#Dichter des Vaderlands
Explore tagged Tumblr posts
Text
toen guus meeuwis zei "ik ben op weg naar jou / want ik ben weg van jou" had hij dichter des vaderlands moeten worden
11 notes
·
View notes
Text
In de laatste Awater van 2024 staat onder meer mijn bespreking van Laaien Laaien Laaien van Lisette Lombé, de huidige Dichter des Vaderlands van België. Deze gedichten zijn gelaagder dan de praterige toon doet vermoeden, wat opmerkelijk genoeg blijkt uit de niet altijd even geslaagde vertaling door Katelijne De Vuyst.
0 notes
Text
DE VOLKSVERKAKKERLAKKERIJ VAN RIKKERT EN MARIUS
Ze liggen me voor, ik heb ze gelezen. In tien dagen, zo´n veertig per dag – ik heb het niet geteld. Maar die meer dan vierhonderd diergedichten nodigen uit tot eigen creativiteit. Zal ik het dan zelf eens proberen een trijntje fop op te schrijven? Wel ja, wat zal het, het kan verkeren en ik kan een potje breken.
Een hippe kikker uit Vledderveen
ontstemde toen zijn stem verdween.
Kwaakte niet meer op hoge toon,
bromt nog schor in een megafoon:
"Ik zoek een veld in het zuiden
om mijn leven ruim te duiden."
Maar ach nee, laat ik het toch beter over aan de tekstenschrijver pur sang, die zich op velerlei terreinen en rijmelarijen al meermalen heeft bewezen. Nu dan met de uitgave ‘Door de wolf geverfd’, dat in de titel dezelfde schijnbare verspreking heeft als diverse verzen in de bundel deze hebben.
Rikkert Zuiderveld, mijn gedroomde dichter des vaderlands, stelt met deze verzameling weer eens duidelijk vast dat hij bovenaan de ranglijst prijkt van spelers met het Nederlandse woord. Naast serieuze sonnetten en diepzinnige liedteksten, waarvoor hij al eens gelauwerd is, leeft hij zich uit in het lichte vers. De door Peter Knipmeijer bedachte topo heeft in Zuiderveld daarbij een fanatiek luchtige beoefenaar. De diergedichten in ‘de wolf’ verdienen dan ook een gouden plak. Deze zesregelige gedichten hebben de lachers op de hand, maar het is toch telkens Rikkert die het laatste lacht. Herhaaldelijk neemt hij de lezer bij de neus (au) en word ik talig beduveld.
Door het weglaten van letters of het draaien van lettergrepen moet ik overlezen wat er staat om de samenhang te achterhalen. Er ontstaan nieuwe woorden, scherpzinnige vondsten, Rikkert-uitdrukkingen. Vele ontdek ik in dit werk, een handjevol zijn te noemen: volksverkakkerlakkerij, vogeltrekharmonica, amfibitieus, bodybuildier en mailodrama. Het spel heeft weg van letterkeer, maar is geen anagram naar de letter gezet. De diergedichten nodigen uit tot meermaals lezen om in de duiding door te dringen. Hoewel het eenvoudige rijmelarijen lijken is het zaak aanhoudend de gedachten te concentreren om geen kwinkslag te missen. Vooral die woordvondsten en regelvindingen maken het dichtwerk een genot om te lezen. Het nodigt uit anders naar de moerstaal te kijken, de eigen spraak opnieuw te interpreteren. Creatief te denken kortom.
