#tuinman
Explore tagged Tumblr posts
Text
De tuinman is begerig naar wijsheid
Henri Cueco; bron beeld: lequotidiendelart.com Werk van Cueco; bron beeld: pinterest.com Fransman Henri Cueco (1929-2017) was schilder, essayist en romanschrijver. Autodidact ook. In zijn roman Gesprekken met mijn tuinman volgen we twee mannen die veel met elkaar praten. De een is tuinman, de ander kunstenaar. Het gaat over van alles: natuur, cultuur, groenten, schilderen, de dood en het leven.…
View On WordPress
#20-ste en 21-ste eeuws#antwoorden#autodidact#essayist#filosoof#Frans#kunstenaar#pastoors#roman#schilder#schoonheid#televisie#tuinman#vragen#vrienden#waarheid#wijsgeer
1 note
·
View note
Text
De hovenier en zijn baan
Een rijke Iraniër: Vanmorgen kwam mijn hovenier, met een bange blik bij mij een bakkie doen, “Henk, wacht een ogenblik! Je rozen gaan dood, en mijn baas zegt dat het zo niet mag de meeste takken zijn verdord, ik vrees voor mijn ontslag. Ik schrok, en dacht dat is niet waar, zag de hovenier nog zwaaien met zijn heggeschaar. Leen me je Tesla, snel, dan kom ik nog op tijd aan, als ik nu vertrek, heb…
View On WordPress
0 notes
Text
Welkom bij Hovenier Haarlem, dé specialist in tuinonderhoud en -ontwerp in Haarlem. Bezoek https://hovenierhaarlem.net voor meer informatie over onze diensten.
#Hovenier Haarlem#Tuinonderhoud Haarlem#Tuinontwerp Haarlem#Tuinman Haarlem#Tuinaanleg Haarlem#Tuinrenovatie Haarlem#Hoveniersbedrijf Haarlem#Tuinservice Haarlem#Hovenier tuinonderhoud#Tuinonderhoud particulier Haarlem#Tuinontwerp op maat Haarlem#Groenvoorziening Haarlem#Hoveniers Haarlem#Landschapsontwerp Haarlem#Tuinarchitect Haarlem
1 note
·
View note
Text
Mannen onder elkaar
Een sympathieke film over mannen en hun kijk op het leven, nog niet wakker geschud door de werkelijkheid
Het leven is als een abstract schilderij, het gaat niet om wat het voorstelt maar wat je er in ziet. Dat is ongeveer de portee van Dialogue avec mon jardinier (Gesprek met mijn tuinman), een film van de Franse meester Jean Becker uit 2007 die momenteel in de kelders van Netflix te vinden is. Een succesvolle Parijse kunstenaar die een midlife crisis doormaakt trekt in het oude huis van zijn…
View On WordPress
2 notes
·
View notes
Text
Reginald, known as Reggie, was the eldest son of William (Bill) Stenning and his wife Emily
Stenning nee Gander. He was born in late 1891 and baptised here on 01/11/1891. His father was a
gardener and the family lived at Treeps Cottage. He is listed at home on both the 1901 and 1911
censuses when he was a baker’s assistant.
Reggie’s papers have recently been digitised but form part of the ‘burnt documents’ severely
damaged in an incendiary attack on the repository during WW2. Reggie’s papers are missing large
sections. It is possible to work out that he joined the 1/1st Sussex (Fortress) Reserve of the Royal
Engineers as a sapper on 16/11/1914 and was numbered T224, the ‘T’ indicating this was a Territorial
unit. This unit was based in Newhaven and their role was local defence. As the dangers of invasion
receded six engineer units formed the 1/1st Sussex Army Troops Company, RE. With their specialist
knowledge they left England on board the Empress of India arriving at Le Havre on 20/03/1915
joining the British Expeditionary Force at Etaples. At some point Reginald was raised to Lance
Corporal and, although the date cannot be read, it is most likely to have been before he entered
France. The Company was employed building accommodation for the arriving troops and hospitals
and roads around Etaples. They were moved to Vimy Ridge in May of 1916. Here their role was to
extend the deep dugout and tunnel systems under the ridge. One of their innovations was to construct
a ropeway slung from the roof to carry the spoil out to the surface. This system was later adopted by
other units. They also built concrete machine gun positions, and if that were not enough, some of
them, reportedly, helped the local farmers with their harvest.
