ik ‘hier’, maar met mijn gedachten al in de toekomst. De activiteit ‘nietsdoen’ was mij dan ook lange tijd vreemd: dat kende ik oprecht niet. Het uitvloeisel van nietsdoen kende ik daarmee ook nauwelijks (tot rust komen, in het hier-en-nu zijn, flexibel kunnen zijn, keuzes maken op basis van gevoel, een ontspannen gevoel in lijf en hoofd ervaren). Het is voor mij een leerproces geweest om dat weer te kunnen ervaren en te ontdekken hoe het je in je kracht zet: In het hier-en-nu zijn, zonder tijdsdruk en tijdsbesef. Dan pas echt voel ik me vrij, krachtig en gelukkig. En zie dat maar eens te vinden in onze dagelijkse uitdagingen vol moeten, deadlines en verwachtingen!
Onze maatschappij en de tijd
Tijd in onze maatschappij is voor mij dan ook onze grootste kracht en vijand geworden. Doordat wij veel van onze activiteiten verbinden aan tijd, heeft tijd niet meer alleen een efficiëntie- of effectiviteitsbetekenis gekregen maar ook een waardeoordeel (in de Nederlandse cultuur betekent dat als je op tijd bent, je betrouwbaar bent en je de ander serieus neemt. In Arabische landen is het veel meer een machtsmiddel: Ik bepaal of ik op tijd kom en mij aanpas aan jouw programma, en daarmee heb ik de macht in de relatie). De tijd leidt ons en als we niet oppassen lijden wij door die tijd (het aantal gevallen van burn-out en bore-out blijft stijgen. In mijn beleving wordt dit mede bepaald door de factor tijd en de vele verwachtingen die we van elkaar hebben in een beperkte tijd). Door alle mogelijkheden die we hebben en het besef van onze beperkte houdbaarheid kunnen we ons enorm opgelaten voelen door de tijd. Tijd is ook een woord dat we veel terugzien in uitspraken, quotes en gezegden. Waarom? Tijd is van alle tijden en ja, een belangrijk gegeven in ons leven (www.spiritum.nl en www.citaten.nl, geraadpleegd op 6 augustus 2018):
Bij de tijd zijn
De tijd vliegt
Gezelligheid kent geen tijd
Er is een tijd van komen en gaan maar de tijd van gaan is nu gekomen
Als tijd geld is, hoe arm ben je dan als je geen tijd hebt?
Alles komt op tijd voor hem die wachten kan
Het kostbaarste bezit in slechte tijden, is de herinnering aan goede tijden
Niets is tijdverlies, als je van de dag geniet
Wie geen tijd heeft, is armer dan een bedelaar
Als je geen tijd hebt voor je passie, is het dan wel je passie?
Wie geen tijd te verliezen heeft, hoeft zich nooit te haasten
Het woordje ‘moeten’ is vaak verbonden met tijd. Tijd is hiermee voor mij een voorwaardelijkheid geworden (ik moet zoveel mogelijk uit mijn tijd halen) en mijn grootste valkuil (want zo kun je je altijd gehaast voelen). Tijd is geen middel meer maar een doel geworden en daarmee ervaar ik dat we voortdurend bezig zijn met de toekomst: De afgesproken tijd behalen (ligt altijd in de toekomst). En laat dit nu net het tegenovergestelde zijn van zen! Zich zen voelen zijn is gevoel van ruimte, rust en vrijheid in je hoofd en hart ervaren. En dat is hetgeen wat ons gelukkig maakt, een staat van ZIJN (op basis van wetenschappelijk onderzoek): https://www.happinez.nl/groei/wat-maakt-ons-gelukkig/, geraadpleegd op 1 augustus). Je zen voelen stelt je in staat om al je zintuigen te ervaren en op een ander energieniveau te komen, en deze ervaring, van maximale zintuiglijkheid, ervaar je alleen als er even helemaal ‘niets’ is. Geen tijd, geen moeten en een vertrouwde ruimte om je heen. Of, in een enkele uitzondering, zorgt the heat of the moment voor het stilzetten van de tijd. Denk maar eens aan een onvergetelijke sekspartij of een spannende sportwedstrijd. Tijdloosheid vraagt om ZIJN, zijn in het moment. ZIJN kent geen tijd, want bij de tijd is de situatie al veranderd en daarmee het ZIJN. Fascinerende gedachte, toch? Tijd is ongrijpbaar, alhoewel we denken die te beheersen. Natuurlijk kunnen we de tijd bepalen maar we kunnen de tijd niet terugdraaien, vooruitspoelen, stilzetten of opnieuw beleven. Elke seconde is uniek en eenmalig. Tijd is zelfs zo mysterieus dat het lijkt alsof we tijdvliegen in de doofpot hebben gestopt. In 1969 waren we namelijk al in staat om met de Concorde door de geluidsbarrière te vliegen (https://nl.wikipedia.org/wiki/Concorde_(vliegtuig) , geraadpleegd op 1 augustus 2018). Een noodlottig ongeval heeft veel levens gekost en daardoor is de Concorde in 2003 uit productie genomen. Maar was dit wel de werkelijke reden? Waren we hiermee niet bang dat we konden gaan tijdreizen met alle gevolgen van dien? Denk je eens in wat voor impact dat kan hebben! Je vliegt dan in enkele uren van Londen naar New York en bij aankomst weet je dan uren eerder dan de inwoners van New York wat er gebeurd is in Londen (je bent de tijd vooruit gevlogen). Zouden we hiermee dan ook kunnen zeggen dat tijd in onze maatschappij gelijk staat aan geld en macht?
Wat betekent tijd voor jou?
Heb jij weleens bewust stilgestaan bij de tijd? Of zijn het alleen de verjaardagsmomenten, oud en nieuw, het snel zien groeien van (je) kinderen of de jubilea die je even stil laten staan bij de snelheid van de tijd? Hoe ervaar jij het besef dat je bij een goede gezondheid gemiddeld rond de 85 jaar te leven hebt? Geeft het je ruimte (‘oh, ik heb nog vele jaren om te genieten’) of benauwt het je (‘weer een jaar voorbij waarin ik niet heb gedaan wat me gelukkig maakt’)? Is het voor jou een vanzelfsprekendheid of net als voor mij een fascinatie? Ervaar jij ook de helende kracht van tijd (alles gaat met de factor tijd weer voorbij) en lukt het je in de tijd van NU te leven?
