Tumgik
#eigen uitgave
devosopmaandag · 10 months
Text
Blanche Madeleine Dumenil en Souw Han Nio – Een vrouw, en nog een vrouw
In het boek over haar moeder* schrijft Annie Ernaux: “Mijn project is van literaire aard omdat het erom gaat een waarheid over mijn moeder te achterhalen die slechts met woorden gevonden kan worden. [–] Maar op een bepaalde manier wens ik onder het niveau van de literatuur te blijven.” Eerder schrijft ze dat ze niet alleen de vrouw van haar eigen verbeelding wil vinden, maar ook de vrouw die buiten haar bestaan heeft.
Blanche Madeleine Dumenil werd geboren als kind van een thuisweefster en een voerman op een boerderij. Op haar twaalfde ging ze werken in de margarinefabriek. Acht jaar later zou ze trouwen met een man die in de touwfabriek werkte. “Het was dus zaak een man te herkennen die in staat was 'een vrouw gelukkig te maken'.”
Voor mijn moeder viel er niets te herkennen. Een veel oudere man betaalde het gezin waar mijn moeder opgroeide een flink bedrag en vond zo een nieuwe bruid. Zij was Chinees, eerstgeborene en weggedaan door haar ouders. Hij werd haar eerste echtgenoot. Ernaux schrijft dat voor een vrouw als haar moeder in haar tijd en omstandigheid het huwelijk leven of dood betekende, een beter leven of de definitieve val. En zo worden een fabrieksmeisje in Noordwest Frankrijk en een Chinees, analfabeet meisje op Java verbonden door het eeuwenoude lot van de vrouw.
'Een literair project beginnen en toch onder het niveau van de literatuur blijven', drukt precies het zorgvuldige evenwicht uit waardoor ik zo geraakt raak tijdens het lezen. De precisie waarmee zij schrijft, tussen bijna vertedering en weerzin, tussen een zekere intimiteit en distantie, maken deze kleine 'roman' tot een ontroerend eerbetoon aan haar moeder.
Hoe zou ik, net als Ernaux de enige dochter, hier binnen 500 woorden (een literaire, zelf opgelegde regel) recht kunnen doen aan mijn moeder, aan dat duizelingwekkende leven van haar. Zij droeg het met waardigheid en zelfbewustzijn. Ze gebruikte daar niet de middelen voor die mij toebedeeld zijn: het woord, intellectuele kennis, ontmoetingen met werelden ver buiten die van mijn herkomst. Zij deed dat met innerlijke krachten die ook haar toebedeeld waren, vooral door het leven zelf.
“Mijn moeder, die geboren is in een onderdrukt milieu waaruit zij zich los wilde maken, moest eerst geschiedenis worden opdat ik mij minder alleen en kunstmatig voel in de overheersende wereld van woorden en ideeën waarin ik, naar haar wens, ben overgestapt”, zijn bijna de laatste woorden uit Ernaux's roman. Ik prijs mij gelukkig dat ik altijd mijn moeder naast mij hebt gevoeld, ondanks de wereld van woorden en ideeën die de mijne waren.
Daar staat ze, gebogen over een van de vier hekken van het asstrooiveld dat ik ontwierp. 'Er is geen terug, en er is geen blijven en geen verder', staat er op het hek. Het zijn de woorden van J.C. van Schagen. Acht jaar later zouden we er haar as uitstrooien. Ze besloot op haar negentigse niet naast mijn vader begraven te worden maar uitgestrooid te worden op het veld van haar dochter.
* 'Een vrouw' | Annie Ernaux | vertaling Geerten Meijsing | uitgeverij De Arbeiderspers | oorspronkelijke Franse uitgave 1987 | oorspronkelijke Nederlandse vertaling 1992
3 notes · View notes
jurjenkvanderhoek · 1 year
Text
HANNEKE FRANCKEN TEKENT ZICH EEN NIEUWE WERELD
Tumblr media
In haar mysterieuze tekeningen voegt Hanneke Francken ongelijksoortige zaken samen zodat er nieuwe samenstellingen ontstaan. Het lijken verschillende onderdelen uit de natuur te zijn, samengebracht als een collage. Geknipt en geplakt. Landschapselementen die nooit met elkaar in samenhang waren of ooit hadden kunnen zijn. Francken verstrengelt deze, vlecht aaneen en weeft ineen. Er ontstaan nieuwe werelden, andere omgevingen. Het boek “Intertwine”, een uitgave in eigen beheer met teksten van Arno Kramer, Diana Wind en Patty Wageman, is een kaartenmap om die werelden gewaar te worden. Een reisgids om ontdekkingen te doen. In de getoonde tekeningen kan ik zoeken en vinden, kijken en zien. Er is echter niets verborgen, alles is helder en klaar in beeld gebracht. Het is een positieve wirwar, waarbij de ogen de kost krijgen. Hongerig sla ik het boek open en laaf mij aan deze overvloed aan lijnen, vlakken en kleuren.
Hanneke Francken heeft de natuur als inspiratiebron, als basis voor haar werk, als uitvalsbasis om te scheppen. Want dat is wat ze doet, scheppen. Onwezenlijke omgevingen bestaansrecht geven. Nieuwe natuur creëren. Niet voor handen zijnde samenstellingen grijpbaar maken. Alle elementen die existeren samenbrengen en er een vernieuwd inzicht mee tekenen. Als het ware de natuur ofwel de zichtbare werkelijkheid recyclen. Hergebruiken in een ander beeldend leven. De reïncarnatie van de oorspronkelijkheid.
Tumblr media
Met de natuur als uitgangspunt neemt Francken geen genoegen alleen de werkelijkheid te reproduceren, na te maken, in beeld te brengen. Ze streeft geen perfecte nabootsing van de wereld om zich heen na. “Zij tekent als het ware een ander leven in het werk”, lees ik in de inleidende tekst van tekenaar, curator en dichter Arno Kramer. “Zij speelt op een evidente manier met drama, met het bovennatuurlijke en misschien met het esoterische en religieuze, zonder larmoyant te worden.” Het boek toont ouder werk en meer recente tekeningen van Hanneke Francken. De vroege werken hebben nog de mens in alle oorspronkelijke naaktheid als onderwerp. De menselijke figuur wringt zich in alle bochten om zich te verwonderen over de natuur. Niet om er de baas over te spelen, maar één te zijn met en er opgaan in. Tekeningen waarin kleurpotloden in de doos blijven, in grijzen is de werkelijkheid eer aan gedaan.
Dan in het weergeven van gestorven dieren komt er kleur in de flora rond de fauna. Door de bloemen en planten levend te kleuren is de fazant en is het konijn echt levenloos. Zo dood als een pier. Tekeningen die qua onderwerp niet oogstrelend zijn, echter de manier waarop Francken deze dode werkelijkheid tot leven brengt is onnavolgbaar. De ondergrond is nog helder wit, het wit van de drager. Maar dan krijgt ook het papier kleur en stap ik echt een andere wereld binnen. De harde realiteit wordt ingewisseld voor een onwezenlijke zachtheid. Het onderwerp is nog even meelijwekkend, maar gevat in een legendarische onderwereld. Legendarisch als in fabelachtig, wonderlijk en verbazingwekkend. De onderwereld omdat het beeld duister is, geheimzinnig en onverklaarbaar.
Tumblr media
Hanneke Francken maakt cryptische tekeningen. De waarheid verbergt zich in raadselachtige samenstellingen. Want de dierfiguren gaan zich min of meer verbergen in de vegetatie. “Zij gaan soms op in de duizeligmakende hoeveelheid lijnen en het is de vraag of er nog een voorgrond en een achtergrond bestaan”, schrijft Arno Kramer. “De lijnen zijn zo gevarieerd en zo gevoelig en ook intuïtief getekend, dat ze nooit van te voren zo bedacht kunnen zijn.” En Kramer besluit zijn betoog met “De tekeningen van Hanneke Francken hoeven niet begrepen te worden, ze moeten beleefd worden, je kunt er in dwalen, je kunt er zelfs in verdwijnen.” En inderdaad raak ik mezelf kwijt in de meest recente, intertwine, composities. Denk ik een rotspartij met mos begroeid te zien, kan zich daar zomaar een vogelbeest uit los maken. Meerdere keren moet ik mijn blik over het getekende laten gaan, mijn ogen goed de kost geven in en aan de voorgeschotelde composities, om de ware aard ervan te doorzien.
Francken fantaseert vanuit de werkelijkheid cellen, organismen, gevogelte, wild en vegetatie. Zoals de schepper de aarde construeerde. Het afpellen van de werkelijkheid, noemt directeur Stichting Oude Groninger Kerken Patty Wageman dat. Tot je op dat deel van de evolutie stuit waar het allemaal begon. “Op zoek naar de oorsprong om er vervolgens een nieuw begin aan toe te voegen.” Door mythologie, natuur, evolutie en eeuwigheid vloeien dieren en planten tot onwerkelijke sferen samen. In deze werken doet zich veel voor, er staat van alles te gebeuren. Iedere vierkante centimeter is benut om de beschouwer te dwingen geconcentreerd te kijken. De aandacht te vestigen op de dynamiek van de slingerende lijnen en de in elkaar grijpende elementen. De natuur heeft de overhand in de tekeningen. Knoestige bomen, bebladerd geschubde stammen, sprietende takken, een bast als een prentenboek. Daaromheen verwaaien twijgen en loof, de blik laat zich stroomlijnen in deze wildernis. Werken waarin Francken zich zichtbaar zorgen maakt over de toekomst van ons bestaan. “Zij beweegt zich in haar werk tussen wat vanzelfsprekend was, de levenscyclus”, schrijft curator hedendaagse kunst Museum Rijswijk Diana Wind, “naar nieuwe mogelijkheden, microben en andere eencellige wezens, tot geen invulling weten van wat gaat komen, de lege plekken in haar tekeningen.”
Tumblr media
“Het is een weelderig en bewegend spel van kleur en lijn dat als resultaat een attractieve manifestatie heeft. Begeeft de blik zich op korte afstand langs de getrokken lijnen, de afgebakende velden, dan merk ik tussen de veelvormige vegetatie weleens een addertje onder het gras, kijk ik niet zelden de kat uit de boom en vind ik soms een vreemde eend in de bijt. Kortom er beweegt zich meer tussen deze hemel en aarde van Hanneke Francken”, schreef ik geboeid door haar werk bij de tentoonstelling Synthese vorig jaar in Galerie Getekend in Heerenveen.
