#het vuur de baas
Explore tagged Tumblr posts
Text
Laat de spelen maar beginnen.
Nou. Nou, nou, nou. Het is dan toch zo ver. De grote dag is eindelijk aangebroken. Het was genieten om te zien hoe jullie dashboards in vuur en vlam zetten met jullie pittige commentaar, jullie kattenkiekjes, drakentekeningen, receptpolls, onjuiste citaten en Barbie-memes (maar voornamelijk met jullie kattenkiekjes.) Vanaf 20 april kan iedereen Blaze gebruiken voor elkaars berichten: scrol door je dashboard om te zien welke berichten er echt uit springen en zorg er dan voor dat duizenden totale vreemdelingen dat bericht ook te zien krijgen. Dit is voornamelijk voor de lol, maar jullie blijven altijd de baas over jullie eigen content. Daarom zijn er hier een aantal belangrijke punten:
Instellingen op blogniveau: voor alle blogs wordt de optie om Blaze te gebruiken standaard ingeschakeld. We laten je dit weten zodat je Blaze kunt uitschakelen voor blogs waarvan je niet wilt dat Blaze wordt gebruikt. (snelle link voor het web). Vergeet het in dat geval niet ook voor secundaire blogs uit te schakelen die je Blaze-vrij wilt houden.
Instellingen op berichtniveau: deze instellingen overschrijven je Blaze-instellingen op blogniveau. Je kunt Blaze via de berichteditor via het tandwiel (web) of het menu met de drie puntjes (mobiel) inschakelen (vóór of na het plaatsen van het bericht), ongeacht wat de Blaze-instellingen voor je blog zijn. Berichten waarvoor je eerder reblogs hebt uitgeschakeld zijn ook via Blaze niet te delen. Tenzij je het bericht bewerkt en Blaze inschakelt, uiteraard.
Mensen van vlees en bloed controleren alle berichten waarop Blaze wordt toegepast voordat deze worden doorgezet. Als er iets verdachts aan de hand is of als het schadelijk lijkt, wordt er op de rem getrapt.
Als iemand Blaze op een van jouw berichten wil toepassen, ontvang jij een e-mail, pushbericht en/of activiteitsitem (afhankelijk van je instellingen).
Je kunt in dat geval dat specifieke gebruik van Blaze annuleren voordat het wordt geactiveerd, of achteraf als Blaze al actief is, door op de/het voornoemde e-mail, pushbericht of item te reageren of via het tabblad Actief in je Blaze-interface.
We accepteren alleen berichten die voldoen aan onze algemene advertentierichtlijnen. Wil je rechtstreeks adverteren? Kijk dan hier voor meer informatie.
Hier vind je een aantal veelgestelde vragen en de antwoorden.
Dat is alles, beloofd! Wees aardig voor elkaar en veel plezier! En zoals altijd, als je contact met ons wilt opnemen, kan dat via @wip of Support (alleen Engelstalig) en houd een oogje op het nieuws via @changes.
2 notes
·
View notes
Text
Jeroen Lutters - In de fundatie 8/12
Als groep kregen we een workshop over Art Based Learning, na wat achtergrond informatie ondergingen we deze theorie zelf. Hieronder wat aantekeningen:
IN KUNST ZIT KENNIS
De methode paste we toe tijdens de tentoonstelling van het werk van Mariaane Von Werfkin in de fundatie op 8/12/24.
Stap 1: Verzin een vraag, waar hou je je nu op dit moment mee bezig?
Tijdens het uitvoeren als facilitator hiervan: Doe zelf mee, heb ook een vraag. Dwing niet, niemand is ' de baas'. Wees transparant & denk om de context
Vervolgens mochten we de vraag weer 'vergeten' . We kregen 10 minuten om de gehele tentoonstelling te bekijken.
Vervolgens kozen we 1 kunstwerk wat er voor ons op dat moment uit sprong. ' Welk werk kiest jou?'
Altariteit = Het ervaren van dat wat je niet begrijpt
! Door aandacht kan er juist een klik ontstaan
Stap 2: Laat het gekozen werk tot je spreken, kijk en luister ernaar. Wat valt je op?
Dit schreef ik erover:
Hoe het water langs de rotsen naar beneden stroomt. Dat ik twijfelde over de richting van het stromende water, en hoe deze van kleur veranderd. Hoe de kleur blijft plakken terwijl het water blijft stromen, dezelfde kant op als waar de trein naartoe gaat.
Dat het de bergen niet op lijkt te vallen. Ze zijn bezig met de sloopkogel die recht op hun afkomt. Angst in de ogen, boosheid, woede, afschuw. Verdediging. Een zeehond, een mol, botten, een dinosaurus, een alien, een staart van een krokodil, een groot gapende mond. Meerdere daarvan. Dat hoe dichter de sloopkogel is hoe meer angst er is. Een soort overgave aan diens lot misschien?
Hoe verder ze weg staan hoe meer verdediging en woede er is, vuur?
De emotie rots.
Allen gericht op eenzelfde vijand. Een gezamenlijke vijand, die meerdere emoties oproept. Ze zijn al verbonden, vormen een pakt maar zo’n kleine sloopkogel blijkt toch meer kracht of inpakt te hebben op een samengevoegde rotswand van stukken steen met elk een eigen karakter en emotiehuishouding en verdedigingsmechanisme en taak in het geheel. Waar sommige een poging tot actie ondernemen geven anderen het op, kijken weerloos toe tot het hun eigen tijd is.
Stap 3 is onderdeel worden van. Onderdeel worden van het landschap, neem een positie is. - alles kan- creëer een mogelijke wereld.
Dit schreef ik erover:
Het is een oorverdovend kabaal. Er klinkt een onmenselijk geschreeuw en gekrijs van langs elkaar schuivende rotsblokken. Het water blijft kalm maar wordt af en toe langs de rotswand geklotst, een paar druppels raken de treinrails, ze worden snel droog gereden door de treinen die af en aan lege en volle wagons langs het zicht van de woedende doch angstige en verdrietige rotspartij. Mensen communiceren enkel met kleuren omdat het gehoor zo beschadigd is. Ze accepteren het, hebben een nieuwe manier gevonden om tot communicatie en verdere vernietiging te komen.
In de achtergrond nog verse onaangetaste bergpartijen, die hun lot enkel kunnen horen aankomen. De aarde voelt warm, het water tot bijna koken gewreven.
Stap 4 is het deel waar de creatie wordt aangevuld met reflectie. Nu mag het betekenis krijgen. Denk weer terug aan de vraag en voel of er een eventueel antwoord in zit.
Als facilitator is het belangrijk om je kwetsbaarheid te tonen EN het (beter) te weten. Het gaat om vertrouwen.
Ik vond het interessant en waardevol om op deze manier de stappen te doorlopen.
Wat ik meeneem is vooral het laatste wat ik schreef: Kwetsbaar zijn EN het weten.
1 note
·
View note
Text
ANGST VOOR HONDEN EN HONDENBEZITTERS KYNOLOGISCH GEBOEKSTAAFD
Het boek van Rob Kerkhoven kan niet zonder een disclaimer. Of in beter Nederlands een oordeelonthouding, voorwaardelijkheidsverklaring of vrijtekening. Hij wil niet aansprakelijk worden gehouden voor de uitlatingen in het boek. Vreemd is dat wel, want de schrijfsels komen uit zijn pen. Maar het zijn slechts verhalen laat hij in de inleiding weten. Verzonnen verhalen met een kern van waarheid, want waar rook is is vuur. Verhalen met inhoud waarin hij het lijdend voorwerp is, de strekking heeft hij pijnlijk aan de lijve ondervonden. Maar toch moeten we deze met een korreltje zout nemen, zo stelt Kerkhoven. Elke gelijkenis met reële gebeurtenissen en/of bestaande personen of personages berust op louter toeval.
Het is nogal een heikele kwestie die Kerkhoven in de uitgave "Hij doet niks hoor" aansnijdt. Hij begeeft zich op glad ijs en dreigt er doorheen te zakken. Raakt hiermee vele hondenbezitters in de ziel, vandaar dus dan ook die vrijwaring. Niet alleen is hij als de dood voor honden, zoals hij omschrijft in 33 kynofobische vertellingen, ook wordt hij zenuwachtig bij de gedachte dat al die liefhebbers van blaffende, keffende en grommende viervoeters na het lezen van zijn geschrift scheldend bij hem op de stoep kunnen staan. "Ontdek liever de humoristische kant van het leesvoer. Lach erom", spelt hij mij op de mouw. Jazeker, want ik ben er ook zo één, die eens te vaak op een wandeling tegen tegenliggers roept "hij doet niks hoor". Na het lezen van het boek hoor ik het me zelf zeggen en probeer me alras te corrigeren.
Het is een fobie, die angst voor honden. Maar evenzo serieus als elke andere fobie dat is. Ik bijvoorbeeld heb angst voor grote hoogten, zelfs staand op de stoeprand zweet ik al peentjes bij wijze van spreken. Zit die paniek tussen mijn oren of is het een ernstige fobie. Gewoon recht vooruit kijken, houd ik mezelf geruststellend voor, de horizon horizontaal in het vizier houden - vooral niet naar beneden kijken. Of hoogtes mijden, maar dat wil niet altijd even goed lukken. Net als Rob Kerkhoven, die wel probeert uit de spanning van de actieradius van de hond te blijven. Maar dit lukt niet altijd even goed blijkt uit de verhalen in het boek.