In late 1916 a reorganisation of troop numbering of the Territorial Forces was undertaken. Six figure
numbers were allocated and the Sussex Fortress men were given numbers starting at 545001 on 01/
02/1917. Reggie was renumbered 545119. Just two days before this Reggie was hit in the leg by a
shell splinter. He was taken to 45 Casualty Clearing Station based at ‘Edgehill’ near Dernancourt but
died the following day. He is buried in the Dernancourt Communal Cemetery Extension in grave IV.
H. 8. He is remembered on both local war memorials.
Grave B102 in the South Avenue Cemetery holds a member of the Stenning family. In 1920 an Act of
Remembrance laid flowers on the graves of all servicemen who had died. Reginald is mentioned in
the newspaper article and it is possible that flowers were laid here. There is no stone.
Reginald, bekend als Reggie, was de oudste zoon van William (Bill) Stenning en zijn vrouw Emily Stenning - Gander. Hij werd eind 1891 geboren en gedoopt op 01/11/1891. Zijn vader was een tuinman en het gezin woonde in Treeps Cottage. Hij staat vermeld op zowel de 1901 als de 1911 gehouden volkstellingen toen hij bakkersknecht was. Reggie's papieren zijn onlangs gedigitaliseerd, maar zijn ernstig beschadigd bij een brandbomaanval op de opslagplaats tijdens WO2. Van Reggie's papieren ontbreken groot gedeelten. Het is mogelijk om eruit op te maken dat hij zich aansloot bij de 1/1st Sussex (Fortress) Reserve van de Royal Genie als sappeur op 16/11/1914 en was genummerd T224, de 'T' gaf aan dat dit een Territorial eenheid was. Deze eenheid was gestationeerd in Newhaven en hun rol was vooral lokale verdediging. Toen de gevaren van een invasie afnamen werden zes genie-eenheden gevormd in de 1/1st Sussex Army Troops Company, RE. Ze verlieten Engeland aan boord van de Empress of India, waar ze op 20/03/1915 in Le Havre aankwamen en zich aansluiten bij de British Expeditionary Force in Etaples. Op een gegeven moment werd Reginald gepromoveerd tot Lance Korporaal en, hoewel de datum niet kan worden achterhaald, is het zeer waarschijnlijk dat het was voordat hij Frankrijk binnenkwam. De compagnie werd ingezet voor het bouwen van accommodatie voor de aankomende troepen en ziekenhuizen en wegen rond Etaples. Ze werden in mei 1916 verplaatst naar Vimy Ridge. Hier was het hun taak om diepe dug-outs en tunnelsystemen onder de heuveltoppen te graven. Een van hun innovaties was het bouwen van een kabelbaan die vanaf het dak wordt gebruikt om de specie naar de oppervlakte te brengen. Dit systeem werd later overgenomen door andere eenheden. Ze bouwden ook betonnen mitrailleurstellingen, en alsof dat nog niet genoeg was, naar verluidt hielpen ze de lokale boeren met hun oogst. Eind 1916 werd een reorganisatie van de troepennummering van de Territoriale Strijdkrachten ondernomen. Zes nummers werden toegewezen en de mannen van Sussex Fortress kregen nummers vanaf 545001 op 01/ 02/1917. Reggie werd omgenummerd tot 545119. Slechts twee dagen eerder werd Reggie in zijn been geraakt door een granaatsplinter. Hij werd naar 45 Casualty Clearing Station gebracht, gestationeerd in 'Edgehill' bij Dernancourt, maar overleed de volgende dag. Hij ligt begraven op de Dernancourt Communal Cemetery Extension in graf IV. H. 8. Hij wordt herdacht op beide lokale oorlogsmonumenten. In 1920 werd in het kader van de herdenking bloemen op de graven van alle gesneuvelde militairen gelegd. Reginald wordt genoemd in het krantenartikel, gewijd aan deze herdenking.
