#menselijke hand
Explore tagged Tumblr posts
Text
16-9 Ommen
Op maandagavond kun je uit eten gaan in Nederland wel vergeten, er is hier een ongeschreven regel dat je dan thuis eet, zo ook in Schoonebeek. Maar tot mijn verrassing bleek Schoonebeek niet het dorp waarvoor ik het aanzag, want er is een hele grote supermarkt in het centrum. Dus ik kocht een biefstuk, krieltjes en een grote zak gesneden groente, want als er iets is, waar je structureel te weinig van eet als je op reis bent, dan zijn het groenten. Na het eten keek ik nog even naar de Nederlandse teevee, op dat vlak heb ik de afgelopen maanden niks gemist, zie ik al.
Om half acht wordt het ontbijt binnengereden op een voor dit doel bestemde rollator, een mand vol bruine boterhammen, krentenwegge, kaas, worst, jam, yoghurt, cruesli, gekookt ei, verse jus. Daarna moet ik echt even bijkomen, voordat ik verder kan met inpakken. Ik span nog één keer de tandriem van de fiets iets aan, want ik kon de laatste dagen aan de trilling voelen dat ie weer wat opgerekt was.
Het eerste stuk naar Coevorden gaat langs de grens, aan de Nederlandse zijde zie je de gesloten olieputten, aan de Duitse zijde knikken de pompen in een rustig tempo door. Daarna volg ik de Sallandroute naar Ommen, veel bos, soms wat open veld en één keer kom ik langs een zandverstuiving in aanleg. Veel bijzonders is er niet te zien onderweg, wat me vooral opvalt is dat de boerderijen en woonhuizen er in tegenstelling tot Duitsland uiterst verzorgd uitzien, goed in de verf, gestraalde gevels en vers riet op de daken. De wegen hebben geen gaten in het wegdek, de fietspaden zijn glad en breed. Volgens mij hebben wij het hier zo slecht nog niet.
Het weer is trouwens weer helemaal op mijn hand, wind in de rug en een lekkere temperatuur, van de kou van de afgelopen dagen is niets meer te merken.
En zo raak ik steeds dichter tot het definitieve einde van deze onderneming. Een interessante vraag is natuurlijk, wat komt hierna? Nou, als ik niet toegeef aan de menselijke neiging om mezelf te moeten overtreffen, dan kan het gewoon weer alle kanten op. Ik hoef volgend jaar helemaal niet de zijderoute af te fietsen of naar Johannesburg te vertrekken. Domburg is ook goed. En dat is wel een bevrijdende gedachte.
Morgenavond komt Mayke me opzoeken in Ermelo en dan fietsen we de laatste dag samen naar Amsterdam. Ik kijk er naar uit, ik vind het heel leuk dat ze me tegemoet komt.
Gefietste afstand: 60 km
Gefietste tijd: 4 uur
4 notes
·
View notes
Text
In teken van onze lessen wereldoriëntatie over het menselijk lichaam, gingen we ook creatief aan de slag. Hoe ziet je hand eruit binnenin? Dansende skeletten? Niets is te gek! 💀
12 notes
·
View notes
Text
IN DIERVERHALEN MAAKT TOON TELLEGEN FILOSOFIE OVERDENKBAAR
Heb ik het nieuwe boek van Toon Tellegen gelezen, zak ik lekker onderuit in mijn fauteuil. Behaaglijk in de stof dat me welhaast omsluit zo kruip ik er in weg. Sluit mijn ogen. De tekeningen van Thé Tjong-Khing doemen voor mijn toegedekte pupillen op. Deze illustraties laten de zojuist gelezen verhalen achter mijn oogleden tot leven komen. Dan droom ik weg op de woorden en de pennenstreken. Waan ik mij dat onschuldige dier dat vol met vragen zit waarop menselijkerwijs geen antwoorden mogelijk zijn. Wat zal ik graag die eekhoorn of deze mier zijn, de olifant of het nijlpaard. Leven zonder je zorgen te maken om de grote vragen des levens. Je verwonderen om details, je afvragen wat er is daar verderop. De mammoet zal ik willen zijn die op zijn beurt de olifant wil zijn. Om gelukkig te leven in het nu en niet dat toen.
De dieren stellen elkaar vragen waar wij mensen niet opkomen, misschien nog niet aan toe zijn deze te bedenken. Die voor ons gesneden koek zijn, menen we. Omdat het onwerkelijke gedachten schijnen te zijn, niet realistisch. Niet ter zake doend, maar voor de dieren juist heel hier en nu. Oh, wat zal ik graag zo blank in het leven staan, als een onbeschreven blad. Zo zoals de dieren die in de verhalen van Tellegen kinderlijke vragen stellen. Het mensenkind heeft die onbevangenheid van deze dieren nog. Grote vragen stellen, die boven hun macht lijken te gaan. Kleine antwoorden verwachten, die de wereld en het leven tastbaar maken, begrijpelijk.
Toon Tellegen maakt met zijn verhalen filosofische vraagstukken bereikbaar, begaanbaar en voelbaar. Het diepste mijmeren landt door zijn woorden eenvoudig in mijn denken. Ik doorzie aan de hand van zijn vertellingen, die welhaast voor kinderen geschreven lijken te zijn, het bestaan beter. Levensvragen die voor de kleine krekel antwoorden verdienen om het leven aan te kunnen en de wereld verstaanbaar. Wat is er achter de muur waarop eekhoorn en mier stuiten na een lange reis. Daar is niets. Ik vraag me weleens af of het heelal een einde kent. Het heel is al, het is de ganse ruimte. Maar naar menselijke maatstaven bestaat oneindig niet. Net zoals eeuwig geen optie is in het leven. En wat is daar dan na, wanneer die onmetelijke ruimte afgemeten is. Eekhoorn breekt er zijn hoofd over, terwijl de mier genoegen neemt met niets. Zoals de mol en de aardworm onder de grond op het einde van de aarde stuiten, niet meer verder kunnen graven en onverrichte zake terugkeren. Dat was zeker de fundering van een huis zal de lezer raden, want de mens wenst wel overal een passend antwoord op. Mol en worm zingen elkaar in slaap en praten nergens meer over. De muis deed een niet te geloven ontdekking: wij bestaan niet. Dus is de olifant verzonnen, die op zijn beurt ontdekt dat de toekomst een vergissing is.
In zijn boek laat Tellegen de dieren vragen stellen die ertoe doen. Vraagstukken waarmee de schrijver misschien al langer rondloopt, maar aan niemand heeft durven voorleggen nog. De kans dat hij voor gek wordt verklaart namelijk is niet gering. De mensen van nu zijn zo rationeel dat de fantasie uit haar voegen barst en vervliegt in de tijd. De werkelijkheid staat hoog in het vaandel en degene die daarvan afwijkt wordt met liefde afgeschoten. Daarom zijn het de dieren die hoger kunnen vliegen en dieper kunnen graven. Zij nemen geen blad voor de mond, maar vragen waar het opstaat. Daarom maakt Tellegen van de dieren net mensen.
Foto Michael van Uden
De verhalen zijn fabels waarin de moraal tussen de regels door gelezen kan worden. In de beeldspraak wordt een abstracte waarheid duidelijk gemaakt. Want is dat niet de kern van de filosofie, je bezig houden met fundamentele vragen over het bestaan, de werkelijkheid, de rede, waarden en het verstand. De dieren spreken met elkaar na diep nagedacht te hebben. Ze bevragen elkaar om het zijn te onderzoeken, mogelijkheden te argumenteren, op hun manier logisch te denken. De dieren van Tellegen zijn vrije denkers. Naar menselijk idee is er geen logica in te ontdekken, maar de vragen zijn steekhoudend en doen er zeker toe. De schrijver geeft overigens geen duidelijk afgepaste antwoorden. De dieren denken het te weten, maar de lezer blijft veelal in het ongewisse en moet dieper in de gelaagde verhalen duiken om een waarheid te bevestigen.
