Philippines 2017 - Our last stop before heading back home...
0 notes
Exact één jaar geleden, veroorzaakte de aardbeving in Ecuador heel wat menselijk leed. Daarom vroeg vzw Eslabonsocial jullie financiële hulp om steun te kunnen bieden in het rampgebied. Dankzij jullie, zamelde Eslabonsocial meer dan 40000 euro in. Wat er met dit geld is gebeurd, kunnen jullie hier bekijken.
Daarnaast hebben Elisa en ik in januari en februari van dit jaar alle projecten in Ecuador van Eslabonsocial in beeld gezet. Alle filmpjes en foto’s over deze projecten vind je terug op www.eslabonsocial.com.
0 notes
Eslabón Social: iedereen heeft recht op een toekomst
Eslabón Social is een Belgisch/Ecuadoraanse vzw uit Guayaquil, Ecuador die zich inzet om kinderen uit de krottenwijken een mooie toekomst te geven. Hiervoor heeft Eslabón Social verschillende projecten uit de grond gestampt. Zo ondersteunt de vzw verschillende bedrijfjes in de krottenwijken van Guayaquil met financiële middelen en kennis, zodat de mensen daar meer en meer zelf hun brood kunnen verdienen. Daarnaast lopen er verschillende projecten om kinderen opvang te bieden, zodat hun ouders kunnen gaan werken en om jongeren uit de criminaliteit te houden door hen naar school te sturen of werk aan te bieden. Om deze boodschap zoveel mogelijk te verspreiden, zullen Elisa en ik de komende vijf weken alle lopende projecten van Eslabón Social in beeld zetten. Veel meer info zal dus snel volgen!
Wie graag nu al meer leest over Eslabón Social, kan terecht op of www.eslabonsocial.be en www.casitabelga.be/projecten.html
0 notes
Vulkaan Chachani beklimmen: 6075 keer sterven
Om onze reis door Peru en Bolivië in stijl te eindigen, dacht ik nog één deftige uitdaging aan te gaan. Een vulkaan van meer dan 6000 meter beklimmen vond ik best deftig genoeg. Daarom trokken we eind december naar Arequipa, een mooie koloniale stad in het zuiden van Peru. De stad zelf staat vol knappe witte gebouwen uit de Spaanse koloniale tijd, maar de twee vulkanen die als twee machtige bodyguards over de stad waken zijn nog veel indrukwekkender. Mount Misti is een actieve vulkaan van 5822 meter hoog, maar omdat die net geen 6 km hoog is (voor minder deed ik het niet), koos ik ervoor zijn buurman Chachani te beklimmen.
Deze reus is 6075 meter hoog en valt relatief gemakkelijk te beklimmen. Gemakkelijk, omdat je er geen ijsbijlen en -crampons voor nodig hebt, zoals voor bijna elke andere 6000-plusser in de wereld. Relatief, omdat er op 6000 meter hoogte een pak minder zuurstof is, de beklimming erg stijl is en vaak langs gevaarlijke besneeuwde kliffen gaat.
Aanpassen aan de hoogte
Het belangrijkste voor de start was dus acclimatiseren: zo goed mogelijk aanpassen aan de hoogte, zodat ik onderweg niet zou neergaan van de misselijkheid, hoofdpijn en alle andere symptomen van hoogteziekte. Drie weken in Cuzco op 3400 meter, een week La Paz en Lago Titicaca op 3800 meter en een week Sucre en Uyuni in Bolivië op 2800 tot 4800 meter. Perfect aangepast dus, dacht ik. Volgende vraag: ben ik fit genoeg om boven te geraken? Antwoord: we zien wel! De halve marathon van Berlijn lopen met relatief weinig voorbereiding was toch ook wel gelukt zeker?!
