#Dingen die me de grootste moeite kosten
Explore tagged Tumblr posts
Text
18. Is er geen ranja/limonade/siroop in dit land?
21/02/2020
Ik zit weer eens op de uni, maar nu niet tijdens de les. Ik zit nu te wachten voor het lokaal. Ik ben vroeg, want ik was eerst even naar International Office gegaan. Eén van de vakken die ik wil toevoegen zit misschien vol. Bij de meeste vakken kan je zien of ze vol zijn of niet, maar bij deze niet. Danila zei dat ik het beste altijd kan proberen, want er is ook een kans dat mensen het vak ook weer laten vallen. Ook ben ik nog steeds in de war door de Confirmation of Stay. Radboud heeft die niet meegegeven, dus ik moet zo maar googlen hoe Radboud het hanteert. Ik heb het nodig voor mijn Erasmus beurs.
Voordat ik verder ga met mijn academische nieuws aan het thuisfront: vending machines!
Man, man, man, wat een gedoe. Ik wilde een simpele Bueno kopen uit een machine, maar ten eerste had het geen pin. Oké whatever, ik heb cash. Hier in Slovenië houden ze nog steeds van cash. Ten tweede, ik had geen idee waar de cash in moest. Het had zo'n rare schuif sleuf. Iemand van de koffiecorner heeft het me uitgelegd.
Dus ik tikte het nummer voor de Bueno in en ik stopte €1,10 in de machine en... niets? Er stond wel "kredit 1.10" op de machine, maar er gebeurde niets? Ik wilde koffiecorner dude niet weer lastigvallen, dus ik meldde bij de receptie dat de machine het niet deed. Zij vertelde me om het servicenummer te bellen, maar die deed het ook niet.
Dus ik weer terug gehobbeld naar de receptie en de receptioniste kwam mee en wat blijkt... in Slovenië moet je eerst geld invoeren en dan pas op het nummertje tikken. De machine deed het dus gewoon. We moesten wel allebei even lachen nadat ik uitlegde dat het thuis totaal het tegenovergestelde werkt.
Ah...
Goed. Academisch nieuws van Radboud. Peer, mijn leraar Methoden A, vond dat ik het tentamen volgend jaar maar moest doen. Esther, de studieadviseur, stelde juist voor om het in Slovenië te doen, als het mogelijk zou zijn.
Ik heb het met Esther besproken, want ik twijfelde. Natuurlijk wil ik alle kansen aangrijpen, maar ik voelde de druk al. Ik wilde niet dat iedereen de moeite ging doen voor mij en dat ik het dan weer niet zou halen. De eerste (of vierde) kans was ik ook al heel erg gestrest. Esther heeft het toen met Peer besproken en Peer heeft ingestemd dat ik het tentamen bij terugkomst, voor het begin van het nieuwe academische jaar, kan maken.
Ik ben dus net ook even naar Danila gegaan om te vragen hoe het zit met het rooster hier. Er staat namelijk ook een "Fall examination period" gepland van augustus en september, maar dat is blijkbaar voor Sloveense studenten. Nu heb ik eindelijk ook beter beeld over mijn terugkomst. Ik weet dat Sanne terug vliegt op 11 juli.
Dus ik ga dadelijk Peer en Esther weer mailen. I shall keep you updated.
Al dit gedoe voor Methoden van Onderzoek A.
**
We zijn inmiddels 1 uur en 3 kwartier verder en het is pauze. Ik heb het nodig. De lezing is wel zeer interessant en tot nu toe is dit de beste lezing die ik in mijn korte Sloveense academische carrière gehad heb.
Ik was dit blog post kwijtgeraakt, want ik had het perrongeluk opgeslagen in de “drafts” van mijn andere blog, namelijk mijn Sims 4 CC blog. Dit krijg je als je 12 blogs op één account zet.
Ik zit nu de Bueno van mijn vending machine adventure te eten en het was het waard. Het is hier zo stil. Het is een relatieve kleiner groep mensen, maar niemand praat met elkaar. Ma, voordat je gaat zeggen dat ik de moeite moet nemen om met mensen te praten: ik zit een beetje in een los hoekje en ik denk dat degene voor me aan het slapen is. Deze studente zit altijd in college te luisteren zonder notities te maken. Hoe doet ze dat? Ik schrijf me rot om alles bij te houden, want deze lerares geeft meeste stof in een gesproken vorm, niet op de PowerPoint.
Oh wacht, er is leven en degene voor me ligt niet te slapen. Ze zit op haar telefoon.
**
Where are the Irish?
**
We zijn nu weer terug naar het ontleden van de literatuur. Ik weet niet helemaal of ik dit interessant vind. Het is handig, want ik snap niet altijd alle zeer diepgaande literatuur (en daar zijn goede memes over), maar het is ook zeer saai.
Er zijn wel interessante dingen. Ik heb net geleerd dat mijn favoriete kunststuk The Fountain van Michael Duchamp gestolen was van een vrouw. (Een student: “Wow, surprise!”). Het idee. Niet het echte kunststuk. Klik op de link en dan snap je wat ik bedoel. Er is blijkbaar ook een Museum of Broken Relationships (objecten die achter zijn gebleven nadat een relatie uit elkaar gaat) en dat leidde me tot een Museum of Failure (objecten die geflopt zijn op de markt).
Serieus, kijk op de site van Broken Relationships, want dit museum is dus ook deels online. Moet je dit lezen. Oh wacht, ik moet even opletten.
**
Inmiddels is het 18:50 en heb wat kaas nachos gegeten. Mam, je zou ze haten. Mijn glee playlist is voorbij, dus de nieuwe muziek is P!ATD Faves, oftewel alle goede nummers van Panic! At The Disco. Jullie kennen deze band vast. Anders kennen jullie het nummer High Hopes wel. (Behind The Sea klinkt als een nummers van de Beatles.)
Ik ben thuis gekomen, heb nog meer Broken Relationships gelezen, heb de laatste twee afleveringen van Brooklyn Nine-Nine gekeken (Jimmy Jab games waren terug na 6 seizoenen!) en ik heb even wat boodschappen gedaan samen met Ed the Cat. Ik blijf het maar zeggen, maar sommige dingen hier zijn zo goedkoop. Een 1,5L fles Fuse tea ice tea is minder dan een euro. Thuis is een flesje van 0,2L al €1,20 of zo. Een Bueno voor 70 cent?
(Miss Jackson, ft. LOLO! Heck yeah. En LOLO is Lauren Pritchard, een actrice van de musical Spring Awakening!)
Een maaltijdsalade is €1,05 - €1,70, terwijl ze in Nederland zo €4 kosten. Zelfs zeer gevulde maaltijdsalades met kidney beans, maïs, linzen, andere soort groenten dat ik eerlijk gezegd niet ken en paprika is €1,39??? Helaas zijn de koekjes uit Italië iets duurder, maar ik kan me niet meer herinneren hoe duur ze in Italië zijn.
Ik vond geen ranja (of hoe je het ook noemt), dus dat is een tegenvaller.
Op weg naar de Spar zie je de bergen met sneeuw en vandaag scheen de zon er mooi op. Ik heb een foto gemaakt, het ziet er veel beter uit in het echt.
Verder heb ik het vak toegevoegd en heb ik Peer en Esther terug gemaild. Nu ga ik denk ik gamen. Mijn Switch moet opladen, want Caroline en ik hebben gisteren Mario Kart 8D gespeeld, maar ik heb nog altijd mijn Sims.
(Don’t Threaten Me With A Good Time heeft zo’n rare videoclip. Alle videoclips van P!ATD zijn raar.) (The Piano Knows Something I Don’t Know is weer totaal anders. Deze band heeft de neiging om een andere muziekgenre per album te hanteren. Zo kan je in deze playlist van punk pop rock naar Beatles-inspired naar Broadway baroque gaan.)
Ik denk dat ik morgen misschien naar BTC City ga. Dat was het grote winkelcentrum. Het duurt 30 minuten met de bus. Ik hoef niet echt iets te kopen, maar ik heb gewoon zin om morgen ergens naar toe te gaan en het is niet al te ver weg. Ik kan namelijk ook voor €7,50 (!!!) naar Zagreb ik Kroatië, maar dat is me nu iets te veel, ook al ligt daar het Museum of Broken Relationships.
(I Write Sins Not Tragedies was hun bekendste nummer voor jaren. Toen kwam High Hopes. Ha ha ha, “hun”. Deze band staat ook bekend als de band die leden verliest. Nu is het een one-man show.)
Verder zoek ik nog steeds een fiets. Ik heb Ana en Tadeja nog niet gesproken, oops my bad, maar ik zag wel een link naar een fietsenzaak die specialiseert in tweedehands fietsen. Daar kan ik ook mijn fiets weer verkopen als ik vertrek. Het is wel 45 minuten met de bus, dus ik ga vragen of Sanne misschien mee wilt. Zij wilt ook nog een fiets.
(Normaal ben ik niet de grootste fan van langzame ballads, maar The End Of All Things is zo emotioneel. Waarschijnlijk omdat dit nummer een muziekversie is van de huwelijksrede (wedding vows?) die hij had geschreven voor zijn vrouw. Live is het beter, want dan is er een mega lange hoge noot.)
Ik ga ook nog alle gratis plekken voor Boni opzoeken. Caroline heeft een lijst doorgestuurd met plekken waar je voor nul hele euro’s een maaltijd kan krijgen, dus daar ben ik in geïnteresseerd. Veel restaurants liggen natuurlijk in het centrum, maar er is hier ook een Korean bistro om de hoek en dat houdt me bezig sinds mijn aankomst in dit land. Ik heb Koreaans gegeten in Londen met Merel en dat is inmiddels bijna 2 jaar geleden.
(Ah, nog een ballad, namelijk Northern Downpour. Een enigsinds controversieel nummer, want Brendon Urie weigert om dit nummer te spelen, dus er zijn heel veel consparicy theories. De meest bekende is dat Ryan Ross, die dit nummer heeft geschreven, zijn ex-vriend is. Ryan heeft toevallig dit nummer voor de eerste keer in een decennium of zo gezongen tijdens zijn tour. Ik weet dat jullie niet mijn blog lezen voor consparicy theories rondom Panic! At The Disco, maar nadat een fan me ooit alles heeft uitgelegd, houdt het me wakker.)
