#like dat is nu al 3 weken aan een stuk dat hij het heeft over voetbal (eerst over de lokale vrouwen leagues en hoe hij graag de scores
Explore tagged Tumblr posts
Text
over dichters en dobbelstenen
#ok full disclosure deze guy is mn leerkracht en ik hou van hem op persoonlijk vlak en ook regardless van zn gedachten of lesgeefstijl#however. hij is ook echt wel goed hoor. en ja ok ik ben tenderhearted omdat hij het WEER over sport heeft op poetische wijze#like dat is nu al 3 weken aan een stuk dat hij het heeft over voetbal (eerst over de lokale vrouwen leagues en hoe hij graag de scores#leest als abstracte poezie zonder de matchen gezien te hebben#dan over jurgen klopp. of vvd eerlijk gezegd het was misschien over vvd maar ik zat met jurgen in mn hoofd want ik moest denken aan zn#r*tirement :/ maar idk het was misschien over klopp hoor want my guy likes to make some incoherent statements en bob digs that shit#dan de laatste les was het vrouwen tennis en nu wielrennen. echt een man naar mn eigen hart#ik had hem moeten uitnodigen om zaterdag naar het worstelen mee te komen tbh. next time)#anyway. can we all pls hold hands and manifest him finding second hand copies of china mieville ive been trying to get him to read china#for EEEEEEVERRRRRRRRRRRR and he said he's waiting to find second hand copies like. PLS. or manifest for me to find them and ill give them#to him as graduation present
0 notes
Text
28. Art?
2/03/2020
Geen blogpost gisteren. A missed opportunity for a Next To Normal title. Press F to pay respect. Ik ben een grote fan van deze meme.
Ik heb net een mega zout omelet gegeten. Ik kan niet doseren.
Mijn zouten omelet vs. Caroline’s suiker omelet. Wie zou winnen?
Maar welkom terug op mijn chaotische blog. Pap stuurde me net al een berichtje “Hallo Wekkie. Hoe gaat het met je ?�� Ik moet wel elke dag updaten (jk jk). De muziek is nog steeds Team Starkid (TTO’s Independence! is een tongbreker.)
Ach ja, gisteren had ik geen zin om iets te schrijven, dus nu krijg je alles in één keer. Gisteren was ik precies 3 weken in Slovenië. Tijd gaat snel. Toen Barbara en ik op zaterdag naar de obag store gingen, zei Barbara ook dat het nog steeds als een lange vakantie voelt, maar dat dat gevoel binnenkort wel weg zal trekken. Ik moet dadelijk 49 pagina’s literatuur lezen, dus ja, dat zal wel kloppen.
(HMB’s Dynamic Duet is catchy, maar raar.)
Deze week is mega rustig, want ik heb maar twee colleges deze week. Dadelijk heb ik GLINT (Gay and Lesbian Introduction yada yada yada) en B&T (Body and Technology yada yada yada ik ben afkortingen aan het maken, zodat ik het niet altijd helemaal voluit hoef te schrijven) op woensdagavond. Maar oef, volgende week heb ik elke dag colleges van ong. 4 uur en op woensdag heb ik zelfs twee colleges.
Voordat ik verder ga, moet je Barbara’s coole obag zien:
Ze vroeg of ik het in elkaar kon zetten terwijl zij naar de print shop ging en toen ze thuis kwam hoorde ik een “oh wow!” vanaf de gang. Blijkbaar is haar binnenkant alleen een rits met twee zakken.
Ik dacht dat het een trim was, dus toen ik het in elkaar ging zetten, was ik zeer verward, maar nu heeft ze dus nog een extra binnenkant. Barbara had ook meteen foto’s gemaakt en blijkbaar is haar moeder nu ook fan.
(De Apocalyptour versie van Starships The Way I Do. Gelukkig hebben ze Denise vervangen met Jamie voor de live performances.)
Ik heb alle spullen die ik gekocht heb op een rij gezet, maar daar maak ik ook wel een aparte photoset van, want dan kan ik alle 3 foto’s naast elkaar zetten i.p.v. onder elkaar.
