#maagd
Explore tagged Tumblr posts
polldermodel · 4 months ago
Text
♍Maagd♍
Eigenschappen: Eerlijk, analytisch, perfectionistisch, bescheiden, kieskeurig, bemoeizuchtig, gespannen
5 notes · View notes
degrijzewijze · 15 days ago
Text
🌕 Volle Maan in Maagd & Maansverduistering! Een krachtig moment om oude patronen los te laten en ruimte te maken voor groei. Klaar voor transformatie? Lees het nu #spirituelegroei #maanmagie
0 notes
pieterhb · 2 months ago
Video
youtube
9 Pirate Adventure Ebooks in Afrikaans! 
1 note · View note
knuckleduster · 2 years ago
Text
lapvona is really good at recreating the vibe of reading actual medieval literature about christian martyrs but in the style of 2020s literary fiction. not sure yet if this is a good thing but it sure is a thing it is doing well
1 note · View note
geschiedenisish · 1 year ago
Text
Dutch 1500s witchcraft
I saw a lot of satanic posts on my feed today, so I thought I'd just drop this Dutch prayer here I found in a 1500s book;
“I adjure you, Ashtaroth, by the Father and the Son and the Holy Spirit, and by the Virgin Mary and by holy obedience, etc., that as long as this candle burns, through the fire, N., the daughter of N. becomes inflamed and burns with love and desire for me, so that she neither wakes nor sleeps nor eats nor drinks nor does anything until she has submitted herself to my will.” (In the places of N you need to fill in the relevant names.)
“Ik bezweer u, Astaroth, by de Vader en de Zoon en de H. Geest, en by de Maagd Maria en by de heilige gehoorzaamheid enz. dat, zolang deze kaars brandt door het vuur, N., de dochter van N. ontstoken wordt en brandt van liefde en begeerte voor my, zodat ze niet waakt of slaapt, eet of drinkt, of wat anders doet totdat ze zich aan myn wil heeft onderworpen.”
Source; "Middeleeuwse witte en zwarte magie in het Nederlands taalgebied" (Medieval white and black magic in the Dutch language area) written in 1997 by historian Willy L. Braekman.
The book is full of examples of how Dutch witchcraft was truely practised in the Mediaeval and Early Modern Netherlands. (The book is in Dutch, but is fully in txt form so you can easily put Google Translate on it.) So not the stuff that innocent women were accused of, but how people truely used magic to improve their lives.
Most of it is little things against small pains, finding lost things or stuff like that. But one of the biggest claims was the above prayer that can get you a girl. (Or a boy of course. Just replace 'daughter' with 'son'.)
Hope y'all can enjoy it and put some use out of it! :)
Also out of the book as a whole! I highly recommend the book to anyone interested in witchcraft and how our ancestors truely practised it in the past. <3 (It was more nuanced and interesting than the outrageous accusations thrown at innocent women.)
25 notes · View notes
indoraptorgirlwind · 1 year ago
Text
Wesen Moodboards
Weten Ogen (Dutch: Knowing Eyes)
Tumblr media
Weten Ogen traditionally partake in the Maagd Zoektocht, an ancient tradition, to determine husbands for their daughters. They are somewhat patriarchal in nature, holding onto ancient traditions. Weten Ogen are also fiercely protective of their children and will often attempt to kill anyone who kills their offspring. They commonly kill by using their fangs to rip out their victim's throat, and they prefer to ambush or surprise their victims when they attack them. Weten Ogen feel very little, if any, reluctance or compunction when it comes to killing their own kind, and in regard to the Maagd Zoektocht, doing so can be a way for a participant to prove their worthiness and cunning.
Notables: Daniel Troyer, Emily Troyer, Amanda Proctor, Isaac Proctor, Eli Kemper, Amos
7 notes · View notes
anastpaul · 1 year ago
Text
“Sedes Sapientia” – Heilige Maagd Maria van Leuven / Our Lady of Louvain, Belgium (1444, St Scholastica Novena – The SIXTH DAY, St Titus Bishop Confessor, St Dorothy Virgin Martyr and the Saints for 6 February
“Sedes Sapientia” – Heilige Maagd Maria van Leuven / Our Lady of Louvain, Belgium (1444) – 6 February:HERE:https://anastpaul.com/2021/02/06/our-lady-of-louvain-belgium-1444-sedes-sapientia-and-memorials-of-the-saints-6-february/ Nicolaas de Bruyne, 1442, Leuven, Pieterskerk St Titus (First Century-c96) Bishop, Confessor, Disciple of St Paul, Missionary, Peacemaker, Teacher, Administrator,…
Tumblr media
View On WordPress
5 notes · View notes
fp2-inbluca · 2 months ago
Text
Tumblr media
De inspiratie voor mijn premisse kwam voornamelijk uit Lisa Frankenstein (2024) , een horror-comedy beschikbaar op Netflix.
Lisa Frankenstein gaat over outcast Lisa die haar nieuw samengesteld gezin en school moet leren navigeren, daarbij krijgt ze de hulp van een lijk dat door een samenloop van omstandigheden tot leven is gekomen.