Inderdaad, op een meer dan grappige manier neemt hij zijn fobie en in minder bedekte termen de hondenbezitter op de hak. Op diverse mogelijke manieren komen letterlijk pijnlijke en figuurlijk gevoelige ervaringen ter sprake. Uit alles blijkt dat hij geen zwak voor honden heeft, in de zin van zwak vlees en een gewillige geest. Het liefst zal hij hondenbezitters uit het straatbeeld bannen om daarmee de harige viervoeters gelukkigerwijs ook kwijt te zijn. Hij heeft het niet op honden en daarmee zeker ook niet op de bezitters ervan.
Meestal kunnen de keffers en blaffers er niets aan doen, want de baasjes hebben hen met cursussen in gehoorzaamheid zo gevormd en mismaakt. Kerkhoven schrijft uit ervaring, zijn getuigenissen zijn geen verschrijvingen hoewel deze weleens worden aangedikt en opgeblazen. Maar goed, met een fobie tussen de oren lijkt de wereld te bestaan uit extravagant grote, in zijn geval, honden. Van een muis maakt hij een olifant, illustreert zijn angst met de metershoge Mannes in Assen op de omslag van zijn boek. Gelukkig ziet hij de humor wel in van zijn eigen vrees, die voor buitenstaanders waarschijnlijk gechargeerd overkomt.
Nadat hij diverse voorbeelden heeft uitgeschreven en opgetekend, op een filosofische en beschouwelijke eigenwijze wijze heeft uitgewerkt, mijmert Kerkhoven over manieren om de hond van de straat te krijgen. Daarvoor heeft hij een manifest met hamer- en sikkelstukken opgesteld. Daarin wenst hij onder meer de bezitters een exorbitant hoge hondenbelasting op te leggen, het aantal beesten per huishouding te beperken en het uitlaten aan banden te leggen. Muilkorven stimuleren en grote en stinkende hondenrassen ontmoedigen. Hond en baas een bewijs van goed gedrag verplichten, zodat ze wettelijk aangesproken kunnen worden op wangedrag. En er dient vanzelfsprekend streng gehandhaafd te worden.
In het buitenland, met name China en Indonesië, is vlees van de hond mits goed bereidt een delicatesse. Kerkhoven is daarom voorstander om van de hond klapstuk, schenkel, ossenhaas en sukade standaard in het vleesschap van de supermarkt op te nemen. Zo ook hondenworst en -gehakt. Hij gooit er zelfs een recept tegenaan in zijn boek, waardoor ik alras sta te kwijlen zoals mijn hond doet wanneer ik een boterham zit te eten. Hij schrijft een hondencoach voor, want voor iedere scheet die dwars zit is tegenwoordig wel een training te vinden. Al deze soorten van instructeurs somt hij op een geestige manier op. Een glimlach kan ik, zelfs als notoire hondenbezitter, zeker niet onderdrukken.
Als een ware vertegenwoordiger in hondenrijwielen, jazeker die bestaan want voor de hondenfan is niets te gek, prijst Kerkhoven hondenkoetsjes, -buggy's, -rollators en -kinderwagens aan. Je loopt voor gek met je hond in een karretje, maar dat is de bedoeling. Kerkhoven somt de voordelen op, maar zijn eigen baat hierbij is dat de hond van de straat is en minder makkelijk hem kan belagen. "De een loopt je omver, de volgende springt zonder enige reden tegen je op, de derde besnuffelt je kruis, een vierde draait almaar om je heen of besluipt je op slinkse wijze van achteren, weer een ander kan niet tegen handen-in-je-zak en dan zijn er ook nog de allergevaarlijkste, de bijtgrage exemplaren." Het veelgeprezen hondenfluitje werkt voor geen meter; de dieren rennen niet jankend weg zoals de fabrikant voorspelt maar komen zelfs dolenthousiast op de fluiter aan.
Niet enkel vaart Kerkhoven dus uit naar de hondenbezitter om hen omfloerst de huid vol te schelden (de uitvaart is overigens tevens een item in zijn boek), ook probeert hij andere manieren aan te geven bij hen roet in het eten te gooien. Naast zijn eigen ervaringen, vervelende ontmoetingen en angstig treffen geeft hij oplossingen om van de kynofobie af te komen. Vooreerst is dat het uitbannen van de hond, zodat de fobist op geen enkele manier meer in aanraking kan komen met de viervoeter. Is de aanleiding verbannen en op zijn best om zeep geholpen, kan de term kynofobie uit het woordenboek worden geschrapt. Geen hond, geen angst. De stoornis is verholpen, de verstoring opgelost. Maar met zo'n groot aantal honden op de vierkante kilometer is dat geen eenvoudige zaak, laat staan dat de baasjes zover te krijgen zijn dat ze hun harige vrienden willen afstaan.
Daarom is Kerkhoven voorstander van een ontmoedigingsbeleid. Voor hem is een hond al de vijand, zoals de wolf dat voor schapen is. Nederland is te klein voor de duizenden honden die aangelijnd dan wel los rondrennen in bossen, op paden, langs sloten en over straat. Hij wil paal en perk stellen. Vrijwel op het eind van zijn 33-delige tirade moet hem iets beschamends van het hart, komt hij uit de kast figuurlijk gesproken. Heel lang geleden namelijk bezat hij zelf een keeshond, een jeugdzonde. Uiteraard volgt er een hondennamen top 10 die in de trant van Rob Kerkhoven niet gespeend is van enige humoristische nonsens. Hij wil, hoewel bij hoog en bij laag tegenstander van de canis is een compleet hondenboek afleveren waar zelfs de hondenbezitter mee uit de voeten kan. Een top 10 van historische en van adellijke hondennamen dan nog, een top 10 voor wanneer je twee honden hebt en een top 10 voor criminele, zeer agressieve bijtgrage monsters. Napoleon, Cerberus, Laurel en Hardy, Mini en Maxi, Osama, Trump - ik hoor het de baasjes nog niet roepen wanneer de hond(en) de tegengestelde richting op rent. Misschien nog wel Augurk, Stinkie of Pisbak. O ja, dan is er nog een topsporter hondennamen top 10, culturele hondennamen, onnozele, melige, stomste en meest vergezochte hondennamen. De duim van Kerkhoven is dik en er wordt gelukkig veel aan gezogen.
Tot slot somt Rob enkele manieren op om toch een onbekende hond veilig te benaderen, want hij weet ook wel dat deze dieren never nooit niet uit het straatbeeld zullen verdwijnen zijn tenlasteleggingen ten spijt. Het zijn steekhoudende adviezen die hij uit monden van diverse hondenbaasjes optekende. Raadgevingen waar de kynofoob iets mee kan, hoewel het mijden en doodrijden ... eh ... doodzwijgen de voorkeur van Kerkhoven heeft.
Het is een vermakelijk boek dat "Hij doet niks hoor", met een serieuze ondertoon. De bangheid schrijft Kerkhoven van zich af. En wat werkt beter tegen angst en vrees dan een stuk humor. Door belachelijk te maken kun je relativeren en van een olifant een muis maken. Met een lach is de traan vergeten. De opgeblazen bibberatie wordt grinnikend doorgeprikt. Maar ik loop wel een straatje extra om met de hond wanneer ik het silhouet van Rob Kerkhoven gewaar wordt. De stuipen zijn hem op het lijf afgetekend wanneer ik zijn schrijven mag geloven. Daar wil ik geen steentje aan bijdragen. "Hij doet niks hoor", hoor ik Emma zeggen. Daar ben ik niet zo zeker van gezien zijn manifest tegen de hond maar vooral anti de hondenbezitter. Het maakt mij robofoop. Ik ga hem voortaan uit de weg. Stel je voor dat hij me omver loopt, zonder enige reden tegen me opspringt, mijn kruis besnuffelt, om mij heen draait en op slinkse wijze van achteren besluipt. Ik durf er niet aan te denken. Ik haal mijn handen uit de zakken en wuif hem vriendelijk gedag. Vaarwel en tot ziens.
Hij doet niks hoor. Kynofobische verhalen. Rob Kerkhoven. Uitgave Boek-scout, 2024.
0 notes
Text
Hints aflevering 4
Elke week sporen wij het internet af naar de beste hints en tips van de afgelopen aflevering en proberen wij alle hints te verifiëren. Heb je hints? Stuur deze vooral op, dat wordt erg gewaardeerd! Hier de hints van aflevering 4: Voor het zeggen.
Titel De titel van deze aflevering is ‘Voor het zeggen’ en dit betekend op zijn meest basale manier dat als iemand het voor het zeggen heeft de baas is of alles regelt. Met deze uitdrukking, maar ook met de wat letterlijke vertaling hebben wij enkele hints gevonden voor deze titel: - Splinter is de eerste kandidaat die in ieders hoofd schiet bij het zien van deze titel. Splinter heeft als penningmeester de belangrijke taak dat hij in zowel opdracht 1 als opdracht 2 de taakverdeling voor het zeggen had. - Een leukere hints is die naar Joshua, die voorleest in de bus en het daarmee voor het zeggen heeft (behalve voor Rocky die met een koptelefoon op ligt te slapen). - Dan nog een hint naar die laatste, Rocky haar stem is als eerste te horen in de aflevering en daarmee heeft ze het dus als eerst voor het zeggen.