Eerst ga ik shoppen voor mijn sims.
1 note
·
View note
Text
Donderdagmiddag ga ik naar de pijnpoli. Ik heb geen bal zin, want die mensen werken op mijn zenuwen met hun propaganda voor opiaten. ‘U wilt geen Oxycontin en geen Tramadol slikken,’ heb ik al meermalen beschuldigend gehoord uit de mond van een zogenaamde pijndeskundige. Een deskundige zonder pijn. Een boer met kiespijn heeft meer begrip!
Realiseer ik me. Als een boerin met kiespijn…..
Vandaag heb ik een afspraak met de Tensverpleegkundige. Ik heb haar al aan de telefoon gehad, een aardige vrouw met een prachtige vriendelijke stem. Voor me staat een stevige doortastende tante. Met een fijne stem. Maar weinig geduld.
Ze stelt vragen, maar wacht het antwoord niet af. Halverwege heeft ze haar conclusie al getrokken. Macht der gewoonte vrees ik. Maar het maakt de communicatie uitermate hotseflotsig.
‘Allereerst: U mag volstrekt niet autorijden met dit apparaat, terwijl het aan staat. Noch op een brommer, E-Bike of scootmobiel. Levensgevaarlijk! En u bent in geval van ongeluk niet verzekerd….. Contact met water is ook uit den boze!’
‘Waar gebruikt u de Tens allemaal voor?’ vervolgt ze in rap tempo. Nou, om auto te rijden. Ik rijd om de twee jaar naar de Dordogne, met dat ding in de hoogste stand. Door dat geval lukt het me om die afstand zelf te rijden! Zwemmen lijkt me ook fijn zonder pijn, maar ik had zelf wel bedacht dat Tens in water geen goed idee is…..
‘Ik ben nogal verbijsterd door uw bewering dat ik niet mag autorijden met een Tens. Dat heeft nog nooit iemand me verteld. Ondanks meerder instructie-sessies met een verpleegkundige. Ook in de instructieboekjes of online heb ik het nooit ook maar ergens gelezen! Het staat niet in de bijsluiter van de pleisters. Of op de doos van het apparaat…..’
‘U hoeft het echt niet te proberen, hoor, autorijden met een werkende Tens, want ook al trekt u in geval van een ongeluk de draadjes er snel uit: Men kan het apparaatje uitlezen! En als het aan stond ten tijde van het ongeval bent u niet verzekerd!’ Triomfantelijk kijkt ze me aan. Haal je niks in je kop, Heks. Wij zijn je toch te slim af!
Het is een nieuw ontwerp apparaat. Met ingebouwde batterij. Aanvankelijk ben ik blij, maar helaas is het een slappe lul van een batterij. In de praktijk blijkt dat je om de dertig minuten moet opladen. In een stopcontact! Heel onhandig als je onderweg bent. Sowieso waardeloos. Vroeger had ik gewoon een hele batterij opgeladen batterijen achter de hand. Veel beter!
Wat een hopeloos concept. Vast bedacht door iemand, die nooit pijn heeft. Die denkt dat dertig minuten de truc gaat doen voor een chronisch pijnpatiënt. En anders: Jammer dan.
Maar je kunt dit nieuwe kloteapparaat wel uitlezen, daar is dan weer wel veel aandacht aan besteed. Zodat je het niet meer kunt gebruiken, waarvoor je het nodig hebt: Pijn bestrijden, terwijl het ontstaat. Tijdens lange autoritten bijvoorbeeld.
Je mag SMS-end over een druk kruispunt fietsen met vijf kinderen in je moderne elektrische bakfiets, Heks ziet dit met enige regelmaat gebeuren, maar dit mag dan weer niet.
Er is in het verleden bij Heks tijdens het autorijden wel eens een pleister spontaan los geschoten. Helemaal niet gevaarlijk. Het voelt een beetje vervelend en vervolgens slaat het apparaat uit. Appeltje, eitje. Ingebouwde veiligheid. Dus dat verbod is gewoon treiteren van mensen, die toch niks terug zeggen. Omdat ze er de puf niet voor hebben. Of te druk zijn met hun eindeloze pijn.
‘U gebruikt geen opiaten zie ik hier staan,’ de vrouw kijkt me streng aan. Bevreemd ook. Ze wijst naar de aantekening in de hanenpoten van de behandelend arts. Met koeienletters: GEBRUIKT GEEN OPIATEN!
‘Ik wil het programma graag voor verschillende dingen gebruiken, dit en dat, bladiebla….’ probeer ik er een speld tussen te krijgen. Maar nee. Dat is nu ook weer niet de bedoeling. De behandelend arts heeft iets aangeraden en daar houdt het Tensmens zich aan.
‘Ik mag geen diagnoses stellen of behandelplannen opstellen…..’ verdedigt ze haar rare standpunt. Ze vertikt het om me de codes en instructies te geven voor bijvoorbeeld acute pijnbestrijding. Ik zal er mijn oude apparaat voor moeten gebruiken……
‘U krijgt een programma om lichaamseigen endorfines aan te maken,’ zegt ze opgewekt. Dat moet ik vijf keer per dag steeds een half uur doen. Langer kan ook niet, want dan is de batterij alweer leeg.
Dan stopcontact zoeken. En weer opladen. Ook: Elke dag rug grondig wassen, pleisters plakken…….Dingen, die me de grootste moeite kosten. Na twee dagen loop ik al een dag achter. Na een week vijf dagen!
‘Als u andere dingen wilt, moet u eerst overleggen met de pijnarts. Ze gaat u nog bellen, goh, we zijn al klaar. Het heeft niet veel tijd nodig gehad, omdat u natuurlijk al bekend bent met Tens. Nou, tot ziens dan maar,’ vitaal pompend schudt ze me de pijnlijke hand.
Mijn goeie ouwe Cefar Tens! Zonder uitlees-mogelijkheden! Ik mag em goddank houden, omdat hij al zo stokoud is.
Heks wordt toch zo moe van dit gedoe. Hebben die mensen nu echt niks beters te doen, dan alles zo moeilijk maken?
Thuisgekomen vind ik een ingewikkelde brief van het Antroposofisch Therapeuticum om aan een douchestoel te komen. Eerst kan ik er eentje lenen voor een periode van 2 keer dertien weken. Huh? Geen zesentwintig weken? Nee, 2 keer dertien staat er.
Intussen moet ik dan via de WMO een definitief hulpmiddel aanvragen, maar die organisatie doet er dan weer langer over dan die 2 keer dertien weken om de aanvraag te verwerken. Meestal. Dus: ‘Snel aanvragen’ staat erbij.
Het nieuwe onding.
Op de site van Praxis staat een stoel voor vijfentwintig euro. Tientje verzendkosten, want het moet uit Duitsland komen.
‘Doe dat maar, Heks,’ zegt mijn vriend Blonde Buurman, ‘Waarom zou je het jezelf zo moeilijk maken voor die paar tientjes?’
Vandaag heb ik het ding in elkaar gezet. Het was een hopeloos bouwpakket, maar het is gelukt. Ik kan weer veilig douchen! Onlangs vreselijk onderuit gegaan, toen ik opstond van mijn piepkleine krukje, dus ik ben echt blij met die stoel……
Volgens Stichting Skepsis zijn Tens apparaten nutteloos en gevaarlijk!
Met een Tens-apparaat mag je geen autorijden en met morfine of medicinale cannabis ook niet, maar met opiaten zoals oxycodon of hydromorfon mag het wel. Dat wordt dus nu gepromoot! Heel verslavend spul, dus goed verdienen voor de medicijnenmaffia!
Nieuwe wet heeft gevolgen voor patiënten die morfine of medicinale cannabis gebruiken en autorijden
24 juli, 2017
Nieuwe wetgeving in het strafrecht over het gebruik van drugs in het verkeer maakt geen uitzondering voor morfine of medicinale cannabis dat op recept door een arts is voorgeschreven. Het is raadzaam als huisartsen bij het voorschrijven hun patiënten hierover informeren. Huisartsen kunnen desgewenst de medicatie wijzigen.
De nieuwe wetgeving die vanaf 1 juli 2017 is ingevoerd geldt alleen voor morfine en niet voor andere opiaten zoals oxycodon of hydromorfon. De reden daarvoor is dat morfine ook als meetbare stof na gebruik van heroïne in speeksel kan worden aangetoond. Als de grenswaarde overschreden wordt, is er sprake van overtreding van artikel 8, vijfde lid, van de Wegenverkeerswet 1994. Dit is ongeacht of de bestuurder morfine op doktersrecept als geneesmiddel heeft gebruikt of dat morfine in het bloed is aangetroffen als gevolg van het gebruik van heroïne.
Anders dan landelijke samenwerkingsafspraak (LESA)
De nieuwe wet wijkt af van de aanbevelingen in de LESA Geneesmiddelen en verkeersveiligheid van NHG en KNMP en de adviezen op rijveiligmetmedicijnen.nl. Daarin staat dat na 2 weken gebruik van morfine of medicinale cannabis verkeersdeelname als veilig wordt beschouwd, tenzij er sprake is van bijwerkingen die de rijvaardigheid beïnvloeden. De adviezen in de LESA zijn inhoudelijk nog steeds correct en in overeenstemming met de adviezen van het CBR.
Voorlopig advies
In afwachting van het overleg dat de KNMP met betrokken ministeries gaat voeren, is het belangrijk dat huisartsen zich bewust zijn van deze veranderde wetgeving en bij het voorschrijven van morfine of medicinale cannabis hun patiënten die aan het verkeer deelnemen daarover informeren. Mogelijk dat patiënten die deelnemen aan het verkeer door deze wetgeving de voorkeur geven aan een ander opiaat zoals oxycodon of hydromorfon.
Pijnpoli: Nieuwe rondes, nieuwe kansen! Heks lacht als een boerin met kiespijn. Helaas heb ik weinig te kiezen. Het is kiezen of delen! Mijn nieuwe Tens apparaat is een gegeven paard, kniezend, zonder iets te kiezen in zijn bek! Geloof me, ik heb het gecheckt. Donderdagmiddag ga ik naar de pijnpoli. Ik heb geen bal zin, want die mensen werken op mijn zenuwen met hun propaganda voor opiaten.