Lisa is in de film verliefd op het imago dat het (toen nog dode) lijk uitstraalde. Maar snel na de herwekking van het lijk, beginnen er doden te vallen. Lisa realiseert zich dat je voor een veroordeling ten minste een hartslag moet hebben, en dat zij dus zal opdraaien voor de moorden. Onbevreesd beslist ze dat de dood de enige uitweg is, maar ze weigert te gaan als maagd. De enige oplossing: zich op de jongen werpen waar ze al de gehele film een will-they-won't-they relatie mee heeft. Die jongen heeft echter beslist dat hij alleen will met Lisa's stiefzus. Het lijk neemt dan op zijn bloederige manier wraak in Lisa's naam. De film eindigt met de introductie van Lisa en het lijk's relatie in het hiernamaals.
In deze film zitten duidelijk elementen van obsessie, melodrama, zelfreflectie en zelfacceptatie. Deze elementen interesseren mij sterk en zou ik ook graag verwerken in mijn FP.
0 notes
elysischedame · 2 months ago
Text
Heeft u een maagd nodig?
Tumblr media
1 note · View note
rotterdamvanalles · 4 months ago
Text
De Maagd van Holland, aan de nieuwe markt. 1915.
De Maagd van Holland is een standbeeld in het centrum van de Nederlandse stad Rotterdam, op de Nieuwemarkt aan de Gedempte Botersloot. Het is een monument opgericht ter ere van de inneming van Den Briel door de Watergeuzen op 1 april 1572. Het beeld, onthuld in 1874 en officieel bijgenaamd het Vrijheidsbeeld, was bedoeld als centraal decor bij de uitbundige jaarlijkse 1-aprilvieringen. Het werd gemaakt door Joseph Graven.
Op de top staat in het midden de Nederlandse Maagd, gebeeldhouwd in natuursteen. Aan haar voeten staan op de vier hoeken kleine leeuwen, die ieder een wapenbord vasthouden, met vooraan het wapen van Rotterdam en dat van Brielle. De stok met de vrijheidshoed en de leeuwen karakteriseren deze vrouw als Hollandia. Op het onderste niveau staan een geus, een visser en een handwerksman, alsmede vier bronzen pelikanen die water spuwen in de arduinen opvangbak van de fontein. Op zomerse dagen vinden stadsdieren er verkoeling.
Oorspronkelijk stond het beeld opgesteld in een bloemenperk en kijkend naar het westen, in de richting van de Laurenskerk en de Botersloot, die 1866 was gedempt. In de Tweede Wereldoorlog werden de gebouwen in het omringende gebied grotendeels verwoest, met uitzondering van de Gemeentebibliotheek en het beeld van de Maagd van Holland. Vermoedelijk niet lang na de oorlog werd het 90° naar het zuiden gedraaid en thans staat het Vrijheidsbeeld met zijn rug naar het voormalige bibliotheeksgebouw, uitkijkend over het marktplein.
Over het beeld schreef de Rotterdamse dichter Willem van Iependaal het gedicht Groetenis. Het eerste couplet is al een treffende illustratie van het vanouds aan het beeld betuigde respect:
Zwaar en hevig aangebeden
Stedemaagd van Rotterdam
Groetenis van Pollie Piekhaar
Negen maanden rooie pan
Hoe is 't met de koue voetjes
Op je stoofie van arduin ?
altijd nog in pipse blommen
En geharrenaste tuin
Al sinds de onthulling wordt ze door Rotterdammers in de cultuur van de straat vereenzelvigd met de 18e-eeuwse volksvrouw Kaat Mossel, die ook niet op haar mondje was gevallen.
Foto komt uit de collectie van het @stadsarchief010 en Informatie komt van Wikipedia.
Tumblr media
0 notes
joostjongepier · 4 months ago
Text
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Wat?   Garçon à la corbeille de fruits (rond 1596) door Michelangelo Merisi da Caravaggio, La Chèvre Amalthée avec Jupiter enfant et un faun (1614-1615), Autoportrait à l’âge mûr (1638-1640) en Portret d’un jeune garçon (1623-1624) door Gian Lorenzo Bernini, La Dame à la Licorne (rond 1506) door Raphaël en Vierge à l’Enfant avec les saints Ignace dÁntioche (?) et Onuphre (1508) door Lorenzo Lotto
Waar?   Tentoonstelling Chefs-d’Oeuvre de la Galerie Borghèse in Musée Jacquemart André, Parijs
Wanneer?   23 november 2024
Door een bijzondere samenwerking tussen beide musea zijn een aantal topstukken uit de Galleria Borghese in Rome uitgeleend aan Musée Jacquemart André in Parijs. Behalve enkele kleine sculpturen, zijn het vooral schilderijen die zijn uitgeleend, en dat zijn zeker niet de minste!
Om te beginnen is er Caravaggio’s Garçon à la corbeille de fruits, Dit werk was in 1607 één van Scipione Borghese’s eerste aankopen. Het schilderij toont een jongen met een mand met fruit en herfstbladeren. Het is niet bekend wie de jongen is. Een fruitverkoper? Een allegorie van de jeugd? Wie hij ook is, hij heeft bepaald een sensuele uitstraling. Kijk maar naar zijn blik, zijn geopende lippen en blote schouder. De fruitmand staat daarbij voor overvloed en vitaliteit. Maar bij nadere beschouwing zien we dat enkele stukken fruit overrijp zijn en sommige bladeren geel of aangevreten door insecten. Herinneringen aan de vergankelijkheid van het menselijk leven.