Positie van de mol Wij vinden een handig hulpmiddel om de mol te ontmaskeren om na te denken over de positie die de mol in het spel zou innemen. Als ik de mol was, en mijn taak is het om zo min mogelijk geld in het laatje te brengen en anderen te saboteren zonder ontmaskerd te worden, hoe zou ik dan te werk gaan? En welke kandidaat neemt eenzelfde positie in?
Opdracht 1, Meeliften kent twee posities, één van de kandidaten in de lift, de kandidaten met algemene kennis die de vragen moeten beantwoorden, en één van de kandidaten buiten de lift die de vragen moeten stellen en antwoorden moeten opschrijven. Op beide plekken valt goed te mollen, zo kan je als kandidaat in de lift weinig antwoorden goed hebben, of op zijn minst geen hele vragen goed hebben (want die zijn €50 ipv 5 per vraag). Op basis van de analyse en dit schema van de Thermolmeter lijkt hierbij Renée vooral verdacht, maar is Joshua ook niet heel goed bezig. Nu moet hier wel bij aangegeven worden dat hier niet het hele bedrag gerepresenteerd is en dit dus een vertekend beeld kan geven. Wellicht wil de productie hiermee Renée dus heel verdacht maken. Maar in mijn opinie staat de mol bij de kandidaten buiten de lift. Hier kan je namelijk zonder gecontroleerd te worden antwoorden niet opschrijven, fout opschrijven en/of hele moeilijke of zelfbedachte vragen stellen. Dit zijn dus Splinter en Rocky.
Opdracht 2, Fotogenie(k) kent ook twee posities, opnieuw ingedeeld door penningmeester Splinter. Door de manier waarop hij de kandidaten indeelt is het lastig hem hier als molkandidaat uit te kiezen. Sowieso is mollen deze opdracht lastig gezien je in de keuze-positie niet super erg kan mollen want je wordt direct op de vingers gekeken, we zien Marije en Charlotte beide wel gekke dingen doen wat dat betreft. Als kandidaat-fotograaf kan je vage foto’s maken, dit wordt vooral door Splinter en Joshua gedaan. Maar de kans dat jou foto op het bordt komt is 5/7 (want maar 5 foto’s worden uitgekozen) en dan is het nog eens 1/5e kans dat jou foto als eerste wordt omgedraaid. De kans om te vertragen of te verwarren is dus klein. Ik vind het daarom lastig de kandidaat aan te wijzen die hier op de beste positie staat.
Opdracht 3, Vuur en vlam, kent meerdere posities en het is letterlijk een groepsprestatie. De enige positie waar je echt echt iets kan verpesten is bij de kaart. Hier staat op waar het geld te vinden is en als je dit verkeerd doorgeeft o.i.d. dan valt de hele opdracht in het water, dit gebeurt echter niet. De enige kandidaten die op andere redenen verdacht zijn zijn Renée, die tijd lijkt te rekken door het klooien met touwen en sloten, en Rocky, die de foutieve kokers verifieerd tegen Charlotte en daarmee de verwarring en mogelijkheid groter maakt om nog een nieuwe koker door te branden.
Wie is de mol niet? Een andere manier om achter de identiteit van de mol te komen is ook om andere kandidaten te elimineren als mol, niet alleen de kandidaten die afgevallen zijn, maar ook de kandidaten die zich bewezen hebben in de aflevering meer kandidaat als mol te zijn.
Als we puur afgaan op wat er deze aflevering is gebeurt dan hebben we deze aflevering alleen maar kandidaten die de mol niet zijn. Ze hebben alle opdrachten bijna optimaal gepresteerd en vooral Marije lijkt daar uit te springen. Ze heeft de meeste antwoorden gegeven in opdracht 1, de foto’s goed geraden in opdracht 2, en samen met Joshua de juiste kokers gepakt in opdracht 3. Of note: neem dit niet als een ultiem gegeven, ik heb namelijk het vermoeden dat volgende opdracht met het aanbod van Rik geld uit de pot gespeeld kan worden. De mol kan dus deze aflevering heel erg zijn/haar best gedaan hebben, maar er de volgende aflevering héél veel geld uitspelen.
Rode draad Elk jaar proberen we een soort rode draad door de afleveringen terug te vinden. In het jaar van Susan Visser waren er bijvoorbeeld veel vissen en vissers te zien. Zo proberen we elk jaar te kijken of er wellicht een terugkerend thema is waar we een hint naar de mol uit kunnen halen.
Ik ga beginnen met de kloken-theorie. Ik heb namelijk deze aflevering geen duidelijke klok in beeld gezien (correct me if I’m wrong), behalve de aftelklok bij opdracht 3. Die klok staat op 15:00 en op dit moment in de aflevering komt Rocky in beeld, met eerst Charlotte, dan Renée en dan Lakshmi lijkt deze rode draad dood te lopen.
Wat we wel nog hebben is de Joker-theorie. We hebben deze aflevering geen joker of joker-kaart in beeld gehad, maar we hebben wel weer de “joker-lach” gehoord. En deze keer kwam hij niet van Joshua, maar van Charlotte in de lift. De joker theorie is tot nu toe aan 2 (want lakshmi is afgevallen ☹) kandidaten gelinkt: - Roxanne “Rocky” Hehakaija, dit omdat Roxanne “Rocky” Ballantine een personage uit de film Batman is. - Joshua, dit omdat hij een aantal keer zijn “evil” lach laat horen, dit lijkt overeen te komen met de lach uit de leader. Maar ook omdat hij op Insta een foto laat zien met hem en zijn zoontje verkleed als Batman. En.. omdat hij zichzelf deze aflevering zelfs met Batman vergelijkt.
En herinner je nog dat ik zei “De mol staat nooit voor joker”. Er zijn in aflevering 1 een aantal kandidaten die niet voor joker stonden, dit waren Rocky, Marije en Renée. Deze zitten er alle drie nog in en ik heb echt het vermoeden dat één van deze drie dan ook de mol is.
Overige hints - Rocky geeft in de eerste opdracht een hele goede hint aan Joshua. Zo vraagt ze hem drie landen die beginnen met een ‘D’. Als Joshua vastloopt geeft ze de hint “Naast Haïti”, waar de Dominicaanse Republiek ligt. Een super goede hint dus, maar zou je dat doen als mol? - Ook opvallend deze opdracht is Joshua, die weer expres aan het kloten lijkt te zijn. - Dan nog één opmerking over Splinter. Splinter heeft de mogelijkheid de kandidaten in te delen, hij heeft een grote algemene kennis en lijkt ook goed te kunnen associëren. Wellicht moet hij als Charlotte, Marije en zijn vader Bart Chabot maar eens mee doen aan De Slimste Mens. Opvallend is dan wel dat hij zichzelf bij de vragenstellers indeelt. - Opvallend is natuurlijk ook dat Renée zo weinig in beeld komt, het kan heel goed zijn dat de productie haar verdacht wil laten lijken terwijl dit misschien dus niet zo is. En dit gebeurt natuurlijk vaker dus hou het in je achterhoofd bij het inzetten van de punten. - In opdracht 2 vielen Splinter en Joshua erg op door het maken van vage foto’s. Zo maakt Joshua een foto van een verwelkte bloemenkrans en linkt dit aan Renée (met een vage omschrijving als oud maar nog prachtig), en maakt Splinter o.a. de foto van het standbeeld van een man met een vierkant blok en een fontein voor Joshua, een foto van een beertje voor Renée, en een foto van bomen voor Lakshmi, beetje te veel associëren? - Joshua vergeet daarnaast ook nog eens een 7e foto te maken, nu zou dat geen probleem moeten zijn want er worden aar 5 foto’s uitgekozen. Ware het niet dat zijn lege-foto toch bij Lakshmi op het bord komt, mocht deze foto omgedraaid worden dan kost dit automatisch €50. En waarom wordt deze foto dan vervangen door het mol-logo? Natuurlijk omdat dat de meest logische oplossing in, maar wellicht een leuke hint naar Joshua.