Ik nodig je uit om eens even stil te staan bij de tijd. Om te ontdekken of je in de toekomstige tijd leeft of misschien wel alleen maar met het verleden bezig bent. Hou het wel luchtig, want de tijd kun je niet grijpen. Voel je de kracht van de snelheid van tijd of gaat tijd voor jou tergend langzaam? Gaat deze minuut snel voor je? Of langzaam? Wat zegt dit over je staat van zijn? Je gemoedstoestand? Kruipt de tijd omdat je je verveelt of vliegt deze voorbij?
1 note
·
View note
Text
17/01/2019
- Het gaat vandaag weer iets beter met mij. Af en toe (regelmatig) denk ik nog aan de afspraak met E. binnenkort, en alles wat ik zie of doe betrek ik op haar (bv bloemen voor mezelf gekocht > misschien moet ik haar ook bloemen kopen voor de gastvrijheid, wat zou ze vinden van ons interieur als ze hier ooit op bezoek komt, etc). Maar ik ben niet meer zodanig emotioneel in de ban ervan, mijn verlangen is wat getemperd. Ik heb me ook al ingebeeld hoe het zou voelen als ze nog andere oud-leerlingen zag, en specifiek met K. Ik zou me dan absoluut niet speciaal meer voelen en geen vriendschap meer willen, dan voelt de connectie niet meer bijzonder als ze eigenlijk geliefd is door meerdere oud-leerlingen.
- Vandaag had ik redelijk wat taken te doen, wat ook wel goed voor afleiding zorgde, opdat ik niet gewoon wat zit voor me uit te staren. Ik krijg ook wel weer wat zin om te borduren, puzzelen, op Tumblr rondkijken.. Het gebrek aan concentratie lijkt minder erg vandaag.
- Het lijkt ook wel dat ik me ’s avonds het meest eenzaam voel, en nood aan een gesprek heb, maar tegelijk lijkt geen gesprek goed genoeg, ik wil gewoon een gesprek met E.
Ik wou dat ik de afspraak kon vervroegen, maar ik ben al dankbaar dat ze tenminste wilt afspreken, dus ik wil ze dan geen druk opleggen. Op deze manier kan ik tenslotte de kans grijpen om met dergelijke gevoelens om te gaan. Ik had schrik mezelf niet te kunnen verbeteren door gebrek aan concentratie, maar dit is een les op zich.
- De zon schijnt, dat doet ook wel deugd.
- DROOM: ik stond op straat tegen een kleine auto te leunen. In de auto zaten mama, M, en nog 2 tantes op de achterbank. Drie van hen waren geblinddoekt, ook de chauffeur. De passagier vooraan zou instructies geven aan de chauffeur hoe ze moest rijden. Ik praatte met mama in de raamopening over hoe onveilig en onverantwoord dit was, en gaf hen advies daar niet mee door te gaan. Zij zagen dit als een spel, maar hielden niks rekening met andere autobestuurders. Zij deden alsof dit niets was en keken op me neer dat ik het aanmaande te stoppen.
Ze lieten 2 kinderen achter die ik met de auto moest zien naar huis te brengen. Ik had geen rijbewijs maar ik voelde dat ik geen andere keuze had, dus ik probeer te autorijden en het lukt behoorlijk, maar ik voel me wel een crimineel en erg schuldig onderweg. Het rijden was niet volledig naar de regels, maar ik had het duidelijk al eerder gedaan (uit een andere droom?)
- Ik hoop toch nog steeds wat dat ik een bericht krijg van E. met voorstel om vroeger af te spreken, of tenminste een antwoord op de mail naar Valerie.
- Ik merk dat ik wel snel down word, nu bv na het schrijven (misschien ook wel omdat ik geen leuke taken meer te doen heb)
- Het is 23u30 en zowat de hele avond voel ik me vrij depressief: ik weet niet meer wat doen, omdat niets me nog echt enthousiast maakt. Alles vervaagt in het vooruitzicht van E. terug te zien. Ik weet niet of het daar mee te maken heeft, of dat het zo vaak donker is, of te weinig leuke programma’s op TV om mee mee te leven. Eender welke film, serie.. het lijkt me nog weinig te doen in positieve zin. Het is zoals toen na Novarock 2009 dat ik ging derealiseren omdat ik dacht dat het na die avond niet meer beter kon worden. E. moest het weten..
Misschien geloof ik diep vanbinnen dat E. de enige is die ziet wat in mij zit. De enige die al mijn emoties echt begrijpt zonder mij te kennen. In realiteit zal dat wel anders zijn wellicht. Ik wou dat ik bewijzen had.
Ik heb gewoon nog nooit het gevoel gehad dat iemand me zo snel erkent, en me verwelkomt in haar leven. Maar ik heb schrik dat ik het me allemaal inbeeld.
- De angst zit er vooral in dat ik de signalen verkeerd interpreteer - vroeger dacht ik dat alles wat Erik deed, teken was van een goede vriendschap, maar later bleek ik dit helemaal verkeerd te hebben. Als hij me uitnodigde zag ik dit al als geliefd zijn. Achteraf gezien was dit omdat hij niet alleen wou zijn en wist hij dat ik niet zou weigeren.
Wat als ik het nu weer verkeerd inschat? Dat ze met die ‘dikke knuffel’, ‘warme groetjes’, ‘uit de grond van mijn hart’ niets bedoelt, dit geen voorzichtig gekozen woorden waren en haar echte gevoelens weerspiegelen? (Erik stelde zich nooit kwetsbaar op en vroeg nooit hoe het met me ging, E. wel min of meer..)
0 notes
Text
Wachtstand - door Hayat
In mijn vorige blog heb ik uitvoerig stilgestaan bij de keus die ik moest maken. Wel of geen operatie? Wat op zich geen keus zou moeten zijn als je weet dat ik al ruim drie jaar onbeschrijfelijke pijn ervaar. In mijn geval ligt de situatie gecompliceerd. Na een uitgebreid gesprek met de anesthesist heb ik besloten om toch wel voor de operatie te gaan. Voor mijn gevoel is het kiezen uit twee minst leuke scenario’s. Kiezen voor levenslange pijn of een kans op betere kwaliteit van leven, ook als dat mogelijk met permanente beademing zou betekenen. Door deze ervaring ben ik oude en nieuwe angsten gaan voelen. Tegelijkertijd weet ik dat ik bang mag zijn. Het is net een spirituele reis die je doormaakt. Je komt jezelf op verschillende momenten tegen, er wordt je constant een spiegel voorgehouden en vragen over zingeving worden ineens belangrijk. Dit filosofisch traject dient mijn zelfreflectie waardoor ik merk dat ik steeds betere keuzes kan maken.