Consequent noemt Zuiderveld de rijmen geen fops, maar diergedichten. Want de echte trijntje fops werden door Kees Stip onder pseudoniem gemaakt. Rikkert geeft aan het begrip een nieuwe draai. Hij luist me er wel in, zoals Stip mij een poets bakte, maar doet dat als
taalhaspelaar op zijn Rikkertiaans. Op het Zuiderveld dansen en springen Noachs ark vol dieren rond, die door de dichter bij de horens worden genomen en een menselijke trek krijgen. Want de diergedichten zijn op de keper beschouwd fabelachtige rijmen. De dieren zijn net mensen, en in de laatste regel zit veelal een moraal. Aan die slotregel zit soms geen eind, dat vult de lezer zelf wel aan. Of is een woord uiteen getrokken om een tegendraadse betekenis uit te lokken. “Door het toegankelijke taalgebruik is de bundel voor een breed publiek geschikt”, lees ik in een boekbespreking van een collegarecensent°. “De gelaagdheid zit hem vooral in Zuidervelds vermogen de menselijke eigenaardigheden en onhebbelijkheden in diergedichten vast te leggen en zo op luchtige en vermakelijke wijze het menselijk gedrag te becommentariëren en ridiculiseren." Had ik het beter kunnen omschrijven? Wat zal het, het kan verkeren en ik kan een potje breken.
Haast alle dieren in Oostwoud
doen mee aan speeltuin-onderhoud.
Het repareren van de schommel
is een klusje voor de hommel
en konijnen gaan met stip
voor het maken van de wip.
Is het sporadisch wel eens op de rand, platvloers en ordinair wordt het nooit. Rikkert Zuiderveld is een beschaafd dichter. Maar ook het spel tussen man en vrouw hoort bij het leven, dus dat hij daarover omfloerst dicht en verbloemend op zinspeelt is om het even. Het is humor met een dubbele bodem, maar vaak ook met een ernstige ondertoon. Hij is het niet die lacht als een boer met kiespijn, dat ben ik omdat hij mij op mijn nummer zet. Rikkert mag evenwel met liefde de boel enigszins opschudden, want de gegrijsde protestzanger heeft nog altijd een scherpe tong:
De oude vaderlandsche leeuw
zingt het Wilhelmus eeuw na eeuw
gewillig mee, maar op 4 mei
is hij er met zijn hoofd niet bij
en weet niet waar hij kijken moet
wanneer men zingt: “Van Duitschen bloed”.
Zo zet de dichter aan tot nadenken, overdenken en doordenken. De diergedichten zijn geen vrijblijvende rijmelarijen. Het zijn lichtvoetige karikaturen, die humoristische illustraties verdienen. In de kunstenaar Marius van Dokkum heeft Zuiderveld een zielsverwant gevonden. Woord en beeld sluiten naadloos op elkaar aan. De tekening bezit eenzelfde humorvolle kijk op het leven als het gedicht dit heeft. Ook in de illustratie krijgt het dier menselijke trekjes en licht daarmee de tekst helder toe. Ik zie het al voor me: Rikkert staat als sneldichter à la Willy Alfredo op het podium, Marius als sneltekenaar aan zijn zijde. ‘Roept u maar!’ klinkt het luid door de microfoon. Een trefwoord vliegt door de zaal en Rikkert schudt zo een kort gedicht uit zijn mouw terwijl Marius daarbij snel een cartoon tekent. Want beide heren zijn door de wol geverfd en weten van aanpakken. In jaren hebben zij ervaring, woord en beeld zijn hen verre van vreemd.
Een dove kwartel in Berlijn
kan wel zeker erg dartel zijn.
Hij zet zijn beste beentje voor
onder de Brandenburger Tor.
Blij danst de vogel evenwel
op hele maat en drie kwart tel.
Wat dunkt u, lezer, is dit een gedicht uit Rikkerts pen of heeft de recensent zich weer niet bij zijn leest gehouden.