- Dan Marije, ze lijkt de ideale kandidaat deze opdracht, ondanks dat ze aangeeft dat een extra foto “gratis” is, terwijl dit toch echt €50 kiest. Marije is enorm snel met het invullen van de kandidaat-namen en doet dit prima, daarnaast is ze ook snel met het aanwijzen van haar eigen foto’s en is daarmee vollop kandidaat. - De enige hint dit we dan nog aan Marije kunnen koppelen deze opdracht is de opmerking “Hij (Joshua) ziet zichzelf als het prins op het witte paard” bij de foto van Joshua voor zichzelf. Ze weet echter niet dat Joshua deze foto zelf heeft gemaakt, of heeft ze voorkennis? - Een anti-mol actie naar Joshua in opdracht 3 dan, hij dringt aan geen andere kokers te pakken en voorkomt hiermee dat er mingeld in de pot komt. - Marije daarentegen is het nog aan het overwegen, en dit komt natuurlijk na de paniekactie van Charlotte (die ik toch oprecht over vindt komen) en de verificatie door Rocky die daarmee erg verdacht is. Zij gaat erg fanatiek in op de achterdocht van Charlotte en een mol zou dat ook doen om onrust te veroorzaken. - Daarentegen heeft Rocky wel de achterdocht Renée te controleren als ze loopt te klooien met sleutels, dit slot en de touwen krijgt ze snel los. Renée daarentegen lijkt tijd te rekken. - Splinter zegt dat hij niet van water houdt en doet als enige geen duikpak aan, Rik geeft aan dat de Mol en kandidaten als vuur en water zijn. Ook Marije en Charlotte geven aan niet van water te houden, maar bij Splinter is dit vooral opvallend omdat op zijn Insta toch een aardig aantal water-foto’s te vinden zijn waaronder onderstaande foto.
- Ik vond de biecht van Rocky opvallend op 13:09 als je het wil terugkijken. Ze heeft na opdracht 1 aan hoeveel geld er in de pot zit en dat ze dat fijn vind, want ze wil graag geld verdienen voor de pot en ze denkt dit zeker gedaan te hebben. De biecht lijkt alleen zo geacteerd. Alsof ze daarna doorgaat met haar praatje hoe ze dit de volgende aflevering er wel weer uit gaat halen. Geen doorgrondende hint dus, meer een gevoel. - Wel een wat doorgronderende hint is die voor Splinter, bij de uitleg van opdracht 2 staat hij achterin de groep. Op een gegeven moment zegt Rik “Splinter” en nodigt hem een paar seconden later uit naast hem te komen staan. Splinter begint echter al te lopen voordat Rik hem uitnodigt. Ik heb gekeken naar het geluid en de andere kandidaten of dit een foutje kan zijn bij editen maar dat lijkt hier niet aan de orde en zo kan het dus goed zijn dat Splinter al wist dat hij naar Rik moest komen en wijst dus op voorkennis. - Deze opdrachten lijken allemaal op spelletjes van tv. Zo wordt opdracht 1 gelinkt aan De Slimste Mens, opdracht 2 aan Het Perfecte Plaatje, en opdracht 3 aan Expeditie Robinson. Nu hebben Charlotte en Marije meegedaan aan De Slimste Mens maar is er voor de rest geen link te leggen. Maar, we kennen wel allemaal een kandidaat die in haar introductie het heel erg heeft op een spelletje en dit is Rocky, die haar eigen FiFa character heeft. Een mogelijke hint naar Rocky dus. - Dan de laatste hint van deze week en dit heeft te maken met de afvallers van deze afgelopen weken. Lakshmi, Florentijn en Erik hebben namelijk alle drie aangegeven Marije en Joshua te verdenken. Dit kan dus een grote hint zijn naar die twee als niet-mol zijnde. Volgende week maak ik trouwens de halfway-recap waarin ik ook de verdenkingen ga bespreken, daarin meer hierover!
Zijn jullie nog hints/tips opgevallen die wij hebben gemist? Laat het ons weten!
#widm#widm21#widm2021#wie#is#de#mol#wie is de mol#wie is de mol 2021#wie is de mol 21#2021#21#1#2#3#4#seizoen#alfevering#opdracht#kandidaat#kandidaten#ontmaskerd#bekend#spoiler#hint#hints#tip#tips#blog#meme
6 notes
·
View notes
Text
De afgelopen dagen heb ik mensen gesproken. Mensen die in me geloven. Mensen die iets in me zien waar ik zelf blind voor ben. Of waar ik mezelf blind voor maak, omdat dat nu eenmaal veilig voelt. Ik heb vanavond hard op uitgesproken dat mijn werk me ongelukkig maakt. Dat ik het vuur dat ik er ooit voor had niet meer voel. Dat het werk mij is gaan definiëren, en dat dat enkel maar wordt versterkt door de constante stroom van ogenschijnlijk positieve bevestiging die het met zich meebrengt. Ik ben veel te fucking jong om in een ambtenaar te veranderen. Ik ben op mijn best wanneer ik vertel wat ik te vertellen heb. Het moment dat ik zei dat mijn werk me ongelukkig maakt was mijn gelukzaligste moment in tijden. Ik ben mijn vrienden huilend in de armen gevallen en ik heb ze verteld dat ik van ze houd.
Morgen vertel ik het mijn moeder.
En dan ga ik maandag eens bedenken hoe ik dit bij mijn baas ga brengen.
4 notes
·
View notes
Text
13.04.2018 – Haarlem. Vrijdagnamiddag was het zover, de Kick-Off van de Nationale BBQ-weken in Nederland. Leuk ritje gemaakt van Gent naar Haarlem met betrekkelijk weinig file :). In Haarlem kon je niet naast het event kijken: de kraampjes en de rookpluimen waren al van mijlenver te zien om nog maar te zwijgen van al die heerlijke BBQ geuren. Zalig….
Aangekomen was het tijd om de terreinen te verkennen. De gebouwen van 200Fahrenheit stonden volledig ter beschikking van dit event. en dus konden we rustig overal rondwandelen. Even langs de vele kraampjes lopen, de sfeer opsnuiven en natuurlijk iets halen om te drinken om de rit door te spoelen. En dan opnieuw het terrein en de showroom verkennen. Lekker chill.
De middag was goed gevuld. Zo werden ondermeer de conclusies gepresenteerd van het Nationaal BBQ-weken onderzoek dat je volledig hier kan lezen.
Madame Charlotte, chef-kok en foodstyliste, kwam vertellen waar we ons het komende jaar qua BBQ-trends aan mogen verwachten. Zo vertelde ze dat er meer gebruik zal worden gemaakt van duurzaam materiaal gaande van brandstof naar (zelf)geteelde groenten en vlees. Ook zullen we meer groenten op de BBQ leggen of staat er soms een volledige vegetarisch menu op het programma. Ook merkte ze op dat mensen zich nu meer bewust zijn van wat ze eten. Ze willen weten wat de ingrediënten zijn, wat de samenstelling is, of er suiker in verwerkt zit en of er E-nummers aanwezig zijn. Haar interview met “Vuur” kan je hier lezen.
Ook de Aziatische keuken biedt veel mogelijkheden. Naast de yakitori brochettes en de Koreaanse BBQ hebben we ook de bijgerechten zoals gefermenteerde kool, kip gemarineerd in miso en ga zo maar verder. Alvast leuke dingen waarmee we aan de slag kunnen.
Book release: “Smokey Goodness 3“
Jord Althuizen kwam daarna zijn nieuw boek voorstellen. Na Noord-Amerika en Argentinië stond nu Zuid-Afrika op de planning. Prachtige recepten kleuren opnieuw dit boek, samen met het reisverhaal dat als rode draad doorheen het boek loopt. Natuurlijk mocht een volledig hoofdstuk over de Braai, de Zuid-Afrikaanse BBQ, niet ontbreken. Opnieuw een boek die ruig aantoont met prachtige foto’s. Zo zien we dat graag. Eentje voor de collectie dus.
De wedstrijd
Er werden die dag ook nog prijzen uitgedeeld. Dennis ‘Noskos’ Van Koutrik won de prijs voor beste BBQ-boek met “Het Vuur de Baas”. Dennis is vooral bekend van zijn site bbq-nl.com. Een site vol met BBQ recepten en tip. Een echte aanrader!
De prijs ‘BBQ’er van het jaar’ ging naar MisBBQ Emma Van Leuven en BBQ Junkie haalde de prijs van ‘BBQ-blogger van het jaar’ binnen.
The BBQ-food
Speciaal voor die dag had de organisatie maar liefst 12 kraampjes voorzien met eten. BBQ-eten. En wat was het TOP zeg! Ieder kraampje had zo zijn eigen specialiteit. Zo waren er teams van The Bastard, Napoleon Grills, … en zelfs bekende koks zoals Luc Kusters (Bolenius Restaurant), Ronald Kunis (Qunis) en Sidney Schutte (Librij’s Zusje) presenteerden er hun gerechten. Daarbij zelfs enkele verrassende gerechten zoals gepofte knolselder, rode biet gegaard in klei en kalfszwezerikken gegrild op de plancha. Natuurlijk waren er ook klassiekers zoals Chicken wings van Smokey Goodness en het broodje Cubanos met varkensnek van de Good Smoke Company Crew.
Uiteraard sluit je altijd af in stijl met een heuse party met onder andere DJ Bart Arens van de Nederlandse Radio 2.
Het leukste van dit allemaal was toch om nieuwe mensen te leren kennen die dezelfde passie delen voor BBQ. Maar ook de bekende bloggers ontmoeten en ervaring uitwisselen is al helemaal super.
Moe maar voldaan dan maar de rit naar huis gemaakt. Natuurlijk nog even snel door de goodie bag gegaan om te kijken welke verborgen schatten er waren. En toen was het licht uit :), tijd om te gaan slapen.