#&039;Waar gebruikt u de Tens allemaal voor#aan de telefoon#Aanvankelijk ben ik blij#aardige vrouw met een prachtige vriendelijke stem#als het aan stond ten tijde van het ongeval bent u niet verzekerd!#apparaatje uitlezen#Appeltje eitje#‘ trekt u in geval van ongeluk de draadjes er snel uit#bedacht door iemand die nooit pijn heeft#behandelplannen opstellen#bevreemd#bewering#boer met kiespijn heeft meer begrip#boerin met kiespijn#brommer#Contact met water is ook uit den boze#denkt dat dertig minuten de truc gaat doen voor een chronisch pijnpatiënt#deskundige zonder pijn#ding in de hoogste stand#Dingen die me de grootste moeite kosten#dus goed verdienen voor de medicijnenmaffia!#E-Bike#eentje lenen voor een periode van 2 keer dertien weken#eerst overleggen met de pijnarts#elke dag vijf keer een half uur doen#er de puf niet oor hebben#fijne stem#geen bal zin#gelukt#Haal je niks in je kop
0 notes
Text
De terugkeer van een verloren zoon
Door Ruth, Verenigde Staten
Ik ben geboren in een klein stadje in het zuiden van China, in een familie die al gelovig is sinds de generatie van mijn overgrootmoeder van vaders kant. Bijbelverhalen, lofzangen en gewijde muziek die in de kerk werd gespeeld, waren altijd onderdeel van de gelukkige dagen van mijn kindertijd. Toen ik ouder werd en de druk om schoolresultaten te behalen toenam, raakte mijn hart langzaam steeds verder van de Heer verwijderd. Maar de Heer verliet mij nooit. Steeds als ik om Hem riep, hielp Hij me. De genade en heilige naam van de Heer Jezus waren diep in mijn hart verankerd. Ik herinner me het jaar waarin ik het toelatingsexamen voor de universiteit deed. Niemand, zelfs mijn leraren niet, dacht dat ik goed genoeg zou presteren om te worden toegelaten tot een goede universiteit. Ik kreeg de ene na de andere tegenslag te verwerken en liet bijna alle hoop varen. Ook ik dacht dat ik nooit goed genoeg zou scoren voor de universiteit waar ik heen wilde. Maar toen kwam er iets in mijn gedachten op; een gezegde dat ik in de kerk had gehoord toen ik klein was: ‘Waar de mens eindigt, begint God.’ In een flits voelde ik me alsof ik verlicht was. Ik wist dat het klopte: waar ik tegen mijn grenzen aan loop, begint God. De mogelijkheden van de Heer zijn absoluut de grootste, en ik geloofde dat, als ik me maar oprecht verliet op de Heer, Hij me gegarandeerd zou helpen. Daarom begon ik veelvuldig tot de Heer Jezus te bidden: “O, Heer, help me alstublieft. Als ik zonder problemen goed genoeg scoor om naar de universiteit van mijn dromen te kunnen, beloof ik dat ik me van nu af aan nooit meer van u zal verwijderen, en dat ik u zal aanvaarden als mijn enige Redder in dit leven.” Terwijl ik dat deed, betaalde ik ook een prijs die de meeste mensen zich niet kunnen voorstellen: gedurende het hele laatste jaar van de middelbare school oefende ik op de piano op elk moment waarop ik niet at of sliep. Ik oefende wel zo’n tien tot twaalf uur per dag. Ik wist niet waar de kracht vandaan kwam die mij liet volhouden, maar ik dacht dat het wel de Heer moest zijn, die mijn gebeden verhoorde en me in stilte hielp. De dankbaarheid in mijn hart richting de Heer nam toe. Uiteindelijk kwam de wens die ik lang had gekoesterd in vervulling: na een toets werd ik toegelaten tot een van de voornaamste muziekscholen in het land. Als gevolg geloofde ik vast dat de Heer Jezus mijn enige Redder was. In het laatste jaar van de universiteit wist ik niet welk pad ik zou moeten volgen wanneer ik eenmaal was afgestudeerd. Ik ging daarom te rade bij de Heer Jezus en vroeg Hem me de weg te wijzen, een pad voor me te banen. In 2004, niet lang na de terroristische aanslagen van 11 september 2001 in de Verenigde Staten, werden er zo goed als geen visa meer uitgegeven om het land binnen te komen. Maar tot mijn verrassing kreeg ik, als gevolg van een professioneel opgenomen cd van mezelf, een studiebeurs die alle kosten dekte om aan een universiteit in de Verenigde Staten te studeren. Zonder moeilijkheden kreeg ik een studentenvisum, en ik ging naar Amerika om te studeren. Deze twee ervaringen, tot een universiteit toegelaten worden en naar het buitenland gaan, toonden me dat de Heer me had geholpen om dromen te vervullen die ik nooit in mijn eentje had kunnen doen uitkomen. Ik raakte er zelfs nog vaster van overtuigd dat de Heer Jezus de ware God is en dat Hij mijn Redder is, en dat ik mijn geloof in de Heer naar behoren in de praktijk moest brengen en Hem moest volgen.
Op een dag in 2007 belde ik mijn moeder in China, zoals ik vaak deed, om met haar te kletsen. In ons gesprek zei ze plompverloren: “Wist je dat de Heer Jezus Christus al teruggekeerd is?” Toen ik haar dit hoorde zeggen, voelde ik me ineens aangenaam verrast. Maar vervolgens bedacht ik meteen dat er volgens de Bijbel valse Christussen zullen verschijnen in de laatste dagen. Ik wist dus niet of het waar of nep was dat de Heer zou zijn teruggekeerd. Ik wist dat ik hier voorzichtig mee moest omgaan. Tegenwoordig is het internet erg snel en praktisch, dus bedacht ik dat ik dit daar moest nagaan. Na de telefoon te hebben opgehangen, ging ik met een erg blij gevoel online om een betrouwbare gegevensbron te zoeken. Tot mijn verbazing vond ik alleen maar proteststemmen die de terugkeer van de Heer Jezus − Almachtige God belasterden en veroordeelden. Ik werd er totaal niet wijs uit of dit waar of onwaar was, wat me angstig en bezorgd maakte. Ik was bang dat mijn moeder niet tussen goed en fout kon onderscheiden en dat ze het verkeerde pad op zou gaan. Ik belde haar meteen om haar te vertellen over al die slechte dingen die ik op internet had gelezen. Maar mijn moeder was heel kalm en troostte me door te zeggen: “Mijn kind, je hebt de woorden van Almachtige God niet gelezen, dus begrijp je het niet. Het zou veel tijd vergen om het je uit te leggen, maar maak je geen zorgen. Ik ben niet het verkeerde pad opgegaan. Integendeel: ik volg in het voetspoor van het Lam. Laten we hier niet langer aan de telefoon over praten.” Ik wist dat China geregeerd wordt door een atheïstische dictatuur, en dat christenen door de CCP-overheid aan één stuk door vervolgd en gearresteerd worden. Het was daarom niet goed voor mijn moeder om het aan de telefoon te hebben over wat ook maar met het geloof te maken had. Ik durfde er niet te veel tegen haar over te zeggen. Daarom belde ik een dominee in China die ik goed kende en vroeg hem om hulp. Ik drong er sterk bij hem op aan om mijn moeder te gaan ‘redden’. Toen de dominee me later het nieuws bracht dat hij niet in staat was geweest haar weer in de gelederen te krijgen, werd ik zo kwaad dat ik praktisch niet meer helder kon nadenken. Vervolgens zei ik haar zelfs, in een poging om het geloof van mijn moeder in Almachtige God in de weg te zitten, dat ze moest kiezen tussen mij en haar geloof in Almachtige God. Toen ik haar dat had gezegd, had ik drie nachten achter elkaar dezelfde droom: het was de donkerste nacht denkbaar, de regen viel bij bakken uit de hemel. Ik droeg een zwarte paraplu en liep langs een kust die me ooit vertrouwd was geweest. Er was helemaal niemand in de buurt. Plotseling sloeg een bliksemflits die zo helder was als daglicht in mijn paraplu in … Telkens wanneer ik deze droom had, werd ik bang en badend in het zweet wakker. Maar omdat ik zo ongevoelig, onwetend en koppig was, deed ik niet de geringste moeite om te zoeken en te bidden; om erachter te komen waarom die droom maar steeds terugkwam. Was de Heer me aan het waarschuwen en vertellen dat ik moest omkeren op een pad van weerstand tegen God, en in plaats daarvan naar Hem moest terugkeren? Later kwam ik erachter dat wat ik ook probeerde om mijn moeder te overtuigen, het geen enkele zin had. Daar kwam nog bij dat ik me in een ver buitenland bevond en een druk leven leidde. Daarom probeerde ik haar niet langer tot een bepaalde keuze te dwingen.