9 notes
·
View notes
Text
youtube
Carolus Antonius Fodor (1768-1846) - Piano Sonata in F-sharp minor, Op.2/2 (1793)
Mov.I: Allegro 00:00 Mov.II: Andante grasioso 10:08 Mov.III: Allegro assai 14:08
Pianist: Arthur Schoonderwoerd (plays on an Poletti & Tuinman, after Anton Walter (1795)
3 notes
·
View notes
Text
201, 17, onderhoud
Wees de tuinman van de woorden tuin
Deze schat mag goed onderhouden worden
Ondersteuning bij de ontwikkeling van vredelievende woorden
Het oogsten en zaaien heeft de prioriteit
Liefdevoller kunnen woorden worden
Zachter en intiemer ook
Menig tuin moet nog opgeruimd en opgeknapt worden
Bewust worden van impulsen die het lichaam van liefde biedt
-copyrights Ameen 2024-
4 notes
·
View notes
Text
Lees de vos van vandaag: 'De tuinman en de dood'
3 notes
·
View notes
Text
Hollanda, Askerlerini Kişisel Drone Koruma Kitleriyle Donatıyor
Hollanda Kraliyet Ordusu, savaş alanlarında giderek daha fazla tehdit oluşturan küçük insansız hava araçlarına (İHA) karşı koymak amacıyla askerlerine kişisel drone koruma ekipmanları sağlamayı planlıyor. Bu ekipmanlar, hedefleme lazerleri ve taşınabilir sensörler gibi araçlar içerecek. Hollanda Savunma Bakanı Gijs Tuinman, geçtiğimiz hafta parlamentoya yazdığı mektupta, Ukrayna’daki savaş ve…
0 notes
Text
De Vaanweg en de Victor Hugoweg (Lombardijen), gezien vanaf het Jan Meertenshuis aan de Van Langendonckstraat, 1969. Rechts de velden van DRL.
De Vaanweg dankt zijn naam aan de voormalige boerderij 'De Vaan' aan de Dordtsestraatweg. Het tuindorp werd gebouwd op de landerijen, die bij deze boerderij behoorden. De naam 'De Vaan' is afgeleid van de familie Vaandrager, die vroeger eigenaar van deze boerderij was. Enige tijd heeft de NV Hygiënische Melkstal 'De Vaan' boerderij en bouwland geëxploiteerd. In 1921 werden deze aangekocht door de gemeente Rotterdam. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd hier in opdracht van de NV Vreewijk Tuindorp De Vaan gebouwd.
De Victor Hugoweg herinnert aan de Franse dichter en prozaschrijver Victor Marie Hugo, 1802-1885.
DRL (De Rotterdamse Leeuw) is een amateurvoetbalvereniging uit Rotterdam.
De vereniging werd op 14 juli 1929 opgericht. De thuiswedstrijden worden op het sportcomplex “De Leeuwenkuil” gespeeld welke gelegen is aan de Spinozaweg in Lombardijen.
De club ontstond in de omgeving van de Tarwewijk onder de naam Rood-Zwart opgericht. De oprichting geschiedde door vijf broederparen: Jan en Willem van Amerongen, Geert en Koos Pleket, Dirk en Willem Smit, Adrie en Piet Tavenier en Henk en Jan Tuinman.