In de filosofie van Toon Tellegen zweeft de waarheid niet boven de werkelijkheid. Maar kun je wel in gedachten hoog boven de realiteit vliegen om de feiten te overzien. De dieren kijken in hun onnozelheid van onder op het zijn, maar spreken er over alsof ze het van boven bekijken. Ze maken de levensvragen beschouwelijk, handzaam en laagdrempelig. Ze spreken hun ongecompliceerde gedachten aan elkaar uit om meer te weten te komen van het bestaan en het doel, de zin van het leven: waar gaan we eigenlijk heen.
De verhalen in het boek zijn niet alle nieuw. Voor mij wel. De oude verschenen in eerdere uitgaven. Tellegen vulde het aantal voor deze uitgave aan met enkele onlangs geschreven vertellingen. De filosofische vraagstukken ontroeren in handen van dieren. Door hun onlogische logica zetten de dieren de mensen aan het denken. En soms kan ik een omfloerste lach niet onderdrukken. Die dieren zijn net mensen. Met al hun belachelijke gedachten, ideeën en standpunten. Toon Tellegen houdt ons een spiegel voor. Een lachspiegel waarin we ons zijn vervormd weerzien.
Foto Martin Waalbeer
De verbeeldingen uit ons dagelijks leven projecteert Tellegen op de dieren in zijn verhalen. De eekhoorn en de mier gaan in het eerste verhaal naar de verte, de toekomst. Ze lopen urenlang door naar die verte en stuiten op een muur, kunnen niet verder. De mier klimt op de muur en ziet niets. Kijkt hij in het hiernamaals? Er zijn mensen die menen dat daar inderdaad niets is. En dan de vraag van de krekel aan de schildpad. Is hij er wel zeker van dat hij de schildpad is. Je bent wat je doet, of is dat niet het wezen van het zijn. En de mier kan alles denken. Zich alles indenken en uitdenken. Denken heeft geen geheimen. Verder doordenken dan tot oneindig. Overdenken, toedenken. Maar iemand wegdenken kan ze niet. De neushoorn en het nijlpaard, beide willen het eerst aan de beurt zijn in de winkel van de sprinkhaan. Ze voeren allerlei redenen aan om maar aan te geven dat deze voor de ander eerst aan de beurt is. “Mijn wil bestond eerder dan ik. Die hing al in de lucht toen er nog niks bestond, de hele wereld niet, de zon niet, het was nog helemaal donker en koud en stil, maar mijn wil om vandaag hier in de winkel van de sprinkhaan iets te kopen, die zweefde al rond.” Zijn wij alle niet zo kleinzielig om haantje de voorste te zijn, op de eerste rij te staan, te denken dat het nu onze beurt is.
Toon Tellegen bedenkt wonderlijke dingen, filosofeert zich een punthoofd. Geeft oplossingen voor onbestaande vraagstukken. Deze zijn echter wel heel werkelijk, wanneer je er goed bij nadenkt, het overdenkt. Er peinzend induikt. Wat te denken van de verjaardag van de eendagsvlieg. Hij heeft maar één enkele dag in zijn leven, dus kan hij slechts een veruurdag vieren. Logisch toch? De krekel is zo nieuwsgierig naar hoe zijn gevoel eruitziet dat hij zich binnenste buiten keert. En wat is de waarde van de tor. Hij is iets waard. Niet helemaal niets. En schrijft het op de muur. “Dat ben ik, dacht hij. Dat moet ik nooit vergeten.” Kun je de grootte van iets afmeten. Wat is groot en wat is klein. Verjaardagen zijn klein, want duren nooit langer dan een dag. Verdriet is groot, onherbergzaam en koud en stil. Maar het kan ook klein zijn, zo weg te blazen. De struisvogel steekt zijn kop in de grond en droomt ergens anders te zijn. Wat zal ik dat graag wensen, me ergens voor afsluiten en menen op een andere plek te zijn dan daar waar ik ben en niet wil zijn.
En soms praat ik net als de eekhoorn met de dingen in mijn kamer. Vooral nadat ik dit boek van Toon Tellegen en Thé Tjong-Khing heb gelezen en bekeken. Ik leg het voor me op tafel en richt mijn woord tot het boek. Stel de vragen die de dieren elkaar stellen, het boek geeft me de antwoorden. Zoals op iedere pot een deksel past, zo sluit elk antwoord de vraag af. Misschien niet altijd even bevredigend, is het een dooddoener. Nadenkend, in de diepte overdenkend, kan ik de vraagstelling wegdenken en me het antwoord indenken. Tellegen schrijft waarheden als koeien. Thé tekent er een levendige verbeelding bij. En ik zak nog dieper weg in mijn fauteuil. Is het een foute uil?
Waar gaan we eigenlijk heen. Tekst Toon Tellegen. Illustraties Thé Tjong-Khing. Uitgave Em. Querido’s Uitgeverij, 2023.
4 notes
·
View notes
Text
eenzaam verkeerslicht
van alle momenten die bestaan, kan ik geen langere bedenken dan die waarin je moet wachten. Denk jij dat ook? Ikzelf kan geen antwoord op de vraag formuleren omdat ik degene ben die laat wachten, zie je. hoor je, dat. dat. dat. tat. tat. tat. mijn kloppend hart. jouw wachttoon. die je dwingt hier te blijven. je dwingt bij mij te blijven.
Als ik je nu zou vragen of je aan het wachten bent, wat zou je dan antwoorden? Ik wil je absoluut nergens toe dwingen. Ga vooral, als je dat wilt. of blijf. mijn voeten zijn maar zo vrij als breekbaar beton, de jouwe zo vrij als menselijke wil. wacht niet. alle ruimte voorbij jouw lichaam, en mij - omdat we hier nu samen zijn-, is een wachtkamer geweest naar dit moment. Dit. Hier. Nu. Jij. Ik. Dat. dat dat dat dat tat tat tat is wat telt.
(9 - vallende sterren) terwijl de kosmos rond ons in stilstand wegtrekt (3 - vliegende frisbees) en het universum haar einde knoopt aan een nieuw begin,(14 - wegtrekkende vogels) druk jij je zijn op de mijne. (68 - struikelende peuters) alles wat gebeurt voorbij jouw hand die zich print op mij is een echo van dit (1-) moment.
Willen dat het ene moment voorbij is zodat het andere kan beginnen. Dat - is wachten. Uitkijken naar de komst van iemand die er niet is. Ook dat - is wachten.
stappen wil je, stilstand geef ik en nu wachten we samen. Ik tik, jij luistert. Dus wil ik je vragen... Ben je aan het wachten?
7 notes
·
View notes
Text
De misantroop die een kanari werd
Deze week las ik een boek* uit dat me dwong tot 'observerend lezen'. Dat gebeurde op twee manieren: voortdurend bleef ik me bewust van de krachtige stijl en ik volgde het hoofdpersonage trouw, maar met een zekere distantie. Ik hield mezelf steeds voor niet te oordelen, niets over te slaan, niets te verdoezelen voor mezelf, gewoon deze man in zijn dagboeken en brieven te volgen vanaf zijn dertiende tot zijn vijfenveertigste.
De schrijver van dat boek is een Joodse jongen en man, die wordt geboren in 1912. Zijn Oosteuropese ouders zijn straatarm en analfabeet en het gezin leeft in een vuile en bedompte kelderwoning in Antwerpen. Na een lange weg, die hem ook in kamp Buchenwald brengt, zal hij uiteindelijk hoogleraar filosofie worden. Gezegend met een hoge intelligentie en een overwoestbare vrijheidsdrang, maar diep getekend door zijn Joods-zijn, zoekt hij zijn weg door het leven, dat bezaaid is met tegengewerkte ambities, bittere frustraties, woede over de stompzinnigheid, de valsheid en de onoprechtheid van zijn medemens. Ik ontmoette een ware misantroop en dat alleen al maakte indruk. Zijn naam is Leopold Flam.