Wakkere flexibele fiberoptische intubatie Door mijn spierziekte en ervaring uit 2008 (mislukte intubatie met ernstige complicaties als gevolg) kwam de anesthesist al gauw met het voorstel om via de neus te intuberen. Plat gezegd, er gaat een beademingsbuis met camera door mijn linkerneusgat richting de longen. Dit zal onder plaatselijke verdoving gebeuren bij volle bewust zijn. Een wakkere intubatie. Simpelweg omdat dit het veiligst is. Nadat de buis op zijn plek is zal ik onder narcose worden gebracht. De anesthesist vertelt mij ook dat ze hier ervaring mee heeft. Dat stelt gerust. Na ons gesprek zou zij ervoor zorgen dat het CTB Utrecht erbij wordt betrokken en alle informatie van Erasmus MC wordt opgevraagd. Nadat de aanpak besproken is in een MDO staat mij niets verder in de weg. Dacht ik.
Wachtlijst operatie Meteen na mijn eerste consult met de orthopeed ben ik in oktober op de wachtlijst gezet. Tijdens deze afspraak is aangegeven dat er voor grote ingrepen zoals een rugoperatie, een wachtlijst is van een jaar bij deze desbetreffende orthopeed. “Gelukkig heb ik die in 2008 al gehad”, grapte ik. Voor ingrepen zoals deze is de wachtlijst korter. De kans is groot dat dit tussendoor kan. Met die woorden nagalmend in mijn achterhoofd heb ik thuis mijn definitieve keus gemaakt. Die rib moet uit mijn lijf! En wel zo snel mogelijk. Na drie maanden wachten besloot ik eens voorzichtig te informeren naar de stand van zaken. Was alle informatie nu binnen gekomen van Erasmus MC uit 2008? Ben ik al gesproken in een MDO? Zo ja, is het beleid nu helder? Zijn er nog open eindjes? Alles bleek up to date. Het advies was om alleen zelf nog een belletje te wagen aan de planning OK. Vol goede moed stak ik mijn verhaal af bij de dame die de telefoon beantwoordde. Na dat gesprek was er niks meer over van die moed. De boodschap was keihard. De wachtlijst is echt een jaar, grote of kleine ingrepen bij deze arts, in het UMCU. “U staat er pas 3 maanden op hoor”. “Er staan nog meer mensen op de wachtlijst”. “Ondanks de ‘klein’ ingreep moet er ook ruimte zijn om die te plannen hè”. In mijn hoofd schreeuw ik: “ja maar ik heb al 3 jaar pijn!”. “Ik kan niet bewegen, zitten, slapen, werken of aan- uitkleden zonder dat ik sterretjes zie van de pijn”. “Ik kan niet meer!”. In plaats van te schreeuwen werd ik stil. Ik kreeg de woorden niet uitgesproken. In plaats daarvan zeg ik dat ik het begrijp en hang verslagen op. Even zucht ik, in de hoop dat ik daarmee ook mijn frustratie kwijtraak. Ik staar een tijdje voor mij uit en begin keihard te huilen. Als een klein kind dat gevallen is. Een verdriet dat door merg en been gaat. Waarin je verlangt naar twee armen om je heen en de troostende woorden van een ouder, dat het wel goed komt. Het lucht op. Ik kan weer helder nadenken. Oké wat nu? Een jaar wachten, dit gaat niet gebeuren. Ik weet nog niet hoe, maar nee echt niet gewoon.
Wachtlijstbemiddeling via de zorgverzekeraar, ideale oplossing? Mijn fysiotherapeut kwam met deze suggestie. Wat is dit precies? Ik besluit mijn zorgverzekeraar Ohra eens hierover te bellen. Bij wachtlijstbemiddeling kijkt de zorgverzekeraar of je dezelfde behandeling kunt ondergaan in een ander ziekenhuis bij een soortgelijke behandelaar. Het kan zijn dat de wachtlijst in een ander ziekenhuis voor je behandeling veel minder lang is. Klinkt goed, mits je zorgvraag niet zo complex is als de mijne. Ik heb bewust voor dit ziekenhuis gekozen vanwege de expertise op gebied van SMA en narcose (intuberen). Wat haal ik op mijn hals als ik de behandeling elders krijg? Automatisch voel ik mij gevangen aan de keuze voor dit ziekenhuis. Aan het einde van het telefoongesprek concluderen we beiden dat dit voor mij geen optie is.
Pijnbestrijding Ondertussen kan ik niet zo langer doorgaan. Ik moet uit bed, ik moet een ritme hebben, ik moet blijven bewegen, ik moet weer fitter worden. Mijn conditie en concentratie moeten weer aan, dat is beter voor de operatie. Maar hoe dan? Hoe kan ik hier allemaal aan voldoen met die vreselijke pijn? Inmiddels weet ik dat platliggen helpt. Maar van platliggen wordt niemand beter en dit lijf met SMA al helemaal niet. De weg naar de pijnpoli dan maar. Gek eigenlijk, om de pijn weg te kunnen nemen zal er iets verwijderd moeten worden. Dat kan niet direct vanwege een ellenlange wachttijd. Dus zoek ik mijn heil in pijnmedicatie. Ik gooi mijn lichaam vol stoffen die ik niet kan of wil gebruiken. Het voelt onnatuurlijk. De pijn blijft er overigens niet mee weg. Ook hier kunnen ze niet veel voor mij betekenen. Ik krijg het advies om het nogmaals te proberen met corticosteroïden-injecties en kom terecht bij waar ik in juni 2018 begonnen ben. Je weet wel, van die injecties met lange naalden die ze tussen je pezen en gewrichten zigzaggend manoeuvreren onderhuids totdat ze goed zitten. Ik voel mij inmiddels gepromoveerd op het vak Geduld.
Als ik terugkijk op 2018 was het maken van een keus (wel of geen operatie) het makkelijkste gedeelte van het afgelopen jaar. Mijn nieuwjaarswens? Dat de wachtlijst miraculeus korter wordt en dat er toch ergens een gaatje wordt gevonden in de agenda van mijn behandelende arts en dat de operatie waar ik niet op zat te wachten toch snel uitgevoerd kan worden.