Zal de echte Zuiderveld opstaan en in de lach schieten. Zoals hij, stel ik mij zo voor, aan het haardvuur in de kamer samen met Elly lacht over weer een volgend door hem bedacht rijm. Hij was al een gevierd tekstschrijver, een liedjessmid, een creatief toondichter. Al langer een rammelaar met woorden, een taalbrouwer, een zinsbouwer. Zijn woordspelige bezem veegt de Nederlandse taal schoon. Als Van Dale wacht ik op antwoord tot zijn nieuwe woorden in de volgende uitgave van de dikke staan opgenomen: aanlegstijger, pedrofiel, olifanterlant, krokodildo, handiclap. Een favoriet heb ik niet, maar deze is het citeren meer dan waard. Het heeft alles in zich om een trijntje fop te zijn; een vormvast dierversje van zes regels, iedere versregel heeft vier heffingen, het rijmschema is aabbcc, er wordt een plaatsnaam genoemd en het bevat een ouderwets geformuleerde moraal:
Een druggebruiker uit Hawaï
werd opgegeten door een haai
die hier zo machtig stoned van werd
dat ik u waarschuw: wees alert,
gaat u bij uw chinees naar binnen,
neem geen soep van highevinnen.
Door de wolf geverfd. Verzameling diergedichten. Rikkert Zuiderveld. Illustraties Marius van Dokkum. Uitgave Ark Media, 2024.
°Inge Boulonois op Het Vrije Vers
#Rikkert Zuiderveld#Marius van Dokkum#Ark Media#Jongbloed#diergedichten#trijntje fop#boekbespreking#Inge Boulonois#HetVrijeVers
0 notes
Text
Ducal Dicht de Dag
Ducal Dicht de Dag
Uitgesteld Wees gerust, als ik sterf zal wel blijken / of ik je lief heb gehad. / Jij, de laatste naar wie ik zal kijken, / of de laatste die mij ontsnapt. Dan dwing ik je oor naar mijn mond / voor iets dat ik had moeten schrijven, / een zekerheid in gereutel vermomd. / Wees gerust, jij zal de slotzin krijgen. Het zal ontroerend zijn, het einde, / de poging die alles herstelt. / Je bent mijn…
View On WordPress
#20-ste en 21-ste eeuws#Belg#dichter#Dichter des Vaderlands#dood#het Woord#Leuven#schrijver#uitstellen
0 notes
Text
De kop eraf
De kop eraf zonder een kopje kleiner te worden? Bij de Kunst en Cultuurroute van Middelburg kan dat gewoon. Lees maar in TOOS&ART deze week. #kunst #art #expo #Middelburg
De kop is er weer af bij de 20e editie van de Middelburgse Kunst en Cultuurroute. Wat overigens niet betekent dat we nu een kopje kleiner zijn. Nee, het tegendeel. Die kunstroute is juist springlevend, zoals de komende maanden vaak genoeg zal blijken op de eerste zondag van de maand. Tien keer dus nog in 2019. Met daarbij ook allerlei evenementen waarover ik nog wel eens zal berichten.
Middelburg…
View On WordPress
#CEASUUR#Dichter des Vaderlands#Galerie Gerritse#Gerdi Zwaan#Harald Bergmann#Hedwige polder#Huis &039;s-Hertogenbosch#Juul Kortekaas#klei#kunstroute#Middelburg#porselein#Sandra van der Meulen#Sjakie&039;s Chocolademuseum#Sjakie&039;s Galerie#stadsdichter#Zeeuwse Concertzaal#Zero
0 notes
Photo
Ik heb mooie en fijne leraren die dingen zeggen.
#els moors#ze wordt de dichter des vaderlands van België ja#en kijk wat ze tegen ons zegt#en ze is lief#iedereen is een beetje verliefd op els#dichten#dichter#schrijven#schrijver#schrijfsel#woordenbrij#gedicht#nederlands#poezie#proza#proezie
39 notes
·
View notes
Text
nooooo we don’t have 1 article with a D in Dutch there are 4!