Waar mijn niet-oordelend vermogen vooral op werd getest waren zijn ideeën over vrouwen en zijn verhouding tot tot hen. Een beetje grofweg kun je zeggen dat de overbekende drie-eenheid werd opgevoerd: de vrouw als heilige, hoer en moeder. Ik zal hier zeker geen zinnen citeren die dat illustreren; ze zouden een volkomen vertekend beeld geven van het boek als geheel. Af en toe ontschoot mij wel een zachte kreet van verbijstering, soms was een ironische glimlach voldoende. De twee tegenpolen in zijn leven zijn De Aanbedene (Anna op zijn dertiende, Julia als adolescent, 'Ariël' en 'E' op latere leeftijd) en De Echtgenote (de ooit aanbeden Julia). De aanbeden vrouw is geen object van lust; zij is de vrouw die hem volkomen zal begrijpen, hem zal verlossen van zijn pijn, zijn zorgen en zijn eenzaamheid. De echtgenote houdt hem gevangen, ziet zijn waarde en betekenis niet, dwingt hem tot kleinburgerlijkheid. En toch was ik van begin af aan door deze Leopold Flam geboeid, voelde ik mee met zijn ellende, zijn wanhoop en zijn gefnuikte ambities, ik begreep zelfs zijn arrogantie. Flam is een man die zichzelf totaal uitlevert aan zijn eigen leven; zijn dagboeken zijn er de vrijplaats voor.
Door niet-oordelend te observeren was ik in staat een worstelend mens van nabij te volgen en mee te voelen met zijn pijn. Ik sta mij daar niet op voor, het boek dwong dat bij mij af. In de laatste maand van zijn leven, op zijn 83e, schrijft hij met beverige hand een ontroerend gedicht waaruit alle woede, twijfel en miskenning verdwenen lijken. Verlossing zonder een aanbeden vrouw blijkt alsnog mogelijk:
“Ik vlieg alleen naar de hemel / de grijze winterhemel / die ik met mijn ogen gekleurd heb / ik heet canari / en ik spot met mijzelf / ik heb me van de kooi bevrijd / de menselijke kooi.”
* 'Ik zal alles verdragen, ook mezelf – Dagboeken en brieven' | Leopold Flam | samengesteld door Kristien Hemmerechts en Guido van Wambeke | uitgeverij De Geus 2023
2 notes
·
View notes
Text
DOVDH - p 15 - hoofdstuk 3
vanaf pagina 15 praten de twee entiteiten over een zeker Oswald Brons, geboren in 1921 en Sophia Haken, geboren 1923. Vervolgens verteld een van de entiteiten over het bombarderen over een ziekenhuis in Leiden tijdens de WWII in 1944, waar daar Sophia, Oswald ontmoette. Later kregen ze een dochter,dat daarna met Delius trouwde.
Een van de twee entiteiten vraagt aan de ander om van het begin te beginnen. Het begin dat 14 februari 1967 blijkt te zijn.
Ergens tussen door laat de entiteit weten dat het "het jaar dat ze daar beneden nu hebben" 1985 is. Dus ik neem aan dat het verhaal zal eindigen in dat jaar (theorie).
Op pagina 18 begint het eerste hoofdstuk.
het hoofstuk bevindt zich tijdens een familiefeest in een herenhuis van een meneer genaamd Hendrikus Quist. Vanaf dit hoofdstuk zijn we in de "mensenwereld" waar nu men spreekt over een familie.
De familie praat zoals een familie. Coba, Onno, Diederic, Bob, de moeder, vader en tantes worden voorgesteld. Onno blijkt een grappig, bizar type te zijn, maar wel een interessante. De familie bevindt zich in Den Haag waar er toen een koude, verdrietige winter bevond. Een ene Onno sprak over van alles en nog wat door elkaar. (ik denk dat hij een van de protagonisten is)
Hoofdstuk 2, p 28
Een ene Max was na een avondje uitgaan twee vrouwen tegengekomen, een waarmee hij daarna naar haar huis meeging. Nadat hij terug weg ging, van haar apartement, stapte hij rond in Den Haag, waar hij ineens op een kruispunt een grote man zijn hand zag uitsteken, het was Onno. De twee ontmoeten elkaar en reden samen na overleg richting Amsterdam. de twee spraken en er werd onthuld dat Onno onlangs in de krant zat, door het vertalen van de taal etruskisch, vandaar dat Max hem herkende. Daarna werd er onthuld dat Max sterrenkunde in Leiden studeert. Er is tussen hun een onbegrijpelijke band ontstaan en nu weten we ook wie de "Deluis" was waar de twee entiteiten over spraken: Delius Max.
Hoofdstuk 3, p 37
Onno vertelt, tijdens de rit, hoe hij het etruskisch heft ontcijfert. Daarna spraken ze over sterren en vervolgens over de talen vande wereld. Het was een fascinerend gesprek om te lezen. Daaropvolgend spraken ze over de vader van Onno, Meneer Quist. Blijkbaar was hij oud-premier, waarbij het kabinet-Quist tot de donkerste vier jaar van de menselijke beschaving hoorde. Maar toch was Onno defensief tegenover zijn vader.
Max begon ook over zijn vader en dat pro-duits gezind was en hoe zijn vader en moeder elkaar leerde kennen. De moeder van Max was joods en daardoor wou hij met haar scheiden, maar Eva Delius liet dat niet toe. Daarna had de vader hun adres verraden en hij werd naar een rooms-katholiek college gebracht. Zijn grootouders(moeders kant) waren ondergedoken en werden vervolgens ook verraden door de vader en ze werden vervolgens naar Auschwitz gevoerd waar geen van hen terugkeerde. Max werd in een familie gezet en pas na de oorlog zag hij zijn vader terug in een krantenartikel, dat sprak over zijn executie.
Onno schrok van dit verhaal, maar bekeek Max niet in een ander licht. Hij was alleen verbaasd over hoe hij zo koel over zulke ervaringen sprak. Onno dacht aan zijn eigen moeder en hoe zij vergast werd in een vernietegingskamp en hoe zijn familie in het verzet zat.
Ze bevonden zich in een troostende stilte. Ze leefde mee in elkaars verhalen en vonden een soort troost in mekaar. Daarna begonnen e na een diepe stilte weer te praten en vragen te stellen over elkaar. En of ze kinderen hebben en een vrouw(hebben ze allebei niet). Ze waren ook verrast dat ze even oud waren en op de zelfde dag verwekt waren (Max was 3 weken te vroeg geboren op 6 november en Onno op 27 november). Hierdoor hadden ze een "schok der herkenning". Vervolgens namen ze afscheid en beloofde elkaar weer te bellen.
Dit was een heel boeiend hoofdstuk om te lezen!
3 notes
·
View notes
Text
Misschien maakten mensen ook wel mooie vormen met elkaar, zonder dat ze dat zelf konden zien. Het lag niet voor de hand, maar je kon het niet uitsluiten. Misschien zag het menselijke gewemel er ook wel mooi uit als je er bijvoorbeeld vanuit het perspectief van Onze-Lieve-Heer naar keek, en dat Hij daarom nooit wat deed.
Peter Middelkoop - Jij bent van mij (p.160)
0 notes
Text
Wat? Fries der Lauschenden (1930-1935), Mutter und Kind (1935), Moses (1919) en Das Wiedersehen (1926) door Ernst Barlach
Waar? Ernst Barlach Haus, Hamburg
Wanneer? 8 maart 2024
Het Jenischpark is een 42 hectare groot park in een buitenwijk van Hamburg, gelegen aan de Elbe. Het is 4 graden en dus behoorlijk koud, maar de hemel is onbewolkt en de zonnestralen maken een wandeling in dit park met een aantal oeroude bomen tot een groot genoegen. Behalve van vogeltjes wemelt het in het park op deze nog tamelijk vroege ochtend ook van de honden en hun baasjes. Ik heb de viervoeters niet geteld, maar het waren er zeker meer dan honderd. Ik heb ongeveer alle rassen en kruisingen daartussen zien langskomen. Gelukkig is het park groot en is er ruimte voor zowel de honden als voor een kunstliefhebber die nog een uur moet doorbrengen voor het museum van zijn keuze opengaat.
