Don't wanna be here? Send us removal request.
Text
Back2Work
Na 1 jaar zwangerschapsverlof, begin ik vandaag weer met een betaalde baan! Het is niet goed uit te leggen wat een eerste jaar als ouder met je doet. De verantwoordelijkheid die je voelt voor je kindje, de liefde maar ook verdeeldheid. Je vraagt je opnieuw af wie je bent en of je jezelf nog wel kunt zijn? Dat kleine hoopje mens, totaal afhankelijk van jou! Mooi en freaky scary tegelijkertijd.
Dat Nederland geen goede verlofvoorzieningen kent, weten we al jaren. Dat dit mogelijk is als we ons huidige systeem omgooien ook. Kijk maar naar Zweden. In Nederland worden ouders gedwongen om een keuze te maken: een van de twee gaat part- time werken, of stopt met werken. Natuurlijk, er bestaat een goede kinderopvangregeling, maar je moet het maar willen om je kind de hele week bij de opvang te brengen.
Ik pleit voor een Zweeds verlofjaar, in de vorm van een keuze. Partners mogen dan kiezen wie van de twee het jaar verlof opneemt. Een jaar waarin je de kans krijgt om een nieuw gezin te vormen, je actief bouwt aan de relatie met je kind en jezelf opnieuw kunt uitvinden. Er zou een keuze moeten zijn om dit doorbetaald te doen. De verheerlijking van de betaalde baan vind ik überhaupt vreemd. De creatieveling, de student, de huis-ouder, de vrijwilliger; doen zij niet allen nuttig werk? Deze mensen bouwen op een positieve manier mee aan de samenleving en hun inzet is onmisbaar! Toch heerst er de opvatting dat onbetaald werk eigenlijk niet meetelt.
Mijn man en ik hebben ervoor gekozen om een keuzejaar op te nemen. Helaas hadden wij (nog) niet de keuze om dit doorbetaald te doen. Daar hebben wij een prijs voor moeten betalen, onder meer het wonen bij (schoon)ouders. Ik kan zeggen dat ik terugkijk op een van de meest bijzondere jaren van mijn leven! Het jaar waarin ik vorm heb gegeven aan een nieuwe rol, die van het moederschap. Maar ook die van partnerschap en Marieke- zijn. Het jaar waarin ik 6 maanden lang full- time voor onze zoon heb gezorgd, om hem vervolgens een paar dagen in de week aan opvang van anderen toe te vertrouwen. In die twee dagen heb ik de dingen ondernomen die voor mij belangrijk zijn: het oppakken van mijn studie, rijlessen nemen en starten met een langgekoesterde droom: het starten van een Jongerennetwerk in Tiel!
Op deze manier hebben wij ons gezin de ruimte gegund om invulling te geven aan de nieuwe situatie. We hebben dit op ons eigen tempo gedaan, van moment tot moment gekeken naar wat goed voor ons was en van daaruit keuzes gemaakt. Door de rust die dit opleverde werd ik duidelijker dan ooit geconfronteerd met de vraag: wie ben ik en wat wil ik?
Ik ben dankbaar voor dit jaar, waarin we hebben kunnen investeren in de dingen die voor ons belangrijk zijn en dat we mogen beginnen in een nieuwe woning en voor mij, met een nieuwe baan. Ik gun elk gezin de rust van een keuzejaar! Ik geloof dat het belangrijk is om te investeren in gezinnen, omdat je daarmee een fundering bouwt voor een gezonde samenleving.
Deel jij deze mening en wil je iets doen aan de huidige ouderschapsverlofregeling in Nederland? Teken dan onderstaande petitie!
https://www.bedrock.nl/2017/08/03/modern-ouderschapsverlof/
0 notes
Text
NOTHING TO BOX
Mooie vrouwen,
wat kunnen wij toch veel leren van mannen! Ik heb het niet over schroefjes vastdraaien, een auto achteruit inparkeren of een voetbalpool winnen (say whaaat?! Zeg, waar heb jij het over. Wie zegt dat vrouwen dat niet kunnen?) maar over een te pas en te onpas soort nuchterheid, voortkomend uit de zogenoemde nothing box. Terwijl mannen daar eens in de zoveel tijd heerlijk vertoeven, knappen vrouwen de vuile klusjes (lees: issues) op die er echt toe doen. In het hier en nu. “Zeg man, dat staat hier nu dus voor je neus te gebeuren, zie je dat dan niet?” Ik ben mij er van bewust dat ik aan het chargeren ben, maar wees eerlijk, je zult er vast iets in herkennen.
Soms hebben vrouwen helaas de neiging om de man als vijand te gaan zien. Mannen als een groep vreselijk oppermachtige wezens waartegen wij op moeten (nothing)boxen. Alsof wij continu moeten bewijzen dat wij even waardevol zijn als zij.
Waarom laten mannen ons dat doen?
Terwijl de mannen die dit stuk lezen naar hun nothing box zijn gevlucht, kunnen wij vrouwen onszelf beter een andere vraag stellen: Waarom wil jij bewijzen dat je even waardevol bent als hij? Door de strijd aan te gaan erken je namelijk dat je dat niet bent. Hoewel de cijfers er niet om liegen; vrouwen verdienen minder dan mannen en bekleden nog altijd minder vaak topfuncties, denk ik dat het hoog tijd wordt om eens anders naar de materie te kijken. Laten we dan vooral beginnen bij onszelf. Als je niet eerlijk bent naar jezelf en jezelf niet op waarde schat, hoe kun je dan verwachten dat de ander dat wel zal doen?
Kijk, dit bedoel ik nu. Ik zie mezelf verzanden in allerlei reflecties, zwaar serieus gewauwel en 100 zijstraatjes, terwijl ik eigenlijk alleen maar wil zeggen dat we ook iets kunnen leren van de nuchtere, rationele aanpak van mannen. Vergeet dus deze hele blog en lees onderstaande afbeelding. Mocht je deze samenvatting te beknopt vinden, dan vind je mijn toevoeging hierop. Met alle liefde geschreven. Omdat het een niet beter is dan het ander, maar wij elkaar aanvullen.
Ik wens dat je de telefoon pakt, om iemand op te bellen die je mist.
Ik wens dat je met iemand afspreekt die je graag ziet.
Ik wens je de moed om je kwetsbaar op te stellen, uit te leggen, zodat je begrepen wordt.
Ik wens dat je veel vragen stelt, zodat je de wereld beter begrijpt.
Ik wens je de vrijmoedigheid om uit te spreken, dat wat je leuk vindt.
Ik wens je de kansen benut, om uit te spreken dat je van iemand houdt.

Sociale Gasten, dank voor deze prachtige quote en ik kijk uit naar onze samenwerking!
#jongerennetwerktiel #socialegasten #delenomdathetkan #pionierenmetgoud #mannenenvrouwenenandersom #allemaalgoed #notingtobox
0 notes
Text
Jij mag kiezen. Het verschil maken wij samen.
Woensdag 15 maart is het zover: de Tweede Kamerverkiezing. Terwijl lijsttrekkers overal opduiken om hun verkiezingsprogramma te promoten, brengt Het Centraal Planbureau de doorrekeningen van de programma’s naar buiten.
Begint het je nu al te duizelen en vraag jij je af wat je kunt bijdragen aan de ontwikkelingen in Nederland? Gebruik dan je stem. Jij bent aan zet, jij mag kiezen!
‘Hee, luister eens even. Ik mag kiezen? Dus, het hoeft niet per se?’
‘Dat klopt. Je hoeft niet te kiezen. Je mag. Maar als jij niet kiest, kiest een ander voor jou.’
‘Wat bedoel je?’