Gefascineerd door de cyclus van het leven laat Francken een nieuwe wereld ontstaan in haar werken. Ze illustreert haar fascinatie in een rijke schepping van samenvloeiende planten en dieren, met incidenteel in de achtergrond een teken van menselijke activiteit. Maar vooral draait het in haar werk om die eerste dagen van het scheppingsverhaal, om het creëren van een synthese van waaruit nieuw leven ontstaat. Het nieuwe landschap is een visioen, een voorspelling van een apocalyptische toekomst, een nieuw begin.
“Tekenen is voor Hanneke Francken een manier om beeldend te schrijven”, schrijft Patty Wageman. “Een tekening moet in haar ogen bruisen, energie uitstralen en beweging laten zien. Het moet dynamisch zijn en het statische van het vlak overstijgen. (…) Met haar cycli probeert ze de kijker bewust te maken van de wereld om ons heen, van wat de aarde met ons doet en wij met de aarde.”
Tumblr media
De in het boek opgenomen en door de tekeningen gestrooide gedichten zijn even mysterieus als de tekeningen dat in eerste beschouwing zijn. De beelden vergen het om lang naar te kijken, erin te duiken als het ware. De poëzie heeft een lange adem nodig om de woorden te laten indalen. Ik citeer: “Onder golven duiken - Niemand weet als niemand ziet het gezicht wat in het grafiet verdwijnt. / In de weerspiegeling is zij niet opgehouden met bestaan / slechts klanken die terugkeren, soms in wankel evenwicht. / / Als je schrijft: dat er geen ik meer is, of niet meer dezelfde ik, / legt zij afstanden af, zodat het oog niet went aan de verdwijning.”
Intertwine. Tekeningen en gedichten Hanneke Francken. Teksten Arno Kramer, Diana Wind, Patty Wageman. Oplage 150 exemplaren. Uitgave in eigen beheer, oktober 2022.
2 notes · View notes
levisgeekstuff · 1 year
Text
Iron Man
Door het succes van de films uit het Marvel Cinematic Universe is het vandaag de dag nauwelijks denkbaar, maar Iron Man is lange tijd slechts een B-figuur geweest in de comicwereld. Dat is te merken aan het geringe aantal uitgaven van de man van staal in het Nederlands…
Tumblr media
Vroege start
Nochtans was Tony Stark er wel vroeg bij in de Lage Landen. Al in 1969 maakt hij zijn opwachting in de legendarische HIP Classics reeks. Daarin wist hij slechts drie deeltjes te vullen, maar toch kreeg hij van uitgeverij Classics de kans met een eigen serie. Voor die eigen series telden ze het aantal nummers dat helden in HIP hadden gekregen en van daar nummerden ze dan verder. Zo is het eerste ‘eigen’ nummer van ‘Ijzerman’ nummer 4 uit 1971. Helaas voor Tony Stark bleef het daar ook bij. 
Tumblr media
Staalman
Pas in 1983 zouden we Iron Man terugzien onder eigen naam. In de reeksen Marvel Special en Marvel Superhelden probeerde uitgeverij Juniorpress allerlei minder bekende helden uit. Zo kregen ze een beeld van welke personages populair zijn bij het publiek en dus mogelijk een eigen serie verdienen. Ook Iron Man kreeg er zijn kans. Zijn vertaling was intussen trouwens aangepast van Ijzerman naar Staalman.
Tumblr media
Helaas bleken deze geen groot succes en zouden we Iron Man buiten enkele (gast-)optredens in andere reeksen zoals de Vergelders niet snel terugzien bij Juniorpress. Wel een bijzondere vermelding waard voor die gastoptredens is Spiderman Extra 17 uit 1987. Daarin krijgen we voor het eerst 'de Iron Man uit de toekomst' te zien.
Tumblr media Tumblr media
Heroes Reborn
In 1997 kreeg Iron Man nog eens een eigen uitgave in Marvel Superhelden. Na de ‘Onslaught’ saga hadden een aantal klassieke Marvel-titels onder de noemer ‘Heroes Reborn’ een herstart gekregen met aan het roer grote namen uit de comicwereld. Zo schreef Jim Lee mee aan deze nieuwe Iron Man reeks. Het tekenwerk was helaas niet van zijn hand, wel van Whilce Portacio.
Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Marvel Cinematic Universe
In 2008 was Juniorpress de rechten op Marvel intussen verloren aan Z-Press. Die laatste zette de lopende Spiderman en X-Mannen (nu wel als X-Men) titels verder, maar probeerde daarnaast enkele beperkte nieuwe zaken. 
Eén van die nieuwigheden was de Iron Man Special op magazineformaat. Geen onlogische keuze, want de film Iron Man met Robert Downey Jr liep intussen in de bioscoop. In het magazine werd naast enkele strips dan ook hard ingespeeld op het succes van de film. 
Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Standaard
Zoals je merkt, moest Iron Man het tot nu toe vooral hebben van losse uitgaven en probeersels in overkoepelende titels. Daar zou in 2015 verandering in komen. Standaard Uitgeverij (bekend van Suske & Wiske) had de rechten op Marvel Comics bemachtigd en lanceerde een groot superhelden offensief. Er werden een heleboel nieuwe lopende series gestart met materiaal uit de grote Marvel Now reboot van de Amerikaanse uitgever. Ook Iron Man was dit keer bij de gelukkigen met een eigen titel. De run van schrijver Kieron Gillen en tekenaar Greg Land werd mooi uitgegeven in 9 delen.
Tumblr media
In de supermarkt
De meest recente ‘eigen’ Iron Man titel komt uit 2021. Supermarktketen Carrefour lanceerde dat jaar in samenwerking met uitgever Panini een reeks bundels rond verschillende Marvel-helden. Daarin stonden verschillende verhalen uit de jaren 2000. Ook Iron Man kreeg een deeltje op zijn naam, met daarin oa. het geweldige ‘Extremis’ door Warren Ellis (!) en Adi Granov. Een aanrader! 🙌
Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Gastoptredens
Iron Man moet het dus stellen met een zeer beperkt aantal eigen titels, maar zoals gezegd maakte hij wél zeer regelmatig zijn opwachting in andere titels. Daarin is de rol van Tony Stark soms ook best groot. Denk maar aan Civil War, waar hij samen met Captain America de centrale figuur is. 
Tumblr media
4 notes · View notes
cryptogids · 2 months
Text
Creëer Een Onvergetelijke Tijdschrift Omslag met Canva 
Tumblr media
Maak Een Onvergetelijke Tijdschrift Omslag met Canva In de huidige digitale wereld blijft een tijdschrift omslag een symbool van prestige en professionaliteit. Op de cover staan betekent dat je een stempel op je sector hebt gedrukt. De omslag is een blikvanger die het verhaal van het hoofdartikel vertelt en de inhoud van de uitgave samenbrengt. Ontdek Canvas Omslag Sjablonen Canva biedt een uitgebreide collectie sjablonen voor tijdschrift omslagen, perfect voor elke niche. Of je nu een ervaren hoofdredacteur bent of net begint, onze gebruiksvriendelijke tools maken het eenvoudig om sjablonen aan te passen aan je eigen stijl. Zo ga je aan de slag: - Start met Canva:Open Canva en meld je aan of registreer met je e-mail, Google- of Facebook-account. Zoek naar "Tijdschrift Omslagen" om je ontwerp avontuur te beginnen. - Vind de Perfecte Sjabloon:Kies uit sjablonen voor thema's zoals eten, reizen, mode, en sport. Gebruik filters op basis van stijl en thema om het ontwerp te vinden dat bij jouw visie past. - Personaliseer je Omslag:Pas tekstvakken, kleuren en typografie aan om je omslag uniek te maken. Slechts een paar klikken en je hebt een ontwerp dat echt van jou is. - Experimenteer met Functies:Gebruik Canvas mediabibliotheek met miljoenen gratis en premium stockfoto’s, illustraties en vectoren. Pas foto's aan met filters en bewerkingsopties voor een professioneel resultaat. - Publiceer en Deel:Tevreden met je ontwerp? Download je omslag als PNG, JPG, of PDF. Deel het op social media om je publiek te betrekken! Bespaar Tijd en Creëer Meer Inhoud Met Canvas sjablonen heb je meer tijd voor zowel de inhoud als het ontwerp van je tijdschrift. Werk aan projecten voor school, je bedrijf of specifieke thema's zoals mode of sport. Dankzij de sleep-en-neerzet functie kun je elk ontwerp eenvoudig personaliseren. Voeg Een Persoonlijke Touch Toe Het visuele aspect van een tijdschrift is cruciaal. Voeg je eigen foto’s toe als blikvangers op je omslag. Ga naar ��Uploads’ in de editor, voeg je afbeeldingen toe, of sleep ze vanaf je desktop. Samenwerken voor het Beste Resultaat Versterk je ontwerp door samen te werken met anderen. Nodig vrienden of collega's uit om ideeën en feedback te geven. Met Canvas samenwerking functie kunnen meerdere teamleden aan hetzelfde ontwerp werken voor een gezamenlijk eindproduct. Deel of Druk je Ontwerp Af Klaar met je ontwerp? Download een hoge-resolutie PDF voor een professionele afdruk. Deel je tijdschrift online via e-mail, Facebook, en X (voorheen Twitter) om je lezerspubliek te enthousiasmeren. Interessante links: - Telegram kanaal. - Alle projecten - Bitcoin Mining - Crypto/Forex - WhatsNext - Satoshi bot - Diamond Pigs - Apex Protocol DEX - Hamster Kombat Airdrop Read the full article
0 notes
techvandaag · 2 months
Text
OpenWrt 22.03.7
Versie 22.03.7 van OpenWrt is uitgekomen, de laatste uitgave in de 22.03-serie. OpenWrt is alternatieve opensourcefirmware voor een groot aantal verschillende routers en embedded devices. Door middel van het opkg-package management system is er de mogelijkheid om zelf te bepalen wat de router allemaal wel en niet kan. Ook op ons eigen GoT zijn er diverse mensen actief mee bezig; zie daarvoor dit topic. Bijwerken van de versie kan gewoon met sysupgrade vanuit de webinterface. De changelog voor deze uitgave kan hieronder worden gevonden. OpenWrt 22.03 is EOL http://dlvr.it/TB46W1
0 notes
Text
Het wilde denken van A.H.J. Dautzenberg
Tumblr media
Polemist, provocateur en querulant: A.H.J. Dautzenberg is het allemaal, maar deze veelschrijver is ook de schepper van een oeuvre dat zijn gelijke niet kent in de Nederlandstalige literatuur. Met sardonisch genoegen zet hij de lezer voortdurend op het verkeerde been.