Want ja, hoe fraai de natuur in het park ook is, het primaire doel van mijn bezoek is natuurlijk cultuur. In het park bevinden zich maar liefst drie musea. Mijn keuze is gevallen op het Ernst Barlach Haus. Ernst Barlach (1870-1938) was een expressionistisch kunstenaar die vooral bekend is geworden voor zijn houten beelden. Daarnaast tekende hij en maakte hij bronzen beelden. De Hamburger fabrikant Hermann F. Reemtsma (1892-1961) raakte diep onder de indruk van zowel de kunstenaar als diens kunst en vanaf 1925 verzamelde hij werk van Barlach. In de Nazi-tijd werd Barlachs werk beschouwd als ‘entartet’ en uit openbare collecties verwijderd. Na de tweede wereldoorlog volgde echter al snel rehabilitatie. In 1961, een jaar na de dood van Reemtsma, werd het Ernst Barlach Haus geopend als museum .
In al het werk van Barlach staat de mens centraal. Het werk is duidelijk gebaseerd op concrete observaties van mensen, maar tegelijk geabstraheerd. De houten beelden zijn verstild. De, zojuist al genoemde, Fries der Lauschenden (Fries der luisteraars) bestaat uit negen menselijke figuren. Het werk werd aangevangen in openbare opdracht. Hij kon het echter niet afmaken omdat zijn kunst inmiddels als ‘ontaard’ werd geclassificeerd. Dat de beeldenreeks toch voltooid werd, is te danken aan Hermann Reemtsma die als privépersoon opdracht gaf het werk te voltooien. Zo kwam de indrukwekkende beeldenrij alsnog gereed en werd op de zondag voor Advent 1935 opgeleverd. Het is nu te zien in het museum in het Jenischpark. De reeks bestaat uit negen eikenhouten figuren: de dromer, de gelovige, de danser, de blinde, de wandelaar, de pelgrim, de gevoelige, de begenadigde en de verwachtende.
Mutter und Kind toont een vrouw met hoofddoek die geknield zit, met op haar schoot een baby. Het kindje slaapt. De moeder kijkt niet naar de kleine. Haar blik lijkt naar binnen gekeerd. Haar gezicht staat zorgelijk. Zie we een Madonna? Het is mogelijk, want religieuze thema’s zijn Barlach niet vreemd. Zie bijvoorbeeld Mozes die met de stenen tafelen in zijn hand staat. En het beeld Das Wiedersehen zou de thuiskomst van de verloren zoon uit de parabel van Jezus kunnen verbeelden. Maar Mutter und Kind zou even gemakkelijk een vluchtelinge kunnen zijn, die met haar kind gestrand is in een vreemd land, zonder perspectief of hoop. Dat maakt het werk van Barlach wellicht zo interessant: het beeldt geen concrete individuen uit, maar menselijke figuren met een universele zeggingskracht.
0 notes
Text
NPS voorstander evenredige ontwikkeling van districten
De Nationale Partij Suriname (NPS) pleit voor de evenredige ontwikkeling van alle tien districten van Suriname. Op vrijdag 2 februari organiseerde de partij een lezing over de ontwikkeling van Para. In de recreatiezaal van Bernharddorp werd inleider Helmut Gezius bijgestaan door panelleden Loyd Read en Jean King. Dit markeerde de eerste NPS-districtsdiscussieavond. De groene partij, die de afgelopen maanden tal van discussieavonden en lezingen in Grun Dyari heeft georganiseerd, zal deze nu in de districten houden om te luisteren naar de problemen en samen met de bewoners oplossingsmodellen zoeken. Socioloog Gezius, docent aan de Anton de Kom Universiteit van Suriname, gaf een uitgebreide analyse over het ontwikkelingsconcept van het district, gebaseerd op ontwikkelingskwaliteit. Hij behandelde socio-politieke organisatiestructuren, sociaal-demografische beelden, kernsectoren van Para, de markante en unieke positie van het district, evenals onderwijs en werkgelegenheid. “Vanuit het perspectief van ontwikkelingskwaliteit is de toegankelijkheid tot rijkdommen cruciaal. Het bevorderen van toegankelijkheid, toereikendheid en kwaliteit van rijkdommen is essentieel om te voorzien in de behoeften van de gemeenschappen in het district”, aldus Gezius. Volgens de socioloog zijn een sterke bestuurskundige leiding, structuurvisie, diversificatie van de districtseconomie, investeringen in menselijk potentieel en verbetering van onderwijsparticipatie belangrijke ingrediënten om de ontwikkeling van Para serieus te nemen. Loyd Read van het Inheems Kollectief Suriname (IKS) ging uitgebreid in op de positie van de Inheemsen, aangezien een groot deel van de Inheemse gemeenschappen van Suriname in het district Para woont. Hij pleit voor beleid gebaseerd op duurzame ontwikkeling voor Inheemse leefgemeenschappen en roept Inheemsen op om geen slachtofferpositie in te nemen, maar hun eigen ontwikkeling ter hand te nemen en op te komen voor hun rechten. Bij het verkrijgen van regeringsverantwoordelijkheid in 2025 streeft de NPS ernaar een substantiële bijdrage te leveren aan de duurzame ontwikkeling van Para. Initieel zal de focus liggen op sectoren zoals toerisme, landbouw, tuinbouw, luchtvaart, industrie, kunst, nijverheid, innovatie, gezondheidszorg en educatieve uitbreiding. Ondernemerschap zal daarbij expliciet worden bevorderd. NPS-voorzitter Gregory Rusland benadrukte dat het nog niet te laat is om het land te behouden voor toekomstige generaties. Hij is ervan overtuigd dat de NPS in staat is Suriname op het juiste pad terug te brengen. Read the full article
1 note
·
View note
Text
In het voortdurend evoluerende rijk van schoonheid en esthetiek zijn haarextensies naar voren gekomen als een transformerend hulpmiddel, waardoor individuen de kans krijgen om te experimenteren met lengte, volume en stijl als nooit tevoren. Als de vraag naar vlekkeloze haarextension curus blijft stijgen, is het beheersen van de kunst van haarextensies een begeerd talent geworden onder kappers en liefhebbers. In deze uitgebreide gids duiken we in de complexiteiten van haarextensie-expertise, waarbij we de technieken, trends en opleidingsprogramma’s verkennen die uitmuntendheid definiëren in de wereld van hairstyling.
De Evolutie van Haarextensies: Een Korte Geschiedenis
De praktijk van het verbeteren van het haar met extensies dateert van eeuwen terug, waarbij vroege beschavingen natuurlijke materialen zoals dierenhaar en plantenvezels gebruikten om primitieve extensies te maken. In de loop der tijd heeft de kunst van haarextensies zich ontwikkeld, waarbij moderne technieken en materialen de manier waarop we hairstyling benaderen hebben gerevolutioneerd. Tegenwoordig bieden tal van verlengingsmethoden – van tape-ins tot fusion bonds – eindeloze mogelijkheden om natuurlijk ogende, langdurige resultaten te bereiken.
Het Begrijpen van de Anatomie van Haarextensies
Voordat we ons verdiepen in de wereld van haarextensie-toepassing, is het essentieel om de fundamentele componenten te begrijpen die deze transformerende accessoires vormen. Haarextensies bestaan doorgaans uit synthetische of menselijke haarstrengen, zorgvuldig vervaardigd om naadloos te mengen met natuurlijke haartexturen en -kleuren. Diverse bevestigingsmethoden, zoals clips, tapes, kralen en bonds, stellen stylisten in staat om extensies aan te passen aan de unieke behoeften en voorkeuren van hun klanten.