‘Op die 15 maart kiezen wij, de kiesgerechtigde burgers, wie ons vertegenwoordigen in de Tweede Kamer. De mensen in de Tweede Kamer hebben ideeën over hoe ons land het beste bestuurd kan worden. Jij hebt daar als burger vast ook ideeën over. En dat is mooi. Het verschil tussen politici en de burger die ideeën heeft over wat goed zou zijn voor Nederland, is dat zij de tijd hebben om zich hier dag in dag uit mee bezig te houden. Als jij vindt dat het compleet anders moet, kun je een nieuwe politieke partij oprichten als je wilt. Elke Nederlandse burger heeft sinds 1919 actief en passief kiesrecht!’
‘Nou nee uh, dank je. Dat klinkt als veel werk. Dat laat ik toch liever doen. Maar ja, wie moet ik kiezen?’
‘Weet je wat misschien wel iets voor jou is? De Kamergotchi’
‘De Kamer-wat?!’
‘De Kamergotchi. Ken je de Tamagotchi? Stom. Natuurlijk, dat was voor jouw tijd. Het komt hier op neer: je download de gratis app, opent een surprise- ei en krijgt een willekeurige politicus toegewezen. De politiek is nog nooit zo dichtbij gekomen.’
‘Wat bedoel je?’
‘Het is de bedoeling dat jij je politicus verzorgt. Je geeft de persoon in kwestie eten, liefde en een beetje kennis. Ik weet het, klinkt als veel werk. Maar, geloof mij, je krijgt er zoveel voor terug. Naast dat je een lijsttrekker wel erg goed leert kennen, is deze app voor meerdere doeleinden te gebruiken. Zo weet je na een paar dagen gebruik al of je eventueel toe bent aan het nemen van een puppy, of klaar bent voor een kindje.’
‘Nou, dat lijkt mij dan wel wat. Toch twijfel ik over het stemmen zelf. Mijn stem voelt als een druppel op een gloeiende plaat.’
‘Jouw stem is wel degelijk van invloed. Vele individuele druppels maken samen het verschil. Niemand kan dit land alleen besturen. Samenwerking is nodig en jouw stem is daar onderdeel van.’
‘Dank je. Zo had ik het nog niet bekeken.’
Naast dat jouw stem van invloed is, kun jij iedere dag van invloed zijn. Als je ontevreden bent over de situatie waar je in zit, doe er dan iets aan. Jij bent zelf de sleutel tot verandering. Je hebt gaven en talenten gekregen. Zet die talenten in en blijf niet aan de kant staan kijken.
Jij kiest. Het verschil maken wij samen.
2 notes
·
View notes
Text
Jij mag kiezen. Het verschil maken wij samen.
Woensdag 15 maart is het zover: de Tweede Kamerverkiezing. Terwijl lijsttrekkers overal opduiken om hun verkiezingsprogramma te promoten, brengt Het Centraal Planbureau de doorrekeningen van de programma’s naar buiten.
Begint het je nu al te duizelen en vraag jij je af wat je kunt bijdragen aan de ontwikkelingen in Nederland? Gebruik dan je stem. Jij bent aan zet, jij mag kiezen!
‘Hee, luister eens even. Ik mag kiezen? Dus, het hoeft niet per se?’
‘Dat klopt. Je hoeft niet te kiezen. Je mag. Maar als jij niet kiest, kiest een ander voor jou.’
‘Wat bedoel je?’
‘Op die 15 maart kiezen wij, de kiesgerechtigde burgers, wie ons vertegenwoordigen in de Tweede Kamer. De mensen in de Tweede Kamer hebben ideeën over hoe ons land het beste bestuurd kan worden. Jij hebt daar als burger vast ook ideeën over. En dat is mooi. Het verschil tussen politici en de burger die ideeën heeft over wat goed zou zijn voor Nederland, is dat zij de tijd hebben om zich hier dag in dag uit mee bezig te houden. Als jij vindt dat het compleet anders moet, kun je een nieuwe politieke partij oprichten als je wilt. Elke Nederlandse burger heeft sinds 1919 actief en passief kiesrecht!’
‘Nou nee uh, dank je. Dat klinkt als veel werk. Dat laat ik toch liever doen. Maar ja, wie moet ik kiezen?’
‘Weet je wat misschien wel iets voor jou is? De Kamergotchi’
‘De Kamer-wat?!’
‘De Kamergotchi. Ken je de Tamagotchi? Stom. Natuurlijk, dat was voor jouw tijd. Het komt hier op neer: je download de gratis app, opent een surprise- ei en krijgt een willekeurige politicus toegewezen. De politiek is nog nooit zo dichtbij gekomen.’
‘Wat bedoel je?’
‘Het is de bedoeling dat jij je politicus verzorgt. Je geeft de persoon in kwestie eten, liefde en een beetje kennis. Ik weet het, klinkt als veel werk. Maar, geloof mij, je krijgt er zoveel voor terug. Naast dat je een lijsttrekker wel erg goed leert kennen, is deze app voor meerdere doeleinden te gebruiken. Zo weet je na een paar dagen gebruik al of je eventueel toe bent aan het nemen van een puppy, of klaar bent voor een kindje.’
‘Nou, dat lijkt mij dan wel wat. Toch twijfel ik over het stemmen zelf. Mijn stem voelt als een druppel op een gloeiende plaat.’
‘Jouw stem is wel degelijk van invloed. Vele individuele druppels maken samen het verschil. Niemand kan dit land alleen besturen. Samenwerking is nodig en jouw stem is daar onderdeel van.’
‘Dank je. Zo had ik het nog niet bekeken.’
Naast dat jouw stem van invloed is, kun jij iedere dag van invloed zijn. Als je ontevreden bent over de situatie waar je in zit, doe er dan iets aan. Jij bent zelf de sleutel tot verandering. Je hebt gaven en talenten gekregen. Zet die talenten in en blijf niet aan de kant staan kijken.
Jij kiest. Het verschil maken wij samen.
2 notes
·
View notes
Text
Jij mag kiezen. Het verschil maken wij samen.
Woensdag 15 maart is het zover: de Tweede Kamerverkiezing. Terwijl lijsttrekkers overal opduiken om hun verkiezingsprogramma te promoten, brengt Het Centraal Planbureau de doorrekeningen van de programma’s naar buiten.
Begint het je nu al te duizelen en vraag jij je af wat je kunt bijdragen aan de ontwikkelingen in Nederland? Gebruik dan je stem. Jij bent aan zet, jij mag kiezen!
‘Hee, luister eens even. Ik mag kiezen? Dus, het hoeft niet per se?’
‘Dat klopt. Je hoeft niet te kiezen. Je mag. Maar als jij niet kiest, kiest een ander voor jou.’
‘Wat bedoel je?’
‘Op die 15 maart kiezen wij, de kiesgerechtigde burgers, wie ons vertegenwoordigen in de Tweede Kamer. De mensen in de Tweede Kamer hebben ideeën over hoe ons land het beste bestuurd kan worden. Jij hebt daar als burger vast ook ideeën over. En dat is mooi. Het verschil tussen politici en de burger die ideeën heeft over wat goed zou zijn voor Nederland, is dat zij de tijd hebben om zich hier dag in dag uit mee bezig te houden. Als jij vindt dat het compleet anders moet, kun je een nieuwe politieke partij oprichten als je wilt. Elke Nederlandse burger heeft sinds 1919 actief en passief kiesrecht!’
‘Nou nee uh, dank je. Dat klinkt als veel werk. Dat laat ik toch liever doen. Maar ja, wie moet ik kiezen?’
‘Weet je wat misschien wel iets voor jou is? De Kamergotchi’
‘De Kamer-wat?!’
‘De Kamergotchi. Ken je de Tamagotchi? Stom. Natuurlijk, dat was voor jouw tijd. Het komt hier op neer: je download de gratis app, opent een surprise- ei en krijgt een willekeurige politicus toegewezen. De politiek is nog nooit zo dichtbij gekomen.’
‘Wat bedoel je?’