“Er komt een leuk boekje naar je toe”, schreef A.H.J. Dautzenberg mij een paar maanden geleden. Sinds ik de auteur een vijftal jaar terug in zijn thuisstad Tilburg interviewde, houdt hij mij met wisselende regelmaat op de hoogte van nieuwe publicaties, ook van de kleinere, bibliofiele uitgaves, zoals Drie wandelsprookjes, het boekje in kwestie. Wanneer ik het kleinood in handen heb, blijkt het verkleinwoord meer dan gerechtvaardigd: het is een onooglijke hardcover in een strak A5-formaat, met vinnige sprookjes geïllustreerd door schilder-tekenaar en mede-Tilburger S. Lloyd Trumpstein.
De drie verhalen zijn onversneden Dautzenberg: geëngageerd, absurdistisch, intellectueel uitdagend en stilistisch verfijnd. Benen die onder het wandelen ruzie met elkaar krijgen, een huilende wijngaard die om verlossing smeekt en een kloostertuin waarvan de gistende lijkenlucht een helend effect heeft op karakterstoornissen: welkom in de wondere wereld van Anton Dautzenberg.
Engagement en provocatie
De econoom en taal- en letterkundige Antonius Hedwig Jozef “Anton” Dautzenberg (Heerlen, 1967) debuteerde in 2010 met de verhalenbundel Vogels met zwarte poten kun je niet vreten. Sindsdien is hij een vaste waarde en een regelmatig in de media opduikende BN’er. Hij schreef in tien jaar tijd meer dan twintig boeken: romans, verhalen, essays, gedichten en toneel. Op de valreep van 2019 verscheen Geestman, een experimentele roman van het soort dat tegenwoordig te weinig te lezen valt. P.F. Thomèse noemde elke publicatie van de Limburger “een baksteen door de glanzende etalageruit van de Nederlandse winkel vol tevredenheid”.
Dat elke nieuwe Dautzenberg hoe dan ook stof doet opwaaien, heeft veel te maken met zijn extraliteraire interventies, stuk voor stuk acties die hem niet in dank worden afgenomen. Zo blies hij de literaire hoax nieuw leven in door gefingeerde interviews te publiceren, doneerde hij een nier aan een onbekende (en schreef er in 2011 de roman Samaritaan over), en werd hij lid van de vereniging Martijn om de heksenjacht op pedofielen aan te klagen.
Dat engagement komt niet uit de lucht vallen. Dautzenberg lijdt naar eigen zeggen aan een Messiascomplex: hij kan niet anders dan het opnemen voor de underdog, de onderdrukten van deze wereld. Een van de resultaten van deze afwijking is zijn bromance met de verguisde “fraudeprofessor” Diederik Stapel, een psycholoog die jarenlang had gesjoemeld met onderzoeksgegevens. Met Stapel schreef hij De Fictiefabriek (2014), een “bevrijdingsroman in brieven” waarin de twee geslagen honden steun vinden bij elkaar en op beklijvende wijze de kracht van fictie verkennen. De samenwerking met Stapel kostte Dautzenberg zijn baan: omdat hij té controversieel werd bevonden, werd hij door de Fontys Hogeschool ontslagen als stagedocent.
De door Dautzenberg samengestelde en ingeleide bloemlezing Vuur! (2015) verzamelt Nederlandstalige schrijvers die het maatschappelijke engagement niet schuwen, van Erasmus en Multatuli, over Menno ter Braak en E. du Perron tot Auke Hulst en Arnon Grunberg. De verzameling wil tegelijkertijd een hommage én een aansporing zijn. Dautzenberg zelf past ook in het rijtje, hij is zonder meer een vuurvreter en verzet zich steevast tegen wat hij het “opschonend realisme” van onze tijd noemt: de neiging om alles door een roze bril te zien en beter voor te stellen dan het is.
De culturele elite en de geborneerde goegemeente moet er dan ook regelmatig aan geloven. Provocatie, polemiek en querulantisme gaat Dautzenberg nooit uit de weg, integendeel, hij gaat graag tegen de stroom in en roept op tot waakzaamheid, rechtvaardigheid en bewustzijn. We hoeven niet alles te slikken wat een uitverkoren groep opwerpt, zo stelt hij. Vraag maar aan Ed Schilders, A.F.Th. van der Heijden, Rob Schouten, Wiel Kusters of wijlen Joost Zwagerman, die allemaal ten prooi vielen aan Dautzenbergs scherpe pen.
Een andere belangrijke exponent van Dautzenbergs maatschappelijke betrokkenheid is Quiet 500, “de glossy die schuurt”. Met dit voor het eerst in 2013 verschenen magazine geven sociaal ondernemer Ralf Embrechts en Dautzenberg de stille armoede in Nederland een gezicht. De niet mis te verstane verwijzing naar de Quote 500, waarin juist de rijkste Nederlanders worden geportretteerd, kreeg veel media-aandacht en viel niet in dovemansoren: een hele community stond op en verschillende Quote 500-ers droegen hun steentje bij. In 2016 verscheen de tweede Quiet 500 en mocht Dautzenberg voor dit breed gedragen initiatief de Impact Award in ontvangst nemen, een prijs voor kunstenaars wier werk maatschappelijke impact heeft.
Dubbele bibliografie
Gezien de felheid van zijn doorgaans gegronde en goed onderbouwde aanvallen, belandt Dautzenberg vaak in het oog van de storm en krijgt hij veelal de wind van voren. Kijk je echter voorbij al die ongerichte mediaruis en richt je je op zijn literaire productie, dan kun je alleen maar besluiten dat zijn oeuvre er stáát én dat het op dit moment zijn gelijke niet kent in onze letterkunde. “A.H.J. Dautzenberg” een merk noemen is een brug te ver, maar je kunt hem wel degelijk omschrijven als een eenmansschrijversgilde. Wie Dautzenbergs productie wil bijbenen, moet bij de pinken zijn: hij schrijft met een verbazingwekkend gemak en publiceert, zo lijkt het wel, aan de lopende band.
Zo verscheen alleen al in 2019 een dichtbundel met “tinnitusgedichten” (Niet het krassen van de kraai), en de eerder vermelde roman Geestman en Drie wandelsprookjes. Tussendoor maakte hij met Diederik Stapel voor het Zuidelijk Toneel het theaterstuk De achterkant van,en startte hij een gastredacteurschap bij het oude studentenblad Propria Cures (de eerste bijdrages zijn vlijmscherpe maar hilarische brieven aan Joost de Vries, schrijver en  redacteur bij De Groene Amsterdammer). Sinds augustus 2019 is Dautzenberg ook de negende stadsdichter van Tilburg, een twee jaar durend “experiment” dat hij documenteert op de regelmatig geactualiseerde website De Tao van de T.
Op zijn website etaleert Dautzenberg een dubbele bibliografie. De eerste is een droge opsomming van al zijn publicaties, inclusief bijdragen aan tijdschriften en kleinere edities zoals de wandelsprookjes. De tweede bibliografie, genaamd ‘Het wilde denken’, is zijn “officiële” lijst met korte verhalen, essays, gepubliceerde romans en opgevoerde toneelstukken. ‘Het wilde denken’ verzamelt ook samenvattingen of stukken van recensies, inclusief de negatieve, en opmerkingen bij projecten waar de auteur niet langer achterstaat, zoals het toneelstuk Een avondje armoede (2018).
Tussen de mainstreamuitgaves door zit Dautzenberg niet stil. Heel geregeld publiceert hij bij kleine, onafhankelijke en bibliofiele uitgeverijen (een aantal mooie teksten zitten onder meer bij Hof van Jan, een “stichting tot behoud van (typo)grafisch erfgoed”). Voor een auteur met Dautzenbergs eruptieve creatiedrang is het internet vanzelfsprekend één grote speeltuin. Op het web zijn dan ook tientallen teksten van hem te vinden: van verhalen en zkv’s (“zeer korte verhalen”) tot essays en opiniestukken.
Underground, onder de radar en in een parallel circuit, zo is Dautzenberg ook gestart. Als Troy Titane publiceerde hij een hele reeks cartoons, samen met tekenaar Bandirah. De uitgaven bij De Blauwe Bloem zijn inmiddels heuse collector’s items. In 2008 droeg Dautzenberg Titane in een YouTube-video ten grave. De auteur heeft duidelijk een voorliefde voor het grafische: sinds 2017 publiceert hij regelmatig in het Tilburgse stripblad Wobby en in 2014 maakte hij, opnieuw met Bandirah, een hoofdstuk van het geflipte compilatieboek Fauser.
Theater en concrete poëzie
Vaak wordt over het hoofd gezien dat Dautzenberg ook een theaterman pur sang is. Naast de eerdergenoemde stukken De achterkant van en Een avondje armoede schreef hij ook Horrible Homeless Man (De Eenzamen, 2015), het “zeer korte toneelstuk” Barmhart (Zuidelijk Toneel, 2014) en De wet-deel 1 (Wunderbaum/KVS, 2014), dat in Brussel in première ging. Algemeen gesproken zijn al die stukken goed tot uitstekend ontvangen.