De club sloot zich in eerste instantie aan bij de Nederlandse Arbeiders Sport Bond (NASB). In het eerste jaar werd DRL kampioen en zelfs de sterkste van Zuid-Holland, doch de financiële mogelijkheden om door te gaan voor een kampioenschap van Nederland ontbraken. Per 30 augustus 1930 volgde de overstap naar de Rotterdamsche Voetbalbond (RVB), een ’regionale onderbond’ van de KNVB. Dit ging gepaard met een naamsverandering omdat er al een club met de naam Rood-Zwart lid was van de KNVB. Er werd gekozen voor de De Rotterdamse Leeuw (DRL).
De foto komt uit de collectie topografie van het Stadsarchief Rotterdam. De informatie komt eveneens uit het Stadsarchief Rotterdam en van Wikipedia.
0 notes
Text
Dodenherdenkingsgedicht
Kort na mijn benoeming tot Stadsdichter maakte ik een gedicht vanwege de nationale Dodenherdenking op 4 mei.
Context: Op 11 juli 1940 vielen de eerste bommen op Almelo. Vier onverwachte explosies. Zeven mensen in of rond rozentuin Het Rosarium (Tijhofslaan) kwamen daarbij om het leven. A.M. Hendriksen (een jongen van 7 jaar), Hendrik Meulenveld (gemeente-tuinman), de baby ban de familie Krispijn (in de kinderwagen), Gerrit Smit (14 jaar), P.J. van Toledo en D. van Toledo-Sprenger (een echtpaar) en het 9-jarige zoontje van de familie Underberg.
Derk Smoes was 25 jaar tijdens de Duitse inval in Overijssel (mei 1940). Hij was al actief in het verzet toen hij uiteindelijk leider van Knokploeg Almelo werd; alles om onderduikers en hun helpers te ondersteunen. Op 15 november 1944 pleegde hij als verzetsdaad, met enkele anderen, een overval op de Nederlandsche Bank Almelo; 'De grootste bankroof allertijden', met schriftelijke toestemming van de Nederlandse regering. Ze verlieten het pand met dertien kisten vol geld; ruim 46 miljoen gulden in totaal (nu 354 miljoen euro). Het doel was om de spoorwegstaking te financieren door de ondergedoken spoorweglieden in veiligheid te houden. Derk Smoes werd gearresteerd en naar kamp Neuengamme getransporteerd, waar hij stierf (aan een longontsteking, zeggen de papieren - door ophanging, zeggen getuigen). Hij was toen 30 jaar en liet een zwangere vrouw en een dochter en zoon (van toen vier jaar) na.
Mijn gedicht:
Opgooien
als je een steen in de tijd werpt waar staan we dan?
is het iets nieuws of is het een herhaling ergens van?
we herinneren bombardementen (zoals op het Rosarium) die nu ook aanwezig zijn alleen niet bij ons
we herdenken doden (zoals Derk Smoes van de Knokploeg) die nu ook vallen alleen niet hier
we eren wie vocht voor vrijheid en gelijkheid vergeten niet wie nu vecht
we herdenken wie gedood werd en elk mens teveel dat nu sterft
we eren van alle tijden het verzet we hebben het niet geweten we weten het
0 notes
Text
Cueco: reizen en het landschap
bron beeld: michellunardelli.com Henri Cueco (1929-2017) was de Franse schilder, essayist en schrijver die kunstenaar en tuinman met elkaar in gesprek bracht. In Gesprekken met mijn tuinman gaat het gesprek over bijvoorbeeld: schoonheid, natuur, kunst, maar ook over reizen en het landschap. Wolken zijn net als golven maar dan afwisselender, en regen is goed voor de planten… Hoewel, het is overal…
View On WordPress
#20-ste en 21-ste eeuws#eassayist#Frankrijk#kunst#kunstenaar#landschap#natuur#reizen#schilder#schoonheid#schrijver#tuinman
0 notes
Text
Staatssecretaris Tuinman: “Kracht van innovatie sleutel tot succes in gevecht”