Gian Lorenzo Bernini is vooral bekend als beeldhouwer. Een voorbeeld hiervan is te vinden bij de ingang van deze tentoonstelling: De geit Amalthea. Hij maakte echter ook een aantal schilderijen. Daarvan is het hier getoonde zelfportret een fraai voorbeeld. We zien de schilder, in de veertig. Hij draait zich een beetje naar de beschouwer en kijkt die met een heldere blik aan, alsof hij verrast is door diens aanwezigheid. Het werk is sterk beïnvloed door de Spaanse stijl, met name door Velazquez. De snor en sik doen bij uitstek Spaans aan.
Eveneens van de hand van Bernini is een jongensportret. Het werk lijkt met zijn losse toets verrassend modern. De ogen van de jongeman zijn direct op ons gericht. Dit werk maakte overigens geen deel uit van de originele collectie van de familie Borghese. Het werd in 1919 door de Italiaanse staat aangekocht.
Een jonge vrouw zit in een loggia met in haar armen een jonge eenhoorn. Het werk van Raphaël is opnieuw een topstuk uit de Borghese-collectie. De kunstenaar schilderde het werk aan het begin van zijn carrière, geïnspireerd door de portretten van Leonardo da Vinci, in het bijzonder de Mona Lisa. Hij nam de compositie, achtergrond en houding van de vrouw over. Wie de geportretteerde is, is onbekend. Waarschijnlijk behoort ze tot de Florentijnse aristocrate. Er zijn aanwijzingen dat het portret bedoeld was als huwelijksgeschenk. De witte parel aan het collier is een symbool voor zuiverheid. De eenhoorn, zo wil de legende, kon alleen door een maagd worden gevangen of getemd en staat dus voor maagdelijkheid. Een restauratie in 1957 onthulde dat de eenhoorn over een kleine hond was heen geschilderd. Een hond was, als symbool voor trouw, eveneens een geschikt thema voor een huwelijksgeschenk.
Een ‘sacra conversazione’ is een afbeelding van Maria met Kind  in het gezelschap van heiligen, martelaren en soms de mecenassen. Dergelijke werken waren geliefd voor persoonlijke devotie. Hier zien we Maria met Jezus in haar armen, geflankeerd door twee heiligen. De linker is geïdentificeerd als Sint Ingnatius, de derde bisschop van Antiochië (Syrië). Hij zou in de eerste eeuw in Rome de marteldood zijn gestorven. Zijn hart werd in verschillende stukken gesneden. Rechts staat Sint Onuphrius, een Egyptische kluizenaar uit de vierde eeuw. Lorenzo Lotto onderscheidde zich van zijn Venetiaanse tijdgenoten door een voorbeeld te nemen aan de noordelijke school, met name aan Albrecht Dürer. De compositie is heel dynamisch. Jezus grijpt naar het hart, dat hem door Ignatius wordt aangeboden, terwijl Maria zich de andere kant op wendt, blijkbaar in gesprek met Onuphrius.
0 notes
wimjee · 5 months ago
Video
Sint-Antoniuskapel, Leuven.
flickr
Sint-Antoniuskapel, Leuven. by Wim Jacobs Via Flickr: Bezoek Leuven. Sint-Antoniuskapel, Pater Damiaan. De Sint-Antoniuskapel (1299), in haar huidige versie (1617), is een kapel in de Belgische stad Leuven. Ze staat op het Pater Damiaanplein en is eigendom van de paters Picpussen sinds 1860. De heiligen die er vereerd werden, zijn de Maagd Maria (vanaf 13e eeuw), Antonius van Egypte (vanaf 16e eeuw), Jozef van Nazareth (vanaf 19e eeuw) en Jozef De Veuster of pater Damiaan (vanaf 20e eeuw).[1] Pater Damiaan ligt er begraven in de crypte.
0 notes
fritsmaasland · 6 months ago
Video
youtube
Beeld Maria de Guadalupe Mexico 4 Kleuren €34.95 pst De kleine beeldjes zijn 15 cm en kosten 12.95 (deze staan morgen 19/9 online) #Maria #Mexico #MaagdMaria #MariadeGuadalupe #beeld #woondecoratie #shopindepijp @meltingpotamsterda.nl  www.meltingpotamsterdam.nl In Mexico regeert een koningin, al 125 jaar lang. De Virgen de Guadalupe, het beeld van de maagd Maria. Zij is de beschermheilige, beschermvrouwe en heilige moeder van de Mexicaanse natie, en een bron van troost voor alle Latijns-Amerikanen. Terwijl er in Mexico mensen zijn die niet religieus zijn of zelfs tegen religie, zijn er geen Mexicanen die anti-Guadalupe zijn. De liefde voor dit beeld zit in het bloed van hun voorouders verweven. Tegenwoordig worden de beelden niet langer gemaakt van gips, maar van epoxy, terwijl de beschildering nog steeds met de hand gebeurt. De Virgen is verkrijgbaar in vier kleuren: Wit, roze, groen en blauw. De hoogte van het beeld is 37 cm. De aura aan de achterzijde is makkelijk te verwijderen.