Toen ik in 2010 terugkeerde naar China, bracht mijn moeder tegenover mij weer haar geloof in Almachtige God ter sprake. Ze leek precies te weten wat ik dacht en vroeg me rechttoe rechtuit: “Je weet dat ik nu al meerdere jaren in Almachtige God geloof. Vind jij dat er iets vreemds aan me is, zoals al die dingen die ze op internet zeggen?” Haar vraag verblufte me, en ik wist niet direct met een reactie te komen. Toen ik er zorgvuldig over nadacht, besefte ik dat de dingen die op internet werden verteld en waar het angstzweet me van uitbrak, niet gebeurd waren in het geval van mijn moeder. Ze was volstrekt normaal, en stond voor me zonder dat haar iets kwaads was overkomen. Sterker nog: ik kon zien dat ze meer veranderd was sinds ze haar geloof in Almachtige God had verkregen, dan ze veranderd was toen ze in de Heer Jezus was gaan geloven. Niet alleen was ze rationeler geworden in haar woorden en daden; ook benaderde ze verschillende zaken met een groter begrip. Toen ik dit alles overzag, dacht ik: het lijkt erop dat de geruchten op internet niet kloppen. De feiten spreken voor zich. Vervolgens zei mijn moeder: “Waarom geloof je je moeder niet, en waarom kijk je niet naar de feiten, maar geloof je in plaats daarvan de geruchten op internet? Heb je die dingen onderzocht en er bewijs voor verzameld?” Gegeneerd antwoordde ik: “Nee, dat heb ik niet.” Ze ging verder: “Je hebt je huiswerk niet gedaan om erachter te komen dat het allemaal maar roddel is. Je hebt de geruchten die je op internet vond geloofd en hebt pardoes een conclusie getrokken. Je moet je schamen dat je zo hoogopgeleid bent, maar zozeer tekortschiet in verstand. Je zou eens zorgvuldig naar de Vier Evangeliën moeten kijken. Dan zul je zien dat toen de Heer Jezus zijn werk uitvoerde, de Joodse priesters, schriftgeleerden en farizeeën allerlei geruchten verzonnen en valse getuigenis gaven. Ze zeiden dat de Heer Jezus bevriend was met zondaars, dat Hij een man was Die Zich overgaf aan eten en drank. Ze beschuldigden Hem er valselijk van dat Hij de mensen ertoe aanspoorde niet langer belasting te betalen aan Caesar. Ze kochten zelfs soldaten om zodat die een vals getuigenis gaven door te beweren dat het lichaam van de Heer Jezus door Diens discipelen gestolen was, en dat Hij niet uit de dood was opgestaan. Je weet toch zeker wel af van deze dingen? Wat in de vier evangeliën staat, is maar een klein deel van het werk dat de Heer Jezus heeft gedaan. Er valt in te lezen over zo veel geruchten die de Joodse leiders hebben verspreid over de Heer Jezus. Heb je hier eerder over nagedacht? Als het internet in die tijd had bestaan, zouden de Joodse priesters, schriftgeleerden en farizeeën beslist hun geruchten en valse getuigenissen online verspreid hebben. Hun woorden die de Heer Jezus belasterden, verdacht maakten en veroordeelden zouden dan overal op internet te vinden zijn, net zoals het er tegenwoordig voor staat met de religieuze wereld die Almachtige God veroordeelt. Weet je wat dit betekent? De Heer Jezus heeft gezegd: ‘Dit is een verdorven generatie!’ (Lucas 11:29). ‘Dit is het oordeel: het licht kwam in de wereld en de mensen hielden meer van de duisternis dan van het licht, want hun daden waren slecht. Wie kwaad doet, haat het licht; hij schuwt het licht omdat anders zijn daden bekend worden’ (Johannes 3:19–20). Almachtige God heeft gezegd: ‘De mens verloor zijn Godvrezende hart nadat hij verdorven was door Satan en hij verloor de functie die Gods schepselen zouden moeten hebben, en werd dus een ongehoorzame vijand van God. De mens leefde onder Satans domein en volgde Satans bevelen’ (‘God en de mens zullen gezamenlijk de rust ingaan’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). ‘Gods schepping van de wereld gaat duizenden jaren terug, Hij is naar de aarde gekomen om een onmetelijke hoeveelheid werk te doen en Hij heeft de afwijzing en lasterpraat van de mensenwereld volop ervaren. Niemand heet God welkom; iedereen beziet Hem slechts met een koude blik. In de loop van deze duizenden jaren aan moeilijkheden heeft het gedrag van de mens Gods hart lang geleden al verbrijzeld’ (‘Werk en intrede (4)’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). Gods woord legt heel duidelijk de natuur en essentie bloot van hoe de verdorven mensheid zich tegen God verzet en God behandelt als vijand. De mensheid is grondig door Satan verdorven. De gehele mensheid is vijand geworden van God, niemand heeft de waarheid lief en niemand verwelkomt de komst van God. Toen de Heer Jezus in Judea werkte en de waarheid verkondigde, verrichtte Hij veel wonderen. Hij trok veel gewone mensen aan die Hem wilden volgen. Daarom werden Joodse leiders bezorgd dat alle gewone mensen de Heer Jezus zouden gaan volgen en hen in de steek zouden laten. Om die reden verzonnen ze geruchten en gaven ze een vals getuigenis van de Heer Jezus. Fanatiek verzetten ze zich tegen Hem en veroordeelden ze Hem, en uiteindelijk nagelden ze Hem aan het kruis. Dit is onomstotelijk bewijs van hoe de verdorven mensheid de waarheid haat en God ziet als de vijand. Vandaag is God opnieuw vleesgeworden, en stuit Hij opnieuw op fanatieke tegenwerking van en veroordeling door verdorven mensen. De CCP-overheid is bang dat de mensen allemaal Almachtige God zullen volgen en inzicht zullen verkrijgen in haar slechte wezen. Ze is bang dat de mensen haar dan zullen afwijzen en dat zij haar machtspositie zal verliezen. Ook leiders in de religieuze wereld zijn bang dat gelovigen Almachtige God zullen volgen en dat zijzelf dan hun status en levensonderhoud zullen kwijtraken. Net zoals het Romeinse bewind en de Joodse leiders van die tijd, bedienen zij zich daarom van verachtelijke, kwaadaardige tactieken. Ze verzinnen allerhande geruchten en geven veel vals getuigenis van De Kerk van Almachtige God. Zo belasteren en veroordelen ze Almachtige God en brengen ze De Kerk van Almachtige God in diskrediet. Hun doel is om mensen ertoe te bewegen de woorden en het werk van Almachtige God te veroordelen en verwerpen, en te verhinderen dat mensen Gods redding verkrijgen. We moeten Satans trucs goed in de gaten hebben! De CCP-overheid is een atheïstisch, satanisch regime dat altijd vijandig tegenover God heeft gestaan. Toen de CCP-overheid voor het eerst aan de macht kwam, vernietigde ze exemplaren van de Heilige Schrift, brak ze kerken af en slachtte ze christenen af. Ze zag zelfs de Heilige Schrift, een over de hele wereld erkend werk, als sektarische lectuur en protestanten en katholieken als leden van een kwaadaardige sekte, alleen maar om hen zo te kunnen onderdrukken en vervolgen. Ze begaat elke denkbare wandaad, dus welke geruchten zou ze niet durven bedenken? Uit de feiten blijkt dat zowel de CCP-overheid als leiders in de religieuze wereld satanische duivels zijn, die de waarheid haten en vijanden van God zijn. Dit is iets wat we duidelijk moeten inzien. Wij zijn gelovige mensen; we moeten Gods woord geloven en we moeten de waarheid geloven. We kunnen onder geen beding de geruchten en leugens van de CCP-overheid en de leiders binnen de religieuze wereld geloven. Als we de geruchten die door de CCP-overheid en de religieuze wereld verspreid worden niet kunnen beoordelen, als we het woord en werk van Almachtige God niet zoeken en onderzoeken, dan zullen we uiteindelijk net zo zijn als het gewone Joodse volk; dan zullen we Christus verloochenen en de ware weg afwijzen, omdat we misleid zijn door de geruchten die we horen. Zo zouden we niet alleen Gods redding mislopen, maar uiteindelijk ook Gods rechtvaardige straf ondergaan omdat we ons tegen Hem verzet hebben!”
Terwijl ik luisterde naar wat mijn moeder te zeggen had, voelde ik me alsof ik uit een droom ontwaakte. Ik moest het overdenken. Ze heeft gelijk, dacht ik. Waarom geloofde ik die negatieve dingen op internet zonder het woord van Almachtige God te lezen of enig onderzoek te doen? Deze wereld is zozeer door Satan verdorven, dat ze overloopt van leugens en misleiding; overal is er zo veel verraad dat we ons er niet goed tegen teweer kunnen stellen. Ik deed geen enkel onderzoek naar de informatie op internet, maar geloofde die gewoon blindelings. Ik praatte na wat iedereen zei, en trok een willekeurige conclusie. Was dat niet enorm nonchalant en onwetend van me? Volgde ik daarmee niet in het voetspoor van de boosaardigen, en vormde ik zo geen willekeurige oordelen? Toen ze zag dat ik niets zei, gaf mijn moeder me een exemplaar van ‘Het Woord verschijnt in het vlees’ en zei op kalme toon: “Dit boek bevat woorden die God in de laatste dagen heeft gesproken. Ik hoop dat je in staat zult zijn je noties opzij te zetten en het zorgvuldig te bestuderen. Laat het me weten als je enige vraag hebt, dan kunnen we daar samen over communiceren.” Ik nam het boek aan en begon het te lezen zonder een woord te zeggen. Maar ik las het niet echt met de houding van iemand die de waarheid zocht. In plaats daarvan had ik de mentaliteit van een onderzoeker, die Gods woorden wilde meten en nagaan op basis van mijn eigen kennis. Ik wilde ze zelfs weerleggen. Het kwam juist door mijn oneerbiedige, dwarse houding tegenover Gods woorden dat ik de verlichting en illuminatie door de Heilige Geest niet kon verkrijgen. Dit was zozeer het geval, dat ik op geen enkel moment werkelijk het werk van Almachtige God leerde kennen. Hoe dan ook, ik bleef me vastklampen aan mijn verkeerde noties en wilde Gods nieuwe werk niet aanvaarden. Ik besprak het met mijn moeder: “Moeder, eerder geloofde ik alle geruchten die ik op internet hoorde en probeerde ik tegen te werken dat u in Almachtige God zou geloven. Maar in werkelijkheid was ik het die blind en onwetend was. Van nu af aan zal ik me niet meer tegen uw geloof in Almachtige God keren. Maar ik kan onmogelijk met u bidden in de naam van Almachtige God, want ik heb de naam van de Heer Jezus aangeroepen om tot de school van mijn dromen te worden toegelaten en met een kostendekkende studiebeurs in het buitenland te kunnen studeren. Ik heb zulke enorme genade ontvangen; hoe zou ik de Heer Jezus dan in de steek kunnen laten? Zou dat niet ondankbaar en verraderlijk zijn?” Ze gaf me een passage uit de woorden van Almachtige God te lezen die ging over deze notie van mij: “Van het werk van Jehova tot dat van Jezus, en van het werk van Jezus tot dat van deze huidige fase; deze drie fasen vormen een rode draad door de volledige omvang van Gods management, en allemaal zijn ze het werk van één Geest. Sinds de schepping van de wereld is God altijd bezig geweest met het beheer van de mensheid. Hij is het begin en het einde, Hij is de eerste en de laatste, en Hij is degene die een tijdperk begint en tot een einde brengt. De drie fasen van het werk, in verschillende tijdperken en op verschillende locaties, zijn onmiskenbaar het werk van één Geest. Iedereen die deze drie fasen van elkaar scheidt, staat lijnrecht tegenover God. Nu is het jouw verantwoordelijkheid om in te zien dat al het werk vanaf de eerste fase tot aan vandaag het werk is van één God, het werk van één Geest. Hierover kan geen twijfel bestaan” (‘De visie van Gods werk (3)’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). Vervolgens deelde ze deze communicatie met me: “Je denkt dat het aanvaarden van de naam van Almachtige God neerkomt op het verraden van de Heer Jezus, maar dit is volledig je eigen notie en verbeelding. In feite zijn Jehova God, de Heer Jezus en Almachtige God allemaal één God. In het Tijdperk van de Wet werd God Jehova genoemd; Hij vaardigde wetten uit om het leven van de mens op aarde te sturen, en zorgde ervoor dat de mens Zijn wetten en geboden volgde, om zo de mens te beteugelen en de weg te wijzen. Tegen het einde van het Tijdperk van de Wet was de mens zozeer door Satan verdorven, dat hij zich niet langer aan de wetten kon houden. De gehele mensheid leefde onder de veroordeling en vervloeking van de wet. God werd vlees onder de naam Jezus om het werk van het Tijdperk van Genade uit te voeren. Om de mens te kunnen verlossen, werd Hij aan het kruis genageld als eeuwig zondoffer voor de mens. Sinds die tijd zullen we, als we maar voor God verschijnen om onze zonden te belijden en berouw te tonen, vrijgesproken worden van onze zonden en zullen we niet langer veroordeeld of vervloekt zijn door de wet. Daarenboven ontvangen we ook de grenzeloze zegeningen en genade van de Heer. Maar zelfs al kunnen onze zonden vergeven worden en kunnen we de overvloedige genade van de Heer Jezus genieten, dan zijn onze zondige natuur en verdorven gezindheden niet uitgeschakeld. Nog altijd leven we in een vicieuze cirkel van zonden begaan en ze dan opbiechten, en we kunnen onszelf niet bevrijden. In de laatste dagen is God opnieuw vleesgeworden als Almachtige God om de waarheden te verkondigen die over de mens zullen oordelen en de mens zullen reinigen. Hierdoor kan de mens een begrip verkrijgen van de waarheid en de waarheid verwerven door het oordeel van God. Hierdoor kunnen we onze satanische, verdorven gezindheden afwerpen, grondig gereinigd worden door God en een ware menselijke gelijkenis naleven. Zo kan de mens uiteindelijk geschikt worden om Gods belofte te erven en Zijn koninkrijk binnengebracht te worden. De Heer Jezus en Almachtige God zijn dus beide de incarnatie van God in verschillende tijdperken, en Zij zijn één God.”