(Twisteds Finale (A Thousand And One Nights Reprise) is maar 30 seconden lang, maar het zijn 30 mooie seconden.) (SPACE Tour versie van Starships Status Quo. Ik was vergeten dat ze er een groepsnummer van hadden gemaakt.)
Dit was uiteindelijk ook het resultaat van de tassen. Alsnog, obag moet me aannemen.
(Ik snap ook de hele hype rondom Firebringers The Night Belongs to Snarl ook niet.)
Oké terug naar gisteren. Ik werd weer eens laat wakker, namelijk rond 11:00, want ik had weer eens hoofdpijn in de nacht. Ik werd wakker en de regen was vreselijk. Niemand had zin om iets te doen met dit weer.
Dus ik heb heel veel Lego Harry Potter Year 5 - 7 gespeeld, ook al hing ik vast voor 1 fucking uur op een level. En toen heb ik ook meteen Black Friday gekeken, aangezien dat dus was uitgekomen. Aangezien ik de musical al kende, genoot ik er veel van. Black Friday moet je eerst even verwerken, voordat je het kan waarderen. Dat merkte ik ook aan de reacties online en op mijn Discord.
Dit is gewoon het leven! Een regenachtige dag waar ik binnen zit met mijn games en musicals, terwijl ik koekjes eet en thee drink.
Ik ga jullie het hele gedeelte over Black Friday besparen, want dat heb ik in de vorige blog post al gedaan. Als je de musical wilt zien, dat kan je het 100% gratis op YouTube vinden. Ik ga het niet hier linken, want Black Friday is eigenlijk een deel 2 in een musical trilogie, dus hier is deel 1 The Guy Who Didn’t Like Musicals:
youtube
(Apocalyptours Little White Lie medley. Mensen moeten Little White Lie meer waarderen en niet alleen Boy Toy.)
Eigenlijk waren Caroline, Barbara, een vriendin van Barbara van plan om naar musea te gaan. Musea zijn gratis op de eerste zondag van de maand, maar ik voelde me slecht en Caroline was vermoeid van de reis naar Piran op zaterdag.
Toch besloten Barbara en ik om later iets te gaan doen. We gingen maar het Museum of Modern Art. Barbara ging rond 4 uur al naar de stad om ook naar de kerk te gaan en dan zouden we afspreken bij het museum om 5 uur. Haar vriendin zat nog in München, dus die kon niet komen.
De straat richting het museum zat vol met meerdere kunstgelegenheden. Dit was bijvoorbeeld een andere kunstgallerij:
Dit was de straat en het gebouw helemaal aan de rechterzijde is het operagebouw/ballet gebouw (met de vlaggen):
Ik weet niet wat dit was, maar ik vond het een leuke stijl:
En toepasselijk, het blokkerige gebouw was het museum:
(Apocalyptour versie van A Very Potter Musical (AVPM) Missing You. Brian H. en Brian R. deden het goed, maar ik ben gewend aan Darren als Harry Potter.)
Eenmaal binnen moest ik nog even wachten op Barbara en er lagen overal paraplu’s. Deze foto had ik gemaakt nadat een groot aantal mensen hun paraplu’s al weg hadden gehaald:
Tijdens het wachten besloot ik ook maar om even te gamen, want ik had wifi van de uni, en...
Woah. Party time.
(Oh, nu is de SPACE Tour versie van The Way I Do. Ik denk dat ik het nu maar even oversla, want ik heb dit nummer net al gehad.) (Aaaah, the meme itself. Firebringers We Got Work To Do.)
Op weg naar het museum werd ik ook gestopt door een man die vroeg of ik geloofde in Jezus Christus. Toen ik nee zei, vroeg hij of ik enige voor van religie had en... nee. En toen kreeg ik dit.
Hij zei dat ik dat nummer kon bellen voor als ik me zou bedenken. Yup, that is going into the trash. Ik heb de foto’s gemaakt, omdat ik het wel hilarisch vond. Arme man moest in de vreselijke regen staan om zieltjes te winnen.