De Kunst van Haarextensietoepassing: Technieken en Trends
Van volumineuze wefts tot discrete tape-ins, de kunst van haarextensietoepassing omvat een divers scala aan technieken, elk ontworpen om specifieke esthetische doelen te bereiken. Tape-in haarextension curus bijvoorbeeld, omvatten het bevestigen van vooraf geplakte wefts van haar aan kleine delen van het natuurlijke haar, resulterend in een naadloze, onderhoudsarme look. In tegenstelling hiermee maken fusion bond-extensies gebruik van op keratine gebaseerde lijmen om individuele haarstrengen aan het natuurlijke haar te hechten, wat ongeëvenaarde duurzaamheid en veelzijdigheid biedt.
Naarmate de trends in hairstyling blijven evolueren, doen ook de technieken en innovaties die de haarextensie-industrie vooruit stuwen dat. De afgelopen jaren is er een toename geweest in de vraag naar aanpasbare, met de hand gebonden extensies, die een lichtgewicht, natuurlijk ogend alternatief bieden voor traditionele bevestigingsmethoden. Bovendien hebben verbeteringen in haarextensietechnologie geleid tot de ontwikkeling van hittevrije installatiemethoden, waardoor schade aan het natuurlijke haar wordt geminimaliseerd terwijl de stijl langer behouden blijft.
De Rol van Onderwijs en Training in Haarextensie Expertise
Hoewel de kunst van haarextensietoepassing eenvoudig lijkt, vereist het behalen van vlekkeloze resultaten een combinatie van vaardigheid, techniek en creativiteit. Formeel onderwijs en trainingsprogramma’s spelen daarom een cruciale rol bij het uitrusten van aspirant-kappers met de kennis en expertise die nodig zijn om uit te blinken in het vak van hairstyling. Van gespecialiseerde cursussen in haarextensietoepassing tot uitgebreide certificeringsprogramma’s, onderwijsinstellingen bieden een verscheidenheid aan trajecten voor individuen die hun ambacht willen verfijnen en
Het Kiezen van het Juiste Trainingsprogramma: Factoren om te Overwegen
Bij het selecteren van een haarextensie-trainingsprogramma moeten aspirant-kappers verschillende belangrijke factoren overwegen om ervoor te zorgen dat ze de hoogste kwaliteit onderwijs en ondersteuning ontvangen. Zoek naar programma’s onder leiding van ervaren instructeurs met een bewezen staat van dienst in de hairstylingindustrie. Geef ook prioriteit aan cursussen die hands-on trainingsmogelijkheden bieden, waardoor je je vaardigheden kunt oefenen en verfijnen in een begeleide, real-world omgeving. Uitgebreide curriculumbereik, toegang tot state-of-the-art faciliteiten en nazorgdiensten zijn ook belangrijke overwegingen bij het evalueren van trainingsprogramma’s.
Creativiteit en Innovatie omarmen in Hairstyling
In de kern is hairstyling een dynamische en voortdurend evoluerende kunstvorm, gedreven door creativiteit, innovatie en een passie voor zelfexpressie. Naarmate de grenzen van schoonheid blijven uitbreiden, worden kappers steeds meer uitgedaagd om de grenzen van traditionele technieken te verleggen en nieuwe wegen van artistieke expressie te verkennen. Of het nu gaat om het experimenteren met avant-garde kleurcombinaties, ingewikkelde vlechtpatronen of cutting-edge haarextension curus de wereld van hairstyling biedt eindeloze mogelijkheden voor creativiteit en zelfontdekking.
Het Belang van Juist Onderhoud en Verzorging
Hoewel haarextensies een veelzijdige en transformerende oplossing bieden voor het verbeteren van natuurlijk haar, is juist onderhoud en verzorging essentieel voor het behouden van de integriteit en levensduur van de extensies. Klanten moeten worden voorgelicht over de beste praktijken voor het wassen, stylen en beschermen van hun extensies tegen schade door hitte, wrijving en omgevingsfactoren. Bovendien worden regelmatige onderhoudsafspraken met een gekwalificeerde stylist aanbevolen om ervoor te zorgen dat extensies veilig blijven zitten en vrij blijven van klitten of klitten.
Diversiteit en Inclusiviteit omarmen in Hairstyling
Terwijl de schoonheidsindustrie blijft evolueren, groeit het besef van het belang van diversiteit en inclusiviteit in hairstyling. Van het vieren van natuurlijke haartexturen en culturele kapsels tot het omarmen van een scala aan kleuren, lengtes en stijlen, spelen kappers een cruciale rol bij het empoweren van klanten om hun unieke identiteit te uiten en hun individuele schoonheid te omarmen.
De Toekomst van Haarextensies: Innovatie en Duurzaamheid
Naarmate de technologie en het bewustzijn rond duurzaamheid in de beauty-industrie toenemen, evolueren ook de benaderingen van haarextensies. Er is een groeiende trend naar duurzamere materialen en productieprocessen, waarbij steeds meer merken zich richten op ethisch geproduceerde, milieuvriendelijke extensies. Bovendien worden innovatieve technologieën ontwikkeld om de levensduur van extensies te verlengen en het onderhoud te vereenvoudigen, waardoor zowel de kwaliteit als de duurzaamheid van het product worden verbeterd.
Het Belang van Onderzoek en Educatie
Als het veld van haarextensies blijft evolueren, wordt voortdurend onderzoek en educatie essentieel voor kappers en stylisten om bij te blijven met nieuwe technologieën, trends en technieken. Door zich te engageren met vooraanstaande instituten, het bijwonen van workshops en het actief volgen van de laatste ontwikkelingen in de branche, kunnen professionals hun vaardigheden blijven verfijnen en uitbreiden. Het investeren in voortgezette educatie stelt stylisten in staat om hun klanten de meest innovatieve en hoogwaardige diensten te bieden, terwijl ze tegelijkertijd bijdragen aan de groei en vooruitgang van de hairstylinggemeenschap als geheel.
Conclusie: De Wereld van Haarextensies verkennen
In conclusie biedt de wereld van haarextensies eindeloze mogelijkheden voor creativiteit, innovatie en zelfexpressie. Door de verschillende toepassingstechnieken te begrijpen en de beste praktijken voor onderhoud en verzorging te omarmen, kunnen kappers het volledige potentieel van haarextensies benutten en hun klanten helpen er op hun best uit te zien en zich op hun best te voelen. Terwijl het schoonheidslanschap blijft evolueren, blijft hairstyling een dynamische en voortdurend evoluerende kunstvorm, met eindeloze mogelijkheden voor groei, verkenning en zelfontdekking.
0 notes
Text
Acht jaar geleden deelde ik op Flickr een blog over bloggen.
De blogosfeer als journalistiek laboratorium
Een blog is de meest anarchistische vorm van journalistiek. Alles mag, alles kan. Het web voorziet ruimschoots in voorbeelden.
Het blog (en vlog) als journalistiek laboratorium. Gewone burgers worden veelgelezen journalisten, meestal met specialistische blogs, bijvoorbeeld over de oorlog in Syrie. De mode-industrie betaalt jonge meiden aanzienlijke sommen om fashionblogs in de lucht te houden. Meer nog dan trendwhatchers blijken de tieners voelsprieten te hebben voor de laatste hypes. Zo worden puberende bloggers en vloggers goedbetaalde reporters.
Het blog is de ultieme democratisering van de journalistiek. De neergang van de papieren verslaggever luidde de opkomst van de blogger in. Meestal zonder journalistieke scholing.
Is dat erg? Het resultaat telt.
Ik blog drie jaar. In die tijd was de feedback van lezers belangrijker voor me dan alle gesprekken met psychiaters die ik kende. Mijn blog is mijn psychotherapie. Die is uit het verzekerde pakket gegooid. Alleen een kloek inkomen maakt een psychotherapeut haalbaar.