Kick-Off Nationale BBQ Weken van 14 april tem 31 mei 2018 13.04.2018 - Haarlem. Vrijdagnamiddag was het zover, de Kick-Off van de Nationale BBQ-weken in Nederland. Leuk ritje gemaakt van Gent naar Haarlem met betrekkelijk weinig file :).
#BBQ#bbq blog#bbq blogger#bbq junkie#de nationale bbq weken#event#Ghentlemens BBQ#guru grill#HarlemBBQ#het vuur de baas#jord althuizen#missbbq#napoleon grills#noskos#smokey goodness#the bastard#uitnodiging
0 notes
Photo
Waarom Nederland sociaaleconomisch afbrokkelt
Waarschijnlijk maak ik mezelf complete undateable én unloveable door dit te schrijven. Maar het probleem is zo’n enorme olifant in de kamer geworden, dat elke sociaal-economische analyse voortaan volledig misleidend is, als dit probleem er niet in wordt meegenomen. Het kernprobleem is de feminisering van de economie. En hoewel vrouwen de trendsetters zijn, gaan inmiddels ook mannen hierin mee: sommigen vrijwillig, sommigen noodgedwongen omdat ze compleet zijn gedemoraliseerd. Ook blijkt dat Karl Marx alsnog een punt scoort. Het belooft wat.
Allereerst stellen we het karakter van de huidige samenleving vast – iedereen die rondkijkt, herkent dit. We leven in een maatschappij van navelstaren en diagnosticeren. Zelfanalyses, mensen labelen met psychische stoornissen en daar als verdienmodel therapeutische sessies uittrekken, emoties uitmelken, snel op de teentjes getrapt zijn. Mensen gedragen zich als unieke sneeuwvlokjes die overal ‘offended’ door zijn en ‘safe spaces’ eisen. De laatste vrije geesten stammen uit een wat oudere generatie, denk Wierd Duk, Leon de Winter, Gerard Joling en de mensen van Vandaag Inside. Ze liggen continu onder vuur en worden stapsgewijs vervangen door ��woke’ millennials. Veel jongeren zijn door hun ouders verwend en hebben torenhoge verwachtingen – mensen leven in de veronderstelling dat iedereen zich moet conformeren aan de persoonlijke gevoelswereld.
Nederland is groot geworden met de ‘niet klagen maar dragen’ mentaliteit van de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog, plus de protestants-Weberiaanse werkethiek. Mijn vader was hier nog een voorbeeld van: steevast om vijf uur op, om zeven uur op de bouwplaats, ’s avonds op tijd thuis want moeders de vrouw had dan gekookt. Minimaal vijf dagen per week en regelmatig zelfs zes dagen. Totdat tien jaar geleden de economische crisis kwam, die veel zekerheden wegvaagde. Hij kwam met het UWV in aanraking en kreeg voor het eerst veel vrije tijd. Sindsdien is hij ZZP’er en niet meer in loondienst, waardoor hij veel meer ontspannen overkomt en meer controle heeft over zijn eigen dagritme. Dit tekent niet alleen een economische, maar vooral een mentale ontwikkeling die Nederland heeft doorgemaakt. Trouw ga je jarenlang bij weer en wind naar de baas – op een dag blijkt de wereld totáál anders in elkaar te zitten dan je veronderstelde.
Een Brit vatte de teneur ooit krachtig samen: “Uitslapen tot het middaguur is decadent, maar beslist niet zo decadent als opstaan met het krieken van de dageraad om voor een decadente overheid te werken.”
Want ja, de overheid beslaat de helft van alles wat er in Nederland qua geld omgaat, en alsnog boert de overheid achteruit, zoals wel blijkt uit deze artikelen: ‘Nederland tweede wereldland na sluiten Ketheltunnel’ en ‘Personeelstekort duurt nog wel 30 jaar’. De auteur concludeert: “De oplossing zit in het belonen van ‘belangrijk werk’ en prioriteit geven aan deze sectoren. Er zullen veel onzinbedrijfjes moeten verdwijnen.” Hoeveel recreatiemanagers en communicatiedeskundigen kan een economie verstouwen? LinkedIn doet vaak vermoeden dat de helft van Nederland bestaat uit coaches; de andere helft is hun therapeut.
Er kunnen onvoldoende mensen worden gevonden voor zwaar en uitputtend, doch economisch noodzakelijk werk. Denk aan loodgieters, zorgpersoneel, timmerlieden en fabrieksarbeiders. En nu komt ‘ie: wat is de voornaamste reden om als man de arbeidsmarkt op te gaan en voltijds te arbeiden? Het binden van een partner die je liefdevolle affectie geeft en het onderhouden van een gezin.
Vrouwen, echter, zijn opgevoed met torenhoge verwachtingen en spelen hard to get. Velen zijn in de ban van ongelimiteerde opties en omhoog ruilen (hypergamie). Zelfs met een full time baan ben je als man niet goed genoeg. Vrouwen zijn gemiddeld hoger opgeleid dan mannen en zeer statusgevoelig: downdaten is voor vrouwen nog steeds taboe.
Ook nemen vrouwen – meer dan mannen – genoegen met deeltijdbanen. Dit zijn meestal banen bij de overheid of semi-overheid. Zoals adviseur ‘duurzame ruimte’ bij een gemeente. Lockdowns of geen lockdowns, het geld blijft stromen. Een vaste partner vinden is niet economisch noodzakelijk.
Dit type baan is niet van vitaal economisch belang , maar wordt wél door de overheid in stand gehouden. In plaats van erop te bezuinigen – dat zou zielig zijn voor al die mondige feministen – gaan de geldpersen aan bij de Europese Centrale Bank. We betalen dus voor al deze fopbaantjes via geldontwaarding en toenemende belastingdruk, wat werken nóg minder lonend maakt. Het omkeren van deze trend zou een volledige mentale breuk met het gevestigde denkraam vergen. Dat gaat niet gebeuren: zoals ik al opmerkte komen er in de maatschappelijke beeldvorming slechts links-liberale cultuurpratertjes bij. De ineenstorting van de Nederlandse economie is onherroepelijk.
Dit zegt een wiskundedocent erover:
“Er werken ook veel vrouwen in de schoonmaak, bijvoorbeeld, maar in de kern klopt je argument. En het gaat zeker erger worden. Want het is inderdaad onaantrekkelijk om fulltime te werken. Ook ik verlaat Nederland. Ik werk fulltime en het levert me nauwelijks iets op. En voor alle overblijvers: zij moeten nu iets harder werken. Het onderwijs gaat echt imploderen. Het is gedaan met onze welvaart. Nederland gaat echt met zevenmijlslaarzen achteruit. Ik word ook liever YouTuber die miljonair wordt met domme filmpjes maken.”
Deze leraar legt een verband met de verabsolutering van emoties binnen het onderwijs: “Wij hadden een toets in klas 6. Die was pittig en het resultaat was dramatisch. Maar een groot deel van de leerlingen heeft geen fluit gedaan. Leerlingen klaagden bij de teamleiding en krijgen een gratis herkansing. Het is typerend voor het niveau en de insteek: dit gebeurt jaar in jaar uit. Elke keer wordt het niveau een beetje omlaag bijgesteld. Over tien jaar bezien is dit een catastrofale niveaudaling.”
Iemand die werkt in de techniekbranche zegt: “Deze groeiende beweging naar onafhankelijkheid is een millennialdingetje: 32-urige werkweek, tiny houses, zelfvoorzienend leven. Ik ga ook veel eerder stoppen met werk of drastisch minderen zodra ik genoeg heb. Of m’n huis inruilen voor iets kleiners en nóg eerder stoppen. Want wat voor ervaringen en levenslessen doe je nu op kantoor op? Veel werk is als het afpellen van een ui: iedere laag is hetzelfde en uiteindelijk springen de tranen je in de ogen.”
Veel werk komt neer op het robotmatig uitvoeren van geestdodende protocollen. Je hebt er weinig zelfstandige bewegingsruimte en bent een anoniem radertje in het systeem. Wat Karl Marx herkende in het kapitalisme als vervreemding. Zelfontplooiing, arbeidsvreugde en de vervulling van een ambachtelijke bekwaamheid zijn ver te zoeken. Het standaardiseren van alle arbeid is weliswaar efficiënt, maar buitengewoon onbevredigend voor de menselijke geest.
Om de zaak weer op de rit te krijgen, zou het vizier op die vervreemding en standaardisering moeten komen. Tegelijkertijd dus op dat aspect van de relatievorming. Immers de zorg voor een partner die je daarvoor beloont met emotionele affectie, draagt de arbeidsparticipatie van veel mannen. Hiermee breek ik veel harten, maar een mens leeft óf in de waarheid, óf in leugens.
De waarheid is dat Westerse mannen wordt geleerd dat ze zacht en lief moeten zijn – ze raken gefeminiseerd. Dat lieve zachte element is leuk voor een vrouw die een provider zoekt, maar zoals gezegd weten de meeste vrouwen hun eigen inkomsten wel te regelen, dikwijls gesteund door de staat. Dit leidt tot de Tindercultuur van kortstondige verbanden waarin enkele ‘alfa’ mannen, polyamoor kunnen kiezen uit vele seksueel gewillige partners. De mannen die overblijven denken ‘fuck it’ – zij gaan écht niet werken voor dit decadente stelsel. Een huis kopen zit er voor hen ook niet in. Zij vullen hun dagen met het spelen van ‘Fortnight’ of ‘League of Legends’ en kijken anime.