Haar communicatie was redelijk en er was niets wat ik kon weerleggen. Toch had ik nog een heleboel noties, dus antwoordde ik onmiddellijk: “Omdat Almachtige God de teruggekeerde Heer Jezus is, maakt het niets uit of ik Hem bij de naam Jezus noem of bij de naam Almachtige God. In beide gevallen is Hij de God die genade schenkt.” “Jehova God, Heer Jezus en Almachtige God zijn één God,” antwoordde mijn moeder. “Dit is beslist waar, maar God neemt in elk tijdperk een nieuwe naam aan. We kunnen daarom alleen Gods redding ontvangen door Gods nieuwe naam te aanvaarden. Het is zoals toen in het Tijdperk van de Wet God de naam Jehova gebruikte om werk uit te voeren, en mensen baden in de naam van Jehova, en God naar de mensen luisterde en hen zegende. Vervolgens gebruikte God in het Tijdperk van Genade de naam de Heer Jezus om werk uit te voeren. Toen moesten mensen bidden in naam van Jezus, anders zouden hun zonden niet worden vergeven en zouden ze de genade en zegeningen van de Heer niet ontvangen. Het is net als de Israëlieten die Jehova God in de tempel aanriepen, maar niet Gods aanwezigheid hadden en geen redding verkregen van de Heer Jezus omdat zij de naam van de Heer Jezus niet aanvaardden. Nu is het het Tijdperk van het Koninkrijk, en gebruikt God de naam Almachtige God om nieuw werk uit te voeren. Alleen door in naam van Almachtige God te bidden, kun je het werk van de Heilige Geest en Gods redding verkrijgen. Als je vasthoudt aan de naam Jezus en de naam Almachtige God niet aanvaardt, geloof je in feite in Gods werk in het verleden en verzet je je tegen Gods werk in het heden. Dat komt in essentie neer op verzet tegen en verraad van God. In de Heilige Schrift staat: ‘Overal wordt beweerd dat u het leven hebt, terwijl u dood bent’ (Openbaring 3:1). Alleen door Gods nieuwe naam te aanvaarden en ons te onderwerpen aan Zijn huidige woord en werk zullen we de werkelijkheid van het geloof in God hebben. Begrijp je wat ik zeg?”
Ik vond dat alles wat mijn moeder zei zowel redelijk als praktisch was, maar in mijn hart kon ik de naam Jezus nog altijd niet loslaten, omdat de Heer me zo rijkelijk gezegend had. Alles wat ik vandaag heb, is me gegeven door de Heer Jezus. Ik kon onmogelijk afstand doen van mijn oorspronkelijke belofte: mijn geloof in de Heer gepast uitoefenen en de Heer volgen. Als gevolg hiervan, bleef ik het evangelie van Almachtige God afwijzen.
Toen mijn zomervakantie over was en ik terugkeerde naar de Verenigde Staten, kwam ik door mijn drukke studie en het hoge tempo van mijn leven heel snel weer in het ‘echte’ leven terecht. Steeds wanneer ik weer naar een kerkdienst ging, kwam ik erachter dat geen van de preken iets nieuws bevatte. Het maakte niet uit of het een dominee in een Chinese kerk of een dominee in een Engelstalige kerk betrof. Het was steeds maar weer hetzelfde oude liedje. Het kerkleven was langdradig, en ik voelde niet dat ik enige voeding kreeg in mijn leven. In een poging hun kudde aan zich te binden, organiseerden medewerkers van de kerk vaak reisjes, uitstapjes, feestjes en andere activiteiten waar we allemaal aan mee konden doen. Binnen de kerk waren er allerlei soorten mensen, waaronder mensen die niet echt vrome zoekers waren, maar eerder uit waren op een vriendje of vriendinnetje, kamergenoot, reisgenoot of iemand om samen mee te eten. Ik besefte dat de kerk niet langer een plek was waar ik innerlijke rust kon vinden. Dit vulde me met pijn en bedroefdheid. Later deed ik helemaal niet meer mee aan diensten. Ik verkeerde in een permanente staat van ongerustheid. Ik voelde me als een wanhopig kind dat de weg kwijt was en in een roes door het leven ging.
Nadat ik in 2014 een zoon kreeg, verergerde het conflict tussen mijn man en mij omdat ik geen moedermelk had om het kind te geven. Elke dag wanneer hij thuiskwam van zijn werk, was het eerste wat hij te zeggen had: “Hoe kan er nog steeds niets zijn? Zonder moedermelk heeft mijn zoon een zwakkere weerstand.” Het was voor het eerst dat ik me zo onbekwaam voelde; ik voelde me alsof ik totaal niet geschikt was voor het moederschap. Ik ging naar westerse zowel als Chinese dokters en zocht zelfs op internet naar huismiddeltjes, maar niets hielp me om moedermelk aan te maken. Ik voelde me gekwetst, droevig en kwaad, alsof ik op het punt van een zenuwinzinking stond. Ik voelde dat als dit zo doorging, ik binnenkort echt mijn verstand zou verliezen. Gedurende mijn gehele herstel nadat ik was bevallen, was mijn gezicht steeds nat van de tranen. Wat ik ook deed, ik kon niet begrijpen waarom dit mij overkwam. Ik voelde vaak een onbeschrijfelijke paniek over me heen komen. Ik hoefde alleen maar begrippen als ‘moedermelk’ of ‘de borst geven’ te horen, of ik barstte meteen in snikken uit en had mezelf totaal niet meer in de hand.