1 note
·
View note
Text
Lanaken - NP Hoge Kempen - Natuurpark Hoge Venen-Eifel - Bayehon waterval - Robertville
Zondag 28 april
Het was een warme nacht, maar ik klaag niet want de zon schijnt deze ochtend volop 😎. Ik ben vroeg wakker, waarschijnlijk heb ik nog het werkritme in mijm systeem, maar dat betekent dat ik nog een lekker lange dag voor de boeg heb 💪🏻.
Na mijn ontbijt pak ik mijn fiets voor een tocht door Nationaal Park Hoge Kempen. Het is geen superlange tocht, slechts een kleine 37 kilometer, maar het stuurt mij wel langs de meeste highlights.
Zoals gezegd schijnt de zon volop als ik vertrek, maar ook nu komen al snel de wolken. Toch blijft het heerlijk fietsen. Korte broek! Mijn shirt met lange mouwen onder mijn fietsshirt is elke keer als de zon zich laat zien, zelfs té warm.
De fiets- en wandelroutes zijn weer mooi aangelegd, met tussendoor aardige architectuur. Gisteren de uitkijktoren nu een fietsbrug 👌🏻.
Onderweg kom ik veel wielrenners tegen, het is ook gewoon een toffe route en ik ben wel een beetje jaloers dat wij in Zeeland niet zoveel mooie heidevelden hebben 😉. De laatste 8 kilometer doet mij wel weer aan thuis denken...windkracht 4 a 5 tegen op het stuk langs de Maas...pfff 🚵♀️ 🥴.
Na mijn fietstocht was ik mezelf eerst, want ik heb me behoorlijk ingespannen. Vervolgens besluit ik naar Rekem te gaan. Ik fietste langs dit plaatsje deze ochtend en zag een bord staan met 'een van de mooiste oude dorpjes van Vlaanderen '. Eenmaal door het dorpje wandelend vraag ik mij af waar het mooie gedeelte dan is...tja veel dorpen in Vlaanderen zijn echt spuuglelijk, deze dan misschien iets minder dan de rest? 🤷♀️
Ik drink nog een latte in de enige brasserie die het dorp rijk is, die smaakte dan wel weer lekker 😂.
Ik rij weer verder...ietsjes zuidelijker richting Natuurpark Hoge Venen-Eifel. Hier ben ik afgelopen februari langsgereden toen ik een weekend ging wandelen in de Eifel en dacht toen al ik wil hier nog een keer heen!
Er loopt een plankenpad door het hele gebied en het is er echt prachtig! Ik heb een korte route uitgekozen van ongeveer 7 a 8 kilometer lang. Maar net voor ik wil vertrekken ziet de lucht er wel heel dreigend uit. Voor de zekerheid gooi ik toch even mijn regenbroek en jas in mijn rugzak.
Zoals wel vaker tijdens mijn vele reizen komt er ook nu geen of slechts 1 druppel uit de lucht. In plaats daarvan laat de zon zich nog zien en kan ik weer mooie plaatjes schieten 😊.
Na de leuke wandeling, stap ik weer mijn auto. Ik maak nog een korte stop voor een bezoek aan de waterval Bayehon. Slechts 3,5 kilometer retour over een simpel pad, maar het was zeker de moeite waard! 👌🏻
Vervolgens ga ik op zoek naar een camperplaats in de buurt. Het is hier wel weer een stukje frisser dan vanmorgen en gisteren. In het plaatsje Robertville vind ik een plekje midden in het dorp achter de kerk. Ik sta vanacht een keer alleen, maar voel mij totaal niet ongemakkelijk. Lekker rustig juist!
Na een heerlijk maaltje, ik had nog een bak chinees uit mijn vriezer meegenomen gisteren en dat is nu pas net ontdooid 😋, loop ik nog even door het dorpje. Er is niet veel te beleven, ik kruip dan ook tegen tien uur al lekker in mijn bed.
0 notes
Text
23/01/2020
- Ik voelde me heel lang echt geweldig, ik voelde zoveel liefde en dankbaarheid voor alles en iedereen rondom mij. Sinds ik een paar dagen werkloos ben en afhankelijk ben van sociale media voor contact met de buitenwereld, ben ik weer helemaal teruggevallen naar het miserabel gevoel van vroeger: mij geïsoleerd voelen en verstoten van de wereld.
Ik mis vooral het gevoel van innerlijke rust en vertrouwen dat mijn leven alsmaar zal beteren. Ik dacht dat ik innerlijk geluk had gevonden, maar ik haalde het vooral uit mijn job. Eens ik weer zonder die dagelijkse connecties zit en reken op reacties op mijn creatief werk, gaat het mis. Daardoor heb ik nu ook schrik voor als ik volledig stop bij Essensium, al kan ik dan wel actie ondernemen om een nieuwe job te vinden en mezelf gelukkig te maken. Het is zo teleurstellend dat ik onbewust mijn geluk nog uit externe dingen haalde. Ik wil dat vorige gevoel terug maar weet niet hoe.
Misschien komt dit pas terug als ik weer aan het werk ben?
Dit is waarschijnlijk ook wel heel normaal dat ik een terugval heb, dit maakt mij menselijk. Ik ben dankbaar dat ik me een tijd zo gelukkig voelde.
Ik voelde dat het wel de verkeerde kant opging door zo veel bezig te zijn met Huub, ik besefte voorbije weekend al dat ik in oude patronen herviel in plaats van te focussen op mezelf.
Ik wil terug meer nagaan wat ik nodig heb, waar ik plezier uit haal.. Ik voel dat ik vooral rust nodig heb en slaap.
- Ik heb mezelf wel nog steeds erg graag, ik zie mezelf graag, ik gun mezelf het beste, ik heb veel te bieden en ben awesome, vriendelijk, empathisch, kan goed tekenen, ik ben trouw en aangenaam om mee om te gaan, leuke interesses, interessant, grappig, liefdevol.. die dingen geloof ik echt vanuit mijn hart. Ik wil gewoon meer horen van anderen die dit ook vinden zodat ik een connectie voel met hen.
Ik denk dat het grootste probleem is dat ik thuis zit en mij zo geïsoleerd voel van de wereld, in de steek gelaten.