0 notes
thedreamlifeofbalsosnell · 9 months ago
Text
Waarom we vandaag Simone Weil moeten lezen
Tumblr media
Het werk van de Franse filosofe Simone Weil (1909-1943) maakt de laatste jaren een bescheiden opgang in ons taalgebied. Meer dan terecht, want haar denken is actueler dan ooit. Na de opwaardering van het werk van filosofes als Hannah Arendt en Susan Sontag is het de beurt aan Weil.
Een monografie en twee bundels met essays zijn de meest recente toevoegingen aan de Nederlandstalige Weil-bibliotheek. Bij uitgeverij Kelder verscheen eind 2021 De waarheid als roeping. Het leven van Simone Weil, een vertaling van Simone Weil, la vérité pour vocation (2020), waarin de Franse journaliste Ludivine Benard op een bevlogen en nauwgezette manier het leven en werk van Weil historisch kadert. Eerder bracht Kelder onder de titel Onderdrukking en vrijheid (2018)een aanbevelenswaardige bloemlezing uit van Weils filosofische en politieke geschriften. Met Waar strijden wij voor? (2021) en Wat is heilig in de mens? (2021) zijn nu ook twee knappe selecties beschikbaar met essays die Weil tijdens de Tweede Wereldoorlog schreef vanuit Londen, waar ze tot kort voor haar dood werkte voor De Gaulles verzetsbeweging la France libre en in  ongeveer vier maanden een tiental van haar roemruchtste teksten schreef. Opvallend (en kenmerkend) is hoe Weil in deze essays haar politieke visie weet te verzoenen met meer spirituele inzichten.
Inwendige noodzaak
De waarheid als roeping is meer dan een biografie en de perfecte introductie tot het werk van Weil. Benard put niet alleen uit het onvermijdelijke La vie de Simone Weil (1973) van Weils biografe en jeugdvriendin Simone Pétrement, maar ook uit meer recente academische en journalistieke publicaties (het boeiende hoofdstuk over Weils antikolonialisme is op dat vlak een uitschieter). In het laatste hoofdstuk neemt ze een standpunt in over de vraag of Weil zelfmoord pleegde door bewuste uithongering of niet. 
Tumblr media
Wie er biografische schetsen over Weil op naslaat, zal snel tot de conclusie komen dat ze tevens een vat vol tegenstrijdigheden was: ze brak met het orthodoxe marxisme en was teleurgesteld in de Russische Revolutie, maar had zichzelf als tiener tot bolsjewiek uitgeroepen; ze was een mystica die agnostisch werd opgevoed, maar was van joodse afkomst en uitte felle kritiek op de katholieke kerk; ze was een hoogopgeleide doctor in de filosofie, maar ging in verschillende fabrieken als arbeider werken; ze was een pacifiste, maar stond aan het front bij de anarchistische Colonne van Durruti tijdens de Spaanse Burgeroorlog.
Bovendien bestaan er heel wat faits divers die de mythe rond Weil (‘de Rode Maagd’, de ‘Patroonheilige van de onderdrukten’) in de hand hebben gewerkt. Bijvoorbeeld dat ze zichzelf Sanskriet leerde om de Bhagavad Gita te kunnen lezen, hoogbegaafd en erg onhandig zou zijn geweest of dat ze er sjofel uitzag en vaak gekleed liep in mannenkleren. Benard haalt al deze hebbelijkheden aan, maar vermijdt anekdotiek of ophemeling en geeft voldoende duiding, waardoor haar monografie nooit verwordt tot een hagiografie.
In onze contreien staat Weil niet of nauwelijks op het programma van de hedendaagse filosofiestudent. Haar hang naar het spirituele zal daar deels voor iets tussen zitten, maar ook het feit dat haar werk fragmentarisch is overgeleverd en ze nooit een systeem of doctrine in zijn geheel heeft afgewerkt. Het is dan ook zo goed als onmogelijk haar onder te brengen in een school, traditie of stroming. Ze stierf op haar vierendertigste, in een sanatorium in het Engelse Ashford, ondervoed en uitgeput door tuberculose. Maar ondanks haar korte leven heeft ze onwaarschijnlijk veel geschreven. Bijzonder is dat zo goed als haar gehele oeuvre postuum is uitgegeven (Albert Camus was de grote instigator hiervoor). Weil zag met andere woorden bij haar leven geen enkele van haar boeken in druk.
Daarentegen publiceerde Weil artikels en essays in filosofiemagazines, vakbondsbladen of andere politieke media. Haar denken is in de kern hellenistisch — met Plato als haar grote mentor — maar ook de filosofieën van Karl Marx, René Descartes en Immanuel Kant (in het bijzonder diens categorische imperatief) zijn belangrijke hoekstenen. De filosoof Alain, haar geliefde leerkracht op het prestigieuze Lycée Henri IV, was eveneens een grote invloed. Die was antiklerikaal en een groot voorvechter van de vrije wil (‘denken betekent willen, willen betekent handelen’).