In tijden van economische krapte keert de samenleving terug naar rauwe overlevingsdrift. Hier komen we op de aantrekkelijkheid van het macho-element. Dat is evolutionair bepaald en beantwoordt aan het archetype van de ruige harde alfaman. ‘Goede genen’, denkt het onderbewustzijn van de vrouw, ‘die harde individualist redt het wel als de maatschappij instort, dat wil ik mijn kinderen meegeven... MAAR... ik wil ook een zachte zorgzame man die mij op mijn wenken bedient. Met die man voel ik mij veilig op de momenten dat ik zelf kwetsbaar ben, zoals tijdens de zwangerschap en de ongesteldheid.’
In de vrouwelijke gerichtheid op mannen, schijnen tegenstrijdige biologische impulsen door. Vrouwen willen én een dominante onafhankelijke alfaman, én een zachte zorgzame lieverd. Het is onmogelijk voor één man om aan alle afwisselende vrouwelijke verlangens te voldoen. Hierom bestonden vroeger alle instituties zoals kerk, huwelijk en sociale controle, om die wisselvalligheid in te dammen en voor de man een relationele continuïteit te garanderen. Dit was de draagsteen van de moderne arbeidscultuur die de stijgende welvaart mogelijk maakte.
Als we de islam erbij slepen wordt het helemaal mooi. Machogedrag van moslimmannen wordt namelijk op cultuurrelativistische gronden gedoogd, geaccepteerd of zelfs aangemoedigd, terwijl Westerse mannen ervoor worden berispt. Dit raakt aan de cognitieve dissonantie van de mainstream-cultuur. Dikwijls voelen vrouwen zich tot die macho-elementen aangetrokken terwijl ze zelf niet begrijpen waarom. En voor blanke mannen geldt dat ze het óók niet begrijpen, tijdens hun dates linkse praatjes houden en dan uit afgunst stiekem stemmen op de PVV.
De mentaliteit van de wederopbouw – bezit opbouwen via een volledige werkweek – is afgebrokkeld. In deze nieuwe situatie is het belangrijk om jezelf niet afhankelijk te maken van wat niet afhankelijk is van jou. Ook moet je beseffen dat de kracht van de instituties berust op de onverschilligheid van de massa. Vrouwen zijn gemiddeld genomen meer vatbaar voor het oordeel van het collectief dan mannen. Des te belangrijker dus om onze eigen Zuil te bouwen, waarin ons denken gangbaar is.
Steun Sid via BackMe (noodzakelijk om dit geluid in de lucht te houden) en volg zijn Telegram kanaal! Inschrijven voor de nieuwsbrief kan op: www.sidlukkassen.com
0 notes
Text
Hoor je mij
youtube
Snelle jongen zat tegenover haar. Weinig tijd voor een onnozel sollicitatiegesprek. Ongeduld. Friemelen met een pen. Drie keer op zijn horloge kijken. Wilde hier helemaal niet zijn. Roos kende ze wel. Fascinerend. Ze hadden ook bij de studies rondgelopen die zij had gevolgd. Onbereikbaar, onmogelijk. Ze had het wel geprobeerd maar ze was zelf gewoon niet snel genoeg. In haar hoofd wel maar het kwam niet als zodanig uit haar mond. ‘Waarom solliciteert u op deze functie?’ Snelle jongen was opgehouden in haar cv te turen en keek haar nu aan. Snelle blik over de rand van zijn veel te dure bril. Mooie jongen ook. Bijzondere kleur, donkerroodbruin haar, met niet de bijbehorende bleke huid maar goudbruin van het buiten zijn. Kastanjebruine ogen. ‘Ik begrijp eigenlijk niet wat u hier doet, met uw opleidingen?’ Antwoorden duurde even, altijd… ‘U hoort… mij toch.’ Weer stilte. ‘Wilt u het soms typen?’ Hij schoof een tablet naar haar toe. Ze schrok ervan, bonzend hart en al. Kans om gehoord te worden! Ze knikte, heel graag! Luister, over het paard getilde eikel, ik wil gewoon mijn huur kunnen betalen en eten. Daarom wil ik je administratieve puinhoop wel voor je opruimen. ‘U heeft mijn handicap opgemerkt, het is nutteloos gebleken om te solliciteren op banen die meer geschikt lijken. Er is nooit een tweede uitnodiging.’ ‘Snel,’ constateerde hij. ‘Super.’ Wat bedoelde hij? Ze keek hem vragend aan. ‘Je typt snel…’ verklaarde hij zichzelf nader. ‘Ik moet wel.’ Haar nagels tikten op het scherm van haar snelheid. Ze keek hem weer aan, glimlachte, strooide hem zand in de ogen. Zou hij het echt gemaakt hebben of zou het schijn zijn? Doorprikbare bubbel stinkende lucht. Ze kon niet wachten om het uit te vinden. Geef me een kans dan prik ik door je heen. ‘Ik hou helemaal niet van dat geklets van al die wijven,’ concludeerde hij. Ze glimlachte weer. Ook nog vrouwonvriendelijk, jongen? Wat een leuke baas zou dit zijn, dacht ze ironisch. ‘Ik kan niet kletsen,’ typte ze. ‘Je bent aangenomen,’ zei snelle jongen, zo snel dat ze er even ademloos van was. Maakte niet uit, de tablet deed het gewoon. ‘Bedankt.’ ‘Ik verwacht je morgen om half negen.’ Hij knikte kort als afsluiting, verwachtte dat ze nu opstond. Ze voldeed aan dat verzoek, kon erg volgzaam zijn als ze daar zin in had. Het had nut nu.
Avond. De wereld waarin niemand wist hoe moeizaam communiceren eigenlijk was ging open, via het scherm van haar veel te dure telefoon. De berichten stroomden binnen. Het ene piepje na het andere. Vrienden? Nee, het waren geen vrienden. Bronnen, waren het, onnozele welwillende informatiebronnen. Ze zoog ze leeg, de honger naar informatie stopte nooit. Ze kon er nauwelijks van slapen, van die honger, met gedachten die bijna nooit stopten en zich opstapelden. Tot in het oneindige. Want er was niemand om ze mee te delen, niemand luisterde lang genoeg. Het maakte niet uit. Al die kennis gaf haar een voorsprong, een enorme kracht, een gevoel van superioriteit ten opzichte van iedereen om haar heen. Ze observeerde ze, lachte om hun domheid in stilte, en bleef ze leegzuigen. Nieuwe kandidaat: haar baas vanaf morgen. Waarom was hij zo succesvol. Het concept was zo simpel. De nieuwe uitgeverij, interactieve e-books. Waarom was niemand daar eerder zo grondig ingedoken? De mogelijkheden waren er al zo lang. Waren de andere uitgeverijen zo log of hij zo snel? Nieuwsbericht: vooral rijke intelligente vrouwen lezen e-books. Leuke doelgroep! Verwend, wil nadenken, uitdaging! Simon de Winter: Google was genadeloos duidelijk. Verder zoeken hoefde niet. Whizzkid met de juist opleiding. Genoeg lef om de markt open te breken. Het leek erop dat hij echt zo goed was. Mooie ogen. Haar vingertoppen gleden een moment langs zijn beeltenis. Ze zou ze nu elke dag in levende lijve gaan zien. Ze kon niet wachten.
‘Als ik half negen zeg, dan is dat ook half negen, mevrouw Terhorst.’ Snelle kritische blik langs haar besneeuwde kleding. Druipend op de mat staan. Jezelf compleet naakt voelen. Leuk! Ik heb geen auto eikel, en ik ben met mijn fiets gevallen. Er ligt een halve meter sneeuw. ‘Heb je je pijn gedaan?’ Verrassend, medeleven. Ze knikte, de pijn vlamde nog steeds door haar schouder. ‘Kom eens hier.’ Hij trok haar jas uit, schudde de sneeuw er vanaf. ‘Ga maar zitten, dan haal ik koffie voor je, kun je even bijkomen.’ Hij wilde haar bij haar schouders pakken maar ze kromp al ineen bij het idee. ‘Gaat het wel?’ Fuck! Wat was dit nu weer?! Nog meer medeleven? Nog even en ze verdronk erin. Laat me ademhalen lul. Ze ging op de stoel zitten die hij voor haar neer had gezet. Het duizelde. ‘Hier,’ zei hij, hij stond al weer voor haar met een dampende kop koffie. Ze pakte de koffie van hem aan, moest haar ogen sluiten om het bedankje eruit te persen. Het ging niet lukken vandaag. Hij glimlachte. ‘Graag gedaan.’ Vreemd. Tegenstrijdig. Paste niet bij het beeld. Snelle jongens hebben geen tijd om koffie te halen voor een loser, en doen dat al helemaal niet graag. Beeld moest nodig aangepast worden.