Voel ik mij dan ook geïsoleerd van mezelf? Misschien heb ik te weinig aandacht aan mezelf besteed? Ik besef nu pas hoeveel verschil het maakt om gewoon iemand in de buurt te hebben om mee te kunnen babbelen, of iets te hebben om me mee bezig te houden waardoor de tijd snel vooruit gaat. Ik heb nu vrije tijd en zou er van moeten profiteren, maar ik wil gewoon weer onder mensen zijn. Ik heb dit echt nodig in mijn leven. Terwijl ik altijd dacht extreem introvert te zijn, ik wil me verbonden voelen met anderen, bij een groep horen en liefst zo veel mogelijk.
- Ik heb afgelopen tijd heel veel bereikt en overwonnen:
relatiebreuk van 6 jaar en sinds 7 januari geen contact meer gehad met Flor (het steekt wel dat hij mijn posts van mijn totebags niet liket maar wel mijn stories checkt - toch houd ik vol om er niet naar te vragen - hij kan sowieso niet meer mijn noden vervullen), alleen gaan wonen, financieel volledig ingestaan voor mezelf, een eigen veilige plek waar ik mezelf kan zijn, mezelf kan uiten, me goed kan voelen, een job gevonden door me aan te melden bij een interimkantoor waar ik me top voel en altijd zal meedragen in m’n hart, naar een wassalon gegaan terwijl ik schrik had van het nieuwe, ik maak elke dag eten voor mezelf, ik houd rekening met mijn noden en wensen, ik zorg voor mezelf zo goed mogelijk..
Ik wil gewoon weer wat meer vertrouwen in het universum en leven vanuit wat het universum op mij afstuurt bv het gebrek aan waardering voor mijn totebags is een les dat het universum op mij afstuurt om daar op een gezonde manier mee te leren omgaan, of om om te leren gaan met het verliezen van mijn goeie stemming.
Ik ben dankbaar voor mijn eigen stekje, ik ben dankbaar voor hoe ik word geapprecieerd bij Essensium, en ik ben dankbaar dat ik mij creatief kan uiten.
- Ik wil er gewoon in kunnen geloven dat ik na Essensium iets vind waar ik mij even goed ga voelen. Ik ben hier maar heel toevallig op gestoten, dus de kans is redelijk dat er opnieuw zoiets toevallig op mijn pad komt?
- Ik voel me eenzaam maar heb niet het gevoel dat het weggaat als ik contact heb met mensen. Ik wil gewoon in de buurt zijn van mensen ipv me geïsoleerd te voelen. Ik mis het gewoon om in contact te kunnen zijn.
1 note
·
View note
Text
Babylon | Nederlands
A/N: Hi, I’m not actually sure if I have any Dutch followers, but I’m currently working on a new Calum story that I’m writing in Dutch! This fic used to be 5SOS x 1D and it’s published on my old wattpad account under the name of on the road (in English). But since 1D has come to an end, and since I like to keep challenging myself and writing in dutch somehow became a challenge, I decided to rewrite the story. Here it is
1.
Ik weet eigenlijk helemaal niet waarom ik rook. Het is best vies namelijk. Bij elk eerste trekje ben ik duizelig en moet ik hoesten. Daarna voel ik me kalm. Roken werkt een beetje bevrijdend voor mij. Behalve Rens weet niemand dat ik het doe; het is iets dat alleen van mij is. Een deel dat ik voor mezelf kan houden. Misschien is dat de reden en weet ik het dus wel. Ik heb graag dingen voor mezelf. De vraag is dan alleen waarom ik zo nodig geheimen moet hebben. Ik weet niet waarom ik de behoefte heb alles te verbergen en niemand dichtbij te laten. Het is waarschijnlijk ook niet iets waar ik ooit een duidelijk antwoord op ga krijgen, het hoort nou eenmaal bij me. Gelukkig denk ik er niet vaak over na, alleen wanneer ik rook. Op de momenten dat ik mijn longen totaal naar de klote help doen mijn andere geheimen er niet toe. Ze hoeven dan geen geheimen te zijn. Op die momenten heb ik genoeg aan de nicotine en de bittere nasmaak vol schuldgevoel. De rook die langs mijn lippen glijdt ziet er fascinerend uit. Het vormt een mooie waas in de lucht. Misschien is dat de reden dat ik graag rook: het laat destructie er mooi uitzien.
Iemand klopt op de deur, al snel daarna volgt de stem van mijn broer: "Ko kan ik binnen komen?"
"Één moment!" Ik druk mijn sigaret uit tegen de stenen van de buitenmuur en gooi het de tuin van de buren in. Vluchtig wapper ik mijn handen heen en weer in een poging de sigarettenlucht naar buiten te werken. Ik laat het raam open, voor de zekerheid. "Kom maar."
"Wat ben je aan het doen?" Vraagt Teun.
Ik loop van het raam naar mijn bed waar mijn laptop ligt, die pak ik op en zet ik op schoot. "Ik had geen broek aan, daarom duurde het even." Lieg ik. De broek die ik nu aan heb zou net zo goed een onderbroek kunnen zijn. Het is zo'n korte short van joggingstof die ieder meisje wel in haar kast heeft, gewoon omdat ie maar vijf euro kost en in elke kleur verkrijgbaar is.
"Je kon toch gewoon onder de dekens gaan liggen?"
"Ik heb het warm. Daarom had ik in eerste instantie al geen broek aan." Dit klinkt best logisch toch? "Wat kom je doen?"
"Papa vroeg of ik je kon roepen, hij wil iets met je bespreken."
Ik frons. "Wat dan?"
"Ja dat moet je aan papa vragen Ko." Teun reageert geïrriteerd.
"Jij weet wat het is. Ik zie het aan je."
"Hij heeft het eerst met mij besproken ja, maar ik kan er niks over zeggen dat is aan hem."
Ik zucht. "Je kan toch op z'n minst zeggen waar het over gaat."
"Nee Ko, ga nou maar gewoon naar beneden."
Ik rol met mijn ogen. "Prima." Terwijl ik van mijn bed opsta voel ik een koud metaal langs mijn been glijden. Het klettert op de stenen vloer en pas op dat moment besef ik me dat het een aansteker is. Godverdomme waarom let ik nou nooit eens beter op?
"Hoe kom jij aan die aansteker?" Vraagt Teun met opgetrokken wenkbrauwen. Hij raapt de aansteker op van de vloer, hoe langer hij er naar kijkt hoe dieper hij fronst. "Die is toch van Rens?"