Tumblr media
De persoon en het heilige
Wanneer Parijs op 11 juni 1940 tot ville ouverte uitgeroepen wordt, vluchten de Weils naar Marseille. Daar raakt Simone voor het eerst betrokken bij het verzet. In juli 1942 vlucht ze met haar inmiddels bejaarde ouders noodgedwongen naar New York om vervolging te voorkomen. Weil wil echter actief deelnemen aan het verzet, ‘met een parachute boven Frankrijk gedropt worden’, zoals ze in een brief schreef. Via bemiddeling van enkele vrienden krijgt ze tegen haar zin een kantoorbaantje als redactrice in het Algemeen Studiecomité van De Gaulles La France libre in Londen. Het was een van de commissies die adviezen moest uitwerken voor de politieke, sociale en economische reorganisatie van het bevrijde Frankrijk. Van half december 1942 tot midden april 1943 verblijft Weil in Londen. Achteraf blijkt het een zeer productieve periode, ze schrijft dag en nacht, ten koste van haar gezondheid. Het is in die periode dat Weil de essays schreef die zijn opgenomen in Waar strijden we voor? Over de noodzaak van anders denken en Wat is heilig in de mens?.
In Londen schrijft Weil een van haar mooiste en bekendste essays, de sleutel tot haar hele metafysica, zeg maar: ‘De persoon en het heilige’, terecht de opener van zowel Waar strijden we voor? als Wat is heilig in de mens?. Belangrijk is dat ze in dat essay, en bij uitbreiding de twee andere teksten in Waar strijden wij voor?, de krijtlijnen van haar theorie over ‘verworteling’ uitzet.
De noodzaak van anders denken
Weils metafysica is van een ongekende schoonheid. Het vergt wat inspanning om erin door te dringen, maar eenmaal je je laat meeslepen, krijg je een openbarende levensles van formaat. Iedere samenvatting doet onrecht aan de intensiteit van ‘De persoon en het heilige’, maar in een notendop gaat het als volgt. Weil onderscheidt drie waardenniveaus. Het hoogste niveau is het ethische, met als basis ‘het goede’ en als drijvende kracht, ‘de liefde’. Waarden als waarheid, rechtvaardigheid, medelijden en verplichting zijn voor mensen fundamenteel voor hun mens-zijn en kunnen bereikt worden via overgave, meditatie en gebed. Het tweede niveau is dat van de ‘persoon’ (‘lichaam en geest’) met als katalysators ‘kracht’ en ‘macht’. Hier bepalen waarden als recht, democratie, identiteit en legitimiteit ons moreel verantwoord functioneren in deze wereld. Het derde niveau is dat van het amoreel denken en handelen, met waarden als geld, ambitie en prestige.
Tumblr media
Een van de projecten waar Weil aan meewerkte voor het Studiecomité was een nieuwe Verklaring van de Rechten van de Mens, zij het op basis van die van 1789 en 1793, een grondwet die na de overwinning op Duitsland moest ingevoerd worden en in 1942 in New York tijdens een conferentie, waar Weil aan deelnam, al deels was uitgewerkt. Weil vond deze verklaring echter niet radicaal genoeg en verwierp een van de fundamenten ervan, namelijk dat ‘de menselijke persoon’ een sacraal karakter heeft: ‘In ieder mens is iets heiligs. Dat zit niet in zijn persoon of persoonlijkheid, maar heel eenvoudig in zijn mens-zijn.’
Door zich te laten inspireren door het hoogste waardenniveau, kan de mens de ‘wortels’ ervan doen groeien in de natuurlijke wereld. Dat principe van ‘verworteling’, brengt ons naadloos bij Weils onvoltooid gebleven en postuum onder auspiciën van Camus uitgegeven hoofdwerk, L’enracinement, dat als Verworteling: Wat we de mens verplicht zijn voor het eerst in Nederlandse vertaling uitkomt in 2022, eveneens bij IJzer. De twee andere essays in Waar strijden wij voor? — ‘Studie voor een verklaring van de verplichtingen tegenover de mens’ en ‘Strijden wij voor rechtvaardigheid?’ — vormen welbeschouwd de opmaat voor L’enracinement, volgens Pétrement de enige poging van Weil om een ‘doctrine’ uit te werken.
Politiek en religie
Wat is heilig in de mens? is een tweede, iets ruimere selectie essays en korte teksten van Weil, bijna gelijktijdig verschenen als Waar strijden we voor? Het is het tweede deel in de nu al veelbelovende Filosofische Bibliotheek Diotima, een nieuwe reeks van uitgeverij Letterwerk met werk van vrouwelijke filosofen (eerder verscheen als eerste deel De soevereiniteit van het goede van Iris Murdoch, voor wie Weil onmiskenbaar een inspiratiebron was). Wat is heilig in de mens? bundelt tien essays en drie fragmenten van onafgewerkte teksten, allemaal geschreven in de periode waar Weil Parijs ontvluchtte om uiteindelijk in Londen terecht te komen. De eerste twee bijdragen zijn een andere, even lovenswaardige vertaling van de invloedrijke essays ‘De persoon en het heilige’ en ‘Strijden wij voor rechtvaardigheid?’, die de lezer al kent uit Waar strijden wij voor?.