Dat Dautzenberg van vele markten thuis is, bewijst hij ook door genreoverschrijdend te werken. Zo maakte hij samen met schrijvers Maartje Wortel en Pepijn Lanen (ook bekend van De Jeugd van Tegenwoordig) de muziektheaterinstallatie PSSST (2015), bewerkte hij de song ‘Golden Hands’ van Smutfish, maakte een prozagedicht voor de virtuele band DANZMAN, hield hij feestredes voor bevriende dichters, ging hij tekeer in de noise-opera De stad Dis (2007), transponeerde hij het middeleeuwse dierenepos Van den vos Reynaerde naar deze tijd in een dertiendelig feuilleton voor het NRC (Van de Vos, 2016) en schreef hij samen met Stapel, zijn vaste bioscoopvriend, Van licht en donker (2017). Die essaybundel is een langgerekte liefdesverklaring aan de cinema – Dautzenberg is een hartstochtelijke cinefiel en bekijkt meer dan vierhonderd films per jaar, voornamelijk in zijn “thuisbioscoop”.
In de beste traditie van het literaire experiment vindt Dautzenberg wanneer nodig gewoon een genre uit. De eerder genoemde tinnitusgedichten werden in 2013 voorafgegaan door een uitzonderlijke reeks snookergedichten: Na de punt (asterion). Beide bundels lijken visueel en qua vorm op concrete poëzie, maar genereren op een alternatieve manier betekenis.
In het eerste geval bestaan de gedichten uit de fonetische weergave van de “schrille horrorklanken” veroorzaakt door de “auditieve kanker” waaraan de auteur al jaren lijdt. In het tweede geval zijn de woorden en letters vervangen door snookerballen – Dautzenberg is een fervente kijker van snookerwedstrijden op televisie. In zijn recentste roman Geestman is een bundel “natuurgedichten” opgenomen, geschreven door “het vogeltje”, een op Vergilius geïnspireerde dichtersfiguur, die het hoofdpersonage tegen het lijf loopt in een droomwereld: de betekenis ligt hier in esthetisch en harmonisch op de bladspiegel geplaatste geometrische vormen.
Fantasie en werkelijkheid
“Critici verwijten mij dat ik in mijn werk geen onderscheid maak tussen fictie en werkelijkheid, en laat dat nu net mijn hoofdthema zijn: de ‘werkelijkheid’ onderzoeken door haar te duiden, te manipuleren, te transponeren, te vermenigvuldigen of te negeren (…).” Dat schrijft Dautzenberg in het voorwoord van zijn pamflet Rafelranden van de moraal (2013), een felle aanklacht tegen de “Nieuwe Braafheid”, waarin de schrijver probeert aan te tonen hoe verworvenheden als tolerantie en vrijheid van meningsuiting bedreigd worden.
Op de titelpagina van Rafelranden van de moraal staat dat het boek een novelle is, hoewel het overduidelijk geen fictie betreft. Het boek is opgedragen aan Marthijn Uittenbogaard, voorzitter van de pedofielenvereniging Martijn, een organisatie waar Dautzenberg in 2011 lid van werd en die sinds 2014 wettelijk werd verboden. Met zijn lidmaatschap wilde de auteur protesteren tegen de “heksenjacht” op pedofielen, hoewel hij het gedachtegoed van Martijn niet ondersteunt en het uitoefenen van pedofiele neigingen verwerpt. Zijn standpunt kwam hem op veel kritiek en zelfs doodsbedreigingen te staan. Die intimiderende dreigementen herschikte Dautzenberg tot gedichten en hij bundelde het geheel in Smerig gezwel wat je bent (2012), dat gratis op zijn website te downloaden is.
Dautzenberg neemt graag een loopje met de werkelijkheid en zet de lezer met sardonisch genoegen op het verkeerde been. Bij hem moet je altijd op je hoede zijn, want voor deze auteur dient een schrijver te fabuleren. Een eerste manifestatie van Dautzenbergs mythomanie kwam er met een reeks nepinterviews. Een aantal werd verzameld in het pamflet Rock € Roll Economie voor en door leken verklaard (2011), waarin onder meer rocker Ian ‘Lemmy’ Kilmister en voetballer Ronald de Boer opgetrommeld worden als respectievelijk euro- en beleggingsspecialist. Een interview met Arnon Grunberg, waarbij de interviewer vooral focust op een mee-eter op het linkerjukbeen van zijn gesprekspartner, blijkt eveneens verzonnen. Dautzenberg nam het stuk op in zijn verzamelbundel Vijftig verhalen (2018), een best of samengesteld door de auteur ter gelegenheid van zijn vijftigste verjaardag.
Mystificatie en autobiografie
“Ik geniet van transgressie, van het verkennen en overschrijden van ogenschijnlijke grenzen. Verwarring zaaien, raadsels vergroten, ongemakkelijke vragen stellen, ik kan er geen genoeg van krijgen”, schrijft Dautzenberg in Rafelranden van de moraal. Een hoogtepunt van deze drang tot mystificatie is Dautzenbergs debuutroman Samaritaan (2011), waarin een man de strijd met een logge bureaucratie aangaat nadat hij heeft besloten aan een onbekende een nier af te staan. Opvallend is niet alleen dat de roman geheel uit dialogen bestaat, maar ook dat de auteur in het echte leven eveneens een nier afstond. Hoewel Dautzenberg de nierdonatie al in gang zette voor Samaritaan verscheen, werkte hij de verwarring of hij nu wel of niet een nier had afgestaan in de hand door later in zijn verhalenbundel En dan komen de foto’s (2015) het Reviaanse zelfinterview A.H.J. Dautzenberg2 op te nemen, waarin hij – hoe kan het anders – alles ontkent.
In het bejubelde Extra tijd (2012) brengt Dautzenberg een ontroerende ode aan zijn overleden vader. De roman verhaalt de laatste levensdagen van de terminaal zieke Gustaaf Meulenberg, gezien door de ogen van zijn zoon Marcel. De zoon heeft veel trekken van Dautzenberg: econoom, drie minuten oudere tweelingbroer, Limburger... Marcel vreest dat zijn vader zal sterven wanneer diens favoriete voetploeg Roda JC zou degraderen. Het spel met de grens tussen werkelijkheid en fictie drijft Dautzenberg ten top door het opvoeren van een mysterieuze doodsfiguur in de vorm van een zwarte cowboy (de vader is gek op westerns) en door een losse katern bij de roman te voegen: Windkracht nacht, de dichtbundel die Marcel Meulenberg schreef na de dood van Gustaaf.
In Wie zoet is (2015) kruipt Dautzenberg in het hoofd van een getormenteerde eenzaat met een Sinterklaasobsessie. Het Martijnverhaal zindert duidelijk nog na in deze ingenieus vertelde postmoderne roman. Op het einde volgt een verantwoording, die stelt dat het verhaal gebaseerd is op ware feiten: die verklaring maakt nog deel uit van de roman zelf en is dus louter fictioneel. Fictie en realiteit vloeien nog maar eens in elkaar over. Of zoals Dautzenberg in een interview stelde: elke roman is tot op zekere hoogte autobiografisch, ook Wie zoet is, dat helemaal “onderkelderd” is, inclusief autobiografische kelders.
Dé apotheose van Dautzenbergs autobiografische proza is het bijzonder goed onthaalde dagboek Ik bestaat uit twee letters (2018), dat in de reeks Privé-domein verscheen. Dautzenberg schreef het in de aanloop naar zijn vijftigste verjaardag. Niet eerder gaf de auteur zich zo bloot: hij schrijft honderduit over zijn huwelijk, zijn zeventien jaar durende verslaving aan antidepressiva, zijn moeilijke relatie met zijn tweelingbroer, zijn emotieloze opvoeding en jeugd (zie “Indianen huilen niet”, een uitspraak van de vader uit Extra tijd), het Reveschrijn in zijn “gloppenhol” in Tilburg-Noord, het NSB-verleden van zijn grootouders en de nasleep van zijn buitenliteraire acties zoals Martijn en de nierkwestie.
Maar Dautzenberg zou Dautzenberg niet zijn als hij een ordinair egodocument had geschreven. In Ik bestaat uit twee letters zet hij het genre volledig naar zijn hand en maakt er een bont amalgaam van verschillende tekstsoorten van, gegoten in de mal van een journaal. Zo wemelt het boek van zkv’s en brieven. Andere documenten die Dautzenberg naadloos in het geheel verwerkt zijn: een recept (‘Eilandsoep’), enkele bewerkte cartoons uit zijn favoriet magazine Donald Duck, een aantal gedichten, een tiental foto’s, ontroerende telefoongesprekken met zijn overleden vader, partituren van liederen, reisverslagen, twee door Dautzenberg verzonnen en ‘vertaalde’ verhalen van Daniil Charms en grafieken of schema’s ter illustratie van een psychologische toestand.
Ongebreidelde verbeelding
De zkv’s in Ik bestaat uit twee letters zijn stuk voor stuk bewijzen van Dautzenbergs sterkte op de korte baan. Daarin kan hij ongegeneerd zijn fabuleringsdrang botvieren. En dat doet hij, grandioos: zijn verhalen zijn brutaal, gruwelijk, hilarisch en herkenbaar. Nu eens zijn het grotesken (maar zonder ooit vulgair te zijn), dan weer autobiografische schetsen, (maar zonder sentimenteel te zijn) of meer maatschappelijk verankerde verhalen (maar zonder belerend te zijn). De verhalen zijn hoe dan ook de perfecte introductie tot Dautzenbergs werk. Zoals op de binnenflap van Vijftig verhalen,een gulle selectie uit zijn drie eerdere verhalenbundels aangevuld met niet eerder gebundeld werk, staat vormen zijn verhalen de slagaders van zijn oeuvre.
De verhalen uit zijn debuut Vogels met zwarte poten kun je niet vreten sloegen in als een bom. Nooit eerder waren in ons taalgebied kortverhalen te lezen over twee mannen die een katoenplantage beginnen in de Achterhoek, een diepgelovige vrouw die wakker wordt met een kraantje op haar rug of een topmanager die wordt ontvoerd door Eskimo’s. Literatuurpaus Theo Sontrop sprak van “een nieuwe meester-verteller”.