Mijn blogs luisteren net zo goed als een therapeut. Ze zijn gratis. Ik kan er alles in kwijt wat ik meemaak. Ik kan ze nalezen en er van leren. En zoals gezegd, de reacties van lezers zijn onbetaalbaar.
Ze leerden me dat ik er niet alleen voor sta. Dat het altijd erger kan. Dat pijn, verdriet en verlies in ieders rugzakje huizen.
Dat kreeg ik nou nooit te horen van psychiaters. Wel van ‘gewone’ mensen die de tijd namen mijn stukjes te lezen en te reageren, op Facebook en Ervaringswijzer. Waarvoor dank. Jullie zijn onbetaalbaar voor me.
Tussen mijn 15e en 45ste hield ik een papieren dagboek bij. Ook een soort blog, alleen las niemand het en kreeg ik dus geen feedback. Niet voor niets definieert Wiki een blog als een dagboek op internet. Maar blogs zijn zoveel meer. Het kan een feuilleton zijn. Of een economische analyse. Een ziedende aanval op moderne kunst.
You name it.
Blogs op The Huffington Post leerden me dat Amerikaanse kwaliteitsjournalistiek alive and kicking is. Door GeenStijl kreeg ik psychologisch inzicht in de populist. En Joop mag dan erg politiek-correct zijn; het progressieve blog biedt wel een gewaardeerd podium aan arts Ivan Wolfers en psychiater Bram Bakker, die uitmuntende bijdragen schrijven.
De blogosfeer is de optelsom van alle blogs en onderlinge dwarsverbanden. Hoeveel zouden er dat zijn, in aantallen? Duizelingwekkend veel. Een meme, een idee, kan zich zo razendsnel onder informatiedragers verspreiden. Dat heeft ook nadelen, bijvoorbeeld als het propaganda betreft. Maar toen de Twintowers neergingen op 9/11, hielden bloggers de wereld uit eerste hand op de hoogte. De klassieke persbureaus deden van schrik niets.
Ik geef toe dat de blogosfeer veel voor me goedmaakt op het web. Het geweld. De platte porno. The Dark Web. Voor wie het zien wil, is internet ook een open riolering. Blogs zijn in smurrie drijvende pareltjes. Het ultieme ongecontroleerde podium voor de vrijheid van meningsuiting. Een lofzang op de menselijke polyfonie.
Hoewel het voorkomt dat bloggers zich laten betalen door bijvoorbeeld de farmaceutische industrie, om reclame te maken voor pillen. Daar wreekt zich dat sommige bloggers geen journalistieke principes hebben.
Laat duizend bloemen bloeien, zei Mao. Dus tolereer ik corrupte bloggers die aan branchevervuiling doen.
Zelf werk ik ook zonder eindredacteur. Dus doe ik dat zelf. En heb ik wel eens een blog verwijderd waar ik achteraf gezien niet happy mee was.
Ook voor een blog geldt: je bent zo goed als je laatste stukje.
0 notes
Text
Ontdek de betoverende wereld van zakhorlogemusea
Invoering:
Zakhorloges, met hun tijdloze charme en ingewikkelde vakmanschap, hebben generaties liefhebbers gefascineerd. Een reis door A Zakhorlogemuseum is een stap terug in de tijd en ontrafelt de fascinerende geschiedenis en het kunstenaarschap die in deze miniatuuruurwerken zijn ingekapseld. In dit artikel duiken we in de aantrekkingskracht van zakhorlogemusea, verkennen we hun tentoonstellingen en de verhalen die ze vertellen over een tijdperk waarin tijdwaarneming een mix was van elegantie en precisie.
De geboorte van zakhorloges:
Het zakhorlogemuseum begint zijn verhaal doorgaans met de geboorte van deze draagbare tijdwaarnemers. Vroege zakhorloges, afkomstig uit de 16e eeuw, werden als hanger gedragen of in zakken gedragen, wat een afwijking van grotere klokontwerpen aangeeft. De tentoonstellingen tonen de evolutie van deze uurwerken en benadrukken de overgang van sierlijke en opzichtige ontwerpen uit de barok naar de verfijnde esthetiek van de 18e en 19e eeuw.
Uitstekend vakmanschap:
Een van de belangrijkste trekpleisters van een zakhorlogemuseum is de mogelijkheid om getuige te zijn van het voortreffelijke vakmanschap dat is gebruikt bij het maken van deze miniatuurkunstwerken. Displays kunnen ingewikkeld gegraveerde kasten, delicaat filigraanwerk en geëmailleerde wijzerplaten bevatten die zijn versierd met miniatuurschilderijen. Bezoekers worden meegenomen naar een tijdperk waarin bekwame ambachtslieden elk onderdeel nauwgezet met de hand vervaardigden, met een detailniveau dat zelden wordt gezien in hedendaagse uurwerken.
Horologische innovatie:
Naarmate zakhorloges evolueerden, evolueerden ook de mechanismen erin. Horologische innovaties zoals de ontwikkeling van de balansveer, verbeteringen in echappementmechanismen en de introductie van complicaties zoals chronografen worden onderzocht in de tentoonstellingen van het museum. Bezoekers krijgen inzicht in het technische meesterschap dat nodig is om nauwkeurige en betrouwbare tijdregistratie in zulke compacte afmetingen te creëren.
Historisch belang:
Zakhorloges speelden vaak een cruciale rol in historische gebeurtenissen. Musea kunnen uurwerken tentoonstellen die eigendom zijn van opmerkelijke figuren of die verband houden met belangrijke momenten in de geschiedenis. Of ze nu worden gedragen door ontdekkingsreizigers op gewaagde expedities, gedragen door militaire leiders in de strijd, of begiftigd als symbolen van prestige, deze horloges worden meer dan tijdwaarnemingsapparatuur: ze worden getuigen van het zich ontvouwende drama van de menselijke geschiedenis.
Stijlevolutie:
De tentoonstellingen in een zakhorlogemuseum leiden bezoekers door de veranderende stijlen en ontwerpvoorkeuren die verschillende tijdperken kenmerkten. Van de gedurfde en weelderige ontwerpen uit het 19e-eeuwse Victoriaanse tijdperk tot de strakke en gestroomlijnde esthetiek van de Art Deco-periode: elk zakhorloge weerspiegelt de heersende smaak en culturele invloeden van die tijd.
Verzamelaarsschatten:
Veel zakhorlogemusea beschikken over collecties die zijn geschonken of uitgeleend door gepassioneerde verzamelaars. Deze particuliere liefhebbers verzamelen vaak zeldzame en unieke uurwerken, en hun bijdragen aan musea bieden bezoekers de kans om uitzonderlijke exemplaren te zien die elders misschien niet te vinden zijn. De persoonlijke verhalen achter deze collecties voegen een laagje intimiteit toe en verbinden het publiek met de passie die de wereld van het verzamelen van zakhorloges voedt.
Restauratie- en conserveringsinspanningen:
Het behoud van de delicate schoonheid van antieke zakhorloges vereist nauwgezette restauratie- en conserveringsinspanningen. Sommige musea bieden inzicht in de technieken die worden gebruikt om deze uurwerken in hun oude glorie te herstellen. Bezoekers kunnen getuige zijn van bekwame ambachtslieden aan het werk, die horloges die de tand des tijds hebben doorstaan, nieuw leven inblazen.
Interactieve ervaringen:
Om bezoekers dieper te betrekken, kunnen zakhorlogemusea interactieve ervaringen inbouwen. Hierbij kunt u denken aan demonstraties van technieken voor het maken van horloges, praktische workshops voor het assembleren van eenvoudige uurwerken, of zelfs de kans om zorgvuldig samengestelde replica's van historische zakhorloges te hanteren.