‘Het is de bedoeling dat jij je politicus verzorgt. Je geeft de persoon in kwestie eten, liefde en een beetje kennis. Ik weet het, klinkt als veel werk. Maar, geloof mij, je krijgt er zoveel voor terug. Naast dat je een lijsttrekker wel erg goed leert kennen, is deze app voor meerdere doeleinden te gebruiken. Zo weet je na een paar dagen gebruik al of je eventueel toe bent aan het nemen van een puppy, of klaar bent voor een kindje.’
‘Nou, dat lijkt mij dan wel wat. Toch twijfel ik over het stemmen zelf. Mijn stem voelt als een druppel op een gloeiende plaat.’
‘Jouw stem is wel degelijk van invloed. Vele individuele druppels maken samen het verschil. Niemand kan dit land alleen besturen. Samenwerking is nodig en jouw stem is daar onderdeel van.’
‘Dank je. Zo had ik het nog niet bekeken.’
Naast dat jouw stem van invloed is, kun jij iedere dag van invloed zijn. Als je ontevreden bent over de situatie waar je in zit, doe er dan iets aan. Jij bent zelf de sleutel tot verandering. Je hebt gaven en talenten gekregen. Zet die talenten in en blijf niet aan de kant staan kijken.
Jij kiest. Het verschil maken wij samen.
2 notes
·
View notes
Text
Mevrouw, in wat voor een Nederland leeft u?
Haar blauwe ogen staan kritisch vragend. Ze wacht op antwoord. Verbluft door deze plotselinge vraag, moet ik haar het antwoord verschuldigd blijven. De vraag die even daarvoor als donderslag bij heldere hemel had geklonken.
Iets meer context. Ik geef les aan een Jeugdzorgklas, over de begrippen draagkracht en draaglast. Draagkracht maakt dat mensen het leven makkelijker aankunnen. Draaglast, je raadt het al, zorgt voor ballast in iemands leven. Draagkracht en –last kunnen zowel van binnenuit als van buitenaf komen. De maatschappij waarin iemand leeft, kan zowel een draagkracht als draaglast vormen. “Gelukkig wonen wij hier in Nederland, waar onze maatschappij een draagkracht vormt. Als mensen vast zijn gelopen in hun leven en er zelf niet uitkomen, kunnen zij altijd terugvallen op de overheid, bepaalde instanties” hoor ik mezelf zeggen. Ik wil mijn verhaal vervolgen als een van mijn studenten plotseling inbreekt met de volgende opmerking, gevolgd door een vraag: “Mevrouw, volgens mij leeft u in een heel ander Nederland dan ik. In wat voor een Nederland leeft u eigenlijk?”. Verrast door deze plotseling scherpe opmerking, val ik een moment stil. “Wat bedoel je?” vraag ik haar. “Terugvallen op de overheid? Die tijd hebben we gehad hier in Nederland. Uiteindelijk komt het er op neer dat je het zelf maar uit moet zoeken als je problemen hebt”. Haar opmerking lijkt omsloten door een laagje bitterheid. Ik wil het laagje doorprikken, maar daar lijkt het mij nu niet het juiste moment voor.
Ik laat deze vraag op mij inwerken en in sneltreinvaart flitsen er beelden van mijn leven in ons Nederland voorbij. Dertig jaar oud en nog altijd “onbezorgd” studerend. Een gelukkige jeugd gehad met veel warmte. Ouders die, door liefde gedreven, bij elkaar willen zijn. Vrienden en familie waar ik op terug kan vallen. Bovendien, opgegroeid in de jaren ’90, de gouden Disneyjaren, waarin bijna alles mogelijk was. Wij hadden het als kinderen beter dan onze ouders, iets dat ouders generatie na generatie hopen voor hun kinderen. Maar, de studenten die nu voor mij zitten, gaan zij het beter krijgen dan ik het had?
Heb ik in mijn leven te maken gehad met problemen waarbij ik de overheid nodig had om ze op te lossen? Ineens word ik mij pijnlijk bewust van de ongelijkheid die er is tussen mijn studenten en mijzelf. Waar ik enerzijds leef vanuit een gevoel van gelijkwaardigheid, klopt ongelijkheid aan de andere kant van de deur. Die ongelijkheid wil niet zeggen dat wij ongelijkwaardig zijn. Die ongelijkheid zorgt er soms wel voor dat studenten zich ongelijkwaardig voelen. Daar vragen zij niet om, maar ik ook niet.
Een moment later betrap ik mij op gevoelens van ergernis. Het is namelijk absoluut niet zo dat mijn leven van ‘een leien dakje’ gaat. Ik ken strijd, heb met ziekte en verlies te maken, met dichte deuren. Mijn leven is niet perfect en dat pretendeer ik ook niet. Wat is dan het verschil tussen mijn studenten en mij? Misschien voel ik mij prettig bij een participatiemaatschappij, de maatschappij zoals die nu is. Ik ben altijd op zoek naar mogelijkheden. Als er een deur dichtklapt, ga ik op zoek naar een raam dat open staat. ‘Wie zoekt zal immers vinden…’, zegt Mattheus 7.
Dan komt mijn valkuil om de hoek kijken: ik kan niets met mensen die opgeven, mensen die negatief gaan zitten klagen in een hoekje ‘dat het allemaal zo zwaar is. En ze zo zielig zijn’. Dan denk ik: “joh, sta op en kijk eens verder naar de mogelijkheden”. Iemand die op veel vlakken in zijn leven is vastgelopen kan dit soms niet. Dat begrijp ik. Toch geloof en hoop ik, dat ieder mens een levenskracht in zich heeft, een gevoel van vrij en onafhankelijk willen zijn, waardoor hij of zij boven de omstandigheden uit kan kijken.
Terug naar mijn student. Ik moet haar gelijk geven, de verzorgingsstaat bestaat niet meer. Mijn missie is om studenten een nieuw soort hoop mee te geven. Ik wil hen leren om kritisch en creatief te denken, waardoor zij een innerlijke kracht ontdekken die hoop geeft, die vooruitgang en vrijheid biedt. Ik wens dat zij niet langer slaaf zijn van systemen, omstandigheden of hun emoties maar dat zij zichzelf leren kennen en hun kracht in weten te zetten, ongeacht de maatschappij waarin zij leven.
Aan het eind van de les kom ik terug op de kritische vraag van mijn student. Mijn antwoord is dat haar innerlijke draagkracht sterker is dan welke draagkracht van buitenaf dan ook. Ze lijkt positief verrast door mijn opmerking, verlegen zelfs. En heel even, lees ik een mengeling van hoop, kwetsbaarheid en kracht in haar ogen.
0 notes
Text
Als je er één kent, ken je ze allemaal.
Het is fijn om in hokjes te denken. Het schept orde in een stroom van informatie. Hokjes zorgen ervoor dat je de wereld beter begrijpt. Hokjes bieden veiligheid. Neem nu het begrip Marokkaan. Het begrip Marokkaan impliceert iets. Je kunt knuffel zijn of kut. Een middenweg is er niet. En dat vinden wij wel zo makkelijk. Dankzij die generalisatie hoef je het contact niet aan te gaan. Je kent de ander immers van haver tot gort. “Oh, kijk, daar heb je weer zo’n homo, zo’n meisje met teveel make-up, zo’n autist, zo’n christen, zo’n PVV- aanhanger.” Ken je er één, dan ken je ze allemaal, is de algemene opvatting. We noemen dat met een mooi woord ‘mensenkennis’.Namen we maar eens de moeite om de ander echt te leren kennen.
Een ander bijkomend voordeel van hokjesdenken is het gemakkelijk kunnen nemen van een beslissing over een bepaalde groep zonder daar een gezicht bij te hebben. Zo wordt ‘de uitgeprocedeerde asielzoeker’ een agendapunt. Zij zijn een groep mensen die het de Nederlandse samenleving ongevraagd moeilijk maakt. Mauro gaf de asielzoeker een gezicht. Hij woonde al meer dan 10 jaar in Nederland en kon letterlijk met ons lezen en schrijven. In zijn hart een Europeaan maar dankzij zijn juridische status lang een vreemde voor ons.