De veertig verhalen uit En dan komen de foto’s (2014) zijn eveneens een lofzang op de verbeelding. De bundel haalde de shortlist van de Biesheuvelprijs voor korte verhalen en werd door de jury geprezen als “een vrijplaats voor literaire hoogstandjes en maatschappijkritiek”. In zowel de verhalen als eerbetonen aan literaire helden zoals Gerard Reve, Marcellus Emants en J.M.H. Berckmans, demonstreert Dautzenberg zijn uitgeklaarde, directe en heldere stijl, een stijl in de lijn van Joop Waasdorps verhaal ‘Het kerstfeest der vissers’ (1988), een persoonlijke favoriet zo blijkt uit Ik bestaat uit twee letters: “Ik houd van zijn stijl, de effectieve soberheid waarmee hij zijn verhalen vertelt. Geen barokke beeldspraak. Geen processie van ellenlange zinnen die het ego van de schrijver moeten dragen.”
Ook met zijn derde verhalenbundel De dag dat de gieren buigen (2016) – “een ode aan de scheppingskracht van de geest”, volgens de achterflap – haalde Dautzenberg de shortlist van de Biesheuvelprijs, opnieuw zonder de hoofdvogel af te schieten. Bijzonder is hoe die bundel is opgebouwd: de verhalen zijn opgetekend door de zich onzichtbaar wanende, blinde schrijver Tamalone (een rechtstreekse verwijzing naar de gelijknamige zwerver uit de romans van Arthur van Schendel) die allerhande dialogen en verhalen “opvangt” en verzamelt in wat uiteindelijk De dag dat de gieren buigen vormt.
De Tamalone-figuur is een mooi voorbeeld van hoe de breed belezen Dautzenberg aan de slag gaat met de literatuurgeschiedenis. Zijn werk wemelt van de literaire verwijzingen, in het bijzonder naar de Nederlandstalige literatuur. Dat is ook het geval in het recente Geestman. Naar eigen zeggen liet de auteur zich inspireren door Nazomer (2003), het vijftigste boek van Willem Brakman (1922-2008), een bevreemdende en beklemmende roman over de discrepantie tussen een binnen- en buitenwereld. In Ik bestaat uit twee letters kondigde Dautzenberg aan dat hij bezig was aan een nieuwe roman, “een Druckkammerspiel dat zich afspeelt in een trein. Een Zugkammerspiel, haha”. In wat “een behoorlijk abstract boek” zal worden, wil de schrijver het spanningsveld tussen binnen- en buitenwereld verkennen, en “de destructieve (des)oriëntatie” die daardoor kan ontstaan.
Geestman is geen treinroman geworden maar een “reis im Kopf”, ver voorbij de poorten van het onderbewustzijn. Een man ontvangt via een internetdate een vrouw bij hem thuis. De man klimt in paniek uit het raam en ontmoet een vogeltje dat hem aanmoedigt in een regenplas te duiken: de start van een “groot vallen” in de trant van Alice in Wonderland en Jean Cocteau. Plots verandert de binnenwereld van de man in “een gebroken spiegel” en neemt de auteur van het dagboek Ik bestaat uit twee letters het over: de vertelling over de man wordt vervangen door dagboeknotities, een soort vervolg op Dautzenbergs journaal uit 2018, maar nu over de huwelijkscrisis waarin de auteur zich momenteel lijkt te bevinden. De binnen­ en buitenwereld van de man annex auteur vallen steeds meer samen.
De speelse manier waarop Dautzenberg in Geestman met zijn eigen oeuvre omgaat, is kenmerkend voor een auteur die voortdurend zijn eigen werk bevraagt door er eindeloos creatief mee om te springen. Met Geestman – een indrukwekkend eerbetoon aan de kracht van de verbeelding en het wilde denken – houdt Dautzenberg zijn lezerspubliek scherp en blijft hij verrassen. In zijn volgende werk zal hij dat ongetwijfeld opnieuw doen. Wie weet wordt het deze keer dan toch het fameuze Zugkammerspiel?
De boeken van A.H.J Dautzenberg verschijnen bij Atlas Contact en diverse kleinere uitgeverijen, zie www.ahjdautzenberg.nl
0 notes
regioonlineofficial · 3 months
Text
Amersfoort – Landelijke garageformule CarProf en Veilig Verkeer Nederland bundelen hun krachten om de zomerse reisavonturen van families in Nederland en België te verrijken. Dit doen zij met een vrolijk en educatief Doeboek, inclusief zes luisterverhalen die ingesproken zijn door actrice en zangeres Noortje Herlaar. Het Doeboek, voor kinderen vanaf vijf jaar, is vanaf 17 juni te verkrijgen bij alle CarProf-garages in Nederland. Het Doeboek is er niet alleen voor vermaak, maar het is ook een stimulans voor ouders om de aandacht op de weg te houden, een cruciale boodschap in het licht van verkeersafleiding. Focus op de weg Veilig Verkeer Nederland benadrukt dat afleiding in het verkeer een groeiend probleem is dat de verkeersveiligheid in gevaar brengt. Uit onderzoek blijkt dat afleiding een significante rol speelt bij verkeersongevallen. Automobilisten besteden tot wel 50% van hun rijtijd aan afleidende bezigheden. Een aanzienlijk aantal wordt afgeleid door verschillende activiteiten tijdens het rijden, zoals gebruik van telefoon en andere digitale apparaten. Maar de meest voorkomende afleiding bleek het praten met passagiers te zijn, goed voor ongeveer 15% van de totale rijtijd[1]. "Afleiding in het verkeer is een serieuze kwestie die niet mag worden onderschat, zeker nu families de auto weer instappen voor hun zomervakantieavonturen", zegt Willemijn Pomper, woordvoerder van Veilig Verkeer Nederland. "Het is niet alleen belangrijk dat bestuurders hun aandacht op de weg houden, maar ook dat kinderen achterin zich vermaken zonder de bestuurder te storen. Doeboek Dit Doeboek is een win-win situatie: het vermaakt kinderen tijdens een autorit met luisterverhalen en activiteiten over verkeersveiligheid en stimuleert tegelijkertijd veilig rijgedrag wanneer ouders zich kunnen concentreren." Ivar Camps Marketing Manager CarProf vult aan: "Ons Doeboek is een perfecte metgezel voor de zomer. Of het nu een exotische bestemming betreft, een kort uitstapje in eigen land, of lekker thuis op de bank." [1] Bron: SWOV (2020). Afleiding in het verkeer. SWOV-factsheet, juli 2020. SWOV, Den Haag. Luisterverhalen met Noortje Herlaar Het 'Doeboek' wordt gelanceerd als onderdeel van de CarProf Zomercheck campagne en ligt deze zomer vanaf 17 juni voor duizenden kinderen klaar bij alle CarProf autobedrijven in Nederland en België. De uitgave is gevuld met 50 pagina's vermaak en zes bijbehorende luisterverhalen die ingesproken zijn door Noortje Herlaar. "Sinds ik zelf moeder ben realiseer ik me nog meer dat verkeersveiligheid ook jonge kinderen aangaat. Met dit project maken we hen op een speelse wijze bewust van dit thema. Ik ben dan ook trots op mijn bijdrage hieraan." De mini podcastserie 'Onderweg met Sjef' is op Spotify te beluisteren via de QR-codes in het Doeboek en via vvn.nl/luisterverhalen. Met puzzels, spelletjes en tekeningen komen in het Doeboek de zes hoofdkarakters uit de luisterverhalen tot leven. Sjef, een knipoog naar chef-werkplaats, introduceert elk verhaal en komt het gehele Doeboek terug samen met zijn vriendjes.
0 notes
nevasliteratuurblog · 4 months
Text
Reactie op twee recencies van Jekyll en Hyde
Mijn eerste gekozen recensie is “De tijd heeft zijn werk gedaan” geschreven door Els Swol, over het boek “De zonderlinge geschiedenis van Dr. Jekyll en Mr. Hyde” van Robert Louis Steveson. Niet alleen is het een recensie daarvan, maar van de precieze uitgave en vertaling die ik gelezen heb. De beschouwing heeft een standpunt van buitenaf en is vooral informationeel in plaats van mening gevend. Desondanks houdt de schrijver het boek duidelijk hoog in het vaandel.
De tekst begint door de namen “Jekyll en Hyde” te vergelijken met “Romulus en Remus”. De schrijver noemt dit om aan te geven dat de twee namen hand in hand bekend zijn. Daar kan ik het niet méér, mee eens zijn. Dat is omdat ik zo het boek zo in eerste instantie gevonden en gekozen heb. Ik hoorde de namen op korte termijn vaak zoals toen ik “Wednesday” op Netflix had gekeken (waar “de Hyde” een mens dat monster word) of toen ik een lied van de musical “Jekyll en Hyde” hoorde dat ik leuk vond. Dit inspireerde me om te googlen waar “Jekyll en Hyde” vandaan komen, en zo vond ik het boek dat ik graag wilde lezen.
De vier daaropvolgende paragraven zijn te objectief om eigen inzicht over te geven maar in de 6e paragraaf is er weer wat interessants voor me. Hier wordt een interview met hoogleraar psychiatrie, Jan van Os. Hij wordt er bij gehaald om het verband tussen het verhaal en het ziektebeeld van schizofrenie, van Os vind dit “echt onzin” en spreekt liever van psychose. Hoewel ik geen hoogleraar in het vak ben, weet ik wel het een en ander over deze aandoeningen en ik herken geen van beide in Jekyll of Hyde. Ik zie Jekyll meer als iemand die het niet kan helpen bewust te zijn van moraliteit en zich daar druk over maakt. Daarom voelt hij zich zo goed als Hyde, omdat hij eindelijk van die spanning af is.
Mijn indruk daarvan is ook logisch aangezien het boek duidelijk gebaseerd is op moraliteit en wat dat met een mens kan doen. Dit wordt ook genoemd door de recensie in paragraaf 7 en in het nawoord van de uitgave van het boek zelf “De novelle uit 1886 [gaat] over de ambiguïteit van karakter en identiteit, de morele strijd tussen goed en kwaad in één individu.”
De tweede recensie die ik heb gekozen is “Jekylls kwade zelf” geschreven door Juno de Buin. De Bruin begint met korte anekdote over zijn kennismaking met de twee figuren door een spiderman stripboek. Dat doet hij om “een idee te geven van hoe wijdverspreid deze personages zijn als popiconen.” Daarna geeft hij een samenvatting die een redelijk goed idee geeft van de leeservaring.
