Tumgik
#ikwilnaarkantoor
elgerben · 4 years
Text
Zo leuk is het niet, dat thuiswerken!
Op 12 maart 2020 had onze afdeling de laatste kennisdelingsmiddag. Vanaf 13 maart zaten wij allemaal noodgedwongen thuis. ‘Werk zoveel mogelijk vanuit huis’ had voor mij iets overzichtelijks en tijdelijks. Toen onze manager in Teams vroeg of iemand nog iets nodig had om zijn werk te kunnen doen, grapte ik dat mijn koffiebonen bijna op waren. Inmiddels zijn we dertien weken en acht kilo koffiebonen verder en waar werk ik aan deze reflectie op de afgelopen weken? Thuis!
Ik ben altijd een groot voorstander geweest van hybride werken. De eerste weken was ik dan ook behoorlijk enthousiast over mijn eigen werkplek. Ik kwam eindelijk aan een aantal grotere klussen toe, literatuuronderzoeken voor docenten met name. Het was heel efficiënt om na de ochtenddouche met een verse kop koffie achter de laptop plaats te nemen. Geen reistijd betekende ook dat ik om 17.00 uur direct het huis kon gaan schoonmaken, kon koken of op de bank kon zitten met een boek. Terug naar de jaren dertig, met een leven dat zich afspeelt in en om het huis.
De realiteit kwam acht weken later. Want voor mij zit de dynamiek van het onderwijs in de afwisseling van de functie. Een gesprek met een docent, een afspraak met een manager, dan door naar een gastcollege en de tijd die overblijft is te kort om terug naar kantoor te gaan: even koffiedrinken in de mediatheek, met collega’s Leonore en Krishne. Daarna op de fiets naar huis en in de avond nog een vergadering voor de RvT van SKOC de Hoeksche School Kinderopvang of een eigen klant die ik moet coachen. De dynamiek die ik beschreef is platgeslagen tot het scherm van mijn laptop: alle afspraken spelen zich af op het scherm.
Om mij heen is ook iedereen thuis, in deze gehorige jaren dertig één-kamerappartementen en dat betekent burengerucht. Heel frustrerend en zonder uitzicht op een goede werkplek ook behoorlijk perspectiefloos. Vooral dat gebrek aan perspectief (wanneer mogen we weer naar kantoor?) begint me op te breken. Door vermenging van werkruimte en privéruimte merk ik dat ik onrustig word en slechter slaap. Mijn huis is niet geschikt voor thuiswerken, de buurt is er niet geschikt voor en zelfs ik – die er wel geschikt voor was-  verlang zo langzamerhand naar een wisseling van omgeving, naar een collegezaal, een kantoor, met echte mensen om mij heen.
Kijk, werkelijke reden tot klagen is er niet: mijn partner en ik hebben allebei genoeg werk te doen, we hebben een dak boven het hoofd, ik heb een fijne bureaustoel, thuiswerken heeft zijn voordelen gehad etc. Maar het is grondig tijd voor iets anders, voor nieuwe uitzichten, voor zicht op de toekomst. Want werken is toch wel meer dan het zo efficiënt mogelijk uitvoeren van mijn takenpakket, het is ook een sociaal construct waarbij het hard nodig is mij door collega’s, docenten en studenten te laten voeden.
0 notes