"Ja klopt." Knik ik. "Hij was hem vergeten bij Lisa thuis. Ze vroeg of ik hem aan jou kon geven, wij zien Rens natuurlijk vaker dan Lisa."
Teun kijkt een beetje argwanend, maar is al snel afgeleid. "Zijn die twee nou nóg niet samen?"
"Huh?"
"Lisa en Rens. Het is toch overduidelijk dat ze elkaar leuk vinden." Teun lijkt lichtelijk geïrriteerd. "Ze draaien al jaren om elkaar heen."
"Nee joh." Ik schud mijn hoofd. "Ze zijn gewoon vrienden."
"Hoe weet jij dat zo zeker? Praten jij en Lisa er over?"
Nee dat doen we niet, Lisa en ik zijn nauwelijks bevriend. Dat verhaal over die aansteker is ook een leugen, Rens heeft hem aan mij gegeven. Het was het enige dat hij kon geven, want als ik in zijn trui zou rondlopen weet de hele band meteen dat we iets hebben. Al weet ik zelf niet eens precies wat we hebben, er is sowieso wel iets tussen ons. Niemand anders hoeft daar van te weten, zeker mijn broer niet. Dat zou dingen alleen maar awkward maken in de band.
"Lisa heeft volgens mij een vriend."
"Waarom hebben we hem dan nog nooit gezien?"
"Ja weet ik veel, hij woont niet in de stad. Maakt het wat uit?"
"Gewoon nieuwsgierig." Teun haalt zijn schouders op.
Ik lach. "Ja, vast."
"Zoek er nou niet meer achter." Zegt Teun, maar ook hij moet een beetje lachen. "Ga jij nou maar met papa praten, ik geef deze vanavond wel aan Rens." Hij houdt de aansteker omhoog.
"Vanavond?"
"Laatste avond voordat de tour start." Zegt hij met een ondeugende glimlach.
"Ah, jullie ritueel." Ik heb er nooit iets van begrepen, maar elke keer voordat de band op tour gaat hebben ze de avond van te voren een speciale avond. Geen idee wat ze doen en waarom. Als ik maanden lang met dezelfde jongens op een kluitje in een tourbus zou moeten leven, zou ik de laatste avond lekker voor mezelf houden.
"Altijd toch."
Teun gaat naar zijn kamer en ik loop de trap af. Zodra ik de woonkamer binnenstap voel ik een rare sfeer hangen. Papa zit aan de eettafel met de krant voor zich. Het is een oude krant, die lag vorige week al op de mat. Papa loopt altijd achter met het nieuws, maar hij wil wel alles lezen.
"Hey Ko."
"Hey pap."
Hij legt de krant neer en haalt zijn leesbril af. Hij wrijft in zijn ogen en knijpt in de brug van zijn neus. "Kom even zitten."
"Wat is er?" Een onzeker gevoel neemt mijn ademhaling over. Terwijl ik plaats neem tegenover mijn vader aan de eettafel bonst mijn hart in mijn borstkast en voel ik me even duizelig. Dit heb ik altijd als ik niet weet wat er komen gaat. Paniek neemt mijn lichaam best snel over, al ben ik goed in doen alsof het goed met me gaat. Niemand anders hoeft te merken dat ik snel angstig ben.
"Teun gaat op tour morgen." Zegt papa.
"Ja, dat weet ik toch." Even ben ik in de war. Ik dacht dat hij het over iets serieus wilde hebben? Papa praat niet veel, maar wanneer hij in gesprek wil duurt het altijd wel even. Hij praat niet graag over koetjes en kalfjes. Papa is straight to the point, maar nu lijkt hij zelf niet helemaal zeker over wat hij zeggen wil.
"Woensdag vertrek ik voor vier maanden op zakenreis naar Barcelona."
"Oh." Is het enige dat ik weet te zeggen. "Oké."
Papa schud zijn hoofd. "Jij kan niet alleen blijven Koosje."
Ik zucht en rol mijn ogen. "Hoezo nou weer niet?"
"Koos," Ook papa zucht. "Ik denk gewoon niet dat je die verantwoordelijkheid aan kan."
"Ik ben negentien."
"Je leeftijd heeft hier niks mee te maken."
"Hoe bedoel je? Mensen van zestien blijven alleen thuis als hun ouders op vakantie gaan.."
"Ik weet het."
"Je vertrouwd me gewoon niet."
"Koos," weer een zucht. "Ik vertrouw je prima, we weten alleen allebei dat het beter voor je is om niet alleen te zijn."
"Ik kan het heus wel pap."
"Teun vindt het oké als je met hem mee gaat."
"Wat?"
"Mee op tour, met de band."
Nogmaals. "Wat?"
"Ik ga vier maanden weg, Teun negen maanden. Met mij kan je niet mee maar Teun vindt het geen probleem."
"En je hebt niet eerder bedacht dit aan mij te vragen?"
"Koosje."
"Ik wil helemaal niet mee op tour, wat moet ik al die tijd doen dan?"
"Daar verzinnen we wel wat op."
"Negen maanden lang?"
"Na zes maanden mag je terug komen, als het echt niet uit te houden is. Na Barcelona vlieg ik naar Londen voor een aantal weken. Daarna ben ik gewoon weer thuis en kan je terug komen." Zegt papa. "Dat is aan jou."
"Oh, dat wel."
"Doe nou niet zo, Koosje."
"Je beseft je dat je me op reis stuurt met vier jongens die niks anders doen dan zingen, zuipen en meisjes fixen?"
Papa rolt zijn ogen. "De jongens zijn verantwoordelijk en ze zijn niet de enigen op tour. Er zijn managers, coaches, stylisten, beveiligers en nog wel meer mensen aanwezig. En die andere band."
"Welke andere band?"
"Ja weet ik veel hoe ze heten, dat moet je aan je broer vragen. Iets met een vijf, het zijn vier jongens uit Australië geloof ik. "Five seconds.. of iets."
5 seconds of summer.
Ik ga op tour met 5 seconds of summer.
#5sos#5 seconds of summer#Calum hood#Calum hood fic#dutch fanfic#Calum hood fanfic#Calum hood oneshot#Calum hood imagine
8 notes
·
View notes
Text
Oud en nieuw
Wat is meditatie + het doorbreken van ongewenste patronen.