Toen mijn moeder hoorde van de moeilijke situatie waarin ik me bevond, kwam ze naar het buitenland om me te verzorgen. Toen ze zag hoe ik leed, zei ze tegen me: “Heb je je ooit afgevraagd waarom er steeds meer duisternis in je leven is; waarom het steeds meer gevuld is met lijden? Het komt doordat je in God gelooft, maar niet de waarheid zoekt. De Heer is teruggekeerd, en toch zoek of onderzoek je niet. In plaats daarvan klamp je je blindelings vast aan je eigen noties en verbeelding, ga je maar mee in wat alle anderen zeggen en oordeel je willekeurig over Gods nieuwe werk. Dit is verzet tegen God! Je aanvaardt Gods nieuwe werk niet, dus heb je Gods zorg en bescherming verloren. Je leeft onder het domein van Satan. Het enige resultaat daarvan is dat Satan je zal kwellen en met je zal sollen, waardoor je leven gevuld zal zijn met steeds meer lijden.” Toen ik mijn moeder deze woorden hoorde zeggen, verzonk ik in stilte. In de dagen die volgden draaide mijn moeder, steeds wanneer ze mijn kind naar bed bracht, enkele lofzangen van Gods woorden zodat ik ernaar kon luisteren. Er gebeurde iets geweldigs: onverwacht, met de muziek van deze lofzangen, begon ik langzamerhand innerlijke vrede te vinden. Op een keer luisterde ik naar deze lofzang: “Het hart en de geest van de mens zijn te ver bij God vandaan. Daarom blijft een mens, zelfs als hij God volgt, onbewust in dienst van Satan. Niemand zoekt actief naar Gods voetstappen of verschijning en niemand wil onder de zorg en de hoede van God bestaan. De mens is eerder bereid om te vertrouwen op de aantasting door Satan en de duivel, zodat hij zich aan deze wereld en aan de leefregels van de slechte mensheid kan aanpassen. Op dit punt zijn het hart en de geest van de mens geofferd als een eerbetoon aan Satan en worden ze Satans voedsel. Bovendien worden het hart en de geest van de mens een plek waar Satan kan verblijven, een speeltuin voor hem. De mens begrijpt zo onbewust de principes van het mens-zijn niet meer, net zomin als de waarde en het doel van zijn bestaan. De wetten van God en het verbond tussen God en de mens vervaagt geleidelijk in het hart van de mens en de mens zoekt niet langer naar God en geeft Hem geen gehoor meer. Naarmate de tijd verstrijkt, begrijpt de mens niet meer waarom God de mens heeft geschapen, evenmin begrijpt hij de woorden die uit de mond van God komen, noch realiseert hij zich alles dat van God komt. De mens begint zich te verzetten tegen de wetten en besluiten van God; het hart en de geest van de mens raken afgestompt. … God verliest de mens die Hij oorspronkelijk heeft geschapen en de mens verliest de wortel van zijn oorsprong. Dit is het verdriet van deze mensheid” (‘Het leed van de verdorven mensheid’ in ‘Volg het Lam en zing een nieuw lied’). Elke laatste regel van de woorden van Almachtige God kreeg mijn hart in zijn greep. Ik zag in dat ik me in precies die gesteldheid bevond die door Gods woorden werd beschreven; dat ik God met mijn woorden had erkend, maar dat in werkelijkheid mijn hart volledig in de greep van Satan was. Al mijn gedachten en gevoelens gingen over zaken van het vlees; wat ik nastreefde, was ook het vlees; en het pad dat ik volgde, was het wereldse pad. In de Heilige Schrift staat: “Wat onze eigen natuur wil brengt de dood, maar wat de Geest wil brengt leven en vrede” (Romeinen 8:6). “Beseft u dan niet dat vriendschap met de wereld vijandschap jegens God betekent? Wie bevriend wil zijn met de wereld, maakt zich tot vijand van God” (Jakobus 4:4). Ik dacht erover na dat niets wat ik deed op welke wijze ook met de wil van God overeenstemde. Alles ging volledig tegen God in. Ik verscheen voor God en bad: “O, God, ik bevind me vandaag in deze situatie omdat ik mijn diploma, identiteit, huwelijk en andere dingen van deze wereld koester, in de veronderstelling dat het genoeg moet zijn om deze dingen te hebben. Ik heb eenvoudigweg de waarheid niet gezocht en geen kennis van God nagestreefd. Dit is zozeer het geval, dat steeds wanneer u op de deur van mijn hart klopte en u Gods woord en de waarheid pal voor mijn ogen toonde, ik dit niet wist te koesteren. Toen ik hoorde dat u bent gekomen om nieuw werk te verrichten, was ik halsstarrig, had ik mijn eigen duidelijke meningen en velde ik oordelen die nergens op gebaseerd waren. Ik besefte volledig dat de communicaties van mijn moeder redelijk waren, maar toch hield ik koppig vast aan mijn eigen noties zonder de ware weg te onderzoeken. O, God, ik koesterde alleen uw genade terwijl ik de waarheid verwierp: wat was ik koppig en opstandig! Als u me nog een kans geeft, zal ik uw werk beslist zo goed mogelijk onderzoeken.” Op dat moment wist ik niet of God naar dat soort gebeden luisterde, maar toch bleef ik God op deze manier aanroepen.
In april 2015 ging ik met mijn moeder terug naar China vanwege een gezondheidskwestie. Dit gaf me een kans om De Kerk van Almachtige God te contacteren. Ik dacht erover na hoe ik in deze wereld had gestreefd en geworsteld zonder gelukkig te worden, en hoe ik er binnen de religie evenmin in was geslaagd de waarheid te vinden die een eind kon maken aan de duisternis en leegte in mijn hart. Er was een sterk gevoel in mijn hart dat dit misschien kwam doordat Almachtige God, die ik doorlopend had afgewezen, de Redder Jezus was die me had geholpen toegelaten te worden tot de universiteit en ervoor had gezorgd dat ik naar de Verenigde Staten was gegaan. Toen ik dit bedacht, vertelde ik aan mijn moeder dat ik wilde deelnemen aan kerkelijke activiteiten van De Kerk van Almachtige God. Al gauw kwamen broeders en zusters van De Kerk van Almachtige God me bezoeken. Ik merkte dat wanneer ze bij elkaar kwamen, wat ze lazen het woord van God was, waar ze over communiceerden de waarheid was, en wat ze in de praktijk brachten de waarheid was. Wat ze ook deden, Gods woorden waren hun maatstaf en de waarheid was hun principe. Ze handelden niet naar het vlees en hadden ook geen wereldse omgang met elkaar. Ik zag dat De Kerk van Almachtige God het goede land Kanaän is waar de waarheid regeert. Op die plek werd mijn geest vervuld, werd er voor me gezorgd en was mijn hart niet langer leeg. Ik kreeg een gevoel van voldoening.
Op een dag, tijdens een van de bijeenkomsten met enkele broeders en zusters, las zuster Wang deze passage uit de woorden van God: “De Almachtige is barmhartig voor deze mensen die erg geleden hebben; Hij is deze mensen die bewustzijn ontberen tegelijkertijd zat, daar Hij te lang op antwoord van de mensheid heeft moeten wachten. Hij wil graag zoeken, je hart en je geest zoeken, om je water en voedsel te brengen en je op te wekken, opdat je niet langer zult dorsten en hongeren. Als je vermoeid bent en als je iets begint te voelen van de troosteloze verlatenheid van deze wereld, wees dan niet verloren, huil dan niet. Almachtige God, de Wachter, zal je komst op elk moment omarmen. Hij houdt aan je zijde de wacht, Hij wacht tot je omkeert en terugkeert. Hij wacht op de dag dat je plotseling je geheugen terugkrijgt: wanneer je beseft dat je van God kwam, dat je op een of ander moment je richting kwijtraakte, en op een of ander moment je bewustzijn op de weg verloor, en op een of ander moment een ‘vader’ verkreeg; wanneer je bovendien beseft dat de Almachtige altijd de wacht heeft gehouden en daar heel, heel lang gewacht heeft op je terugkeer” (‘Het zuchten van de Almachtige’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). Deze passage uit Gods woorden raakte me diep. Almachtige God voelde net als een liefhebbende moeder die naar een vermist kind riep en verwachtingsvol wachtte tot Zijn kind binnenkort naar Hem zou terugkeren. Ik kon horen dat dit de stem van de Heer was. Ik besefte dat Almachtige God de Heer Jezus is, die me steeds weer hielp de ene na de andere crisis te boven te komen, en dat Hij bij elke stap op mijn pad aan mijn zijde was gebleven, maar aanhoudend wachtte tot ik rechtsomkeert zou maken. Ik dacht eraan dat ik in God geloofde, maar de waarheid niet zocht en Gods woorden niet geloofde. In plaats daarvan geloofde ik geruchten op het internet en het woord van dominees. Ik had trouw gezworen aan de vijand, en samen met de CCP-overheid en dominees in religieuze gemeenschappen God gekleineerd en aangevallen; God die dag en nacht voor me gezorgd had. Ik had Gods redding afgewezen. Wat was ik blind en onwetend. Mijn geloof in God was nog altijd gebaseerd op mijn eigen noties en verbeelding. Ik geloofde dat de Heer Jezus me had geholpen om tot de universiteit toegelaten te worden en me had geleid om zonder problemen naar het buitenland te kunnen om daar te studeren. Ik geloofde dat ik daarom altijd trouw moest blijven aan de naam van de Heer Jezus, en dat alleen dit toewijding aan de Heer was. In de manier waarop ik naar de dingen keek, vertrouwde ik op mijn noties en verbeeldingen. Toen God een nieuw tijdperk begon en een nieuwe naam aannam, herkende ik Gods werk niet, en weigerde ik keer op keer Gods redding voor mij. Hoe kon dit staan voor geloof in God? Had ik zo niet alleen geloof in mezelf? God had me alleen maar liefde gegeven, en toch had ik God steeds weer gekwetst. Ik wist dat ik God zo veel verschuldigd was …
Ik moest beslist knielen, en huilde bittere tranen terwijl ik tot God bad: “O, Almachtige God! Ik ben blind en onwetend geweest. Ik heb de geruchten van de CCP-overheid en de religieuze wereld geloofd. Ik heb u verlaten en veroordeeld, en ben op mijn eigen verbeelding en noties afgegaan om u af te bakenen. Ik heb uw evangelie van de laatste dagen afgewezen; ik ben een hedendaagse farizeeër. Alleen al op grond van mijn gedragingen en daden zou ik samen met Satan vernietigd moeten worden. Maar vanwege uw liefde voor me, hebt u me steeds weer kansen gegeven om berouw te tonen. O, God, net als de mensen van Nineve ben ik bereid om voor u te verschijnen in ‘zak en as’, om werkelijk mijn zonden aan u te belijden en berouw te hebben, en u te smeken medelijden met me te hebben. Ik wil met u samenwerken en door uw woord gezuiverd en gered worden.”
In het vervolg bezochten broeders en zusters van De Kerk van Almachtige God me drie keer per week. Dit ging vier maanden ongestoord door. In deze periode las ik bijna elke dag meerdere passages uit het woord van God. Terwijl ik steeds meer van de waarheid begon te begrijpen, werd mijn relatie met God steeds meer zoals het hoorde, en kwam mijn oorspronkelijke geloof terug. Er was vrede in mijn hart; niet langer voelde ik me ongerust of troosteloos. Door de woorden van Almachtige God te lezen en samen te komen met anderen om over de waarheid te communiceren, verkreeg ik volledige zekerheid over Gods werk in de laatste dagen, en van het feit dat Almachtige God de Heer Jezus is, naar wiens terugkeer ik had gesmacht. Ik nam me voor om Almachtige God tot het einde van de weg te volgen, en om Gods liefde te vergoeden door iemand te zijn die de waarheid nastreeft.