Hokjesdenken is gebaseerd op vooroordelen. Bij voorkeur met een negatieve lading. Je kunt namelijk maar beter voorzichtig zijn. En, ‘wat een boer niet kent…’
Maar dan komt God langs met een hele grote gum (of de backspace-knop voor de beeldvorming van generatie 1990+). En God gumt die hokjes zomaar uit. Lijntje na lijntje verdwijnt. De mensen in de hokjes worden langzaam maar zeker bevrijd van de gevangenis die zij zelf hebben gecreëerd: hun eigen angst. Je ziet ze bewegen. Eerst onwennig nog. Zoveel ruimte zijn ze niet gewend! Sommigen klampen zich vast aan het laatste lijntje dat er nog staat. Anderen schreeuwen naar God: “Heer, blijf toch hier, ik kan niet zonder U. Wat moet ik nu?” God glimlacht en terwijl hij doorgaat met gummen antwoordt Hij: “Wat maken jullie je druk? Ga in vertrouwen en weet dat ik hier ben. Ik ben er voor iedereen. Kijk eens om je heen. Al die mensen. Ik heb ze gemaakt. Geert Wilders, Louis van Gaal, Andries Knevel. Praat eens met elkaar en leer de ander kennen.” God gaat door: “Wees geen gevangene van jezelf. Je eigen angsten. Je eigen hokjesdenken.”
En dan zijn daar al die mensen. Ze strekken hun armen totdat ze knakken. Voorzichtig verzetten ze voetje voor voetje, met in hun achterhoofd de grens in de vorm van een lijn. Maar, de grens komt niet. Dat is gek en ook wel fijn. Je ziet mensen lopen, steeds sneller en sneller. Niet van elkaar weg maar, naar elkaar toe. Ze rennen, ze dansen, ze vliegen elkaar om de hals. Je hoort hen denken: wat fijn dat zij er zijn. Wat zijn ze allemaal anders. En toch zoals ik.
En God? Hij geniet. Van al die gekke mensen, die het zichzelf zo moeilijk maken door het opwerpen van hun eigen barrières. God verzorgd de hapjes, de drankjes, de muziek. Hij knoopt gesprekjes aan met mensen. Maar bovenal geniet hij van Zijn schepselen. Zoals ze daar leven in vrijheid. De vrijheid die hij altijd heeft bedoeld.
2 notes
·
View notes
Text
Pas als je in de spiegel durft te kijken, zie je wie je werkelijk bent.
‘Ben je gelukkig?’
Gelukkig wel’.
‘Hoe weet je dat je gelukkig bent?’
‘Ik heb werkelijk geen idee. Het is dat je het mij vraagt en ik mij ineens besef dat ik niet ongelukkig ben. Dus ben ik gelukkig. Maar wat geluk inhoudt?Misschien is geluk mijn gezondheid. Zijn het familie en vrienden. Mijn niet al te problematisch verlopen schoolcarrière. Is geluk de vrijheid die ik ervaar, om te zijn wie ik ben en te doen wat ik doe. Het gegeven dat er onvoorwaardelijk van mij gehouden wordt. Dat er een liefdevolle God bestaat die boven omstandigheden- en verwachtingen uitstijgt. Of is geluk kleiner misschien? En kan ik –mega mindfull- zeggen dat ik toch wel het meest gelukkig ben als ik de geur van koffie ruik, pas gemaaid gras, spelende kinderen zie of mijn glas hef op een zwoele zomeravond, samen met de persoon van wie ik het meest houd?
Als kind had ik een vrij idealistisch karakter. Ik was begaan met de wereld. Ik kon bijvoorbeeld niet begrijpen dat wij hier in het westen zo gelukkig zijn, terwijl we met een schuin oog keken naar sterk ondervoede Afrikaanse kindjes, in oorlogsgebied. Maar, dat was op de televisie. Het fijne van de televisie is dat jij het kastje kunt bedienen. Met een druk op de knop is die ellende weer mijlenver bij je vandaan. Die sterk ondervoede kindjes daar in ver Afrika, ze bestaan natuurlijk wel maar ze zijn niet HIER. “Het is goed dat je weet wat er in de wereld gebeurt, dus kijk alsjeblieft het Jeugdjournaal, maar verwacht niet dat je iets voor hen kunt betekenen. De wereld zit nu eenmaal oneerlijk in elkaar.” Dat was de boodschap die ik meekreeg, beteuterd kijkend naar de gulden in mijn hand, die ik aan de zending afstond. Ik vroeg mij af wat die gulden voor verschil zou maken. Zijn de kinderen in Afrika daar blij mee?
Anders werd het toen ‘Operatie Schoenendoos’ aan populariteit won. Er werd van elk kind verwacht dat hij een schoenendoos vulde met (oud)speelgoed, voor een kindje in een ontwikkelingsland. Kijk, daar hadden die kinderen pas iets aan! Door mee te doen aan deze actie, had ik het idee dat ik mijn geluk deelde en de wereld hielp. Ik kwam namelijk voor het volgende dilemma te staan: geef ik mijn knuffel waarmee ik toch nooit speel weg? of mijn knuffel die te mooi is en ik eigenlijk niet kwijt wil? Ik heb er een paar nachten over geslapen. Het was makkelijk om mijn minst geliefde knuffel af te staan, dat kostte mij niets. Die kinderen in Afrika, ze hebben niets dus zij zijn overal blij mee. En toch, eerlijk vond ik het niet. Waarom zou ik meer recht hebben op een mooie knuffel dan een arm kind ver weg in Afrika? En dat, terwijl ik een kamer vol speelgoed tot mijn beschikking had en zij helemaal niets? Ik gaf mijn mooie knuffel weg. Ik heb er zeker een avond om gehuild, terwijl ik mezelf troostte met de gedachte dat ik de juiste keuze had gemaakt. Er was nu vast een kindje ver weg op de wereld enorm ‘in de gloria’ met mijn lieve en mooie knuffel!
Zo dacht ik al vroeg na over het begrip geluk. Je kunt gelukkig zijn met en voor jezelf. Als Afrika arm en ongelukkig is en mijn hulp een druppel op een gloeiende plaat, moet dat dan maar betekenen dat ik ongelukkig moet zijn? Als in: maakt hen dat gelukkiger? Moeilijke vraagstukken.
De Oostenrijks- Israëlische filosoof Martin Buber stelt dat de mens niet gelukkig kan zijn zonder (het geluk van) de ander. Zeker, we kunnen onszelf afsluiten van de buitenwereld en ons terugtrekken in ons eigen wereldje. Al zijn we gelukkig in onze eigen cocon, er zal altijd iets blijven knagen. Onvrede. Het zien van nood, maakt verantwoordelijk. En naast dat we ons niet openstellen voor de buitenwereld, sluiten we ons ook af voor onszelf. Ontwikkeling en jezelf leren kennen vindt altijd plaats in ontmoeting. De dialoog met de ander werkt als een spiegel. Pas als je in de spiegel durft te kijken, zie je wie je werkelijk bent. Dan kun je gelukkig zijn, samen met de ander!
0 notes
Text
En God schiep chemie.
Hoe kan het dat je bij subtiel pinkcontact met die zwaar aantrekkelijke man in vuur en vlam staat en het je niets doet wanneer die aardige- sorry gozer, maar daar blijft het ook bij- man toespelingen maakt? Hij kan franse (of duitse) woordjes in je oor fluisteren wat hij wil, maar het doet je niets. Al fluistert hij het complete verhaal van Romeo & Juliet in je oor, of wat dirty little secrets, zo je wilt. Jammer joh. Er is namelijk iets wat mist: chemie.