Plus het hele “salvation” en “saving” gedoe klinkt precies hetzelfde als dat in Lulu’s boekje, dus ja, wat is nu de waarheid 😒😒😒?
Na een tijd kwam Barbara binnen en we gingen door het museum. Er waren wel een paar coole dingen, zoals dit schilderij met een klein complementaire kleurencontrast palet.
Ook vond ik deze doodles wel grappig.
Er was ook een ruimte dat over de dood ging en namelijk over concentratiekampen. Daar heb ik geen foto’s van gemaakt, want a) het voelde een beetje respectloos en b) de tekeningen die gemaakt zijn in Dachau zijn overduidelijk niet, uh, mooi in de manier dat je er graag naar kijkt. Het waren allemaal kleine tekeningen met potlood of inkt van rottende mensen en wagens met lijken enz.
Op een meer positieve noot: er was ook een hele kamer gebaseerd op het constructivisme. Ik weet nog steeds niet wat ik van constructivistische kunst moet denken (is het niet gewoon hoekerige interior design?), maar de kamer was wel cool.
Er waren ook een paar print art stukken, maar daar heb ik geen foto van. Ik heb wel opgeschreven hoe ze heten, dus misschien kan ik ze nog vinden.
(ANI’s The Force (You Got It) is nice.)
Dit was de ene helft van het museum, de andere helft was iets minder. Dat was meer geweid aan experimentele kunst, zoals dit:
De hele tijd speelde speakers het geluid van een hartslag af. Experimentele kunst is deel van moderne kunst en ik weet niet of het nu leuk is of niet.
(Starships Hideous Creatures is het minst favoriete nummer van 2 van de 3 eigenaren van Starkid.)
Het laat je denken: wat is nu kunst?
Is een steen met wat pigment nu echt kunst? Zijn wijnglazen met acrylverf kunst? Is gekleurd zand kunst?
Op een bepaald moment stond er ook gewoon een deur en ik wist niet of dat nu deel van de expositie was of niet. Dit liet me denken aan het bril experiment, waar een museumbezoeker zijn bril op de grond had gezet en ineens ging iedereen het bekijken en foto’s ervan maken, want mensen dachten dat het deel was van de expositie.
Of dat verhaal van een schoonmaker die een kunstwerk had opgeruimd en vernielt, omdat hij dacht dat die krantenknipsels en bananenschillen afval was.
(Firebringers The Night Belongs to Us is GEWELDIG. Wat een mooie Act 1 closing song.)
Bij moderne kunst denk je soms ook: dit kan ik toch ook!
Kijk maar naar die doodles van die foto hierboven. Zijn die zoveel anders dan de kleine tekeningetjes die ik maak? Er was ook een schildersdoek met druppels verf die in elkaar over waren gelopen. Man, nu voel ik me een stuk minder shit over mijn waterverf die overal heen en weer gaat.
(SPACE Tour versie van A Very Potter Sequel (AVPS) No Way is nu echt goed, want dit hebben ze ook totaal veranderd in een girl group nummer.)
Dus ja, ik liep geregeld rond met een what the fre-sh a-vaco-do gevoel. Hier is mijn ~hot take~: alles kan kunst zijn als er een reden achter zit. Herinner mijn favoriete kunstwerk The Fountain maar. Niet-kunst kan kunst worden door middel van de idee achter kunst. Je kan zelfs zeggen dat die man die zijn bril op de grond legde, ‘performance art’ maakte.
Nou, nu weet ik dat ik mega pretentieus klink en ik weet dat ik in het algemeen de pretentieuze aard van kunst mega kut vind, maar zo zit het in mijn ogen.
De reden dat ik de hele experimentele zijde niets vond was omdat ik totaal geen uitleg kreeg. Ja, dit is zand met pigment. Wow. Geweldig. Ik kan een zak pigment bij de PRO Art halen en ik reis effe met de trein naar Zeeland om die pigment op het strand te dumpen en wow, kunst.
(Firebringers Chron is raar, maar Jamie Burns is de reden dat dit nummer zo goed is. Haar stem is geweldig en ik hoop dat ze terug komt voor een andere show.) (Veel Firebringer vandaag. Nu is het tijd voor Together.)