Wanneer hij dat gedaan heeft noemt hij hoe Stevenson “het boek op als een langzame accumulatie van clues die uiteindelijk samenkomen in een alomvattende uitleg over de transformatie en het ontstaan van Mr. Hyde”. Volgens Bruin is dit bedoelt om de lezer steeds nieuwsgieriger te maken en uiteindelijk in één slag te bevredigen. Hierna kaart hij een probleem aan met de moderne leeservaring.
Bruin vind dat deze opbouw niet werkt omdat de hedendaagse lezer het antwoord al heeft op de relatie tussen Jekyll en Hyde. Hier ben ik het niet mee eens. Ja, als moderne lezer weet je dat de twee uiteindelijk de zelfde persoon zijn waardoor je voorafgaand niet nieuwsgierig bent in hun relatie, maar de nauwkeurig vervaardigde relatie is ver van hoe de personages in moderne media worden afgebeeld. Voor Jekylls uitleg zou je denken dat hij zo goed als bezeten is en simpelweg van Hyde af wil. Dit blijkt na zijn uitleg onwaar te zijn, hoewel hij zich er ongemakkelijk bij voelde, verwelkomde hij Hyde en de vrijheid die hij dan voelde. Ik wil Jekylls nood aan die verlossing, aan Hyde, zelfs met een verslaving vergelijken. Ook al de Dr. de gevolgen van Hyde’s acties had meegemaakt en Hyde afzweerde, koos hij toch weer zijn tweede gedaante te worden.
Ik begrijp dat Bruin vind dat dit het moeilijk kan maken om het boek in deze tijd te lezen maar ik ben het vooral met hem eens wanneer hij het boek “interessant vanwege de filosofische implicaties” noemt. Ik vind dat ook het belangrijkste en interessantste aan het boek. Daarvan dat ik me niet kan vinden in het jammer zijn van het verlies in het mysterie-element in de verhaallijn. Want ook al die ontbreekt in de verhaallijn houdt de schrijfstijl van rapportages er genoeg mysterie in. Ik vind dat het meeleven met Utterson, de verteller, in de vorm van zijn schrijven mysterieus genoeg is.
0 notes
bartwatching · 7 months
Text
Gestart met één van de grootste klassiekers uit de wereldliteratuur: “De miserabelen” van Victor Hugo. Hugo schreef zijn monumentale, sociaal bewogen roman, die in 1862 verscheen, naar eigen zeggen ‘voor alle volkeren’. Mede door de talrijke theater-, musical- en filmbewerkingen is het verhaal van de dwangarbeider Jean Valjean, het weesmeisje Cosette, de straatjongen Gavroche en de vele andere personages inderdaad mondiaal cultureel erfgoed geworden. De roman getuigt van een grote betrokkenheid bij het lot van de minstbedeelden in de maatschappij en is onder veel meer een aanklacht tegen een genadeloze justitie die voor de levensomstandigheden van de miserabelen geen oog heeft. Maar ook andere maatschappelijke klassen worden in Hugo’s meeslepende relaas over individu en maatschappij betrokken. Van het zowel boven- als ondergrondse leven van het negentiende-eeuwse Parijs geeft de roman een onvergetelijk portret. De gebeurtenissen spelen in de decennia na de Franse Revolutie, maar nu de verschillen tussen arm en rijk overal weer groter worden blijkt dat deze grootse roman over de sociale verdoemenis opnieuw actueel is. Les Misérables was lange tijd alleen in sterk verkorte uitgaven in het Nederlands te lezen, die geen recht deden aan dit imposante literaire bouwwerk. Dat laatste geldt ook voor de vele filmische en theatrale bewerkingen, want Hugo’s verhaal is zoveel rijker en verrijkender. De miserabelen is een volledige vertaling van deze immense roman en de eerste uitgave die door middel van een uitgebreide annotatie de lezer inzicht biedt in de historische context van de gebeurtenissen in het boek. #leestip #victorhugo #miserabelen #ellendelingen
Tumblr media
0 notes
energiewest · 1 year
Text
Alles wat u moet weten over zonne-energie
Zonnepanelen zijn gemaakt van fotovoltaïsche cellen, die zonlicht omzetten in elektriciteit. De zon zendt zonnestraling uit, die door de fotovoltaïsche cellen wordt geabsorbeerd. Elektronen in de zonnecel worden bekrachtigd, ontsnappen aan hun bindingen en vormen een elektrische stroom. Deze stroom, die begint als gelijkstroom, wordt door de omvormer van het zonnesysteem omgezet naar wisselstroom. Van daaruit wordt het gebruikt in de elektronica in uw huis of teruggestuurd naar het elektricit eitsnet.
"Het is geen magische technologie, maar het lijkt er wel op omdat je iets in het zonlicht steekt en het elektriciteit voor je opwekt", zegt Joshua Pearce, professor aan de Western University in Ontario en co-auteur van To Catch the Sun, een gratis tijdschrift. e-boek over doe-het-zelf-zonnesystemen. "Zelfs als wetenschapper die de hele tijd aan dit soort dingen werkt, is het verbazingwekkend dat deze dingen echt werken."
voordelen van zonnepanelen
• Besparing op energie: Het meest directe voordeel is dat u de mogelijkheid krijgt om uw eigen huis van stroom te voorzien buiten het elektriciteitsnet. Dat bespaart u geld, en als u extra stroom opwekt, kunt u misschien zelfs via nettometing een krediet op uw factuur krijgen van het elektriciteitsbedrijf. Volgens sommige bronnen bedraagt de gemiddelde terugverdientijd van zonnepanelen zes tot twaalf jaar.
• Zonne-energie is een overvloedige energiebron: Volgens het Amerikaanse ministerie van Energie voldoet slechts één uur middagzon in de zomer aan de jaarlijkse Amerikaanse elektriciteitsvraag. Afhankelijk van uw situatie kan het omzetten van elektriciteit in elektriciteit een besparing op uw elektriciteitsrekening opleveren.
• Hulp bij de waarde van uw huis: Als u van plan bent uw huis later te verkopen, kan het hebben van zonnepanelen een groot voordeel voor kopers zijn en de waarde van uw huis helpen verhogen.
• Groen gaan: aangezien zonne-energie een hernieuwbare hulpbron is, kunt u uw ecologische voetafdruk verkleinen.
• Onafhankelijkheid van storingen in het elektriciteitsnet: Sommige gebieden hebben elektriciteitsnetten die niet bepaald betrouwbaar zijn. Als u regelmatig last heeft van stroomstoringen in uw omgeving, kan uw eigen zonne-energie de verlichting aanhouden.
• Geef uw camping energie: sommige kleine zonnepanelen passen precies op campers, of u kunt ze meenemen op de camping, zodat u over elektriciteit beschikt, hoe afgelegen de locatie ook is.
De meeste zonnepanelen voor thuisgebruik worden door een professional geïnstalleerd. Zelf zonnepanelen plaatsen is technisch mogelijk, maar u loopt wel het risico dat de garantie vervalt. Probeer het alleen als u over de nodige expertise beschikt. Als u kiest voor een professionele installatie, zorg er dan voor dat u rondkijkt voor de beste deal. Vergelijk de garanties die installateurs bieden, samen met de prijs, de klantenservice en hoe goed hun voorgestelde plannen aan uw behoeften voldoen.
Een gerenommeerde zonne-energie-installateur zal u vóór de installatie adviseren over de leeftijd van uw dak. Het vervangen van uw dak vóór de installatie kan uiteindelijk de goedkopere optie zijn, omdat het verwijderen van de panelen om het dak te vervangen een extra uitgave zal zijn.
0 notes
devosopmaandag · 1 year
Text
Voorbij het zwart
Niet eerder brachten we in het voorjaar twee maanden in een dórp door in Frankrijk. Alle vorige keren waren het huizen die meer buiten lagen. Niet eerder voelde ik ook de tijdelijkheid van ons verblijf zo sterk. Dat had alles te maken met de mensen die ik wekelijks en sommigen bijna dagelijks zag, zoals de zachtmoedige wat fragiele kunstenaar, de oude Fransman geworden Deen en zijn vrouw, de bakkersvrouw, het echtpaar van de epicerie en hun volwassen zoon. Onze levens raakten elkaar even, soms was de hoeveelheid precies goed, spijtig genoeg te weinig of juist bijna te veel. Die tijdelijkheid deed me nadenken over wat dat eigenlijk is, deelgenoot worden van elkaar. De kwestie is hoeveel je wilt (weg) geven van je zelf, hoeveel je van de ander toelaat.
Een relatie aangaan met anderen ontstaat ook bij het lezen van een roman of het kijken naar een film. Tijdens ons verblijf daar had ik ongelooflijk sterke en nauwe relaties met enkele mannen, vrouwen en kinderen – alleen waren het personages uit boeken. De intimiteit die schrijvers weten te creëren tussen jou als lezer en de romanpersonages nemen we voor vanzelfsprekend, maar eigenlijk is het een klein wonder. Je volgt hun binnenlevens op de voet, je weet dingen die je van je eigen levenspartner niet eens weet.
Van G kreeg ik 'Voorbij het zwart' van Hilary Mantel*. Hij weet dat ik een bewonderaar ben, maar hij wist niet dat de roman over een medium en haar assistente gaat. Mijn kinderlijke nachtangst, die ik nooit helemaal ben kwijtgeraakt, maakt dat ik (over)gevoelig ben voor 'suspense', voor kleine kraakjes in het donker, voor een figuur in tegenlicht in het bos, voor ramen in het donker die alleen jezelf spiegelen. Horrorfilms zijn absoluut taboe. In een eerder huis in Frankrijk werd ik geplaagd door herhaaldelijk geklop in het onderhuis, dat mijn hartslag deed versnellen.
Nu is daar dus Alison Hart, professioneel medium, haar assistente Colette en er is Morris, Alisons spirituele gids, die alleen voor haar zichtbaar is. Deze Morris is een vuilbekkend klein stuk vreten. Zelf zegt ze dat als haar publiek zou voelen wat zij ervaart als de doden haar terroriseren ze niet zouden “weten hoe snel ze zich uit de voeten moesten maken. [–] Het zou hun dood worden.” Op een nacht, na flink gelezen te hebben, durfde ik niet te gaan slapen, zozeer had de roman iets diep van binnen in mij in trilling gebracht.