Chemie is een vaag iets. Want ja, wat is het nu eigenlijk? Niet te grijpen. Niet te sturen. Niet uit te leggen. Het moet een combinatie zijn van geur, humor, intelligentie en uiterlijk misschien. Bij dezen maak ik verschil tussen ‘biologische chemie’ en ‘geestelijke chemie’. De biologische chemie, het stofje, daar kunnen we niet zoveel mee. Ja, je kunt er genoeg mee. Chemie is leuk. Het geeft kleur aan je leven. Je voelt heel erg dat je leeft en dat is fijn. Maar wat als je een biologisch chemische klik hebt met iemand die, verstandelijk gezien, eigenlijk helemaal niet zo goed voor je is? Dan ben je toch mooi in de aap gelogeerd (zoals mijn vader zou zeggen). Zie er dan nog maar eens vanaf te komen. De gouden tip is zowel vervelend als zeer effectief: zorg dat je fysiek zo ver mogelijk van elkaar verwijderd bent. Dit komt simpelweg neer op: blijf uit elkaars buurt.
Dan de geestelijke chemie. Onder dit gebied schaar ik, voor het gemak, overeenkomsten in karakter, humor, interesse en de manier van ‘in het leven’ staan. Op dit punt kies je je vrienden uit en misschien ook je levenspartner. Maar, als jij en je partner alleen een klik hebben op geestelijk gebied, is dat dan voldoende? Voldoende, het woord alleen al klinkt matig. Ik bedoel: is het goed? zoals in “.. en God zag dat het goed was”. Ik kan het mij niet voorstellen.
Stel je eens voor: het leven zou zoveel makkelijker zijn als er een klik was in totale chemie (zowel op biologisch als geestelijk vlak) of helemaal niet. Talloze relaties waren dan gered van de ondergang. En wat zouden er veel relaties überhaupt nooit zijn geweest. Verdriet zou ons gespaard zijn gebleven. Maar, met dat verdriet ook de mooie, onvoorspelbare, niet te grijpen momenten.
Want laten we eerlijk zijn: ik word niet verliefd aan de hand van een vooropgesteld lijstje met uiterlijke en politieke voorkeuren. Nee, het gaat om het totaalplaatje. De energie die iemand uitstraalt en of dat dat matcht met mijn energielevel. Zoiets. Denk ik.
Chemie is niet te duiden. De omschrijving van het begrip is even ongrijpbaar als chemie zelf.

1 note
·
View note
Text
En God schiep chemie.
Hoe kan het dat je bij subtiel pinkcontact met die zwaar aantrekkelijke man in vuur en vlam staat en het je niets doet wanneer die aardige- sorry gozer, maar daar blijft het ook bij- man toespelingen maakt? Hij kan franse (of duitse) woordjes in je oor fluisteren wat hij wil, maar het doet je niets. Al fluistert hij het complete verhaal van Romeo & Juliet in je oor, of wat dirty little secrets, zo je wilt. Jammer joh. Er is namelijk iets wat mist: chemie.
Chemie is een vaag iets. Want ja, wat is het nu eigenlijk? Niet te grijpen. Niet te sturen. Niet uit te leggen. Het moet een combinatie zijn van geur, humor, intelligentie en uiterlijk misschien. Bij dezen maak ik verschil tussen ‘biologische chemie’ en ‘geestelijke chemie’. De biologische chemie, het stofje, daar kunnen we niet zoveel mee. Ja, je kunt er genoeg mee. Chemie is leuk. Het geeft kleur aan je leven. Je voelt heel erg dat je leeft en dat is fijn. Maar wat als je een biologisch chemische klik hebt met iemand die, verstandelijk gezien, eigenlijk helemaal niet zo goed voor je is? Dan ben je toch mooi in de aap gelogeerd (zoals mijn vader zou zeggen). Zie er dan nog maar eens vanaf te komen. De gouden tip is zowel vervelend als zeer effectief: zorg dat je fysiek zo ver mogelijk van elkaar verwijderd bent. Dit komt simpelweg neer op: blijf uit elkaars buurt.
Dan de geestelijke chemie. Onder dit gebied schaar ik, voor het gemak, overeenkomsten in karakter, humor, interesse en de manier van ‘in het leven’ staan. Op dit punt kies je je vrienden uit en misschien ook je levenspartner. Maar, als jij en je partner alleen een klik hebben op geestelijk gebied, is dat dan voldoende? Voldoende, het woord alleen al klinkt matig. Ik bedoel: is het goed? zoals in “.. en God zag dat het goed was”. Ik kan het mij niet voorstellen.
Stel je eens voor: het leven zou zoveel makkelijker zijn als er een klik was in totale chemie (zowel op biologisch als geestelijk vlak) of helemaal niet. Talloze relaties waren dan gered van de ondergang. En wat zouden er veel relaties überhaupt nooit zijn geweest. Verdriet zou ons gespaard zijn gebleven. Maar, met dat verdriet ook de mooie, onvoorspelbare, niet te grijpen momenten.
Want laten we eerlijk zijn: ik word niet verliefd aan de hand van een vooropgesteld lijstje met uiterlijke en politieke voorkeuren. Nee, het gaat om het totaalplaatje. De energie die iemand uitstraalt en of dat dat matcht met mijn energielevel. Zoiets. Denk ik.
Chemie is niet te duiden. De omschrijving van het begrip is even ongrijpbaar als chemie zelf.

1 note
·
View note
Text
Iets met respect.
Het was een zaterdag. Ik zat in de metro in Amsterdam. In de metro is er altijd leven: een jongen van een jaar of 17 die zijn muziek veel te hard heeft staan, vrolijk spelende (lees: de mobiel van hun moeder slopende) Afrikaanse kindjes en een eenling die in slaap sukkelt, waarvan ik mij afvraag of hij zijn bestemming ooit bereikt.
En ineens is daar een man, in de volksmond ook wel zwerver genoemd. De man gaat bij alle mensen langs en vraagt om wat geld. Het overgrote deel in de metro heeft toevallig geen contant geld bij zich. Even later staat de zwerver voor een welgestelde vrouw. Zij kijkt de man minachtend aan, waarna zij haar blik afwendt. De man blijft staan en herhaalt zijn vraag: “mevrouw, heeft u misschien wat geld voor mij?” De vrouw aarzelt geen seconde, staat op en zoekt een andere plaats in de metro, waarop de man verontwaardigd achter haar aanloopt en zegt: “mevrouw, mevrouw; u beledigt mij!” Ik zie het gebeuren en denk: “wow vriend, respect! Welke assertiviteitstraining heb jij gevolgd!?”
Zo is er een zwerver die vertelde dat hij na zijn hartoperatie een belangrijke opdracht heeft gekregen om de mensheid te redden. Hij heeft een gironummer geopend en als iedereen daar 1 euro op stort dan komt het goed met de wereld. Niemand zal meer gebrek lijden. De man vertelde mij trots dat er in een paar weken tijd al 13 mensen 1 euro hebben gestort. Ik wilde mijn mond open doen en zeggen: “sorry maar, dit slaat echt he-le-maal nergens op. Dit raakt kant noch wal!” toen ik mij ineens bedacht, wie ben ik eigenlijk om te zeggen dat u in een waan leeft? Dit is toch fantastisch! Deze man, in de ogen van velen een nutteloze zwerver, levend op straat en in het pension, loopt rond met een belangrijke missie om de wereld te redden. Over dagbesteding gesproken.
En dan is er nog een vrouw (zwerver) die in de heilige overtuiging leeft dat zij Jennifer Lopez in eigen persoon is. Ze vertelde mij vorige week nog dat haar cd binnenkort uitkomt. En, natuurlijk ga ik die kopen. Ik had de lach die op haar gezicht verscheen niet willen missen.