Uitleg heb je nodig om kunst te begrijpen en zodat kunst je iets kan laten voelen. Dat is de kern. Het is net zoals één van mijn favoriete zinnen uit het boek Eleanor & Park: “Eleanor was right. She never looked nice. She looked like art, and art wasn't supposed to look nice; it was supposed to make you feel something.”
Natuurlijk kan kunst ook gewoon mooi zijn zonder uitleg. In fact, één keer heb ik dat letterlijk geschreven in een kunstopdracht op Bernardinus.
“Wat vind je van dit kunstwerk?”
Mijn antwoord: “Mooi. En ik weet dat we dat woord eigenlijk niet mogen gebruiken, maar soms is kunst gewoon mooi.”
Alsnog, kunst pretentie? Yikes.
Maar twee zandzakken zijn niet “gewoon mooi” en dan is het dus fijn om betekenis en uitleg te krijgen.
Dus ja, de rechterzijde van het museum vond ik niets. De twee zijdes waren verbonden door één grote ruimte met de geschiedenis van Sloveense kunst vanaf ca. 1899 t/m 1999. Het leukste vond ik de foto’s van begin 20e eeuw. Zoals ik bij Citizen Kane ook al zei: het is zo raar om te bedenken dat mensen toen ook al leefden, want het klinkt als een totaal andere tijd. Er was een foto van de grote Main Street in het centrum van Ljubljana uit 1916 ofzo en het is zo cool.
(TTO’s When the World’s at Stake (reprise) is zo goed en natuurlijk Joey’s improv!)
Rond 18:00 gingen Barbara en ik wat drinken in het ondergrondse café van het museum.
Barbara kon me helpen met het vertalen van de kaart, want Sloveens en Kroatisch zijn zowat hetzelfde. Ik had een zwarte thee met strawberry creme smaak en het was best goed.
En kijk wat voor een leuk theehoudertje:
Een dino!
(ANI’s One In A Million is dece.)
Oh nee jongens. Het is weer aan het regenen en ik moet dus zo naar college, maar ik wil dus ook nog een paraplu gaan kopen. Blijkbaar gaat het veel regenen.
Oké, dus Barbara en ik waren het met elkaar eens: gelukkig hoefden we niet te betalen voor dit museum. We weten niet wat de eigenlijke prijs geweest zou zijn, maar het feit dat de helft van het museum ons niet aansprak, laat zien dat het waarschijnlijk te veel geweest zou zijn.
Is dat grammaticaal correct?
Eh, whatever.
We bleven in de stad, want we hadden afgesproken om te gaan eten met Kath, Caroline en Anouk van appartement 3. Niet alle restaurants hebben Boni op zondag, maar Kath vond Joe Peña's Cantina y Bar, een Mexicaans restaurant. Het was ook heel mooi binnen, ook al viel ik wel bijna van de trap.
(De Apocalyptour versie van Starships Get Back Up is één van de beste versies.)
We hadden het ook weer over Boni. Voor €4,30 kreeg je een glas water, een kom soep, salade van een buffet en een mega groot hoofdgerecht.
Ik had een mega grote burrito met spinazie, kip en gesmolten kaas. Verder kreeg ik nog meer salade en een bakje Mexicaanse rijst. Natuurlijk heb ik het meegenomen, dus ik heb vanavond weer avondeten. Ik kan ook weer Boni gaan eten, want ik ben deze avond in het centrum vanwege mijn les. Ik zie wel. Holy shirtballs, ik heb deze mogelijkheid.
Fuck deze playlist. Ik ga Black Friday luisteren. Geen liveblog/music rec, want ik ken het nog niet goed genoeg.
Dus dat was gisteren.
Vandaag heb ik nog niet veel gedaan, maar de dag is nog niet voorbij. Ik heb de main game van Lego Harry Potter Year 5 - 7 uitgespeeld, dus nu begint het leuke deel: collecting!