Conclusie:
Een bezoek aan een zakhorlogemuseum is een reis door de gangen van de tijd, waar elk tikje en tikje resoneert met de elegantie van vervlogen tijden. Deze musea tonen niet alleen de technische evolutie van zakhorloges, maar onthullen ook de verhalen en het vakmanschap achter elk stuk. De aantrekkingskracht van deze miniatuuruurwerken blijft boeien en herinnert ons eraan dat zelfs in ons digitale tijdperk de charme van een zakhorloge blijft bestaan als symbool van verfijnde elegantie en tijdloos vakmanschap. Bezoek hier Zakhorlogemuseum voor meer informatie
#Watch Museum#Pocket Watch Museum#Antique Watch Museums#Antique Pocket Watch#Vintage Pocket Watches#Old Pocket Watches#Vintage Pocket Watch#Antique Pocket Watches#Verge Pocket Watches#Fusee Pocket Watches
0 notes
Text
DE FABELS VAN ANUTOSH IN ONGERIJMD BEELDRIJM
Het is als begeef ik mij in een onwerkelijke wereld. Een surrealistisch universum. Een omgeving die er niet echt is, maar enkel bestaat in het hoofd van de kunstenaar. Daar strekt het zich uit tot de einder, van de temporaal- tot de occipitaalkwab, van hier tot elders, daar tot ginder, de hele uitgestrektheid van de primaire virtuele cortex. Met zijn weergave daarvan, zijn gedachte beeld voor ogen – met als resultaat de tekeningen die nu aan mij voorliggen in de publicatie “Schaduw / Shadow”, probeert Anutosh deze overdenkingen in mij te spiegelen. Zodat deze ook deel van mij uit maken. Daardoor kan ik de beschouwer zijn van ontmoetingen in vorm en beeld, reflecteren op daaruit ontstane afbeeldingen. In het platte vlak het treffen van mens en dier, een metafoor voor techniek en natuur, ratio en emotie, verstand en gevoel. Het bewuste en onderbewuste vormen dan samen een voorstelling, een begrip. Dat kunnen begrijpen en dat laten voorstellen is het beeld dat zich vormt tussen denkbeeld en resultaat, tussen hoofd en papier: het krijt, het potlood in de vingers van Anutosh´ hand. De vuist die werktuig is van de gedachte. Het versmelten van bestaande beelden en bedachte vormen tot mythische wezens. Fabeldieren uit de mythologie. Dieren met menselijke trekken. Mensen die zich dier voelen.
De fabel van Anutosh schijnt een vredige wereld waaruit mij door hem details worden voorgeschoteld. Want ik krijg niet het grote geheel te zien zoals hij dat achter zijn ogen ziet. Mens in dier, dier door mens, doemen op uit het wit van het papier. Korte vertellingen in een enkel moment. Wel genomen uit een samenleving met haken en ogen, met scherpe kantjes en prikkelende aspecten. Een afspiegeling van de werkelijke wereld of althans een spiegel aan de wand waarin de omgeving zichzelf beschouwd. Niets menselijks is het dier zich vreemd. De mensen gedragen zich als beesten. Het lijken wel beelden gelezen in die trilogie van en over de ring. Of de voorstellingen die in Johannes opkwamen tijdens zijn openbaringen. Het zijn wel nare denkbeelden, sombere overdenkingen, akelige filosofieën. Maar het kunnen tevens heel tedere inzichten zijn, kwetsbare gedachten, toegenegen benaderingen.
Ook in de werkwijze komt de kunstenaar zichzelf tegen, ontmoet zijn speelse ego de serieuze persoonlijkheid. Zijn eigenheid is doordacht en tevens spontaan. Hij werkt nauwgezet met oog voor het detail, kunstzinnig en accuraat, maar kan ook korzelig en ongeremd zijn. Het gebruik van krijt in combinatie met potlood verbeeldt die tegengestelde karakters. Verfijnd in de potloodlijnen en speels op de vlakken met krijt. Een onbevangen twee-eenheid dat een derde dimensie krijgt met de inbreng van olijfgroen. En de werken lijken het stadium van schets niet te zijn ontgroeid. De tekeningen lijken onaf, maar juist dat aspect geeft ruimte om als beschouwer in de voorstelling binnen te treden. Ik kan lijnen doortrekken en vlakken inkleuren. Ik kan denkbeeldig de kunstenaar uithangen, hem in de tekening afmaken.
Ergens in het boek lees ik dat Anutosh een fanatiek duiker is en dat het leven in de onderwaterwereld hem fascineert. “Het kleurveranderen van een octopus, het waaien van zacht koraal in de stroming of een school vissen die eruit ziet als een lopende man… wat bezielt die dieren toch?” Het inspireert de kunstenaar om dat zijn te implementeren in het bestaan aan land. Hij heeft het onwezenlijke, de onwereldse aard van beneden de zeespiegel boven water gehaald. Er zijn legendarische wezens ontstaan, mythische figuraties. Lege ogen vol van inzicht staren mij aan vanaf de vellen. Die ogen steken, prikkelen de zintuigen, mijn zijn. Wat wil de kunstenaar mij vertellen, wat is zijn boodschap? Ik lees in de tekstuele bijdrage van Mischa Andriessen: “Wie een tweede keer kijkt, ziet meteen dat Anutosh’ beeldtaal helemaal niet onmiddellijk te doorgronden is, dat vrijwel elke tekening op zijn minst een ongerijmdheid bevat, iets dat niet ogenblikkelijk te verklaren is en zich ook niet oplossen laat.”
Hoewel open en toegankelijk getekend, blijft het werk duister en mysterieus. Zoals de kunstenaar het zeeleven boven water haalt, zo duikt hij mythologieën uit het verleden op. Niet om deze te duiden, maar te tonen dat er meer is tussen hemel en aarde, tussen waterspiegel en zeebodem. In dat verhaal kan de beschouwer zichzelf vinden. Kruist de blik mijn inzicht en raak ik verward door het ongerijmde beeldrijm. Het maakt me onzeker; waar leidt deze voorstelling heen. De kunstenaar vertelt meer tussen de getekende vlakken op het onbevlekte papier, zoals bij een schrijver meer valt te lezen tussen de regels door. De niet afgebeelde vorm, de ongeschreven tekst, geeft commentaar op wat zichtbaar is. Het gevoel bij zegt meer dan het zicht op de tekeningen.
Intuïtief tekent Anutosh zijn gedachten uit, schrijft zijn denkbeelden in beeldtaal op. Maar daarbij laat hij altijd de rede meespreken, want onberedeneerd en gevoelsmatig loopt het werk uit de hand en gaat het ongecontroleerd zelf een weg. De kunstenaar moet het eigen werk de baas blijven anders gaan de vormen vormen aannemen die niet bedoeld zijn. Maar soms is de ratio niet te beredeneren, sluiten de ogen en geeft de gedachte vrije ruimte om te beelden. Wordt de blik daarna scherp dan kan het raadsel verklaart zijn in toegevoegde lijnen en vlakken. Dit balanceren tussen figuratie en abstract, tussen werkelijk en bedacht, wordt Anutosh bewust in meditatie - om voor een stil moment in te checken bij zichzelf. En in de ware waarheid van het Boeddhisme. In zijn dankwoord benoemt hij dat: “Naropa en de sangha van naropa voor de diepe stilte: de impact daarvan gaat zo ver voorbij de woorden”. Het is daarom dat ik als westers mens in een christelijke cultuur niet altijd even goed de lijnen kan volgen die Anutosh trekt, de vlakken die hij inkleurt kan verklaren. Maar hij pakt mij bij de hand en stuurt mijn ogen de juiste richting in, waar ik tussen de beelden in de stilte mijn gedachten kan ordenen.
ANUTOSH – Schaduw / Shadow. Tekeningen. Tekst: Mischa Andriessen, Anutosh. Uitgave Van Spijk Art Books, 2024.