In 2016 ging ik terug naar de Verenigde Staten, waar ik contact opnam met broeders en zusters van De Kerk van Almachtige God via hun website. Ik begon deel te nemen aan activiteiten in hun kerk. God zij gedankt! Het was God die me bij elke stap op de weg begeleidde tot waar ik nu ben. Om God te vergoeden voor Zijn liefde, wil ik al mijn kracht ten dienste stellen van het werk van verspreiding van Gods evangelie. Zo kunnen meer mensen die dorsten naar de waarheid en deze zoeken, erachter komen dat Almachtige God de teruggekeerde Heer Jezus is. Ik zal hen ook vertellen dat als ze in mijn voetspoor volgen – door blindelings Satans geruchten te geloven en door zich samen met Satan tegen God te verzetten – zij uiteindelijk de verliezers zullen zijn.
De bijbelteksten zijn ontleend aan de Nieuwe Bijbelvertaling © 2004/2007 Nederlands Bijbelgenootschap.
0 notes
Text
Mentale lucht
Pak er even een kopje koffie bij. Of een hele pot. Thee mag ook natuurlijk. Of weet je wat: een fles wijn. Zo’n lekkere zware rode. Misschien past dat beter bij de lap tekst die nu volgt.
Laat ik met het laatste en loop-relevante nieuws beginnen: de 24 uur van afgelopen weekend werd 11 uur en ik doe het nooit meer. Daarmee is ook alles gezegd. Ik heb geen dramatische ervaringen, geen spijt, geen kotsverhalen. Ik vind er gewoon geen zak aan. Maar achter die rondjes die ik er liep, mezelf afvragend waarom, zit een verhaal met veel meer diepgang. So sit back and enjoy the read.
Het zal vast niemand ontgaan zijn dat ik sinds januari in Tokyo woon. Een langgekoesterde droom die in vervulling ging na 4 jaar lang erin blijven geloven, niet opgeven en dan maar via de onconventionele manier proberen het voor elkaar te krijgen. Het is een beetje m’n standaard manier geworden om met dingen om te gaan. Als het niet gelijk lukt, dan zijn er nog 100 manieren om het wel te laten slagen. Zo ook met lopen. Want denk niet dat elke kilometer makkelijk is, maar als je vaak genoeg jezelf overtuigt dat je echt nog wel bij je einddoel kan komen word je vanzelf creatief in (tijdelijke) oplossingen verzinnen. Zoals hardop zingen om maar niet in slaap te vallen tijdens het lopen.
Dat lange lopen doe ik eigenlijk om een paar hele simpele redenen: ik hou van de eenzaamheid en het gevoel dat je onderweg bent, of het nou naar iets toe is of juist van iets weg. Ik hou ook van de eindeloze saaiheid en van de nutteloosheid van het geheel. Er zijn al zoveel dingen in m’n leven die efficient en snel moeten. Nooit tijd om even gewoon niks te moeten, behalve als ik loop. Want lopen op het tempo waarin ik dat doe voelt niet aan als iets moeten, of iets doen zelfs. En als alles nou een beetje op z’n plek valt, en dat hoeft echt geen runners high in optima forma te zijn, dan haal ik zoveel energie uit de flow waarin ik terecht kom dat ik de hele wereld weer aankan. Op z’n minst voor eventjes.
Als je nou deze bovenstaande beschrijving legt naast de introductie van het hoofdstuk Tokyo in de Lonely Planet dan kun je misschien al een beetje begrijpen wat er hier mis gaat. Eenzaamheid door alleen te zijn versus eenzaamheid in een stad van 37 miljoen. Onderweg zijn als rustgevende manier van reizen versus onderweg zijn in een stampvolle trein. Eindeloze saaiheid versus nooit ophoudende prikkels. Nutteloosheid versus regeltjes voor alles.
‘Maar Leonie, je wist toch waar je terecht zou komen?! De grootste stad van de wereld, hoofdstad van de manga en de karaoke en de robot restaurants en de treinproppers. 24/7 madness en never a dull moment.’
Jah, ik wist waar ik terecht zou komen. Ongeveer. Maar eigenlijk ook weer helemaal niet. Je kunt je simpelweg niet voorbereiden op een verandering die zo groot is op alle vlakken. En ik zal je wat verklappen: van de 36 jaar dat ik op deze planeet rondhuppel is dit by far het moeilijkste jaar wat ik heb meegemaakt. Om een hele lijst met redenen die veel verder gaan dan het lopen en hier, op een hardloopblog, misschien ook niet echt op hun plek zijn. Van werk tot huis tot relatie tot (zelf opgelegde) prestatiedruk tot de dagelijkse boodschappen tot de onophoudelijke stroom aan dingen die allemaal, hoe klein ze ook zijn, extra energie kosten. En lopen is altijd m’n uitlaatklep. Behalve hier.
Lopen is hier, net als vrijwel alles, geinstitutionaliseerd. Je wordt gedwongen om samen met nog duizend andere lopers op de aangewezen ‘hardlooprondjes’ te gaan hollen. De vrijheid van simpelweg de deur uitstappen en wel zien waar je uitkomt is hier niet. Want er zijn auto’s, fietsen, taxi’s, helikopters, mensen, overal mensen. Er zijn zoveel gebouwen dat je geen lucht meer ziet en daardoor bijna geen mentale lucht meer krijgt. Er zijn geen wedstrijden waar je je spontaan voor kunt aanmelden, 9 maanden vantevoren is geen uitzondering. En zelfs als je een halve dag te laat bent met betalen voor een wedstrijd waar je je wel op tijd voor ingeschreven hebt, maar omdat je de karakters niet correct in je bankoverschrijving krijgt getiept en je eerste betaling daardoor mislukte, krijg je een mailtje terug met de mededeling ‘dat zijn nu eenmaal de regels dus jammer joh.’ Die man heeft geen idee dat ik 2 uur bezig ben geweest met het ontcijferen van z’n Japanse website voordat ik me uberhaupt kon inschrijven. Heeft ook niet gelezen dat ik in m’n beste Japans schreef dat het me speet en ik het alsnog voor elkaar had gekregen met de bank. Die man heeft geen idee dat, hoewel hij hartstikke gelijk heeft met z’n zelfopgestelde regeltje, er een meisje in tranen uitbarstte. Want ondanks het feit dat z’n berichtje an sich totaal geen reden is om van slag te zijn is het voor mij exemplarisch voor hoe het is om hier te wonen en te lopen. Ik word er gillend gek van. There, I said it.
Door de totale overdosis op werkelijk elk vlak heb ik geen oog voor wat er hier leuk is. Alles kost moeite. Alles is zwaar. Alles is frustrerend en wekt irritatie op. En iedereen blijft maar keurig en gedwee knikken en lachen en doen wat er van ze verwacht wordt. Iets wat Japan juist een heel prettig land maakt om te wonen, maar ik raak er alleen maar meer door geirriteerd. En don’t get me wrong: ik mis Nederland niet, ik mis m’n uitlaatklep. En dat is ook de reden waarom ik afgelopen weekend na 11 uur lopen vrij achteloos tegen Koen zei: kom, we gaan naar huis. Zonder spijt, zonder er al te lang over na te denken. Want ik wilde helemaal niet tussen de hordes anderen als een dressuurpaard rondjes rennen. Ik wilde geen Nederlands Record, ik wilde niks bewijzen. Ik wilde gewoon het gevoel terug dat lopen me altijd gaf. Maar het was er niet. En ik weet eerlijk gezegd even niet waar ik het moet zoeken. Maar net als met alles zal ik wel weer 100 manieren vinden om het terug te vinden. Of dat nou hier is of ergens anders. En of het nou 4 jaar duurt of niet.
1 note
·
View note
Text
Als het noodlot toeslaat
Het is waarschijnlijk ieders grootste angst wanneer we voor langere tijd naar het buitenland vertrekken dat er thuis met een dierbare ‘iets’ gebeurt. Het is een van de dingen waar je zo min mogelijk aan probeert te denken. Maar je ontkomt er vaak niet aan. Mensen gaan door een moeilijke periode, raken betrokken in ongelukken, worden ziek of komen te overlijden.. Vele gebeurtenissen komen hard binnen als je aan de andere kant van de wereld zit. Je kan weinig van zo’n afstand. En vaak kom je snel tot de realisatie dat er niets is dat je kan doen. Het enige dat je kan doen is luisteren naar je gevoel en zorgen dat je genoeg geld achter de hand hebt om terug te vliegen als je daar behoefte aan hebt of een goede verzekering afsluiten die die last (grotendeels) op zich neemt. Je begrijpt het al.. dit blog is geen ode aan ANWB verzekeringen maar meer een testimonia over hoe het ondenkbare werkelijkheid werd.
Na mijn ‘vakantie’ naar Taiwan ontmoette ik mijn zus in Ho Chi Minh City. Ze had in totaal 3 weken om Vietnam te verkennen. Ondertussen had ze er al ruim een week op zitten en Veranderden de plannen vanwege veel regenval, water tot de knieën enzo. In HCMC was het, zoals gewoonlijk, droog en boven de 30 graden. Dus spendeerde we eerst een paar dagen daar. De waanzinnig grote stad, waar ik me steeds meer thuis ga voelen, liet ik vol trots zien. Alle toeristische attracties af, massages, shoppen.. We bekeken van dag tot dag wat mogelijk was en zodoende kozen we om heen en weer te vliegen naar Dalat. we hadden heel erg geluk met het weer, volop zon. Dit gebied staat bekend om de berglandschappen en is vrij bekend onder toeristen. We crosste rond op een scooter en bezochten enkele watervallen in de regio. Klauterde over wat rotsen om een waterval van dichterbij te bekijken en zelfs even te zwemmen. We waren hier helemaal alleen, heeeerrrrlijk. Shanika maakte wat foto’s, zette haar camera even neer, draait zich om.. ‘plons’. Paniek. Camera op de bodem van de waterval.. gelukkig kwam er precies op dat moment een groepje jongens aanlopen. Dus begon ik een smeekbede en een paar tellen later lagen we met z’n allen in het water te zoeken naar mijn camera. Met succes! Note to self: koop verdorie toch een keer een floaty zodat je camera blijft drijven. De volgende dag bezochten we oa het crazy house. Dit huis doet zijn naam eer aan, en eerlijk weet ik niet goed hoe ik moet beschrijven wat we daar hebben gezien. Beeld je in dat Gaudí en Disney een kindje maken, van beide kanten komt het meest excentrieke naar boven en dat is dan ‘crazy house’. Bruggen van hier naar daar, uitsteeksels, kamers in thema’s, klimmen, klauteren, grote ramen, kleine ramen.. in een woord bijzonder. Tot op dit moment heb ik me nog niet besloten of ik het nou leuk vond, raar.. bijzonder.. interessant.. we hebben ons in Dalat in ieder geval prima vermaakt. We vlogen weer terug naar hcmc (opgestegen en gedaald duurt echt maar een half uurtje) en kort daarna vertrokken we naar Phu quoc.