Staatssecretaris Tuinman: “Kracht van innovatie sleutel tot succes in gevecht” Nieuwsbericht | 16-10-2024 | 13:35 “Wie zich het snelst aanpast en de kracht van innovatie het best benut, wint het gevecht. Het is de sleutel tot succes in een steeds gevaarlijkere wereld.” Met deze woorden richtte staatssecretaris Gijs Tuinman zich gisteren tot het meer dan 1.200-koppige publiek bij Innovation in…
0 notes
Text
P O R S E L E I N
De ingezonden brief kwam uit Den Haag. Geschreven door een mens die zich zorgen maakt over onze toekomst, the next generation. Tussen de statige overheidsgebouwen, het vredespaleis en de kust zullen heus wel woongemeenschappen zijn waarbij het clubgevoel iets verder reikt dan de lokale hockey- of tennisvereniging. Daar, waar saamhorigheid wordt gepamperd met 'n 'aanval op 1 is een aanval op allen' mandaat, waar de tuinman vrolijk zwaait naar een fietsende Rutte met profane uitstraling en appeltje tussen zijn malende kiezen en tanden waar je g*dverd*mme weldegelijk als een porseleinen poppetje voor moet zorgen want de marktwerking heeft andere belangen.
Ik lees die ingezonden brief. Ik, de overbezorgde moeder. F*cking hell, snap je de hel nog steeds niet ?! Buiten spel gezet als overbezorgde moeder, doelbewust ! Geboycot omdat het geëmancipeerde kalifaat niet kon toezien in hun megalomane f*cking misdeeldheid dat er meer aandacht was bij mij thuis voor opvoeding dan in hun eigen uit de hand gelopen familyplanning, doorregen met dagelijks uitbesteedde gesubsidiëerde kinderopvang. G*dverrr....als dat geen kinderarbeid is. Excuus overigens. Ik scheld normaal gesproken niet, maar het is 'n innervoice die je willoos wordt aangewreven onder dergelijke omstandigheden. En dan gaan ze klagen. En maar klagen. Het is niet eerlijk, nee, nee. Het is zeker niet eerlijk ! Alsof het g*dver*de*tering mijn schuld is dat zij homewreckers, slopers en broodrovers zijn geworden. Zelfs rolmodellen voor 'hoe 'n gezin funktioneert'. Ja, die brutaliteit hebben ze ook nog 's, hè. Wegwijzers voor 'hoe het gezin funktioneert.'
Zij, die s' ochtends de deur achter zich dichttrekken om pas s' avonds weer op de bank te ploffen achter Netflix omdat ze in hun mislukt ideaalplaatje in feite stinkend jaloers waren op het kostwinnersmodelgezin. Daar worden ze schurken van, hyena's. Massaal. Ergens moest die frustratie van de hyena's ontsnappen. Een hoger doel bood uitkomst en dus is er vandaag de dag nog nooit zoveel sex, drugs en rock&roll in het riool terechtgekomen. Het is absoluut niet eerlijk. Weet je eigenlijk wel dat die overbezorgde moeder, brieven náár Den Haag heeft geschreven ?! Ik eis kind-onteigening van àlle maar dan ook werkelijk àlle overbezorgde ouders. Anders wordt die sh*tzooi hell marktwerking van die f*cking teringlijers nooit meer eerlijk, Lord of the flies !
0 notes
Text
AANWEZIG BIJ PETER VAN LIER VOEL IK MIJ AANGESPROKEN
Het is mijn gewoonte om tijdens het lezen van een boek alinea's van belang aan te strepen. Fragmenten in de tekst die ik belangrijk acht om achteraf nog eens over en door te lezen. Om op die manier mijn bespreking van het boek inhoud te geven. De uitgave “Geachte afwezigen, Het verweer van de poëzie” door Peter van Lier ziet er na lezing nogal gestreept uit. Vrijwel elke alinea is steekhoudend om nog eens te lezen. Daarom las ik het boek tweemaal voordat ik me ertoe kon zetten er een eigen tekst tegenaan te schrijven. Eenmaal om de woorden te lezen, andermaal om de tekst te doorzien en toen was ik verkocht. Om de aanwezigheid van de werkelijkheid van twee kanten te bezien las ik het boek eens en nog een keer. Door opnieuw en weer te lezen namelijk zie je details, merk je meer of zelfs andere werkelijkheden op dan dat je eerst zag.