Did you not learn about verbogen lidwoorden aka the naamvallen?? There is: De, des, den and der Examples: Koninkrijk der Nederlanden DIchter des Vaderlands ‘s Hertogenbosch => Des Hertogenbosch => Den Bosch It’s a bit old fashioned nowadays, but it is still correct Dutch.
post in English reaches a 100 notes: You made a few people chuckle, good job!
post in your native language reaches a 100 notes: riveting content, compelling, universally beloved, 3 literary awards ⋆⋆⋆⋆⭒
4K notes
·
View notes
Text
Drie schoteltjes voor de taal
In januari 2018 vertelden Froukje Reitsema en ik ons verhaal in de oude gevangenis van Leeuwarden. In heel Friesland werden die avond verhalen verteld door ieder die dat maar wilde, voor ieder die wilde komen luisteren. Toen kwam het Fries weer terug in mijn leven. Froukje, die ook dicht in het Fries, en haar nu overleden man Jan spraken altijd Fries met elkaar, ook als ik daar logeerde. Ik koesterde mij in de klanken, in de vertrouwde woorden. Als ik dan naar bed ging bleven hun stemmen en woorden nog even rond mijn hoofdkussen hangen.
Wat een rijkdom, bedacht ik veel later, dat je als kind je beweegt in drie taalwerelden, elk met hun eigen klanken, eigen idioom, eigen 'sfeer'. Er was het Indisch van bij ons thuis, met zijn vele plofklanken, expressief, een taalwereld zo intiem als ons huis, zo geurig als ons eten. En ja, ik voelde ook ambivalentie. Er was natuurlijk dat vanzelfsprekende Nederlands, maar waar ik op school als klein kind plotseling om bewonderd werd. Later zou ik pas de diepte ervan leren kennen. En dan het Fries, dat ik hoorde in het dorp waar we vaak waren, bij klasgenoten wat later. Aanvankelijk hard en vreemd, later vloeiend en vertrouwd. Ik voelde als kind intuïtief dat dat Fries stond voor een geheel eigen rijke wereld.
Als de dichter Czesław Miłosz (1911-2004) al lang vertrokken is uit Polen schrijft hij in het gedicht 'Mijn trouwe taal'* over het Pools: “Jij was mijn vaderland, er was geen ander”. Maar zijn taal is, in zijn eigen woorden, die van verloederden geworden, van redelozen, verklikkers en geesteskranken, ziek van hun eigen onschuld. Dat besef maakt dat hij nadenkt wat toch te doen met die trouwe taal. Op zijn 81e zal hij overigens naar het land van zijn taal terugkeren.
Er zou een vierde taalwereld in mijn leven komen na een verblijf van een half jaar in Edinburgh, die van het Schots' Engels. Niet het Keltische Schots, al liet ik ooit een tekst in die taal vertalen. In de vijfentwintig jaren die sindsdien zijn verstreken zorgt elke Schot die ik hoor praten ervoor dat een deur opent naar een binnenruimte.
In dat gedicht van Czesław Miłosz is de taal niet alleen een ruimte (zijn vaderland) en een soort personage (“ik dacht dat je ook zou kunnen bemiddelen�� en “misschien ben ik het toch die jou te hulp moet komen”), maar ook een wezen dat liefdevol wordt bejegend:
Mijn trouwe taal,
ik heb je gediend.
Elke nacht zette ik mijn schoteltjes met kleuren voor je neer,
zodat jij de berk, de sprinkhaan en de vink zou hebben,
bewaard in mijn geheugen.
* Czesław Miłosz Gedichten, samenstelling en vertaling Gerard Rasch, Uitgeverij Atlas 2003
4 notes
·
View notes
Text
Functiebeschrijving: Schaduw Dichter des Vaderlands
Functiebeschrijving: Schaduw Dichter des Vaderlands
De meningen, beste lezer, over het eerste poeem dat onze nieuwe Dichter des VaderlandsTsjead Bruinja vorige week afleverde, waren verdeeld. De namen doen er niet toe want dit is geen roddelrubriek, maar een aantal gerenommeerde poëten vonden het vers allerbelabberdst. De poging tot populisme had de dichterlijke substantie zozeer geschonden dat over de afzichtelijkheid van het resultaat louter te…
View On WordPress
0 notes
Text
Fragmenten die het meest betekende voor me de eerste keer dat ik ze las:
"[...] Ik identificeer me met een groep die zo divers is dat ik behalve seksuele oriëntatie met 90 procent van diens leden niets gemeenschappelijk heb (dit is tevens de reden dat een bezoek aan de gemiddelde lesbobar meestal tegenvalt: dezelfde seksuele oriëntatie hebben is nu eenmaal geen garantie voor een goed gesprek)."