Verder heb ik de laatste Doctor Who aflevering gekeken en yup, ze hebben alweer de hele geschiedenis van de Doctor herschreven. Shocking. De aflevering heeft niet eens alles opgelost, dus hoera, cliffhanger. Dit hele seizoen was mega verwarrend, dus ik denk dat ze een main storyline willen gaan uittrekken over 2 seizoenen en ik weet niet of ik dit leuk vind.
Ook heb ik boodschappen gedaan en de self-check outs zijn de Spar zijn geüpdatet, dus eindelijk ging het eens goed.
En ja. Dat is het voor nu.
1 note
·
View note
Text
Boeddha achterna in Cambodja en Vietnam.
Dit stuk verscheen in De Morgen Magazine, de weekendbijlage van De Morgen.
In 2013 reisde Stef Selfslagh met zijn gezin twee maanden door Cambodja en Vietnam. Acht jaar later geniet hij nog altijd na van de zonsondergangen, de National Geographic-momenten en de stierenpenissoep.
November 2013, Kep, Cambodja. Op een sloom stuk strand kijken we naar een overgelukkige tiener. Hij maakt - met al zijn kleren aan - een paar salto's in het zeewater. Hij ziet ons, loopt naar ons toe en schreeuwt: "Are you happy in Cambodia?" "Yes, we are", antwoorden we, want liegen doen we niet en al helemaal niet in het buitenland. "Are you?" Hij giet een waterval van woorden over ons uit. Dat zijn naam Fong is. Dat hij negentien is en uit Battambang komt. Dat hij vandaag voor het eerst de zee ziet. Dat hij plots het gevoel heeft dat er méér mogelijk is in zijn leven. Dat hij blij is dat hij zijn hoteljob heeft opgegeven om verder te studeren voor ingenieur. Dat hij ervan droomt om in Japan te gaan werken. Dat de zee hem nieuwe hoop heeft gegeven. En dat we hem nu moeten excuseren, maar dat hij dringend nog wat in het water moet gaan flikflakken. We kijken hem na en wensen hem in gedachten een R&D-job bij Sony en een dakappartement in Shibuya toe.
We, dat zijn ikzelf, mijn vrouw Greet en onze vijfjarige zoon Camu. We zijn al vier weken een als sabbatical vermomde reis door Cambodja aan het maken en begrijpen stilaan wat 'in het nu leven' betekent: een staat van onthechting bereiken waarin tijd een onnozel detail wordt. Na een maand onder de Cambodiaanse zon gefietst, gestapt, gezwommen, gelachen, geknuffeld en gedommeld te hebben, hebben we ons prakkiserende brein ingeruild voor een mindfull exemplaar. Chronologische categorieën zoals gisteren en morgen ontbinden waar we bij staan. 'Wij vergeten de dagen en de dagen vergeten ons', schrijf ik in een berichtje aan het thuisfront. De weg naar Boeddha is nog lang, maar we hebben toch al de juiste afslag genomen.
"Gaan jullie met een kleuter twee maanden door Zuidoost-Azië trekken?", hadden kennissen zich voor ons vertrek ongelovig afgevraagd. Lees: "Zijn jullie nu helemáál op jullie sabbaticcalhoofd gevallen? Camu gaat knokkelkoorts, difterie en malaria krijgen. En tussendoor gaan jullie hem van 's morgens tot 's avonds moeten entertainen. Jullie gaan niet uitgerust, maar uitgeput terugkeren."
Maar reizen met een vijfjarige snotaap was - wat had u gedacht? - geweldig. Natuurlijk waren er dingen die we met Camu niét konden doen. De girlie bars in Sihanoukville checken, bijvoorbeeld. Ons in een klooster terugtrekken voor een zesdaagse meditatiesessie. Of op het strand meer dan vijf pagina's van een boek lezen. Maar dat werd allemaal ruimschoots gecompenseerd door andere dingen. National Geographic-momenten die we in gezinsverband beleefden. De wetenschap dat we onze kleine man een stukje van de wereld cadeau deden. Onze kleine man die ons in ruil mooie uitspraken cadeau deed. ("Ik heb tranen van de blijheid", zei hij op een avond.) De wereld lag aan onze voeten en omgekeerd.