Het verweer van de poëzie. Dat is op diverse manieren uit te leggen. Is het oppositie of juist defensief. Moet de poëzie verdedigt worden, en tegen wie dan. Of komt het in opstand, geeft het weerstand. Kan het zich persoonlijk verdedigen, met woorden betekenissen om zichzelf slaan. De vitters en de hekelaars, de muggenzifters en de mierenneukers, ofwel de critici een hak zetten. Van Lier hijst zich op de spreekkist, gaat op de praatstoel zitten en richt het woord tot mij de lezer. “Geachte afwezigen,” heft hij aan. Ik kijk om en inderdaad ik ben alleen in de ruimte, mijn kamer. Hij spreekt mij dus niet aan, maar de mensen die er niet zijn; de afwezigen. Ik voel me niet aangesproken daarom en ben een en al oor, zeker nadat ik tot tweemaal toe de aanwezige was. Maar ik zal beter moeten weten, want ik was afwezig en raak door de schrijver bij de les. Ik dagdroom niet langer uit het vensterraam van de taal, maar wordt wakker geschud door Van Liers’ filosofische intuïties en poëtische bevindingen.
Het verweer is niet de individuele verdediging van Peter van Lier om de poëzie terug binnen de werkelijkheid te plaatsen. Het zijn de wapens van anderen die hij in de strijd gooit. Door de gedichten van een voorgaande generatie dichters en van dichtende generatiegenoten voor mij door te lichten en uit te leggen scherpt Van Lier mijn geest. Pas in het laatste essay besef ik zijn reden dit boek geschreven te hebben. Dan is hij niet meer de onderwijzer, de onderzoeker die zijn eigen poëtische fascinaties in een ruimere context plaatst, de leegte bestrijdt. Hierin blijft hij bij zichzelf en plaatst zich terug in de opvoeding. Komt in verweer tegen zijn constructief aangelegde vader, of maakt paradoxaal een buiging voor ‘ons’ pap. Toch achteraf. “…mijn vader het had over de vele jaren die het licht van verre sterren erover doet om ons te bereiken en dat een ziel dus ook wel heel lang onderweg zal zijn om de hemel te bereiken.”
Aldus is de hele bundel in 24 korte verhalen geen verweer. Van Lier hoeft zich als dichter niet te verdedigen voor het dichtwerk. Het is veeleer een eerbetoon aan het vrije vers, de moderne poëzie. Deze dichtkunst heeft een grond, een groei en een bloei. Peter van Lier is de tuinman die mij wijst op prachtige bloemen, geurend en kleurend in de ochtendzon. Hij geeft aanwijzingen hoe de tere planten te determineren, deze met zachtheid te behandelen om een bloeiend en voor mij boeiend resultaat te creëren. Niet filosofisch onderlegd leest het boek van Peter van Lier voor mij toch niet onbekend. Ik kan een lange wandeling met de schrijver ervan meedenken, maar soms slaat hij een pad in dat mij welhaast doet verdwalen. Ik raak hem kwijt, tast in het niets buiten de werkelijkheid, maar hij vindt mij terug binnen woorden die zijn zinnen vormen. Waar ik de richting kwijt ben en telkens op een doodlopende weg stuit, neemt hij mij in zijn tekst weer bij de hand en leidt mij bijdehand terug op het juiste pad.