Bestemmingen. Voor de een eeuwig onbereikbaar, voor de ander dichtbij. Eén waarheid hebben deze mensen begrepen: je onbelangrijk voordoen bewijst de wereld geen dienst. Ik kijk met plaatsvervangende schaamte hoe de zwerver weg wordt gekeken en besluit dan op te staan. Het begint met anders denken. Door te luisteren doe je al iets heel belangrijks: je geeft iemand zijn waardigheid terug. Echt. Ik heb het zelf ondervonden. Het zijn net mensen. Ook zij lopen of kijken weg. Net als wij. Ook zij kennen schaamte en verdriet. Maar, het meest herkenbare is nog wel de eenzaamheid. Die wij kennen in het correct zijn en die zij kennen in het incorrect zijn in trammen, treinen en bussen.
Er is niets verlichts aan je klein maken. We zijn allemaal bedoeld om te stralen als kinderen. Want als wij van onze diepste angst bevrijdt zijn, zal onze aanwezigheid anderen bevrijden. Mooie woorden die Nelson Mandela eens sprak bij zijn inauguratie in 1994. Woorden die we wellicht eens vaker moeten overdenken, als we daar dan toch in stilte in een tram zitten.
0 notes
Text
You are here.
‘Goh, je bent erg goed in reflecteren!’ dat was een van de eerste complimenten die ik van mijn stagebegeleidster kreeg. Mijn eerste reactie hierop was niet ‘dank je wel’ maar… ‘wat voel ik hierbij? wat doet dit met mij..?’ Ik ben erachter gekomen dat mijn leven een aaneenschakeling van reflectie is. Het begon zo'n 10 jaar geleden, bij de aanvang van de opleiding Sociaal Pedagogisch Werk. Er werd mij stevig ingewreven dat reflecteren DE manier is om te leren. Ja ja, het zal allemaal wel, dacht ik toen nog achteloos.
Inmiddels ben ik erachter dat 'ze’ gelijk hebben. Ik ben gedrild, kan ik niet anders dan mij na elke stap die ik zet in mijn leven af te vragen wat ik ervan vond, voelde, dacht en vooral: hoe ik het misschien anders/beter aan had kunnen pakken.
Ik herinner mezelf als spontaan en vrolijk kind. Ik deed dingen omdat ik ze leuk vond, op gevoel. Ik vroeg mij achteraf niet af of het slim was wat ik deed, of hoe ik het anders aan had kunnen pakken. Die onbevangenheid had zoveel voordelen. Ik verlang ernaar terug als naar de tijd dat ik voor het eerst verkering had en er heilig van overtuigd was dat ik later zou trouwen met Mathijs.
Ja. Ik word er moe van om elke ervaring als een leerervaring te zien, die ik weer kan koppelen aan een of andere competentie; schrijf er een geloofwaardige reflectie over en de punten zijn binnen. Ik zou willen dat ik een jaar lang, gewoon zou kunnen leven zonder mij af te vragen wat ik erbij voelde dat ik voor hagelslag op mijn brood koos, in plaats van pindakaas, om vervolgens tot de conclusie te komen dat ik toch liever pindakaas wilde eten en hoe ik dat anders aan zou kunnen pakken.
Ik ben bang dat het te laat is, dat ik nooit meer onbevangen kan zijn als ik ooit was. Ik vraag mij af wat al dat reflecteren mij op heeft geleverd. Ik ben altijd in gedachten, continu, non stop. Dat kan ik niet uitzetten. Die stroom van gedachten zorgt er maar voor dat ik van mijn werk af word gehouden. Door de continue analyse op situaties die zich voltrekken, ben ik daarnaast steevast met het verleden bezig. Zeg, betrap ik mezelf nu op een reflectie…!?
En nu het serieuze gedeelte.
Was het niet de vrouw van Lot, die door het omkijken naar de stad die God vernietigde in een zoutpilaar veranderde? God bood Lot en zijn familie een nieuw perspectief door hen weg te leiden uit Sodom en Gomorra naar een nieuwe plek, die hij voor hen had bestemd. Hij had hen nadrukkelijk geboden niet met het verleden bezig te zijn, niet meer om te kijken. Maar, de vrouw van Lot keek toch om. Zij kon het verleden niet laten rusten. Ik betrap mij erop dat ik vaak zo bezig ben. Door situaties te herkauwen en tot in den treure te analyseren, richt ik mij op het verleden en kan ik niet zien wat er voor mij ligt. Hoeveel lasten heb ik hierdoor al gedragen die ik niet had hoeven dragen? Hoeveel momenten en kansen in het heden mis ik? Ik weet het niet maar zal het ooit weten. Mijn voornemen is om het verleden meer te laten rusten en de toekomst vol vertrouwen tegemoet te zien. Dat vraagt God ons te doen. Hij zegt “al was je verleden onbeduidend, je toekomst zal des te groter zijn”. In die wetenschap wil ik wandelen, naar die toekomst wil ik uitzien en mij uitstrekken. Wie durft er mee op weg te gaan? we gaan voor-uit. Stappen een nog onbewandeld gebied in. En daar mogen wij ruimte innemen, leven, van betekenis zijn. En dat is aardig avontuurlijk. Want (en nee, dat heeft niets met mijn onderontwikkelde richtinggevoel te maken) ik weet de weg niet. God weet dat wel. En Hij gaat mee!
Ironisch genoeg is dit inzicht mede tot stand gekomen door reflectie.
0 notes
Text
Er is leven naast NS- vertraging.
Het treinleven. Ik zou het niet willen missen. Mensen kijken mij verbaasd en met een tikkeltje medelijden aan als ze horen hoeveel kilometers ik met het spoor onder mij door af leg. Ik begrijp daar weinig van. In de trein is er van alles te beleven. Je kunt gedachteloos voor je uitstaren terwijl bomen, dorpjes en weilanden aan je zicht voorbij trekken. Je ontmoet allerlei verschillende mensen. Van luidruchtige tieners, zakenlui, studenten tot zwartrijders. Er zijn conducteurs die met een chagrijnige blik voortschrijden (het type: “je moet toch ergens je geld mee verdienen”). Er bestaan echter ook enthousiaste conducteurs. Zij hebben plezier in hun werk en proberen een originele opmerking te maken. Daar zou die eerste groep een voorbeeld aan mogen nemen. Genoeg te zien en te beleven dus. En als je daar geen zin in hebt, zonder je je lekker af in de stilte coupé (en dan maar hopen dat het er ook werkelijk stil is).
Als ik daar zit, in die stiltecoupé, is de wereld voor heel even van mij. Nippend aan mijn veel te dure, op het station gekochte, koffie trekt het leven zich als een speelfilm aan mij voorbij. Soms roept mijn hart van alles. Een nieuwe emotie bij elke stop die de trein maakt. De emotie kan veroorzaakt worden door de muziek die ik luister. Of is het andersom? Speel ik ‘Happy’ af, wanneer ik mij vrolijk voel? Ik weet het niet. 10 minuten later voel ik mij verdrietig, vervolgens weemoedig, verliefd en enthousiast. Het lijkt alsof m’n emoties op de loop gaan met mijn zijn maar als ik goed luister spelen zij een melodie. Hoge en lage tonen wisselen elkaar af. Mineur, majeur.
Een volgend fragment. Ik overdenk de moeilijke dingen die spelen in de wereld buiten mijn eigen wereldje. Politici zouden meer met de trein moeten reizen. Een verhelderend inzicht: de wereldproblematiek is op te lossen in een twee uur durende treinreis mensen! Ik overweeg Mark Rutte op te bellen maar besluit er toch vanaf te zien, want zo gauw de conducteur de eindbestemming omroept word ik opgeslokt door het leven van alledag. Met de gejaagdheid, stress en deadlines die daarbij schijnen te horen.
0 notes
Text
Als je er één kent, ken je ze allemaal.