De essays in Wat is heilig in de mens? maken duidelijk hoezeer Weil het politieke denken nooit heeft verlaten, hoewel haar metafysica in de jaren voor haar vlucht naar Londen er een belangrijke spirituele pijler bij kreeg. In het onvoltooide essay ‘Bestaat er een marxistische leer?’ bijvoorbeeld ontleedt ze de marxistische dogma’s en valt die stuk per stuk af omwille van een vermeend schrijnend gebrek aan onderlinge samenhang (zoals ze eerder al deed in ‘Over de contradicties van het marxisme’ in Onderdrukking en vrijheid), maar niet zonder een vurig pleidooi te houden voor Plato’s spiritualiteit en het goede in het bovennatuurlijke als mogelijk alternatief: ‘Het wezen van de mens is niets anders dan een voortdurend streven in de richting van een onbekend goed.’
In het radicale ‘Over de koloniale kwestie’ stelt Weil het nazisme op gelijke voet met kolonisatie, nog vóór Aimé Césaire en Hannah Arendt hetzelfde zouden doen begin de jaren 1950: ‘Het kwaad dat Duitsland ons tevergeefs probeerde aan te doen, hebben wij anderen aangedaan.’ Een gekoloniseerd land wordt ‘ontworteld’, waardoor de ‘spirituele schatten van het verleden’ verloren gaan: ‘De val in koloniale slavernij betekent het verlies van het verleden.’ Het hoofdstuk ‘Het rijk van het geweld’ in Benards boek biedt een indringende en hedendaagse analyse van het heftige antikolonialisme van Weil.
Denken en doen
Weils grondige afkeer voor de oorlog en de als pacifiste paradoxale noodzaak om zich in daden en acties te blijven verzetten, vertaalt ze in vlijmscherpe essays. Zo omschrijft ze in ‘Deze oorlog is een oorlog van religies’ de Tweede Wereldoorlog als ‘een uniek religieus drama dat de hele planeet als toneel heeft’ en als ‘een strijd tussen goed en kwaad’. Verafgoding of valse religie en een areligieuze houding zullen het bezette land alleen maar verder ‘ontwortelen’. Europa heeft genezing nodig en die kan enkel spiritueel, religieus van aard zijn: ‘Alleen een ware religie kan de onderworpen naties tegenover de overwinnaar stellen.’
Het politiek stelsel van het gaullisme zal niet volstaan om het ‘verpletterde’ Frankrijk na de oorlog opnieuw op te bouwen, stelt Weil. Vanuit Marseille tekent ze op: ‘De verzetslui uit de entourage van generaal De Gaulle genieten populariteit door hun werk als propagandisten of strijders, maar niet als potentiële politieke leiders.’ In ‘De legitimiteit van een voorlopige regering’ gaat ze nog een stap verder en verklaart ze Frankrijk zelfs morsdood, tegelijk waarschuwend voor de te grote macht die kleeft aan de persoon van De Gaulle. Het bekende essay ‘Notitie over de algemene afschaffing van de politieke partijen’ (ook opgenomen in Onderdrukking en vrijheid) fakkelt de eventuele oprichting van een gaullistische partij definitief neer: het louter bestaan van politieke partijen is ‘een bijna zuiver kwaad’, zeker als die opgericht zouden zijn rond één leidende figuur.
In Wat is heilig in de mens? zijn er eveneens twee religieus getinte essays opgenomen, die in de lijn liggen van de teksten die later gebundeld zijn als Wachten op God, wellicht haar bekendste werk en volgens Susan Sontag ‘zonder twijfel het hoogtepunt’ van alles wat ze heeft geschreven. ‘Theorie van de sacramenten’ is waarschijnlijk een van de laatste essays die Weil in Londen schreef. Hierin beschrijft ze hoe haar verblijf in een klooster in Solesmes in 1938 een ‘mystieke ervaring’ werd en verdedigt ze tussendoor de vrijheid van denken. ‘Geloofsbelijdenis’ hekelt op zijn beurt ‘de geestelijke tirannie van de kerk’ en bevestigt Weils positie ten aanzien van het geloof en de katholieke kerk: zij weigert resoluut het doopsel omwille van de ‘collectieve geloofsdwang’ van het volgens haar totalitaire kerkinstituut. Weils roeping vereist ‘absolute intellectuele eerlijkheid’: ‘Ik erken níet dat de kerk enig recht heeft om de werking van het intellect of de openbaringen van de liefde op het gebied van het denken te beperken.’