Het ‘Geachte afwezigen,’ is verre van een droog boek, niet ‘geen doorkomen aan’, geen harde noot die gekraakt moet worden. Hoewel de taal gangbaar is zweeft het gevoel nog weleens boven mijn werkelijkheid weg. Geen vaktaal, maar wel filosofische redes. Van Lier is een boeiend verteller, geen docerend uitlegger. Ik lees bij hem niet de les, maar hij geeft mij wel uitleg over zijn visie. Leest de dichter en bespreekt het werk. Probeert de woorden voor mij duidelijk te maken. Zijn filosofische achtergrond staat hem daarbij terzijde. Maar het is en blijft zijn visie en uitleg, hoewel hij wel andere uitleggers citeert om zijn standpunt te waarborgen. Soms in wat wollige uitspraken, een diep denker eigen. Maar niet vanaf een ivoren toren uitgesproken. Hij komt naast mij staan en wijst me op de elementen die zijn wereld kleuren en duiden. Op welke manier ik volgens hem de omgeving geschetst in poëzie kan benaderen en bewonderen. Dat is niet die van de rijmelarij, maar van de poëzie met een grote P. De dichter die de werkelijkheid buiten de realiteit beziet en in eigen ervaringstaal omschrijft. Daar kan ik op eigen houtje een weg in vinden, echter Van Lier reikt mij een gids aan zodat ik niet zal verdwalen in taal en betekenis.
Hij haalt het werk van dichters aan die voor zijn werk van belang zijn. Waarop hij zijn werk kan gronden. En tussen neus en lippen door verklaart hij dat werk van deze dichters. In zijn bewoordingen, zoals hij hun teksten opvat en van betekenis acht. Geen recensie maar een uitleg. Hij zit niet op de stoel van de criticus maar veeleer op de zitplaats van de leraar die niet belerend wil zijn. Hij geeft uitleg aan en legt lijntjes neer, knoopt combinaties en relaties aan elkaar. Zodat ik met andere ogen naar de woorden kijk, met rode oortjes de zinnen lees. Wist ik niet wat ik las. Was ik afwezig in mijn gedachten omdat andere zaken mijn aandacht afleiden van de moeilijkheidsgraad van deze door Van Lier aangehaalde poëzie.
Foto: "De Zwartewaaldam bij Spijkenisse, met rechts het Hartelkanaal", Jannes Linders, 1990.
Gaat de magie ervan niet verloren wanneer het gedicht wordt uitgeplozen en op de zin en het woord wordt verduidelijkt. Peter van Lier lijkt dit nodig te vinden om de poëzie te verdedigen. Om het te kunnen plaatsen in en wapenen tegen de proza. In de eerste plaats dat van anderen en in het bijzonder zijn eigen dichtkunst. Het is schrijvers uitleg, ik kan het daarentegen anders interpreteren. Maar na lezing wordt mijn gedachte wel die kant op gestuurd. Ik kan het gedicht niet meer objectief en onbevangen tegemoet treden: het leest zoals Peter de uitleg eraan gegeven heeft. Eigenlijk zal ik eerst de geciteerde gedichten moeten lezen voordat er de uitleg van Van Lier op los gaat. Nu weet ik soms de strekking niet en begeef mij koud in de kennis van de schrijver. Hij weet mijn onkunde te omzeilen door op een leesbare manier te schrijven. Hij verlaagt voor mij drempels, opent deuren. Ik krijg een inkijk in de filosofisch getinte poëzie. Maar het is slechts een glimp van waarde, de echte parels blijven in de schelpen. Ik zal mij de albums aanschaffen, mij inlezen in de overgenomen en toegewijd uitgeweide poëzie. Om zo de hogere dichtkunst mij enigszins eigen te maken. In het verweer schoot Peter van Lier met scherp en raakte wat mij betreft doel.
Geachte afwezigen, Het verweer van de poëzie. Peter van Lier. Poëziecentrum, 2017.
0 notes