De tocht duurde twee dagen. Ik werd ‘s morgens door onze gids met een 4x4 opgehaald. We gingen met z’n drieën: onze Spaanstalige gids, de stevig getrainde Amerikaan Andy met een hoop klimervaring die in de Rocky Mountains woont en ik. Na drie uur in de jeep, die eerder leek op een kapotte kermisattractie, arriveerden we op ons startpunt. Met een rugzak van 20 kilo vol water, eten, kampeer- en kookgerei, warme kleren en klimmateriaal stapten we op 1,5 uur van 4900 meter naar 5200 meter waar ons basiskamp was. Daar zetten we ons tentje op en kookten we een potje energie om die nacht de top te kunnen bereiken. Met de zon aan de hemel was dat geen probleem, maar toen het begon te sneeuwen en de temperatuur onder het vriespunt ging, was gaan slapen om 18 uur de enige optie.
Of gaan liggen in de tent, want op 5200 meter valt er niet te slapen. Ook al was het windstil, we werden onmiddellijk terug wakker telkens we in slaap vielen wegens te weinig zuurstof. Om 00u30, zes wakkere uren later, kwam de gids ons ‘wekken’ en trokken we onze stapschoenen en warme kleren aan. Onder een bomvolle sterrenhemel begonnen we aan de eerste klim, met als enige licht in het duister het gele rondje voor ons op de grond afkomstig van onze koplamp. Na vijf minuten stappen leek het alsof er twee betonblokken aan mijn benen hingen, waar er na elke vijf minuten opnieuw een paar gewichten werden bij gehangen. Ademen ging sowieso al heel traag, maar hoe hoger we klommen, hoe moeilijker het werd. De hoofdpijn bleef gelukkig uit.
Van de hel naar de hemel
De eerste vier uur klimmen lukte met slechts enkele pauzes. Heel traag, stapje voor stapje, klommen we tot op het punt dat onze koplamp niet meer nodig was. De top kwam dan ook stilletjes aan in het zicht, maar vanaf dan had ik na elke 10 meter klimmen een pauze van enkele minuten nodig. Foto’s trekken of filmpjes maken zat er niet meer in. Blijven ademen en de ene voet voor de andere zien te krijgen was op dat moment het enige waar alle energie naartoe ging. Met paarse vingers en tenen als ijsklompen klommen we het laatste besneeuwde randje langs een diepe klif voorbij met onze ogen gericht op de top, die volgens de gids nog maar vijftien minuten ver was. Nooit gedacht dat vijftien minuten zo oneindig lang duurden. En dat honderd meter zo oneindig ver was. Na het laatste stukje chocolade en de laatste slok water bereikten we na vijf uur klimmen de top, exact wanneer de eerste warme zonnestralen achter de horizon op onze bevroren gezichten schenen. Die waren heel welkom, want volgens onze gids was de temperatuur op de top -15 graden.
Sabancaya’s vuur
Een minuut later spuwde de vulkaan Sabancaya in de verte meerdere keren een enorme aswolk in de lucht. Een vulkaanuitbarsting aanschouwen op de top van een 6075 meter hoge vulkaan: ‘Shit where your dreams are made of’.
Na enkele foto’s genomen te hebben van het waanzinnige uitzicht, schaatsten we over het vulkanische steengruis terug de berg af, naar ons basiskamp. We stapten opnieuw 1,5 uur met onze zware rugzak, om vervolgens drie uur te wachten op de jeep, terug drie uur rond te botsen in de kapotte kermisattractie om uiteindelijk volledig uitgeput neer te ploffen in het bed van ons hostel. ‘Missie geslaagd, maar nu stap ik nooit nooit nooit meer’, dacht ik.
1 note
·
View note
Salar de Uyuni (deel 3)
De tweede dag verlieten we al rondbotsend in de jeep het oneindige witte zout en volgden we het Dakar 2016-pad in de zuidelijke Boliviaanse zandwoestijn. Deze tocht was zo mogelijk nog onaardser dan onze race op de zoutwoestijn. De jeep klom tot een hoogte van bijna 5000 meter om de hoogste kolonie flamingo’s ter wereld te spotten. Je ruikt, voelt, ziet en hoort de vijandelijkheid van onze aarde hier: zwavel van de vulkanische geisers brandt in je neus, terwijl de zon je huid onder handen neemt. Volgens David Attenborough in Planet Earth II, verbrandt menselijke huid hier na 4 minuten. Voor mij een reden te meer om de beentjes in te smeren! De weinige planten die hier groeien zijn scherper dan een mes en waar er helemaal niets groeit, is al jaren geen druppel regen gevallen. Een echt marslandschap, en dat mag je letterlijk nemen, aangezien NASA hier hun Marsrovers laat warm rijden voor ze naar de Rode Planeet vliegen. Oppassen geblazen ook voor de wind en het zand dat ermee meevliegt. Zo heeft de wind al wervelend de deur van onze jeep uit de haak geblazen.