Mantels sublieme stijl maakt dat ik op driekwart van het boek heb durven komen. Ik schoot soms luid in de lach, bewonderde haar absolute beheersing van die wereld, voelde mee met de lijdende, veel te dikke Alison, de cynische, wat verloren Colette. Morris boezemde mij grote weerzin in, en dan zijn er nog genoeg fascinerende en soms verontrustende bijfiguren, levensechte (in de roman dan) en die uit het dodenrijk. Ik heb mijzelf al flink gegeven, nu nog het laatste kwart.
*'Voorbij het zwart' | Hilary Mantel (1952-2022 | vertaling: Harm Damsma en Niek Miedema | Meridiaan Uitgevers 2023 | oorspronkelijke uitgave 2005
3 notes · View notes
jurjenkvanderhoek · 20 days
Text
HET VERHAAL VAN KUNSTENAAR EN VODDENBOER JOPIE
Tumblr media Tumblr media
“Ik ben begonnen met schilderen, net zoals ik begonnen ben met ademhalen. Het is gewoon een drang, van binnenuit, net als eten en drinken.” Voor Jopie Huisman is beelden leven, zichzelf uitdrukken in verf of met potlood is een eerste levensbehoefte. Natuurlijk zat in de handel in vodden en oud ijzer ook een deel van zijn bestaan, maar naast eten en drinken en ademhalen was de kunst van vitaal belang. Zijn verhaal is opgetekend en neergeschreven in het boek “JOPIE HUISMAN Schilder van het mededogen”. Als samensteller van deze rijk geïllustreerde uitgave wil Eelke Lok er niet zijn naam aan verbinden, want het is het verhaal van Jopie Huisman. Wat Lok anderzijds natuurlijk wel doet door deze opmerking op het eerst blad te vermelden, onder een gekopieerde opdracht van Jopie. Ere wie ere toekomt.
In zijn laatste fase van leven kijkt Huisman terug op zijn bestaan, maakt een korte autobiografie dat als vertelling in het boek is opgenomen. Jopie heeft het idee dat hij langzaam aan het verdwijnen is, en wil denkelijk naast zijn omvangrijke oeuvre aan kunstwerken nog kwijt wat hem heeft bewogen. Het nagelaten werk, de tekeningen en schilderijen, is zijn leven. Daarin staat zijn kijk op het eigen en ieder anders bestaan uitgetekend en afgeschilderd. Wie de figuratie bekijkt leest deze mens. En omdat Jopie Huisman in zijn werk zo dicht bij zichzelf is gebleven spreekt het aan, en blijft het appelleren aan het gevoel. Dit is wat hij is, wie hij was en zoals hij zal blijven. “Empathisch en autodidact. Zelfbewust en bescheiden”, somt Eelke Lok in het voorwoord de eigenschappen van de man op. “Rustig in gezelschap, maar spraakzaam in het gesprek. Onpeilbaar en kwetsbaar. (…) Ogenschijnlijk nonchalant, maar perfectionistisch in z’n kunst. Trots op zijn wortels, maar werelds in zijn denken.”
Tumblr media
De verhalenverteller vol humor en filosofische wijsheden heeft in zijn werk een tijdloze levensvisie nagelaten. Zijn beeltenissen zijn voor wat betreft emotie en compassie van alle tijden. Deze spreken in al hun kwetsbaarheid generatie op generatie onmiskenbaar aan. Het Jopie Huisman Museum in Workum kent ieder jaar weer een grote toeloop aan kijkers en bewonderaars. De vodden van Huisman zijn geen hype gebleken, maar hebben een eeuwig leven gekregen. Op het moment dat de man achter die geschilderde oude meuk in bevlogen bewoordingen zijn bestaan omschreef, leek het alsof het werk niet zonder dit verhaal kon bestaan en weg zou kwijnen wanneer de schilder het zelf niet meer zou kunnen verhalen. Niets blijkt minder waar. De verhalen leven door in het werk. Huisman had de bijzondere gave om het woord om te zetten in beeld.
Jopie was de jongste in het gezin. Hij kijkt met genoegen terug op zijn opvoeding. Hij had een gelukkige jeugd. Een humoristische vader met een hart van goud, een rasechte verhalenverteller, een harde werker. Een eenvoudige en nederige moeder, zeer gelovig en dankbaar voor alles wat ze bezat. “Mijn moeder was een vrome vrouw. (…) Ze zat boordevol met natuurlijke liefde. Van haar heb ik geleerd: alles wat niet de liefde als basis heeft, is niet echt.” De middelen van bestaan in het gezin Huisman waren minimaal, maar er werd nooit geklaagd. Als kind zwierf Jopie met anderen door de natuur rond Workum. Huisman beschrijft deze omgeving zoals deze toen was en wij er nu met weemoed op terugkijken. Een land vol weidevogels, slootjes waaruit je kon drinken, een rijke diversiteit aan planten en bloemen. “Ik heb het gevoel alsof ik het paradijs beschrijf en dat was het ook voor ons. Bij de horizon hield de wereld op; daarbuiten waren alleen Karl May, Jules Verne en Robinson Crusoë en de zon, de maan en de sterren.”
Tumblr media
Hij benoemt zijn leven eveneens als opgetogen en voldaan. Hoewel hij wel tegenslagen heeft gekend. In de oorlog werd hij van straat gepikt en op transport gezet naar Duitsland. Het lot spaarde hem en hij kon ‘onder begeleiding van een engel’ vluchten. Toen zijn eerste huwelijk stuk liep viel Huisman in een zwart gat. Van de hemel kwam hij in de hel. De voorwerpen uit de vodden die hij jarenlang had bewaard getuigden van een schrijnende armoede. “Voor mij waren dat de meest waardevolle dingen die ik bezat; daar kon ik mijn gevoel bij kwijt.” In die nederige en vernederde spullen zag hij zijn eigen toestand weerspiegeld. Hij ging ze schilderen en ze hielpen hem uit het dal omhoog te krabbelen. De compassie en het mededogen waarmee Huisman zijn onderwerpen tegemoet trad geven het werk nu nog een diepzinnige inhoud. Een teneur die de boodschap van de schepper blijft verkondigen.
“Dat ik kan schilderen is een gave, een gift, iets dat ik heb gekregen. Daar kun je niet trots op zijn of het een succes noemen, want dan ontken je de betekenis van het woord ‘gave’. Ik ben er wel heel blij mee en het maakt me dankbaar.” Juist doordat Jopie Huisman in zijn werken vooral zichzelf bleef en zijn ziel en zaligheid erin heeft gelegd, spreken deze nog steeds aan. In het boek zijn de kunstwerken onderverdeeld in levensfases. Jopie-kenner en expositiesamensteller Annemieke Schors heeft het werk in chronologische volgorde gezet en van een karakteristieke tekst voorzien. Daardoor is de groei van de kunstenaar door zijn kunst nauwgezet te volgen. Naast het werk dat hem vooral bekendheid gaf, zijn er zoveel meer  andere werken die tot de verbeelding spreken en op het gevoel spelen.
Tumblr media
Huisman weet zich in diverse stijlen te uiten. Tekent evenzo vakkundig als dat hij schildert. Vooral fijnzinnig en gedetailleerd. Maar hij kan ook met een grote dosis humor illustratief op een cartooneske wijze zijn omgeving tegemoet treden. Dan schuurt hij tegen het werk van James Ensor. En ik zie ook gelijkenis met het werk van Bram Vermeulen. Zou Bram van Jopie geweten hebben, zoals Freek hem kende? Ondanks dat Huisman de wereld grotesk kon plaatsen wist hij deze ook met teder gevoel weer te geven. Vooral de benadering van hem na aan het hart liggende mensen, zoals zijn moeder en zijn kinderen, krijgen in zijn werk een ‘voorkeursbehandeling’. In de portretten van heit Ypke die naast elkaar zijn afgedrukt komt de scherpzinnigheid en het humoristische karakter van Jopie naar voren. In de eerste kop zijn alle rimpels en plooien te vinden, is het zware leven van de man geschreven in zijn huid. Het andere portret is meer een illustratie, als een karakterschets is zijn vader neergezet met de nadruk op de handen en het baaien hemd.
Jopie Huisman heeft een scherp oog. Hij kan om het onderwerp kijken en ziet het wezen. Het zijn van de door hem afgebeelde mens, de natuur van de omgeving en het aard van de versleten voorwerpen. Doordat hij zich sterk aangetrokken voelt tot de zelfkant van het leven, de mensen die niet gezien worden, spreekt hij in zijn werken ruimschoots tot de verbeelding. In zijn tekeningen en schilderijen geeft hij de voorwerpen, de kleding, de schoenen een tweede zin in het bestaan. De mensen krijgen een eeuwig leven toegemeten, ze zijn niet vergeten. “Je bent alles kwijt. Het enige dat je nog echt bezit, is je verdriet. Je voelt je met al je kleine zekerheden in de asla geschoven.”
Tumblr media
Op het eind, wanneer Huisman inmiddels een bekende Nederlander is geworden en een grote schare bewonderaars heeft, bereidt hij zich voor op een verdwijnen naar een hoger elders. Zijn onderwerpkeuze verandert en hij tekent meer dan hij schildert. Hij grijpt terug op zijn begintijd en maakt een kleine mistige wereld. Vervallen en afgetakelde schuurtjes en vissershuisjes. De charme en nostalgie van het geleefde leven. De afgetrapte voetbalschoenen van Abe. “Ik maak steeds kleinere dingen, want ik ben zelf aan het verdwijnen.” In 2000, zijn sterfjaar, tekent hij een zelfportret gezeten achter de ezel. We zien Jopie op de rug, werkend aan wat op een dorpsgezicht lijkt. Hij lost als het ware op in het beeld. Zijn bestaan in de achtergrond is al verdwenen, hij gaat er zelf achteraan. Een karakteristiek beeld, zoals al zijn werken aarden naar zijn leven.
JOPIE HUISMAN Schilder van het mededogen. Samenstelling Eelke Lok. Teksten Jopie Huisman, Annemieke Schors, Eelke Lok. Uitgeverij Noordboek in samenwerking met het Jopie Huisman Museum, 2024.