Inspiratie over wat meditatie is, de link met nieuw gedrag, het doorbreken van ongewenste patronen én een simpele truc om dat te doen.
‘In het nieuwe jaar wil ik meer mediteren, maar aan de andere kant kan ik dat helemaal niet,’ zegt Jeroen tegen me. Ik moet altijd lachen als ik mensen hoor zeggen dat ze niet kunnen mediteren. Het is in mijn ogen niet iets wat je wel of niet kunt kunnen. Uiteraard begrijp ik wat Jeroen er mee bedoelt en dat het niet iets voor hem is, maar als ik zijn zin letterlijk neem dan heeft hij in mijn ogen een verkeerd beeld van mediteren. Er zijn overigens vele manieren van mediteren en verschillende doelstellingen die je kan hebben. In de basis komt mediteren er voor mij op neer dat je je focust. Focussen betekent in het Latijn je op één doel richten. Dat kan bij meditatie je adem zijn, je lichaam, een bepaald chakra, een klank, gevoelens, gedachten of iets anders. Of je kunt eenvoudigweg Zijn, waarbij je geen specifieke focus hebt. In je meditatie zijn er ongetwijfeld vele momenten dat je afdwaalt. Dat kan kort en lang zijn, maar hoe dan ook komt er een moment dat je door hebt dat je bent afgedwaald. Op dat moment van bewustzijn heb je de keuze om je weer op je focuspunt te richten. Dat laatste is wat ik onder mediteren versta. Jeroen denkt dat hij niet kan mediteren omdat hij geregeld aan iets anders denkt of zich niet zo goed kan concentreren. En hij heeft de associatie dat hij aan niets mag denken. Zo hoor ik geregeld iemand zeggen dat hij of zij niet kan mediteren, maar vaker bedoelt dat hij of zij zich niet lang op één punt kan richten. Als je dit wilt verbeteren dan kan dat overigens door te mediteren.
Zacht zijn naar je zelf Deze manier van er naar kijken, brengt me zachtheid. Ik geef mezelf niet op de kop als ik niet ‘goed’ heb gemediteerd. Tenslotte valt er niets goed of fout te doen. Ik hoef alleen maar op het moment dat ik het door heb dat ik afdwaal weer op mijn ene focuspunt te richten. En de ene keer heb ik een scherpere en langere focus dan de andere keer.
‘Waarom zou je willen mediteren?’ vraag ik aan Jeroen. ‘Om minder stress te hebben op een dag, maar het lukt me niet op eerder op te staan.’ Er zijn vele manieren om te ontspannen en voor iedereen geldt dat het ene meer past dan het andere. Om minder stress en meer ontspanning te ervaren kan je bijvoorbeeld ook een kwartier gaan wandelen, yoga doen of de donald duck lezen. Het helpt als je iets doet waar je blij van wordt, zodat je in een andere gemoedstoestand komt. Bovendien is het makkelijker om vol te houden en om er een nieuw patroon van te maken. ‘Als je elke dag om zeven uur op kan staan, zou je dan ook elke ochtend om kwart voor 7 op kunnen staan?’ vraag ik aan Jeroen. ‘Als je echt s’ochtends wilt mediteren, dan gaat het er alleen om hoe je een patroon kan doorbreken, ’ vervolg ik, voordat hij antwoord geeft. Jeroen geeft aan dat hij moeite heeft om op te staan en geregeld nog minstens een kwartier langer in bed ligt om vervolgens zich te haasten met douchen en eten. Dan kan ik me voorstellen dat hij met stress begint en als hij nergens omschakelt naar de ontspanning in hemzelf dat hij dan een stressvolle dag heeft. Dat wat hij kan doen om het patroon in de ochtend te doorbreken is precies dat wat mediteren is: op het moment van het herkennen van het patroon een andere keuze maken.
Ongewenste patronen staan voor delen met pijn Als ik alleen eet, doe ik dat vaak voor de tv. Dat is voor mij heerlijke ontspanning. Sinds kort wil ik echter met meer aandacht eten en dat lukt niet als ik voetbal kijk. Soms is het verleidelijk om naar de bank te lopen met mijn bord en toch de tv aan te zetten. Op zo’n moment is er een deel in mij dat het nog moeilijk vind om te voelen. Ik zoek dan de afleiding van het tv kijken en de opvulling via eten. Dan hoef ik even een bepaalde leegte of pijn niet te voelen. Dat ervaar ik niet groot of zwaar, maar het is er wel. In eerste instantie onbewust, maar intussen ben ik me er van bewust. Dit is een patroon wat ik nu aan het doorbreken ben.
Een karrenspoor in je hersenen Bij elk patroon is er in de hersenen een verbinding gemaakt die vaak is herhaald en dus gemakkelijk weer gemaakt wordt. Je kan het zien als een karrenspoor in het zand. Als de banden van een kar geregeld op dezelfde route rijden dan komt daar een spoor in. Eenmaal een spoor dan wordt het een diepere gleuf en rijdt de kar er vervolgens sneller weer in. Vervolgens is het lastiger om een nieuw karrenspoor, oftewel patroon aan te leggen. Als het flink gesneeuwd heeft, zie je op de snel weg hetzelfde. Het is dan gemakkelijker om het spoor te volgen die de autobanden van eerdere auto’s al gemaakt hebben dan om een nieuwe spoor door de sneeuw te maken. Als je echter uit dat spoor wilt, om van rijbaan te verwisselen of af te slaan kan het iets lastiger zijn en zelfs gevaarlijk.
Als je patronen hebt waar je baat bij hebt dan hoef je uiteraard niet iets te veranderen, maar ik heb het over de belemmerende patronen waar je om een bepaalde reden iets mee wilt. Gun jezelf bij het veranderen van een patroon de tijd om nieuwe hersenverbindingen – een nieuw karrenspoor of sneeuwspoor – aan te maken. Om een nieuw patroon te creëren heb je ook bijna altijd te maken met een oncomfortabel moment, namelijk de gewenning los laten. Je komt dan in een onbekende nieuwe ruimte terecht waar je even niet de comfortabele deken van gewenning over je heen hebt.
Net als Jeroen ken ik het om s’ochtends in mijn bed te liggen en er niet meteen uit te gaan. Je ligt zo heerlijk warm en de stap uit bed is dan even onprettig. De weg naar een warme douche kan nooit heel lang zijn, maar toch is er een moment van kou of discomfort. Jeroen drukt geregeld op de snoozeknop en zet voor de zekerheid vier of vijf wekkers voor als hij toch weer in slaap valt.