Het inwerken ging snel. Snelle jongens hebben geen tijd te verliezen. Het was ook niet zo’n puinhoop als ze verwacht had. Er was een keurig administratiesysteem, en het was ook nog redelijk up to date. ‘Je voorganger heeft ons ineens laten zitten.’ Hij had blijkbaar behoefte om iets uit te leggen. Waarom? Denk je nu echt dat het mij een moer interesseert? Heb je haar uit je bed gejaagd? Wat is er? Was de nieuwigheid eraf? Moest ze daarom weg? En ga je nu zitten janken dat je met de troep bent blijven zitten? Dat had je maar eerder moeten bedenken… ‘Als je nog vragen hebt hoor ik het wel.’ Ik ben niet achterlijk eikel! ‘…Maar het lukt wel denk ik hè?’ Ze knikte glimlachend.
Simon hield de kruk van de deur nog een moment vast, gebruikte het ding om zijn spanning te ontladen, besefte hij. Hij keek naar zijn nieuwe werknemer door het raam van het kantoor, de veroorzaker van al die spanning. Fascinerend, wat een energie had deze vrouw om zich heen hangen. Was het frustratie? Waarschijnlijk wel. Haar ogen schoten constant vuur en ze had geen idee hoe duidelijk die woede te zien was. Triest. Zo intelligent, zo’n prachtige vrouw, zo’n rotbaantje. Dat moest anders. Hij zette die ochtend direct weer een nieuwe personeelsadvertentie, die administratieve troep moest iemand anders maar gaan opknappen. Rozemarijn Terhorst was daar te goed voor. Waarom had hij haar eigenlijk aangenomen voor dit baantje? Omdat hij zwaar onder de indruk van haar was? Het enige juiste antwoord. Hij was onder de indruk van die woede en die intelligentie, en van haar uiterlijk. De meest intens blauwe ogen die hij ooit had gezien, prachtige roze mond, een bos gitzwarte krullen. Sneeuwwitje weggelopen uit de Efteling. Zou ze zelf wel weten hoeveel indruk ze maakte? Waarschijnlijk niet. Ze leek zich permanent terug te trekken in die enorme cocon die ze door die woede om zich heen had. Maar hij voelde, wist gewoon zeker dat er meer was, peilloze intelligentie, opgekropt. Als die eruit zou kunnen wat zou er dan gebeuren? Hij glimlachte. Een project. Het eerste wat hij deed was haar naam door alle zoekmachines halen. Zo dan Rozemarijn, of Roosje, indrukwekkende staat van dienst op het internet. 5.244 volgers op Twitter. Hij werd nummer 5245. Meesteres van de messcherpe commentaren. Haar intelligentie was bevestigd. Roos op LinkedIn: kort, zakelijk, indrukwekkend cv qua opleiding, maar dat wist hij al. De meer kwetsbare Roosje zat op Facebook. Mooie zwart wit foto’s, hij vroeg zich af of ze ze zelf gemaakt had. Soms waren ze heel technisch, het vak uitproberend. Soms ook waren het adembenemende composities maar altijd met simpele onderwerpen. De stad, het park, de gracht, de mensen. Roosje had talent. Op de bekende Facebookvragen als: ‘hoe voel je je vandaag Roosje’ kwamen regelmatig antwoorden terug als: ‘nou kut hoezo, ik wil graag mijn huur betalen?!’ Haar huur zou betaald worden. Zijn nieuwe social media expert was gekomen, dat wist hij nu al. Echt onder de indruk was hij van Roosje op You Tube. Filmpje gemaakt van foto’s, muziek eronder, alles weer zwart wit en zo af en toe groot het woord PAPPA in beeld. Deze foto’s waren anders, gedateerd, leken ook wel gemaakt door een ander alhoewel ze ook gelijkenis vertoonden met het werk wat hij al van Roos had gezien. Hij werd er weemoedig van, alle filmpjes straalden een soort van triestheid uit. ‘Roosje Roosje,’ zei hij. ‘Welkom bij de club.’
De avond van de eerste dag. Ze had daadwerkelijk gewerkt, geld verdiend, eindelijk. Anderhalf jaar werkeloosheid ten einde. Het stemde haar milder dan anders. Trots, was dat het? Ze merkte het al bij de eerste tweet die ze die avond neerzette. Was dit Roos? ‘Wat is dit nu?’ Logisch antwoord. Roos werd soft en 5.245 volgers wilden dat helemaal niet. Volgden haar alleen maar vanwege die messcherpe opmerkingen. ‘Ik heb een baan lul,’ tweette ze terug. ‘Mag ik ook een keer blij zijn!’ ‘Go for it girl!’ las ze. Dan maar Facebook, geen getwitter vanavond. Geen opbeurende teksten alsjeblieft. Twitter was voor zwartgalligheid, voor het spuien van onrust en agressie. Zeven berichten. Zes bekenden, maar who the hell was Firefox? Had ze die als vriend in de contacten? Geen idee maar dat moest wel want het stond zwart op wit voor haar neus. Was ze nu eindelijk het overzicht aan het kwijtraken? Random contacten, waren het er te veel geworden? Kon ze het niet meer structureren? Een vriend van een vriend van een vriend, zoiets. Wat maakte het eigenlijk uit? Kijken wat hij te zeggen had. ‘Mooie foto’s Roosje :)’ ‘Dank, maar wie ben je?’ ‘Vriend van een vriend van een vriend, ik zag je foto’s en wilde je laten weten dat ze goed zijn.’ ‘2x dank :)’ ‘Doe je ook opdrachten?’ ‘Nee.’ ‘Waarom niet?’ Ja waarom niet eigenlijk? Omdat haar foto’s van haar waren, en alleen de beste op het internet kwamen. ‘Ik ben niet te koop Firefox.’ ‘Jammer.’ ‘Hoezo?’ ‘Ik denk dat je ermee kunt verdienen.’ Kwetsbaar voelde ze zich ineens, bekeken. Ze scrolde langs haar tijdlijn. Te veel info. Ze begon te deleten. ‘Roosje?’ ‘Hou je kop lul!’ Eerst die foto’s weg. ‘Roosje waarom haal je ze weg?’ ‘Ik wil niet dat je ze ziet. Hou je nu op?!’ ‘Sorry…!’ Offline, niet meer praten…
‘Mevrouw Terhorst? Wilt u even komen?’ Roos was nog niet binnen of ze werd meteen al op het matje geroepen. Snelle jongen wilde haar spreken. Ze opende Whats app alvast op haar telefoon, voorbereid. ‘Ik heb nog eens nagedacht…’ Hij viel al meteen met de deur in huis, wachtte niet eens tot ze ging zitten. ‘…Die baan is eigenlijk niets voor u, je, mag ik jij zeggen? Ga zitten trouwens.’ Haar adem stokte er van. Niet weer! Ging het nu weer mis?! ‘Doe ik het niet goed?’ typte ze. Hij keek wat verward op zijn telefoon, moest nog wennen aan deze vreemde manier van communiceren. ‘Doe ik het niet goed,’ herhaalde hij wazig. Het was overduidelijk nog vroeg. ‘Nee… nee daar gaat het helemaal niet om, oh jee sorry.’ Hij realiseerde zich wat hij veroorzaakt had. ‘Ga nou zitten alsjeblieft.’ Ze deed wat hij vroeg, dat was ook wel verstandig met bibberende knieën. ‘Ik zie dat ik beter met de deur in huis kan vallen: ik wil je eigenlijk een andere baan aanbieden.’ Sprakeloos. Hoe kon dat nu? Snelle jongens deden dat niet. Die lachten uit, trapten na, maar boden geen banen aan aan losers. ‘Roos, hoor je wel wat ik zeg?’ Kastanjebruine ogen keken haar doordringend aan. Vast geen tijd voor zoveel sprakeloosheid. ‘Ik ben niet doof.’ Het sarcastische antwoord was er al uit voordat ze het wist, zwart op wit op zijn telefoon. Tweede natuur. Twittersarcasme. Hij glimlachte. ‘Nee je bent gelukkig niet doof. Ik krijg het steeds drukker. De zaken gaan goed en ik moet dingen af gaan stoten die ik tot nu toe allemaal zelf deed. Het wordt te veel. Ik ben op zoek naar iemand die het hele social media gebeuren van me over kan nemen. Publicaties promoten, Facebookpagina en site onderhouden, Twitter, dat soort dingen… denk je dat dat wat voor jou is?’ Kastanjebruine ogen bleven doordringen, verwachtten nu echt een antwoord. Verbijsterend. Emoties. Veel te veel. Ze knikte. Ja natuurlijk. Hoe mooi kon het zijn?
Nog meer inwerken. Dit keer leuk. Uitdagend. Dank je wel snelle jongen. Wat een hoop tijd moet je aan mij besteden! Haha. Social Media. Dit is wat ik het beste kan. Hoe weet je dat? Gegokt? Gegoogeld? Hoeveel weet je eigenlijk van mij? Hoe ver ga je door met graven? Haal je de onderste steen boven of hou je respectvol afstand? Ik denk dat je diep graaft. Dieper dan ik gedaan heb. Daar ben je zakenman voor. Niets aan het toeval overlaten toch? Als jij het doet doe ik het ook. Graven kan ik ook. Wie ben je eigenlijk? Behalve snelle jongen dan. Ben je altijd zo snel geweest? Of was er een tijd dat je net zo’n loser was als ik? Heb je van iemand gehouden? Hou je nu van iemand? Andere zoekmachines vereist. Taak voor vanavond.