Tumblr media
In een nawoord bij Wat is heilig in de mens? somt filosofe Mariëtte Willemsen zeven redenen op om Weil te lezen. Ze noemt Weils filosofie origineel door haar verwerping van de klassieke opvattingen over de wil en vrijheid, haar mystieke kant en de invloed van oosterse filosofieën zoals het taoïsme en het hindoeïsme. Willemsen roemt verder ook de taal van Weil. Haar taalgebruik komt meer dan tachtig jaar later inderdaad nog altijd modern, ja zelfs hedendaags over. Dat is mede te danken aan het hoge literaire gehalte van haar teksten. Weil is door haar aforistische schrijfstijl dan ook hyperciteerbaar. Ze schrijft in heldere zinnen, die vaak de intensiteit hebben van een oneliner (in haar kritiek op Marx: ‘Je hoort nauwelijks iemand die zich afvraagt: had Marx wel een leer?’). Met enkele rake woorden grijpt ze de aandacht van de lezer (‘zij die het monopolie op de taal hebben, vormen een geprivilegieerde categorie’). Haar bewoording is precies, zonder opsmuk, haar beeldspraak krachtig en indringend. Weil wil duidelijk begrepen worden, ze heeft een boodschap over te brengen. Vaak maakt ze die ideeën concreet door voorbeelden uit het dagelijkse leven te geven of eigen ervaringen uit de doeken te doen.
Het belang van Weils taal komt ook naar boven in de voorliggende vertalingen. Neem het (titel)essay ‘De persoon en het heilige’. Het is een interessante oefening om beide te vergelijken. De vertaling van Crombez is naar mijn gevoel vrijer en geeft voorrang aan de leesbaarheid en het literaire karakter van Weils proza. De vertaling van Mulock Houwer is dan weer iets letterlijker, wellicht meer rigide, hoewel dat geen punt van kritiek zou mogen zijn: de helderheid van de taal primeert hier en dat ligt in de lijn van Weils filosofie. Beide vertalingen kunnen probleemloos naast elkaar bestaan. Welke nu de betere vertaling is, is hier een kwestie van persoonlijke smaak.
‘De mens heeft zo’n grote behoefte aan taal dat een gedachte die niet in woorden wordt uitgedrukt, vaak juist daardoor niet in daden wordt omgezet’, schrijft Weil in een van de toegevoegde schetsen in Wat is heilig in de mens? Hoe kunnen de teksten van Weil ons vandaag helpen? Wat maakt ze zo actueel? Camus noemde Weil ‘de enige grote geest van onze tijd’, wat haar wijsgerige reikwijdte in een slagzin goed samenvat. Weil onderzocht namelijk alle grote filosofische thema’s: identiteit, macht, de vrije wil, het individu, arbeid, vrijheid en religie. Het zijn veelal vragen die ons ook vandaag bezighouden. Weil waarschuwde voor de grenzeloze ‘wil tot macht’ die de wereld vandaag in zijn greep houdt en pleit voor een herwaardering van ‘het goede’. Of het nu gaat over ‘ontwortelde’ vluchtelingen, spirituele zingeving, precaire ecologie, duistere koloniale verledens of partijprogramma’s die steeds meer op elkaar lijken, Weils principes en idealen kunnen een leidraad vormen. Een simpele toepassing van haar denken op de praktijk vandaag is er niet, stelt Willemsen, maar Weil kan zeker een inspiratiebron zijn.
Marx beweerde dat het kapitalisme het laatste stadium van de onderdrukking was. Weil weerlegde dit onder meer door te stellen dat het geweld de universele factor van de onderdrukking is. Ook vandaag heeft er zich een ‘rijk van geweld’ gekristalliseerd in de gecentraliseerde staat, waar universele waarden afgevlakt worden en de cultus van de ontwikkeling van productiekrachten hoogtij viert. Iedereen lijkt zich moedeloos te onderwerpen, zonder zich te durven afvragen of er überhaupt nog gestreden moet worden. Vrijheid en macht zijn onophoudelijk met elkaar in conflict. Wanneer we niet meer weten waarvoor we strijden, verliezen we ons mens-zijn.
Verschenen op: rekto:verso, 14 januari 2022
– Waar strijden wij voor? Over de noodzaak van anders denken van Simone Weil, vertaald, ingeleid en van noten voorzien door Jan Mulock Houwer, IJzer 2021, paperback, ISBN 9789086842445, 108 pp.
– Wat is heilig in de mens? De laatste essays van Simone Weil, vertaald en samengesteld door Thomas Crombez (m.m.v. Jacques Graste), toelichting door Jacques Graste, nawoord door Mariëtte Willemsen, Letterwerk 2021, paperback, ISBN 9789464075236, 246 pp.
– De waarheid als roeping. Het leven van Simone Weil van Ludivine Benard, vertaald Johny Lenaerts, Kelder 2021, paperback, ISBN 9789079395521, 156 pp.
5-delige podcastreeks over Simone Weil op France Culture: Avoir raison avec Simone Weil
Website gewijd aan Simone Weil: www.simoneweil.net
N.B. In 2022 verschijnen nog twee andere publicaties met werk van Weil. De vertaling van Weils hoofdwerk L’enracinement als Verworteling staat op til bij IJzer en Kelder werkt aan een verzameling essays rond arbeid, een van de kernthema’s in Weils denken.
Update, juni 2022
Inmiddels verschenen bij Uitgeverij IJzer:
Verworteling: Weils hoofdwerk, waarin ze reflecteert op het belang van religieuze en politieke sociale structuren in het leven van het individu. Werd opgenomen in de DSL top 5 non-fictie.
Over Oorlog: een zeer actuele selectie van essays uit de periode 1933-1943 over de oorlog en de dreiging daarvan. In het leven van Simone Weil spelen de oorlog en de dreiging daarvan als uiting van het eeuwige conflict tussen onderdrukkers en onderdrukten een belangrijke rol.