1 note
·
View note
Text
Voor Iedere Dag | Ochtend Overdenking Heere, sla acht op hun bedreigingen en geef Uw dienstknechten met alle vrijmoedigheid Uw Woord te spreken, doordat U Uw hand uitstrekt tot genezing en er tekenen en wonderen gebeuren door de Naam van Uw heilig Kind Jezus. (Handelingen 4:29—30) Lees verder Lukas 2:1—20. Laten we ons verwonderen over Zijn neerbuiging. Het is het grootste wonder wat we ooit gehoord of gelezen hebben, “het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond” (Johannes 1:14). Dat God een schepsel zou maken uit het niets is zeker al een wonderlijke manifestatie van kracht. Maar dat God in Zijn eigen schepping zou treden en het innig zou verenigen met Zijn eigen natuur, dat is de vreemdste van alle daden van neerbuigende liefde. Inderdaad, zo wonderlijk is het dat we in alle heidense mythologieën gevallen vinden van dat goden verschijnen in de gedaante van een mens — hoewel ze wel voorgesteld werden als vreemde wezens. Toch vinden we nooit iets als de mystieke verbinding tussen de twee naturen van Christus. Menselijke wijsheid op haar meest gelukkige momenten is nooit tot iets gestegen als de gedachte dat de Godheid de mannelijkheid zou omhelzen opdat de mensen verlost zouden worden. Voor jou en mij ligt het wonder in het motief dat voor de menswording zorgde. Wat een ongeëvenaarde, onbeschrijfelijke en onuitsprekelijke liefde is dit, dat Christus de heerlijkheid van de Vader verliet, dat Hij een mens werd zoals wij, om te lijden, te bloeden en te sterven! Hij werd gezien door de engelen zegt de Apostel, dat was een groot wonder want de engelen hadden Hem voor Zijn troon aanbeden, maar hun geschapen ogen konden het niet verdragen om naar de helderheid van Zijn persoon te kijken. Ze bedekten hun gezicht met hun vleugels terwijl ze riepen: “Heilig! Heilig! Heilig!” Maar nu zagen de engelen de Zoon van God, liggend in een kribbe! De Heere van alles, worstelend met een gevallen geest in de woestijn! De Vredevorst hangend aan het kruis op Golgotha. Ter overdenking Overdenk het wonder van Christus in het vlees. Het onbegrijpelijke is mens geworden (Wesley). In Zijn vlees werd Zijn Godheid gezien (Johannes 1:14). In Zijn vlees stierf Hij (Romeinen 8:3; 1 Petrus 2:24; 4:1). En in Zijn vlees was de verlossing verzekerd voor gelovige zondaren (Kolossenzen 1:21—22; Hebreeën 2:14—15; 1 Petrus 3:18).
0 notes
Text
'Wie zijn jouw favoriete mensen?' ... autisme en moeilijke vragen
Foto van William Daigneault op Unsplash In de wirwar van menselijke relaties en emoties is er een vraag die ik vaak moeilijk vind om te beantwoorden. Het zijn soms vragen die zo eenvoudig zijn in hun structuur, maar een doolhof openen van introspectie en zelfreflectie. Sommige van die vragen vind ik haast onmogelijk om te beantwoorden. Het zou voor de hand liggen dat ik ze ontwijk, dat ik er…
View On WordPress
0 notes
Text
Harde open brieven van Belgische Joodse Gemeenschap aan katholieke Bisschop van België
Dit is één open brief, we hebben hem gecopieerd this way you can read it when you are using another language :) "Johan Bonny schrijft dat hij niet langer kan zwijgen over Gaza tegen zijn joodse vrienden (DS 9 november). Even lijkt het alsof hij zijn afschuw wil uiten over het geweld in Gaza. Dat hij dat verschrikkelijk vindt, zal niemand hem verwijten. Maar dan blijkt dat hij iets heel anders op het oog heeft dan de humanitaire crisis in Gaza en het onderliggende politiek-militaire conflict tussen Israël en Hamas. Hij heeft het niet over politiek maar over godsdienst. En meer bepaald over hoe joden en christenen van elkaar verschillen. In zijn visie is het jodendom een nauwe, uitsluitende godsdienst, een godsdienst van ‘gewelddadige recuperatie en militaire uitbreiding’. Daartegenover zet hij het christendom als godsdienst ‘van Gods liefde en Gods redding’ met als kern ‘de universaliteit van het heil’. De bisschop van Antwerpen schrijft dus dat het conflict tussen Israëli’s en Palestijnen te wijten is aan het jodendom zelf. Zo beweert hij dat joden en Israëli’s (een onderscheid dat hij niet maakt) op genocide uit zijn: ‘De kinderen moeten dood. De jongeren moeten weg. (…) En na Gaza zal de Westelijke Jordaanoever volgen.’ Meer nog, blijkbaar zijn de Joden zo genocidair dat ze zaten te wachten op een ‘ideaal alibi’ en dat op 7 oktober vonden in de martelingen, verminkingen, massaverkrachtingen en de moedwillig wrede moorden op meer dan duizend Israëlische bejaarden, kinderen, vrouwen en mannen (waar hij eufemistisch naar verwijst als een ‘voorspelbare ontploffing’). Die formulering is obsceen, en het is moeilijk te begrijpen dat iemand die zó over joden denkt, überhaupt joodse vrienden wil. Aanzienlijke schade Een reactie is hier dus wel op zijn plaats. Bonny getuigt om te beginnen van weinig kennis over het jodendom. De joodse traditie heeft nooit nood gehad aan de dood en verrijzenis van Christus om te beseffen dat ‘de God van Israël de vader is van alle mensen’. De universaliteit van de menselijke waarde vanuit de schepping van de mens in Gods evenbeeld behoort tot de oudste joodse leerstellingen, eeuwen ouder dan het christendom. Ja, de joodse traditie denkt anders over de verhouding van universaliteit en particulariteit dan christelijke tradities doorgaans doen. Daar zitten we inderdaad niet op hetzelfde spoor. In de joodse traditie ligt het gehele mysterie van het mens-zijn in het feit dat we als mens allemaal verbonden zijn en toch van elkaar verschillen. Het is deels daarom dat joden niet eeuwenlang in naam van de ‘universaliteit van het heil’ hebben geprobeerd iedereen op aarde, van andersgelovigen tot gekoloniseerde volkeren, goedschiks of kwaadschiks, te vuur en te zwaard, te bekeren. In enkele alinea’s berokkent Bonny aanzienlijke schade aan ruim zestig jaar joods-christelijke dialoog en verzoening. Hij gebruikt tal van clichés uit de lange geschiedenis van christelijk anti-judaïsme: ‘de joden’ die door hun weigering Christus te erkennen verblind zijn en de eigen teksten onjuist interpreteren, ‘de joden’ die hun verbond met God verloren hebben nu de christenen de ware universele draagwijdte van dat verbond begrijpen, ‘de Joden’ met hun materiële wetten versus de spirituele liefde van de christenen, ‘de Joden’ die wachten op het juiste moment om kinderen te vermoorden. Christelijke jodenhaat Sinds het Tweede Vaticaanse Concilie heeft de rooms-katholieke kerk die bladzijde radicaal omgeslagen. Nostra Aetate (1965) is het begin geweest van een vruchtbare dialoog waarin joden en rooms-katholieken hebben samengewerkt om vooroordelen over elkaar te overstijgen en elkaar niet langer te demoniseren. Bonny wijst die dialoog kennelijk van de hand. Het is kwalijk, onverantwoordelijk en zelfs gevaarlijk hoe hij op een moment dat antisemitisme wereldwijd hoogtij viert, de oude registers van begraven christelijke jodenhaat weer bovenhaalt. Niemand heeft hem gevraagd te zwijgen. Maar alle goedmenende joden en christenen hadden van hem verwacht dat hij niet zou vervallen in een theologie van demonisering en collectieve schuld die joden alhier in België nog meer in gevaar brengt.Medeondertekend door Vivian Liska (Instituut voor Joodse Studies, Universiteit Antwerpen) en Theodor Dunkelgrün (Departement Geschiedenis, Universiteit Antwerpen)." Read the full article
0 notes