Phu Quoc is een eilandje in het zuiden van Vietnam. Als je het Googled krijg je geweldige foto’s te zien. Maar in werkelijkheid is het niet zo heel bijzonder. Wij gingen er heen om gewoon even lekker lui in de zon te liggen, daar is het ideaal voor en zijn we ook zeer zeker in geslaagd. We zijn dan ook niet veel verder gekomen dan het strand en het zwembad. Normaal ben ik daar heel slecht in, geen geduld enzo. Maar doordat ik niet helemaal fit was was het ideaal! Zondagavond vlogen we weer terug en na wat handig inpakwerk ging mijn zus de volgende ochtend terug richting Nederland, precies op tijd voor kerst, met behoorlijk wat meer bagage dan op de heen weg. En ik had opeens een stuk minder souvenirs om rond te sjouwen.
Wat er in de dagen daarna gebeurde is nog altijd niet helemaal te bevatten. Op kerstdag kreeg ik te horen dat mijn opa de dag ervoor te horen had gekregen ziek te zijn. Zo in een keer. Heel erg ziek. De beste man liep weken daarvoor nog hardloopwedstrijden en had net zijn 73e verjaardag gevierd. Op die dag hadden we nog even gewhatsappt, hij had een hele leuke dag gehad en was goed verrast door mijn oom die als verrassing naar Nederland was gekomen. Dolblij. Hij vroeg nog of ik wel genoeg vrije tijd had naast mijn studie in Vietnam. Ik stelde hem gerust.. ‘ik heb het reuze naar mijn zin!’ Afgesloten met ‘tot snel en een knuffel aan oma’. Daar zat ik dan, op de bank bij vrienden met het nieuws dat opa waarschijnlijk nog maar dagen te leven had. Ik bevatte het niet. Ik snapte het niet. Ik verwerkte het niet. De jongens besloten me af te lijden en dat werkte. Ik had het moeilijk maar het was fijn mensen om me heen te hebben. Mijn familie dook de auto in om afscheid te nemen. En ik zat aan de andere kant van de wereld. Het was het moment waarop ik me besefte hoever weg dat was. Ik kon niet even in de auto stappen en binnen een paar uur bij hem zijn. Nee, ik zat bijna 10.000km verderop. Met een paar mensen om me heen die ik pas 3 maand eerder voor het eerst de hand had geschud. Een paar uur later FaceTime-de mijn familie mij om ook afscheid te kunnen nemen van opa. Het was het beste dat er op dat moment te bedenken was. Tranen, huilen en janken. Hoe lief en mooi de woorden ook waren die hij zei het was verschrikkelijk. ‘Je kan nooit meer langskomen’ zei hij ‘maar ik vond het altijd fijn als je er was’. Ik was hartgebroken na dit gesprek. En alles in me schreeuwde dat het verkeerd was. Het voelde van geen kant goed. Mijn huisgenoten probeerde me te troosten en op te vrolijker. Tegelijkertijd hadden we het over wat ik nu wou.. ik kwam snel tot de conclusie dat het simpelweg niet goed voelde daar te blijven. En dat ik liever spijt had dat ik terug was gegaan dan spijt omdat ik niet geprobeerd had nog afscheid te nemen. De volgende dag probeerde ik alles op school te regelen, de laatste paar weken zitten gevuld met deadlines en presentaties. Via een omweg kreeg ik van 2 van de 4 docenten toestemming weg te gaan, realiseerde me dat het me eigenlijk niet uitmaakte wat de andere zouden zeggen. Ik belde mijn verzekering en binnen een uur had ik een vliegticket in mijn inbox. 4uur later zat ik in het vliegtuig. 20u later stond ik op de koude aankomsthal van Schiphol. Nog ruim een uur later stond ik in de woonkamer, bij opa en oma, in sintmaartensbrug. Mijn opa keek op van het gesprek dat hij had met de mensen die naast zijn bed zaten. Hij keek me aan en keek weer weg. ‘Ik zie mijn kleindochter staan, maar dat kan niet want die zit in Vietnam’ zei hij tegen deze mensen. Hij wende zijn hoofd nog een keer mijn kant op. ‘Ik ben er echt opa’ zei ik. En zo begon het mooiste afscheid dat ik me had kunnen wensen.
De afgelopen week is een soort wirwar aan emoties en ervaringen geweest. Het voelt tot op dit moment zo onrealistisch dat dit allemaal is gebeurt. Vanaf het moment dat ik wist dat ik naar huis ging was ik heel rustig. Het voelde goed. Ik was nog wat gespannen omdat ik niet wist wat ik aan ging treffen. Maar ik heb het gered, ik heb afscheid genomen. Ik heb hem nog twee keer kunnen zien. Nog kunnen spreken, zijn adviezen op Mn hart gedrukt gekregen. ‘Problemen moeten bij de bron aangepakt worden. Alles daaromheen is tijdelijk, lijkt misschien te helpen maar de oorzaak verdwijnt niet.’ Ook bleef hij maar benadrukken hoe trots hij wel niet is op ons allen, zijn kinderen en kleinkinderen. Hoe iedereen zo sterk is. En hoe geweldig mooi het toch is dat ik de wereld zie. Dat ik nooit moet stoppen met ontdekken. En hoe vreselijk jammer hij het vind dat hij nooit meer kan meegenieten van mijn reizen, vooral de foto’s. Met een dubbel gevoel zit ik nu in het vliegtuig.. Ik weet dat mijn opa is overleden. Maar het dringt allemaal nog niet helemaal door. Ik land zo weer in Ho Chi Minh City. Mijn leven daar zal weer verder gaan zoals ik het achterliet. 12u nadat ik ben geland moet ik alweer een presentatie geven. Ik heb er voor gekozen om terug te gaan naar HCMC, net als dat ik koos terug te gaan naar Nederland. Het voelt raar, maar dat gevoel heb ik al sinds het nieuws mij bereikte. Ik ben niet bij de begrafenis. Daar heb ik meer moeite mee dan verwacht, ik denk juist doordat het ook nog zo onwerkelijk voelt. In plaats daarvan zit ik dinsdag een examen te maken. Maar nu heb ik wel de kans om alles zo goed mogelijk proberen af te sluiten. De vakken voldoende af te sluiten zonder een boete, zonder een hele stapel papierwerk achteraf. Om alle laatste dingetjes in Vietnam nog te doen. Om afscheid te nemen van alle mensen daar. Simpelweg om mijn leven daar af te sluiten. Hoewel het dubbel voelt sta ik daar wel achter. Opa heeft me doen beloven dat ik zou blijven genieten, dat ik zou blijven reizen en de wereld ontdekken. Het gaat gek zijn wetende dat hij nooit meer onder mijn foto’s zal reageren. Wetende dat hij de foto’s überhaupt nooit meer zal zien..
Een paar jaar geleden verbleef ik een paar dagen bij opa en oma in huis. Toen heb ik geleerd en ervaren wat een bijzonder sterk persoon mijn opa was. We hadden hele goede gesprekken waarin hij uitlegde dat hij had gewild bepaalde dingen anders gedaan te hebben. Maar, en dit drukte hij me op het hart, ik heb geprobeerd te doen wat ik dacht dat het beste was voor iedereen. Nu weet ik dat een keuze die niet goed voelt op de lange termijn niet goed te praten is. Want je stond er zelf nooit volledig achter. Hoe moeilijk een keuze ook kan zijn wees je ervan bewust dat je een eigen keuze hebt. Dat als iets niet goed voelt je vrij bent om er iets aan te veranderen. Je moet je keuzes uiteindelijk aan jezelf verantwoorden, niet aan een ander, dus beter sta je er zelf achter. Doe het niet omdat je denkt dat het van je verwacht wordt. En al helemaal niet als je weet je er op de lange termijn slecht door te gaan voelen. Het leven gaat je al genoeg pijn, zorgen en geld kosten dus doe het zelf niet. Neem je verantwoordelijkheid en laat het los, maak jezelf niet kapot. En verdorie hij had gelijk. Bitterzoet, maar goedenavond Vietnam.. Als kind al kwam ik graag bij opa en oma. ‘Vroeger’ was het een hele opgave met de trein vanuit apeldoorn naar sintmaartensbrug, of all places. Toen mama haar rijbewijs haalde werd het makkelijker. En de laatste jaren was het vanuit school, in Amsterdam, niet eens zover meer. Het voelde als een andere wereld. Ik had mijn eerste kennismaking met de duinen, het strand en de zee vanuit daar. Ze woonden hier vlakbij en zodoende kregen zij de naam ‘Opa en Oma Zee’. Tot op de dag van vandaag gebruiken wij deze naam. Hij was zo trots op deze plek. En het leek in niets op ons mooie Apeldoorn. Gelukkig blijft die plek bestaan. Het fysieke huis, de tuin en de winkel zullen snel veranderen en uit ons leven verdwijnen. Maar de herinneringen blijven. De duinen, het strand en de zee zullen mij voor altijd herinneren aan deze bijzondere man. Niet alleen daar, overal ter wereld zal het een speciaal iets blijven. De bergen zullen me doen denken aan zijn droom om die nog een keer te bewandelen. Ik zal extra genieten, van elk mooi uitzicht dat ik tegen kom. En wie weet mocht ik ooit oma worden herken ik hem in mij, wanneer de kleinkinderen niet van tafel mogen voordat het glas karnemelk is leeggedronken..
Vaarwel opa, bedankt voor alles.
0 notes