0 notes
zielsvlucht · 9 months ago
Text
Tanden
"Ik ben vroeger een lange tijd depressief geweest." Legde ik uit aan de tandarts.
Zo genant om te vertellen. Ik weet zelfs niet goed waarom ik het zei. Ik had even makkelijk iets kunnen verzinnen.
"Toen wastte ik me soms maanden lang niet. En mijn tanden... Ja... Mijn gebit is toen beginnen achteruit gaan en sindsdien heb ik er elk jaar last mee." 
En het was al half gelogen. Zo doen alsof het in het verleden ligt. Alsof ik niet elke dag tegen diezelfde zwaartekracht vecht. Maar ik weet niet wat anders zeggen. Ik weet vaak niet hoe ik mezelf kan verklaren, verantwoorden, aan anderen. Ik ben gewoon een ramp. 
Langs de andere kant, is het misschien één van de enigste waarheden die ik deze week tegen een andere ziel verteld heb. Het is zo. Hoe stom het ook klinkt. Als je niet wilt leven, dan wil je ook je tanden niet poetsen. Je hoopt dan dat je tanden gaan rotten en dat je er in stikt. En met genoeg kwade wil, wordt je wens jaren later uiteindelijk vervuld.  
Ze zei iets aanmoedigend, denk ik. Daarna zei ze: "Er zit niets anders op. Ik kan die tand niet meer redden. Hij moet getrokken worden. De barsten gaan tot onder het tandvlees en de gaten zitten tot op het bot." 
Ik schoot meteen in de lach. Het was sterker dan mezelf. Wie heeft er nu tand cariës "tot op het bot"?! Dat is hilarisch. Ik dus. Godmiljaar. In mijn verbeelding kon dat gat zich nog zich dieper en dieper boren. Mijn bovenkaak in tot in mijn hersenen. Niet dat ik daar geen gaten genoeg had.
Ik verontschuldigde me voor zo te lachen.
"Geen probleem!" Zei ze. "Het is jouw... Situatie. Goed dat je het zo positief kan opvatten. Als ik er zo naar kijk zou het eigenlijk enorm veel pijn moeten doen. Dus de zenuwen zijn waarschijnlijk al afgestorven." 
Ze drukte vloeibare stikstof tegen mijn tand. Ik voelde niets. Karma van altijd op iedereen's zenuwen te werken misschien. Nu zijn de mijne gesprongen.
Sorry slechte grap. Alles in het leven is een slechte grap. Maar je bent een slechte komiek als je niet nog steeds met alles probeert te lachen zo lang je dat kan.
"Het is wel jammer." Zei ze serieus "Zeker omdat je nog zo jong bent. Het is beter als mensen van onze leeftijd nog steeds gezonde tanden hebben. Dit soort problemen komen normaal pas later in het leven." 
Onze leeftijd? Zijn wij dezelfde leeftijd? Ik vergeet soms dat ik niet meer een kind ben. Dat ik een grote mens ben net als de rest. Ze was inderdaad jong en ze had mijn gegevens met mijn geboortejaar in haar gammel computersysteem staan. Het zal dan wel zo zijn. Op papier toch. Maar iemand van ons was duidelijk veel volwassener dan de andere. Op zijn minst heb ik dan toch een héél volwassen gebit. Dat balanceert het wat.
Ik had waarschijnlijk moeten luisteren naar haar oprechte woorden over mijn gezondheid, en hoe belangrijk het was dat ik ophield met dit soort bullshit (al verwoordde ze dat zo niet). In plaats van mentaal te blijven hangen bij het wonder van onze gelijke leeftijden. Maar dat terzijde.
Ze legde een schaaltje met instrumenten op mijn borst. Het bleef daar liggen. Dat had ze nog al eens gedaan, maar ik vond het deze keer nodig om er iets over te zeggen.
"Doe je dat altijd?" Vroeg ik. 
"Ja."
"Schuift dat er nooit af?"
"Nee hoor."
"Ook niet bij vrouwen?" 
"Wauw, wat een uitstekende manier om duidelijk te maken dat je een eenzame maagd bent die niets van borsten weet!" Zei ze. 
Oké, ik lieg. Dat zei ze niet. Dat zei mijn brein tegen me een microseconde nadat ik de vraag stelde.
"Nee hoor." Zei ze.
"Dat was een domme vraag van me." Gaf ik luidop toe.
Ik ben alweer vergeten wat ze daarop zei, maar daarna wrong ze wijselijk haar instrumenten mijn mond terug in zodat ik niets meer kon zeggen.
Vaarwel rotte tand! Één van de vele delen van mezelf die ik zonder reden verwaarloosd heb. Wees getroost want je bent niet de eerste en je zal ook niet de laatste zijn. Een deel van me zal je missen en sterk overwegen om mijn tanden beter te poetsen. Een ander deel van me zal 's avonds laat chocolade eten in bed. Sommige tanden mogen een goed leven leiden. Andere tanden komen in den deze zijn bakkes terrecht. C'est la vie.
0 notes
tinyshe · 9 months ago
Text
click on the little flag for language preferences
0 notes