"Het domein van de homoseksualiteit strekt zich uit tot ver buiten haar eigenlijke grenzen: lesbische seks hebben maakt je een lesbische wetenschapper/lesbische dochter/lesbische ouder/lesbische kunstenaar/lesbische minister-president/lesbische vampier. Dat is vreemd. Maar ben ik dan niet lesbisch als ik geen lesbische seks aan het hebben ben? Dat is ook weer niet het geval. Blijkbaar gaat het existentialistische identiteitsprincipe 'je bent wat je doet' niet op voor seks: wanneer ik seks heb met een man draagt dit niet bij aan mijn seksuele identiteit, terwijl zelfs geen seks hebben met een vrouw maar het wel willen dat wel doet. Het is daarbij interessant hoe zelfs wie maar één keer per jaar seks heeft met iemand van het zelfde geslacht gedefinieerd wordt door die gebeurtenis voor de duur van de rest van dat jaar."
Homoseksuele identiteit essay van Lieke Marsman my beloved ❤️❤️❤️
4 notes
·
View notes
Text
Tien jaar geleden verscheen m'n debuut De achterkant van flatgebouwen. Dit is het allereerste exemplaar dat ik in handen kreeg, en dat – even nagekeken – meer dan 80 optredens en vijf keer zoveel repetities meeging. Het draagt er alle sporen van. Ik zie mezelf de brief en het manuscript nog op de bus doen naar Harold Polis van De Bezige Bij Antwerpen. Twee dagen later telefoon: 'Harold hier. Wat denk jij wel van plan te zijn?!' Het bleek technisch een ongewoon project, maar we speelden het klaar om een dichtbundel mét een volwaardig album te maken. Onverschrokken. Het heeft Reinout met Nevenwerking – eerst met z’n vijven, dan zevenen, nu drieën – al op mooie podia gebracht, van Crossing Border, Vooruit, Watou, Dranouter, Vrijstaat O, de Arenberg, tot zelfs de Berlijnse Kulturbrauerei. Maar ik denk ook aan huiskamerconcerten waar de sfeer altijd 'te snijden' is, en aan aartsmoeilijke schooloptredens. Ontzettend dankbaar om met zulke straffe muzikanten te hebben gespeeld en te spelen. Na Naar een vaderland in 2015 verdrongen veel wereldse noden de poëzie. Dat leverde lange tijd een knagende tevredenheid op met het leven. Poëzie blijft wel voortdurend on my mind, notitieboekjes gaan altijd mee, ik blijf dichters lezen en programmeren voor Literaire Living, blijf nieuwe en oude muziek ontdekken, en we – Bart Couvreur, Jeroen Degrieck en ik – schaven verder aan onze set, zoekend naar dat punt waarop gedicht en muziek elkaar opduwen en een paar onvermoede schakelaars in je brein aanzetten. Ontroering, maar dan breder. We willen na het vaccin de versterkers meer dan ooit opendraaien. De gedichten komen de laatste tijd terug. Het is vechten voor elk vers, maar de dichtader lijkt doorgeblazen. Ik laat het zijn gang gaan. Bunker We hadden ons tot een iglo van beton gerold Hoeveel ramen ook, we waren blind voor de oceaan die opschoof, doof voor de wolvenroedel van golven We zaten na jaren zo gekanteld dat onze stoelen naar dezelfde muur schoven. Half tegen elkaar kijken we nog uit één raam We wachten op nieuw vel, een nieuw hart, nieuwe ogen. Hopen, hoofd in hals, oude handen dat dit huis drijft
0 notes
Text
Nieuwe boekrecensie: Lieke Marsman - In mijn mand
Voor Athenaeum Boekhandels en vanwege de Poëzieweek besprak ik In mijn mand, de recent verschenen bundel van de gloednieuwe Dichter des Vaderlands Lieke Marsman. Lees het stuk hier.