Het is fijn om in hokjes te denken. Het schept orde in een stroom van informatie. Hokjes zorgen ervoor dat je de wereld beter begrijpt. Hokjes bieden veiligheid. Neem nu het begrip Marokkaan. Het begrip Marokkaan impliceert iets. Je kunt knuffel zijn of kut. Een middenweg is er niet. En dat vinden wij wel zo makkelijk. Dankzij die generalisatie hoef je het contact niet aan te gaan. Je kent de ander immers van haver tot gort. “Oh, kijk, daar heb je weer zo’n homo, zo’n meisje met teveel make-up, zo’n autist, zo’n christen, zo’n PVV- aanhanger.” Ken je er één, dan ken je ze allemaal, is de algemene opvatting. We noemen dat met een mooi woord ‘mensenkennis’.Namen we maar eens de moeite om de ander echt te leren kennen.
Een ander bijkomend voordeel van hokjesdenken is het gemakkelijk kunnen nemen van een beslissing over een bepaalde groep zonder daar een gezicht bij te hebben. Zo wordt ‘de uitgeprocedeerde asielzoeker’ een agendapunt. Zij zijn een groep mensen die het de Nederlandse samenleving ongevraagd moeilijk maakt. Mauro gaf de asielzoeker een gezicht. Hij woonde al meer dan 10 jaar in Nederland en kon letterlijk met ons lezen en schrijven. In zijn hart een Europeaan maar dankzij zijn juridische status lang een vreemde voor ons.
Hokjesdenken is gebaseerd op vooroordelen. Bij voorkeur met een negatieve lading. Je kunt namelijk maar beter voorzichtig zijn. En, ‘wat een boer niet kent…’
Maar dan komt God langs met een hele grote gum (of de backspace-knop voor de beeldvorming van generatie 1990+). En God gumt die hokjes zomaar uit. Lijntje na lijntje verdwijnt. De mensen in de hokjes worden langzaam maar zeker bevrijd van de gevangenis die zij zelf hebben gecreëerd: hun eigen angst. Je ziet ze bewegen. Eerst onwennig nog. Zoveel ruimte zijn ze niet gewend! Sommigen klampen zich vast aan het laatste lijntje dat er nog staat. Anderen schreeuwen naar God: “Heer, blijf toch hier, ik kan niet zonder U. Wat moet ik nu?” God glimlacht en terwijl hij doorgaat met gummen antwoordt Hij: “Wat maken jullie je druk? Ga in vertrouwen en weet dat ik hier ben. Ik ben er voor iedereen. Kijk eens om je heen. Al die mensen. Ik heb ze gemaakt. Geert Wilders, Louis van Gaal, Andries Knevel. Praat eens met elkaar en leer de ander kennen.” God gaat door: “Wees geen gevangene van jezelf. Je eigen angsten. Je eigen hokjesdenken.”
En dan zijn daar al die mensen. Ze strekken hun armen totdat ze knakken. Voorzichtig verzetten ze voetje voor voetje, met in hun achterhoofd de grens in de vorm van een lijn. Maar, de grens komt niet. Dat is gek en ook wel fijn. Je ziet mensen lopen, steeds sneller en sneller. Niet van elkaar weg maar, naar elkaar toe. Ze rennen, ze dansen, ze vliegen elkaar om de hals. Je hoort hen denken: wat fijn dat zij er zijn. Wat zijn ze allemaal anders. En toch zoals ik.
En God? Hij geniet. Van al die gekke mensen, die het zichzelf zo moeilijk maken door het opwerpen van hun eigen barrières. God verzorgd de hapjes, de drankjes, de muziek. Hij knoopt gesprekjes aan met mensen. Maar bovenal geniet hij van Zijn schepselen. Zoals ze daar leven in vrijheid. De vrijheid die hij altijd heeft bedoeld.
2 notes
·
View notes
Text
De sneaker die andere sneakers overbodig maakt.
De Converse All- Star, we hebben er allemaal op gelopen. Wie kent er niet het trotse gevoel wanneer je op de sneaker die altijd kan rond loopt te banjeren? De hechte band die je met je oude, vertrouwde All- Stars ontwikkelt. De avonturen die jullie samen beleven zijn op twee handen niet te tellen. De manier waarop je All- Star tot leven lijkt te komen, wanneer het toch geen sneakerweer blijkt te zijn: met soppende gympen kom je aan op plaats van bestemming. De kleur die steeds mooier wordt. De voorzichtige scheuren aan de binnen- en zijkant. Tot de scheuren één scheur zijn geworden en er meer scheur dan All- Star over is gebleven. Er voltrekt zich een emotioneel proces. En het is moeilijk afscheid nemen.
Fabrikant Converse bracht in 1917 de ‘All-Star’ op de markt. In een poging om de basketbalmarkt te bereiken. Helaas bleken de schoenen niet zo’n succes. Totdat basketbalspeler Chuck Taylor naar buiten bracht dat All- Stars zijn favoriete schoenen waren. Hij vond het design geweldig. Uiteindelijk kreeg de schoen de naam ‘Converse All- Stars’ en kwam Chuck’s naam op het embleem te staan.
De All- Star, ik zei het al eerder, kan altijd. Er is slechts een ‘maar’. Zelfs als je geen eigenaar bent van de sneaker der sneakers en helemaal niets met mode hebt (lees: LBD? waar heb je het over!?), weet je wat er nu gaat komen.
Een nieuwe All- Star kan nooit. Dat weet iedereen. Nieuwe All- Stars zeggen: ik ben saai. Want, ‘ik ren niet door de modder, ik haal geen nachten door, ik slaap tijdens een zwoele zomernacht niet in een park. Er kleeft geen bier aan mijn schoenen’. Schoenen? Pardon: sneakers. (Shoes are boring, wear sneakers. Remember that!) Nou, dat wil je niet. Als je met je ogenschijnlijk nonchalante maar eigenlijk zorgvuldig uitgezochte vintage kleding de deur uit stapt. Dat is niet wat je te zeggen hebt tegen de wereld. Andersom kan wel. Een net pak of jurkje met All- Stars eronder zeggen: laat je niet verleiden door dit nette voorkomen. Kijk eens goed. Ik drink niet alleen maar champagne, rijd paard en speel viool. Nee, ik ben ook avontuurlijk. Ik durf. Dus. Kom maar op als jij ook durft.
All stars vertoffen vrijwel altijd je outfit. Ver-toffen ja. Je las verstoffen he? (omdenken). Dat is de reden dat ze nooit afgeprijsd zijn. De krengen.
(ondergetekende sprint vervolgens naar de winkel om nieuwe All Stars te kopen. Omdat mijn vorige paar ooit blauw was maar nu lichtgrijs. En omdat je de All Star nauwelijks als zodanig herkent, vanwege de hoeveelheid aan scheuren. Zucht.)

0 notes
Text
NOOD BREEKT (JEUGD) WET?
Bezuinigingen, we zijn er inmiddels allemaal van doordrongen; niemand ontspringt de dans. Er wordt gesleuteld aan goed geoliede machines en dat allemaal met het oog op een beter lopende economie. Zo ook de Jeugd GGZ, die het straks met 15 % minder budget moet doen. Op dit moment heeft iedereen recht op zorg via de zorgverzekering, maar vanaf 2015 gaat dit veranderen.
Jeugdzorg, al jaren het zorgenkindje van de overheid, wordt op zijn kop gezet. Sinds er sprake is van marktwerking binnen de gezondheidszorg, we afwijkend gedrag niet langer aanvaardbaar vinden en het liefst op elk kind een sticker plakken, rijzen de kosten de spreekwoordelijke pan uit. De PGB’s (persoons gebonden budgetten) gaan als warme broodjes over de toonbank en dat moet stoppen. Gelukkig is daar de werkgroep onder leiding van meneer Heinen met het nieuwe plan genaamd: Jeugdzorg voorbij. Of uh, correctie: Jeugdzorg dichterbij. Dichterbij wie? De jeugdigen?