Ik ken het, wilde dat anders en dat lukt. Ik deel met Jeroen wat intussen voor mij werkt om er meteen uit te kunnen komen. Als ik ga slapen vraag ik om hulp, aan mijn beschermengel, om alert genoeg te zijn om er meteen uit te gaan als de wekker gaat. De wekker is een muziekje waar ik blij van word. Om het patroon te doorbreken herkende ik steeds vaker dat moment waarop ik dacht: ‘Shit de wekker is gegaan en ik moet eruit, maar daar heb ik zo geen zin in nu. Ik lig zo lekker.’ Het was iets in die trant en werd gevolgd door meerdere in mijn beleving hele goede redenen waarom ik kon blijven liggen. Maar ik luister niet meer naar de onzin van mijn geest op dat moment. Net als bij mediteren besef ik me, op het moment dat ik doorheb dat ik een keuze heb, dat ik dan dus ook daadwerkelijk anders kan kiezen. En ja het is even koud of ik voel me nog moe of wat dan ook, maar het mag ook oncomfortabel zijn. Dat betekent echter niet dat ik niet toch kies wat ik graag wil, namelijk opstaan. Als ik wacht tot het heerlijk relaxt is om op te staan, kom ik overal te laat. Het is eigenlijk te bizar voor woorden dat zoiets simpels als opstaan voor zoveel mensen moeite kost. Het is in verhouding met tot wat werkelijk vervelend is zo’n klein leed, maar toch is het heerlijke warme bed voor de hersenen, geest en of je ego genoeg om met allerlei verhalen te komen om te blijven liggen.
Een effectieve truc om een patroon direct te doorbreken Een heel effectieve truc om mijn geest te slim af te zijn is om af te tellen van vijf naar nul. Via een filmpje op youtube van Mel Robbins kom ik hierop. Ik ben het gaan toepassen bij het opstaan en andere patronen en het werkt voor mij erg effectief. (Als je wilt weten waarom het werkt, verwijs ik je naar haar filmpjes over ‘the five seconds rule’.) Dit werkt het sterkst op dat moment dat je bewust bent dat je in een patroon dreigt te vallen waar je uit wilt stappen. Als je dan aftelt van vijf naar nul is het bij nul het gemakkelijkste om opnieuw te kiezen. Je kan je voorstellen dat je dan even een moment hebt dat er geen karrenspoor in het zand staat en je dus zelf het nieuwe spoor kan kiezen: direct opstaan. Er is dan even geen spoor in de sneeuw zodat jij kan kiezen waar jij heen wilt rijden: je kan de van rijbaan wisselen of afslaan. Hier heb ik het als voorbeeld vooral over het vroeg opstaan, maar het is uiteraard bij elk patroon dat je graag wilt veranderen toe te passen.
Omgaan met oncomfortabele momenten Nadat het me lukte om uit mijn warme bed te stappen nam ik een koude douche. Ik ben dat onder andere gaan doen om mijn lichamelijke weerstand te verhogen, maar één van de voordelen is dat ik zo op een veilige manier kan oefenen met momenten die oncomfortabel zijn. Hierdoor wordt het weer nog gemakkelijker om vroeg uit bed te stappen of andere nieuwe patronen aan te leren.
In mijn leven heb ik meerdere aspecten die ik mooi vind om te doen waarbij er toch een ‘net uit mijn bed moment’ zit. Als ik nieuwe mensen ontmoet, voor de start van een workshop die ik begeleid of ergens op de dag van een cabaretopreden heb ik af en toe een moment dat oncomfortabel voelt. Daar moet ik dan even doorheen, maar daarna is het heerlijk. Ik wil graag vroeg opstaan. Ik wil mijn bed uit. Ik ontmoet graag nieuwe mensen, geef graag workshops en cabaret is het liefste wat ik doe. Ja, en daar is het dan voor nodig om de warme deken van gewenning van me af te schudden en een momentje in de onbeschermde kou te staan. Maar ik bouw steeds meer vertrouwen op dat ik dat aan kan. Ik kan dat nu aan. Het is heerlijk dat het moment van kou, hoe dat er in het dagelijkse leven dan ook uitziet, geen reden meer is om niet mijn warme deken in te ruilen voor een stralende dag.
Bij elk belemmerend patroon dat je wilt doorbreken, kan je het je zelf zo makkelijk mogelijk maken. In het voorbeeld van s’ochtends direct opstaan, kan je verschillende dingen doen: je pantoffels en badjas de avond ervoor klaar leggen of je kinderen of partner s’ochtends het huis rond sturen om de verwarming vast aan te doen. Je kan jezelf zelfs een heling geven op het deel dat er moeite mee heeft, maar hoe dan ook blijft er een oncomfortabel moment. Dat hoeft ook niet weg. Het gaat er daarbij om dat je daarin kan zakken en kan gronden in het voelen van ongemak. En dat je dat wat je graag wilt, toch kan doen, ondanks een moment dat er spanning is. In mijn beleving gaat het makkelijker en houdt je het het langste vol als je het niet vanuit wilskracht doet, maar vanuit zachtheid en liefde. Uiteindelijk heb je er ook alle reden toe. En het mogen kleine stapjes zijn, wat volgens psychologen effectief lijkt te werken.
Als Jeroen me hoort vertellen over het koude douchen, gaan zijn wenkbrauwen omhoog en lijkt het alsof hij even tot tien moet tellen. Maar tot 10 tellen is bij het doorbreken van patronen niet de bedoeling. Jeroen voelt desondanks genoeg motivatie en handvatten om het morgenvroeg te proberen: ‘Ik ga vanavond mijn gidsen alvast om hulp vragen voor morgenvroeg. De wekker zet ik een kwartier eerder en als de wekker afgaat, sta ik direct op. Lukt dat niet dan kies ik op het moment dat ik bewust wordt van mijn patroon alsnog om op te staan. Eventueel tel ik af van vijf naar nul en dan ga ik lekker warm douchen.’ ‘Klinkt goed,’ zeg ik. ‘En dan heb je genoeg tijd om een kwartier te mediteren!’ ‘Nee, ik ga voor de Donald Duck.’
door Robert Derksen van Voor de liefde geboren – healing en reading.
www.voordeliefdegeboren.nl
0 notes