Hoe spannend het overdag was, zo ontspannend was het ‘s avonds. Wanneer de zon baan had geruimd voor de indrukwekkende Bolivaanse sterrenhemel, trokken we onze zwembroek aan, ontkurkten we een flesje rode wijn en genoten we van een heerlijke warmwaterbron onder de sterren. IJskoud buiten, maar 40 graden in ons natuurlijk broebbelbad, mmmh...
De volgende en laatste dag trokken we met een lichte kater naar onze laatste bestemming: Desierto de Dali. Salvador Dali zou zijn meest surreeële werken hebben gebaseerd op dit stukje Bolivaanse woestijn en we konden begrijpen waarom. De lange schaduwen die de ochtendzon over de woestijn wierp en de vreemde grote rotsblokken in het rode zand deden ons denken aan dat ene Dali-schilderij met de enorme olifanten op giga-poten in een rode, hete woestijn.
Na een laatste stop aan de Chileense grens, waar een deel van onze groep de bus nam om Chili verder te verkennen, reden Elisa en ik als enige terug naar Uyuni. Een zeven uur durende off-road trip die al onze ledematen eraan herinnerde dat ze er nog waren. Nog nooit zo blij geweest om ergens te arriveren.. Hoe dan ook, deze driedaagse trip was één van onze grootste hoogtepunten van onze reis tot nu toe!
1 note
·
View note
Salar de Uyuni (deel 2)
Na het treinkerkhof trokken we naar het midden van de zoutvlaktes, waar de zon brandde als vuur en er nergens een centimeter schaduw te vinden was. Verschroeiend warm, maar toch met een fris windje, aangezien de vlakte op 4000 meter hoogte ligt. In tegenstelling tot onze ademhaling op die hoogte, ging de 4x4 er goed vandoor, waardoor we ons niet altijd op ons gemak voelden. In augustus 2016 is hier namelijk nog een dodelijk ongeval gebeurd, waarbij drie jonge Belgische meisjes het leven lieten. De verhalen van dronken en roekeloze chauffeurs, stemden ons dan ook niet echt gerust. Gelukkig bleek onze chauffeur enkel op coca-bladeren te kauwen in plaats van af en toe een shotje wodka binnen te tikken en bestuurde hij de 4x4 alsof hij er ooit de Dakar-race mee had gewonnen. Dakar 2016 is trouwens in januari van vorig jaar gehouden in Argentinië, Chili en Bolivië, waaronder een groot stuk van onze tour.
Isla Incahuasi: ‘Shit where your dreams are made of’
Na een uurtje genieten op de de eindeloze witte mat, scheurden we verder naar Isla Incahuasi. Een surreële plek in het midden van de zoutwoestijn waar duizenden enorme cactussen hun stekelige weg naar de blauwe hemel vonden. ‘Shit where your fucking dreams are made of’, zoals een Amerikaanse backpacker zo mooi wist te zeggen.
Na een korte wandeling op dit doodse eiland, vond de zon het stilaan welletjes en begon de lucht geel, oranje, rood, en roze te kleuren. Een betere plek om de zonsondergang te aanschouwen vind je misschien wel érgens, maar het zal in ieder geval niet gemakkelijk zijn. Bolivië, a nice surprise so far!
0 notes
5 dagen zweten en zuchten om Machu Picchu te bereiken in beeld!
2 notes
·
View notes
From sand boarding in Huacachina, Ica to the Chaucilla Cemetery and the Nasca Lines in the Nasca Desert, Peru.
0 notes