0 notes
Text
Kwetsbaar
Een comité van dichters en poëziekenners heeft Lieke Marsman gekozen tot de nieuwe Dichter des Vaderlands. Zij kreeg die titel vanwege haar ”eigen toon, poëtische kracht en aansprekende strijdvaardigheid”. Die wil ze tonen in het maatschappelijk debat, zegt ze in NRC, één van de partners achter het dichtersinitiatief. Marsman, die lijdt aan kraakbeenkanker, wil de stem zijn van het dorre hout:…
View On WordPress
0 notes
Text
Komrij: twee koningskinderen
bron foto: nrc.nl Twee koningskinderen Als alle mensen op hun handen liepen / En ankers bleven drijven op de Rijn, / Als oesters ongehoorde dingen riepen / En naalden ons doorstaken zonder pijn, Als kangoeroes in hemelbedden sliepen / En mummies konden zingen in hun schrijn, / Als piramiden soepel zouden zwiepen / En modderbaden geurden naar jasmijn, Als reuzen gingen zwemmen in ‘t ondiepe / En…
View On WordPress
#20-ste en 21-ste eeuws#criticus#dichter#Dichter des Vaderlands#PC Hooftprijs#polemist#schrijver#toneel#vertaler#Winterswijk
0 notes
Text
In Belgien wie in den Niederlanden gibt es die ‚Institution‘ Dichter des Vaderlands, direkt übersetzt „Dichter des Vaterlands“. Die doppelte Männlichkeit im Titel (verbunden durch das ungebräulichgewordene des) klingt in meinen manchmal sehr deutsch denkenden Ohren etwas seltsam, besonders wenn eine Frau „Dichter des Vaterlands“ wird, wie dieser Tage Lieke Marsman. Eine weibliche Form des niederländischen Substantivs dichter gibt es durchaus, nämlich dichteres. Und für Lieke Marsman zumindest ist das Land ihrer Herkunft offenbar auch Mutterland. Dichteres des Moederlands? Aber bei derart viel Zuwanderung Mutter-Vater-Rollen gleich ganz auslassend lieber, im Falle solche Benennungen wie der aktuellen, Dichteres van Nederland und Dichteres van België? Eine weitere Befremdung bemerke ich schon länger durch die grundschulische Bezeichnung von meester (für Lehrer, wörtlich Meister) und juf/juffrouw (für Lehrerin, wörtlich am ehesten das veraltete Fräulein oder das noch mehr veraltete Jungfer). Indes der Lehrer für mein Sprachempfinden geradezu einen Ehrentitel trägt, wird die Lehrerin angeredet, als wäre sie jung und/oder unverheiratet, wie früher auch im Deutschen häufig für Frauen in Dienstverhältnissen (u.a. auch für ‚Dienstmädchen‘, die oft keine Mädchen mehr waren). Ich erinnere mich, dass wir in den 198oer Jahren in der Schule und sonstig Fräulein jedenfalls nicht verwendeten oder verwenden sollten; zumeist wussten wir ja oft eh nicht, ob die Anzuredende verheiratet ist/war. Zudem klingt in der Verkleinerungsform leicht Geringachtung mit, in solche Bezeichnungen wie altes Fräulein (früher sogar: alte Jungfer) noch mehr davon. Gewiss: die sich in meinen Muttervaterland auflebende Diskussion der Geschlechterrollen und -rechte und der dem folgenden ‚gendergerechten‘ Sprache – diese Diskussion bringt Sensibilisierung; zugleich produziert sie allerlei verbal wacklige Handstände. Zwar haben sich die weiblichen Formen etwa bei Ausbildungs- und Berufsbezeichnungen durchgesetzt (die Präfixe -in und -frau sind effizient); bei den Pluralformen entstand dann das bekannte Gezänk, ob beispielsweise bei Miteinbezug von Frauen das Wort Studenten besser durch StudentInnen oder Student*innen (u.ä.) ersetzt werden soll, und welche dieser Schreibweisen kanonisiert werden soll und wie man ein solches Wort korrekt ausspricht (etwa mit einer kurzen Pause, also: Student-Innen), oder ob man lieber immer weibliche und männliche Pluralform einzeln nennt (Studentinnen und Studenten), oder ob man ausweicht auf den Plural die Studierenden, weil dieser Plural für die beiden Singulare Studierender und Studierende identisch ist. Und natürlich kann jeder und jede sich leicht ausmalen, welche Schwierigkeiten sich ergeben, würden wir beispielsweise der Mensch ebenso betrachten, in solcher Weise zu behandeln versuchen.