Over Cambodja schreven we in ons logboek: 'Wat een prachtig, verdrietig land.' We hadden de grootsheid van Angkor Wat gezien. De zelfs door zes miljoen landmijnen niet aan flarden gereten schoonheid van het Cambodiaanse platteland. De formidabele chaos van Phnom Penh. Maar we hadden ook door de killing fields van Choueng Ek gewandeld, waar tijdens het Rode Khmer-regime twintigduizend Cambodianen vermoord zijn. We waren ook stil geworden in Tuol Sleng, het voormalige martelkamp van Pol Pot. Het Rode Khmer-tijdperk en de daarop volgende burgeroorlog hebben er in Cambodja furieus ingehakt. Iedereen heeft geliefden verloren, iedereen is armer geworden. Als de Cambodianen glimlachen - en dat doen ze met de regelmaat van een verdienstelijk nagemaakte Rolex - zie je in hun ogen nog altijd restjes hartzeer.
In Battambang raakten we in gesprek met Khing, een tuktukchauffeur die tussen zijn achtste en zijn vijftiende als kindsoldaat tegen de Rode Khmer had gevochten. In een poging om zich van zijn kindertrauma's los te weken, had hij als adolescent tien jaar in een klooster geleefd. Hij leerde in die tijd veel over God, maar nog meer over zichzelf: "Being a monk is not about praying to the Gods. It's about practising how to live". Zijn levensdoel: professor aan de universiteit worden. Het is niet omdat de Cambodianen niet in Amerika wonen dat hun dromen miniaturen moeten zijn.
November werd afgelost door december, Cambodja door Vietnam. En daar konden we het echt niet laten. Het was zeven uur 's ochtends. We stonden voor een hotelraam dat ons een majestueus uitzicht op Hanoi bood. We voelden ons uitgelaten omdat we op het punt stonden een nieuwe stad te inflitreren. En dus riepen we - jawel -: "Gooooooood morning, Vietnaaaaaam!"
Ter verdediging: sommige dingen moet je gewoon doen. Ook al weet je dat honderdduizenden mensen je zijn voorgegaan. Je gaat ook niet naar Los Angeles zonder je tien seconden aan de Hollywoodletters te vergapen. Je weet dat het belachelijk is, maar je weet ook dat het nog belachelijker is om het krampachtig niét te doen.
In Vietnam werden onze hoofden overigens wel vaker bezocht door stukjes populaire Amerikaanse cultuur. Toen we na een dag stevig doorbanjeren in Saigon - een beetje Zuid-Vietnamees zegt nog altijd Saigon in plaats van Ho Chi Minh City - de ondergaande zon gingen uitwuiven op het dak van ons hotel, fluisterde mijn geheugen mij de lyrics in van Goodnight Saigon, het prachtige nummer van Billy Joel over de Vietnam-oorlog. Voor diegenen onder jullie die de jaren tachtig om begrijpelijke redenen (schoudervullingen, Kajagoogoo, de Bende van Nijvel) hebben verdrongen, deze kleine reminder: 'We met as soulmates on Parris Island / We left as inmates from an asylum / We came in spastic, like tameless horses / We left in plastic, as numbered corpses.'
Ik ga niet beweren dat je in Vietnam geweest moet zijn om Goodnight Saigon te begrijpen, maar geloof me: het hélpt. Je kan er de oorlog in je verbeelding gewoon re-enacten.
In een dorp vlakbij Hoi An voeren we met een bootje door de moerassen waar Vietnamese soldaten verrassingsaanvallen uitvoerden op Amerikaanse GI's. In Saigon aten we noedelsoep in Pho Binh, een onooglijk noedelrestaurant dat dienst deed als het geheime hoofdkwartier van de Viet Cong. In het Reunification Palace liepen we in de kamer waarin Henry Kissinger met Le Duc Tho de scenario's voor een mogelijke vredesovereenkomst besprak. En in de Saigon Saigon Bar van hotel Caravelle, tijdens de oorlog de uitvalsbasis van de buitenlandse persbureaus, konden we ons al na één pint prima voorstellen wat twintig pinten moeten doen met een oorlogsjournalist die ver van huis is.