0 notes
lacetbasismodellen · 2 years
Text
Tumblr media
Bij een chalet die je op maat creert kan je alles volstrekt naar eigen wens indelen. Je hebt zeer veel opties in materialen en indelingen. Met een chaletbouwer kan je kijken in detail naar de wensen en eisen en zo jouw droomchalet laten aanleggen. Plaats zelf binnenwanden waar je wilt en creëer prive ruimtes. Ook de raampartijen plaatsing kan je zelf beslissen. Kleuren en materialen worden eveneens aan compleet eigen beslissing onderworpen. Indeling van keuken, badkamers en andere functionele zaken zijn ook op maat te creëren. Tenslotte kan je met een chalet op maat bouwen je gedroomde vakantiehuis maken. https://at.tumblr.com/lacetbasismodellen/chalet-kopen-lacet-basismodellen/pxdei9n90waq Hierna volgen kort maatregelen om een chalet op maat te bouwen.
Tumblr media
Maak de keuze voor een basismodel als je een chalet op maat wilt maken. Je kan voor de omtrek van een chalet kiezen voor verschillende ontwerpen. Vandaaruit kan je het chalet helemaal zelf invullen qua inrichting en interieur. Het is tevens mogelijk|haalbaar om volstrekt vanaf blanco te starten en het buitenskelet van het chalet zelf te bouwen. Een basismodel is makkelijk en je kan snel je persoonlijke inrichting geven zonder eerst vanaf niets te beginnen.
Het ontwerp van het chalet op maat ontwikkeld. Met behulp van 2D of zelfs 3D schetsen kan een chaletbouwer het ontwerp keurig voor je visualiseren. Zo krijg je in een vroeg stadium al te zien hoe je chalet eruit komt te zien. Daarnaast worden de wensen in detail behandeld en kan er een bezoek worden gebracht aan de fabriek. Zo kan je al vroeg zien waar het chalet op maat wordt gemaakt.
De kleuren en materialen van het chalet op maat Je kan in dit stadium compleet je eigen chalet gaan creeeren. Benut diverse kleuren voor bijvoorbeeld de gordijnen om een warme sfeer te creëren. Daarna krijg je de keus om diverse soorten materialen voor het chalet te kiezen.
Het aanleggen van je chalet op maat Zodra alles goed is doorgesproken en op papier is gezet kan het chalet op maat worden gebouwd. In de fabriek wordt het chalet gemaakt en afgemaakt tot eindproduct. Het is haalbaar om de vooruitgang te volgen tijdens het bouwproces, zodat je de gehele periode betrokken blijft bij jouw chalet.
Het transporteren van het chalet De chalrtbouwer organiseert het vervoer van je chalet naar de desbetreffende standplaats. Na een lang en intens proces kan je genieten van je chalet op maat gemaakt.
Een casco chalet betekent dus dat je het chalet volledig zelf kan inrichten. Zo kan je je persoonlijke keuken, slaapkamers en douche zelf inrichten. Je bent baas over je eigen werk en zit niet vast aan inrichtingen van kant en klare chalets. Een chalet casco is dan ook voor de daadwerkelijke doe-het-zelf klusser die veel tijd overheeft en kennis van het indelen van een chalet heeft. De hele binnenkant maak je zelf af en je kan je creativiteit volledig kwijt. Een chaletbouwer levert bij een casco chalet dus alleen het exterieur op. Dit is voor veel mensen echter helemaal niet nuttig.
Nadelen van het aanschaffen van een chalet casco. Uiteraard zitten er ook veel haken en ogen aan bij het zelf bouwen van een casco chalet. Denk dan ook goed na of het wel slim is om alles in je eentje te doen. Je krijgt met veel randzaken te maken die je wellicht vooraf hebt bedacht. Er moet hieromtrent veel afgehandeld worden en je bent op jezelf aangewezen. Hogere uitgaven dan gedacht.
Daarbij is het cruciaal om overzicht te houden wanneer je de het interieur van het casco chalet gaat inrichten. Zo raak je niet verdwaald en verlies je de hoofdlijnen niet uit het oog. Denk van tevoren eveneens na over de begroting. Dikwijls loopt dat steeds hoger op dan je verwacht. De uitgave kan nadelig uitpakken en hoger uitkomen.
Nadelen van een casco chalet Tenslotte is het nadeel dat je bij een casco chalet wat interieur betreft de eindverantwoordelijke bent. Uiteraard heb je geen toezeggen wanneer er onder meer lekkages ontwikkelen. Je draagt persoonlijk zorg voor dingen zoals elektrische installaties, tegelwerk en voltooing van binnenwanden. Dit kan veel tijd en geld gaan kosten, hoewel het wijzer en efficiënter is om een chaletbouwer hiervoor in de arm te nemen.
0 notes
techvandaag · 5 months
Text
PowerISO 8.8
Versie 8.8 van PowerISO is uitgekomen. Met dit programma kunnen floppy-, cd- en dvd-images worden aangemaakt, bewerkt en geconverteerd, onder meer in PowerISO's eigen DAA-bestandstype. Daarnaast kan het programma virtuele schijfstations aanmaken. De probeerversie wordt als crippleware uitgebracht, wat in dit geval inhoudt dat het niet mogelijk is om images groter dan 300MB aan te maken of aan te passen. In deze uitgave zijn de volgende veranderingen en verbeteringen aangebracht: New Features in version PowerISO 8.8: http://dlvr.it/T62yVs
0 notes
joostjongepier · 2 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Wat?   Composition showing Soldiers and demons at a Shrine (ca.1845), Madonna and Child with St. John (ca. 1851), Study fora an illustration for Daiziels’ Bible Gallery: Samson and the Lion, Composition (1863-64) en Studies for Antique Juggling Girl, Female figures (ca. 1872) door Frederic Leighton
Waar?   Tentoonstelling A Life of Drawing in Leighton House, Londen
Wanneer?   7 januari 2023
Frederic Leighton bereidde elk schilderij zorgvuldig voor met een reeks schetsen. Onderin het museum is een galerie, waar nu een kleine tentoonstelling is ingericht met tekeningen door de kunstenaar.
Composition showing Soldiers and Demons at a Shrine is een schets die Leighton als tiener maakte, mogelijk geïnspireerd op een werk van Albrecht Dürer. Waar bij Dürer een ridder te paard langs twee duivels rijdt zonder acht op ze te slaan, laat Leighton zien wat er gebeurt als een ridder naar de demonen omkijkt. Beide ridders worden door de duivels overvallen en hun zielen verlaten hun lichaam.
Madonna and Child with St. John zou je een tegenhanger van de duivelse scène kunnen noemen. In navolging van Michelangelo toont Leighton de Madonna die haar kind teder ondersteunt, terwijl Johannes zijn handje speels naar de baby uitsteekt.
Voor een geïllustreerde uitgave van de bijbel tekende Layton een scène uit het Oude testament. Samson doodt met zijn blote handen een leeuw. Omdat leeuwen het als poserend model niet erg goed doen, moest Leighton voor deze tekening volledig uitgaan van zijn eigen voorstellingsvermogen.
Vaak loop je onoplettend aan schetsen voorbij. Het zijn immers maar vingeroefeningen voor het echte werk: een schilderij. Dat die houding onterecht is, toont mij de schets van een jonglerend meisje. Ik vindt de schets als zelfstandig kunstwerk zo mooi, dat ik het werkje best thuis aan mijn muur zou willen hebben.
1 note · View note
regioonlineofficial · 8 months
Text
Brunssum – In de reeks over verzetshelden in Brunssum gaat de Jack Aldewereld Stichting dit jaar een boekje uitbrengen over het echtpaar Jo en Anna Broers-Merkx. Het wordt de derde uitgave in de reeks. Eerdere uitgaven droegen als titel ‘Pater Wim van der Geest, pater, kapelaan, missionaris, verzetsheld’ en ‘Zef Hendriks, verzetsheld en burgerlijk ongehoorzaam’. De stichting wil de maand februari gebruiken om zoveel mogelijk informatie te verzamelen over Jo en Anna Broers-Merkx. Het boekje wordt naar verwachting dit najaar aan de nazaten van Jo en Anna aangeboden. Verzetshelden Brunssum Tijdens de Tweede Wereldoorlog, in de winter van ’43-’44 hebben Jo en Anna maandenlang onderdak verschaft aan een 15- tot 20-tal Joodse onderduikkinderen. Dit ondanks het feit dat het echtpaar op dat moment zelf ook al 10 kinderen had. De aanleiding was een tip over een razzia, waarna alle onderduikkinderen in Brunssum in allerijl door het verzet naar het gesloten buitenzwembad op de Brunssummerheide werden gebracht. Toen de kust weer veilig was, wilden echter veel pleegouders uit angst het onderduikkind niet meer terug. Trouwfoto Jo en Anna Broers - Foto: privécollectie familie Broers Jo Broers, machinist van de pomp- en filtergebouwen, de drinkwatervoorziening van Brunssum, woonde met Anna en de kinderen in een voor die tijd ruim huis dat bovenop de machinekamer was gebouwd. Het complex lag afgelegen in het bos, wat nu Schutterspark is, maar werd uit angst voor sabotage continu bewaakt door Duitse militairen. Met groot gevaar voor eigen leven openden Jo en Anna hun huis en hun hart in deze penibele situatie. Pas na enkele maanden waren voor alle onderduikkinderen nieuwe onderduikadressen gevonden. Het bekendste onderduikertje is Ed van Thijn geweest, de latere burgemeester van Amsterdam en prominent PvdA-politicus. Oproep aan het publiek In samenspraak met enkele leden van de familie Broers, doet de stichting bij deze een oproep aan het grote publiek om input te leveren die kan bijdragen tot een afgewogen portret van het echtpaar Jo en Anna Broers-Merkx. De stichting is op zoek naar waarheidsgetrouwe verhalen, anekdotes en foto’s. Ook is het mogelijk om informatie te delen via een persoonlijk gesprek. De stichting werkt daartoe met ‘Verhalenvangers’, vrijwilligers die een luisterend oor bieden en verhalen optekenen. Alle informatie kan tot 1 maart worden ingediend via [email protected].
0 notes