0 notes
Video
tumblr
Dichter des Vaderlands over de zwemelfstedentocht:
'Het is mooi dat dit ons verbindt' -24-06-2019
Bron: EenVandaag
Maarten van der Weijden finisht vanavond zijn zwemelfstedentocht in Leeuwarden. Dichter des Vaderlands Tsead Bruinja kijkt met veel bewondering naar zijn prestatie.
Dagenlang stond ieder bruggetje en ieder weiland langs de Elfstedenroute vol met mensen. Uit het hele land kwamen supporters om Maarten van der Weijden aan te moedigen. In de nacht verlichtten boeren met hun tractors de sloten, zodat hij niet in het donker hoefde te zwemmen.
'Het is mooi dat zoiets ons verbindt'
Ook Tsead Bruinja keek vol bewondering naar de zwemtocht van Van der Weijden. Bruinja is zelf ook een zwemmer en verloor zijn moeder aan kanker. Daarom heeft hij speciale verbintenis met Van der Weijdens doel: geld ophalen voor kankeronderzoek.
"Het is toch mooi dat zoiets ons verenigd. Het is de tijd van de grote verschillen die altijd benoemd moeten worden door de politieke partijen. Maar dit is iets wat ons verbindt", zegt Bruinja.
'Je ziet iemand overwinnen, dat geeft hoop' Volgens de dichter kunnen we niet ontkomen aan dood en ziekte. "Maar je ziet iemand overwinnen. Je ziet iemand bij wie het lukt en bij wie het de vorige keer niet gelukt is. Nu probeert hij het nog een keer en heeft hij geleerd en dat is typisch iets wat we zelf ook doen of zien ook, en dat geeft hoop."
Ik koos onderstaand gedicht om voor te lezen bij de uitzending. Het sneuvelde in de montage, maar is later alsnog online gezet.
Bedevaart
er moet ergens een borstenbegraafplaats zijn een laatste rustplaats voor onze moeders zusters en vrouwen hun afgesneden theezakje c75 of dubbel d
een plek waar ze heen kunnen als ze last hebben van fantoompijn of genieten van fantoomgenot
en wij zonen broers en vaders kunnen stilstaan niet bij het verlies van leven maar van een hap leven
een oord waar de borsten wachten op hereniging met de lichaamsdelen waar ze bij hoorden
netjes bevroren gebalsemd of in een minuscule urn
er moet ergens een begraafplaats zijn voor de trots van onze vrouwen
een eindpunt voor een bedevaart van melk lust en verdriet
*
Gedicht uit de bundel 'Stofsûgersjongers / Stofzuigerzangers' (Afûk, 2013)
De opname werd gemaakt voor het programma Eenvandaag bij een uitzending over elfstedenzwemmer Maarten van der Weijden die zich inzet voor meer kankeronderzoek.
https://eenvandaag.avrotros.nl/item/dichter-des-vaderlands-over-de-zwemelfstedentocht-het-is-mooi-dat-dit-ons-verbindt/
0 notes