Al reizend kregen we de indruk dat de sinds 1976 herenigde Noord- en Zuid-Vietnamezen opnieuw prima met elkaar kunnen opschieten. Maar toen we voor die hypothese bevestiging zochten bij Dang, een 28-jarige man uit Hanoi, zei hij: "Uniting two parts of a nation is easier than uniting the hearts of people." De Duitsers weten wat hij bedoelt.
Viel er in Vietnam ook wat te lachen, vraagt u zich nagelbijtend af? Jazeker. In The Ninh Binh Legend, een eenzaam hotel temidden van verlaten, naar een nieuwe toekomst hunkerende rijstvelden, vonden we het neologisme 'onslikbaar' uit. We hadden net de lokale soep geproefd en die was al na één nanoseconde opnieuw in ons bord beland. Ons verdict: deze soep is onslikbaar. En voor alle duidelijkheid: dat is géén synoniem van oneetbaar. Oneetbaar wil zeggen dat je het voedsel met enige moeite via keelgat en slokdarm naar je maag hebt getransporteerd, maar dat je het niet lekker vindt. Onslikbaar wil zeggen dat het dermate weerzinwekkend is dat de smaakpapillen in je mond alarmfase vijf afkondigen en allemaal tegelijk zeggen: tot hier en niet verder.
Enkele Vietnamhoogtepunten, gerieflijk samengevat: 1. Hand in hand over een spoorweg wandelen die schaamteloos een verzameling rijhuizen doorkruist. 2. In een rickshaw over de Long Bien-brug van Gustave Eiffel rijden. 3. Je Bill Gates wanen telkens een geldautomaat een paar miljoen Vietnamese Dong uitspuwt (1 miljoen Dong = 36 euro).
Twee dagen voor Kerstmis - de tijd vloog ondertussen sneller dan een Aziatische steenarend - speelden we met Camu een laatste keer in het zwembad van het Grand Hotel Saigon. Bij een temperatuur van 32 graden dansten we op Merry Christmas Everyone van Shakin' Stevens. Twee maanden eerder wisten we nog niet dat dit ging gebeuren. Maar we wisten al wel dat we precies voor dit soort momenten deze reis gingen maken.
De balans van onze trip? We bezochten 2 landen, 3 wereldsteden, 6 dorpen, 1 jungle en 2 eilanden. We zwommen in 2 zeeën, 1 rivier, 2 watervallen en 7 zwembaden. We vingen 5 vissen: 3 saaie, 1 kleurrijke en 1 sidderaalachtige. Camu leerde 6 nieuwe dingen: snorkelen, inktvis eten, in Khmer-letters 'dankjewel' schrijven, biljarten, bidden (zij het gibberend en tot een niet nader genoemde God) en foutloos 'A man ain't no man when a man ain't got no horse man' zeggen.
We sliepen 2 nachten op een houten plank. We overwogen 1 keer om stierenpenis-soep te eten (op de foto op de menukaart zag het eruit als spekkoek in artisjokmousse). We fotografeerden 1 standbeeld van een krab. We speelden op 6 verschillende hotelbedden scènes uit Kung Fu Panda na. We verzonnen 3 verhalen-voor-het-slapengaan: 'Het Dribbelwonder Van Hanoi', 'De Saigonvogel' en 'Het Ongelukkige Cijfer Twee'.
We zagen 1 Cambodiaan met vier duimen en 2 Vietnamezen zonder ogen. Ik werd door 6 masseuses onder handen genomen, waarvan er 2 mij galant een happy ending voorstelden. Greet droeg op een markt in Phnom Penh 1 zwarte pruik en verbood mij 39 keer om de foto's daarvan openbaar te maken. En we namen 1 prachtige, splinternieuwe definitie van reizen mee naar huis: 'Travelling is not about collecting memories. It's about practising how to live.' (Met dank aan Khing, vandaag waarschijnlijk professor aan een Cambodiaanse universiteit.)
1 note
·
View note