Dat is nog maar de vraag. Wat blijkt? Vanaf 2015 wordt Jeugdzorg, inclusief de Jeugd GGZ naar de gemeente overgeheveld. De zorgverzekering zal deze zorg niet langer waarborgen maar, uw gemeenteambtenaar gaat beslissen of uw kind in aanmerking komt voor geestelijke gezondheidszorg. ‘Een gemeenteambtenaar?’ ‘Yep, een gemeenteambtenaar’. ‘Maar, een gemeenteambtenaar weet toch niet wat..? ‘Sss..sss..ssst.. nou moet u eens even goed luisteren mevrouwtje; mijn collega’s en ik zijn uitgebreid toegerust voor deze nieuwe taak. Door middel van een 6- daagse cursus hebben wij geleerd wat de geestelijke gezondheidszorg nu eigenlijk inhoudt, zodat ik kan beoordelen of uw kind psychiatrische hulp nodig heeft. En weet u wat zo mooi is? omdat we 0.0 ervaring hebben met ‘deze tak van sport’ en deze nieuwe wet is gebaseerd op geen enkel onderzoek of praktijkproef staan we er blanco in!’ ‘Nou, vertelt u eens, wat scheelt eraan? Dan gaan wij ons niet richten op de geestelijke problemen, maar uw eigen kracht aanboren. Ja, zelf verzonnen, is het niet innovatief?’ Want, wij hebben alle vertrouwen in u als burger!
Pardon? De plaatselijke gemeenteambtenaar treedt op als duizendpoot die verstand meent te hebben van kinderpsychiatrie? Een jaar of drie geleden moest je daar nog moeite voor doen, door een diploma van Hogeschool In Holland te bemachtigen. Vandaag de dag kom je er met een 6- daagse cursus vanaf.
Maar, dat is niet alles. Er zit nog een kant aan het verhaal. De 408 gemeenten die met deze nieuwe wet gaan werken mogen zelf hun beleid bepalen. Volgens gemeenten kan de hele Jeugdzorg efficiënter en goedkoper geregeld worden. In de praktijk komt het erop neer dat gemeenten hun budget moeten verdelen tussen, pak ‘m beet, nieuwe straatverlichting en de opname van een kind in een kliniek.
Ik verwacht een massale leegloop van steden en dorpen en zie steden met een stickertje ontstaan.
0 notes
Text
SORRY, JE BESTAAT NIET.
‘Niemand zal onderworpen worden aan willekeurige arrestatie, detentie of verbanning.’ Universele Verklaring van de Rechten van de mens, artikel 9. Nederland is het meest tolerante landje op deze aardbol. Dat weten we allemaal. Toch!? Neem bijvoorbeeld de jaren ’60: de economie in Nederland floreerde en we stonden te springen om gastarbeiders. In 1964 sloten we een wervingsakkoord met Turkije en een paar jaar later volgde Marokko. Met open armen werden deze mensen ontvangen. Natuurlijk, in Nederland is er plaats voor iedereen! De gastarbeiders kregen vaak een gebedsruimte op de werkvloer, extra vakantiedagen en de vliegtickets van familie werden bekostigd. Zij blij. Wij blij. En inderdaad, wat waren we in onze nopjes, omdat we het zware- en vuile werk niet meer zelf hoefde te doen. Het waren gouden jaren. Een utopie. Wat een contrast met hoe wij vandaag de dag met 'andere vreemdelingen' omgaan. Vreemdelingendetentie (het opsluiten van onschuldige vreemdelingen); het zou officieel als aller- aller- allerlaatste optie gebruikt moeten worden, maar is in Nederland meer regel dan uitzondering. Wat is er met ons tolerante land gebeurd? “’t Land dat zorgt voor iedereen, geen hond die van een goot weet. Met nasiballen in de muur, en niemand die droog brood eet”. In 1996 nog een treffende omschrijving uit de hit “15 Miljoen mensen”. Anno 2013 zijn we vervreemd van deze eens zo kenmerkende waarheid over dit land. Stel je voor: je krijgt de stempel ‘onuitzetbare asielzoeker’ en bent zojuist de Vluchtkerk ontvlucht. Je krijgt €225,- = oprotpremie toe. Om te reizen naar vrienden, een advocaat of beltegoed te kopen. O ja, en natuurlijk ook om te voorzien in levensonderhoud, terwijl je de uitkomst van je asielverzoek afwacht. Hoe lang je hier op moet wachten? Tja, dat weet niemand. Wacht nu maar af. Dit is wie je vooral bent: een politiek demonstrant, die opkomt voor haar rechten en die van haar medemens. Je naam is Fatima. Je bent 23 jaar oud. Je hobby’s zijn gitaar spelen, dansen en je maakt graag je eigen kleding. Je studeerde rechten aan de Universiteit van Asmara. Je bent gevlucht uit Eritrea. Eigenlijk ben je heel moedig. Een heldin. Na de trauma’s die je hebt opgelopen door de onveilige situatie in Eritrea ben je afgelopen weekend voor de derde keer verhuisd binnen een jaar tijd. Als het aan de regelgeving in Nederland ligt sta je op straat. Maar alsjeblieft niet op Nederlandse bodem, want ook hier mag je niet zijn. Jij hoort hier niet, je bent illegaal. Het alternatief dat je hebt is om in vreemdelingendetentie te gaan. Het zit namelijk zo; als je voor de derde keer op wordt gepakt door de politie vanwege illegaal verblijf in Nederland beland je in de gevangenis. Niet omdat je een strafbaar feit hebt gepleegd, maar omdat je wacht op de behandeling van je asielverzoek. Jouw vooruitzicht: bij aankomst in de gevangenis ben je verplicht je helemaal uit te kleden, ter controle. Vervolgens zit je voor onbepaalde tijd 16 uur per dag opgesloten in een cel van zo’n 10 m2, samen met iemand anders. Zonder mobiele telefoon en zonder zinvol dagprogramma. Er bestaat zelfs een kans dat je in een isoleercel terecht komt. Werken mag je niet, studeren ook niet. Ben je ziek, zwanger, vrouw of kind? Sorry, no mercy. Natuurlijk is deze manier van omgaan met mensen erg voor de hand liggend; gezien artikel 9 van de Universele verklaring van de rechten van de mens, waarin staat dat niemand onderworpen zal worden aan willekeurige arrestatie, detentie of verbanning. Om nog maar te zwijgen over de plannen van staatssecretaris Teeven, die wil bezuinigen op het gevangeniswezen. De vreemdelingenbewaring wordt gehalveerd. Gehalveerd?! Waar moeten die mensen dan heen? “Nou, we zetten extra toezicht op de terugkeer van vreemdelingen”, aldus meneer Teeven. Hé, wacht even.. Maar die mensen die kunnen niet terug. Daarom zijn ze hier! Toch? Ja, want hun asielaanvraag in Nederland is of in behandeling of afgewezen, en hun thuisland wil deze mensen ook niet terug. Nederland onderhandelt ondertussen met andere Westerse landen, maar raakt de vreemdelingen aan de straatstenen niet kwijt. Zodra ‘de vreemdeling’ een voet over de grens zet wordt ze ‘linearecta’ terug gestuurd naar Nederland. “Ja, hallo Nederland; wat moeten wij hier mee? Hou maar lekker zelf!”. En de pionnetjes worden weer terug gezet. Terug in Nederland is er geen opvang, en belanden mensen op straat. Bij de derde aanhouding op straat worden ze opgepakt om weer vastgezet te worden. Maar uh, waar eigenlijk? Want in de gevangenis is er straks ook geen plek meer! Het maakt niet uit hoe, hoor je meneer Teeven denken, ze moeten terug. En als je in de praktijk onuitzetbaar blijkt, dan doen we gewoon alsof jij niet bestaat.
0 notes