Whow, wat een snelheid. Simon was onder de indruk, en dat was hij bijna nooit. Een schot in de roos voor Roos, dacht hij. Hij grinnikte onbewust. Ze keek hem aan, werd door zijn gegrinnik gestoord, geïrriteerd zelfs. Wat een concentratie. Sorry dat ik je stoor! Het zou mooi zijn als al zijn personeelsleden zo geconcentreerd en zo hard konden werken. ‘Wil je niet weten wat je gaat verdienen?’ ‘Stuur me maar een voorstel, dan laat ik je wel weten of ik het er mee eens ben,’ las hij op zijn telefoon. Hij grinnikte weer: Roos werd veeleisend, goed! Ze keek hem vernietigend aan: je stoort! Het stond nu in grote letters op haar gezicht te lezen. ‘Sorry, ik ga al!’
Avond na een lange dag werken. Moe, voldaan, voor het eerst geen zin meer om op alle uitnodigende telefoonpiepjes in te gaan. Roos heeft gewerkt, echt gewerkt. Nu eens kijken wie hij is. Laat alle zoekmachines hun werk maar doen. Goed afgeschermd, whizz kid! Niets te vinden behalve dan wat ik al weet. Alleen maar dingen die nu ter zake doen, die goed zijn voor je bedrijf. Ben jij even grondig! Iemand die jou kent zijn mond voorbij gekletst misschien? Facebook, altijd Facebook, daar zitten de meeste kletsers. Domme nietsvermoedende leuteraars die hun hele leven zo in de openbaarheid gooien. Eens kijken hoe lang het dit keer duurt voordat ik beet heb…? Tien minuten! Sophie: ‘Hallo Sophie, wat met Simon de Winter gehad?’ ‘Niet aan beginnen die klootzak!’ Ha, got you! ‘…Waarom niet?’ ‘Omdat hij je laat zitten.’ ‘???’ ‘Ik ben toch duidelijk: Het gaat hem alleen maar om de thrill, snel veroveren en dan wegwezen.’ ‘Dank Sophie! Een gewaarschuwd mens… ;-).’ ‘:)’ Goed van jou Roos! Ze gaf zichzelf een compliment. Arme Simon, je bent definitief en helemaal prototype. Haha. De berichten stroomden weer binnen op Facebook. Toch even kijken… Heee, daar had je ‘m weer, haar vriend van gisterenavond. Meneer ‘steek je neus overal in’ Firefox was online. ‘Roosje?’ ‘Wat wil je nu weer?’ ‘Excuses aanbieden voor gisterenavond.’ ‘Had je al gedaan.’ ‘Maar je bleef boos…’ Ja ze bleef boos… waarom eigenlijk? Ze had ze zelf op haar tijdlijn gezet, die foto’s. Net zo dom gekletst als Sophie en al die andere gebruikers. Ze kon hem in alle redelijkheid niets verwijten… ‘Firefox? Het spijt me dat ik boos werd… ga je nog wat doen vanavond?’ ‘Nee, hard gewerkt en moe, zit lekker op de bank.’ Ze glimlachte, een medeslachtoffer. ‘Hier ook.’ ‘Ben je alleen?’ Veel te persoonlijk Firefox…! ‘Ja. Altijd.’ Belachelijk antwoord! Boos, opnieuw! Offline.
Roos deed haar werk grondig, was goed in wat ze nu deed. Simon was tevreden met zijn beslissing, wist al na een paar dagen zeker dat hij die kant van zijn werk definitief aan haar kon afstoten. Dat gaf ruimte, vrije avonden zelfs, ongekend sinds jaren. Roos mee laten vergaderen met redactievergaderingen was echter moeizaam. Geen directe communicatiemogelijkheid voor haar gaf onnodige vertraging in de vergaderingen, en dat frustreerde haar enorm. Want ze had wel degelijk nuttige bijdragen, dacht mee, had zelfs innoverende voorstellen, maar alles liep via de schermen van hun telefoons. Een vreemde situatie waar iedereen aan moest wennen. Niemand klaagde, maar Simon zag de onvrede onder zijn personeel en zag de frustratie bij Roos. Het maakte haar onzeker. Hij voelde zich verantwoordelijk: hij had haar aangenomen, hij vond ook dat hij met een oplossing voor dit probleem moest komen. Om de werksfeer te verbeteren maar ook voor Roos. Hij wilde gewoon niet dat ze zich zo onzeker bleef voelen. Het zou haar werk aantasten maar vooral ook haarzelf. En hij had veel meer aan Roos als ze lekker in haar vel zat.
Stilte. Avond was eenzaam als je geen energie had voor Twitter. Hard werken was vermoeiend. Maar niet goed kunnen praten was nog nooit zo frustrerend geweest. Energie stroomde weg. Overduidelijk waarom niemand haar aan had genomen tot nu toe. Hopeloze situatie. Geen idee hoe het verder moest. Telefoonpiep. Eerste Facebookbericht van die avond. ‘Roosje ben je er?’ Daar was hij weer, Facebookvriend. Vasthoudend, dat wel. ‘Dat zie je toch!’ ‘:) ik wou je ff laten weten dat ik ook alleen ben Roosje.’ Jezus! Gaan we nu zielig doen?! ‘Wat heb ik daarmee te maken?’ ‘Niks, maar je bent gewoon niet de enige op de wereld met dat probleem.’ ‘Fuck you, daar heb ik geen energie voor!’ ‘Alles wat ik zeg maakt je boos?! Waarom?’ Weer gelijk. Weer de waaromvraag… Geen idee eigenlijk waarom. Firefox zette haar aan het denken. Bizar, zulke simpele vragen en geen echte antwoorden. ‘Sorry.’ ‘Ben je moe?’ Ze zuchtte. ‘Ja, doodmoe.’ ‘Gaat het niet goed op je werk?’ ‘Nee, niet echt… Ik heb namelijk een handicap en dat werkt niet goed in dat bedrijf.’ Het was er uit. Dagboekachtig eruit. Het luchtte zelfs op. ‘Kan er niets op gevonden worden?’ Was het maar zo simpel. ‘Ben je homo?’ Haha, afleidingsmanoeuvre. ‘Wat is dat nu weer voor een opmerking?’ ‘Homo’s leven mee, hetero’s trappen liever na.’ ‘Misschien ken je alleen verkeerde hetero’s?’ Zou het? Misschien. ‘Prove me wrong dear.’ ‘Die uitdaging wil ik wel aannemen :).’ ‘Wat is jouw winst in dit verhaal?’ Er was altijd een reden, niets was voor niets. ‘Iemand helpen…?’ Whow, wereldverbeteraar! ‘Indrukwekkend. Oké Firefox, ik praat slecht, vind een oplossing!’ ‘Hoe komt dat?’ Weer zo’n vraag, hij wist ze wel te stellen… ‘Gewoon nooit op gang gekomen, ben helemaal door de molen gehaald maar nee, niets te vinden hoor. Ik praat gewoon niet goed… Maar je zou een oplossing vinden!’ ‘Oké… Vind je het goed als ik daar over nadenk, ik heb je mijn hulp aangeboden en dan wil ik het wel goed doen.’ ‘Ook nog plichtsgetrouw, ben onder de indruk!’ ‘:)’ Hij was offline. Jammer… Voor het eerst echt jammer.
Whow Roosje, hard to get! Simon legde zijn telefoon opzij, wreef door zijn haren van vermoeidheid. Eindelijk doorgedrongen in haar wereld. Het had hem drie avonden gekost. Ongelofelijk. Gek, hij had er geen triomfantelijk gevoel aan overgehouden, het was geen overwinning. Het gaf hem meer de triestheid die hij al had gevoeld bij het zien van haar filmpjes op You Tube. Het was een kijkje in de hele eenzame wereld van Roosje. De stille wereld. Hij kende die stille wereld als geen ander, had als kind al van dichtbij de frustratie meegemaakt die die stilte met zich meebracht. Niet gehoord worden, te laat gehoord worden, verkeerd gehoord worden. Jort had het hem allemaal laten meemaken. Jort zijn oudere broer, zijn dove broer. Wat een toeval eigenlijk, Roos was niet doof maar had verder zo opvallend veel overeenkomsten met Jort… misschien lag daar ook wel de oplossing. Hij moest daar eens met zijn broer over praten…
‘Mooie Roosje, ik wil dat je met me meegaat. Ik wil dat je iemand ontmoet, iemand die heel belangrijk voor me is.’ Waarom? ‘Alsjeblieft?’ Gedachtelezer… bijzonder. ‘Oké.’ Korte antwoorden gingen wel goed vandaag, handig. Maar waarom zei hij dat ze mooi was? Waarom moest ze iemand ontmoeten die hij belangrijk vond? Hij pakte haar hand. Wat een gevoel, wat een schrik! Elektrisch, zacht maar krachtig. Kon je zo iemand aanraken? ‘Kom maar, het is goed,’ zei hij, een kinderlijke geruststelling. Zachte ogen. Het werkte, ze kon niet meer weigeren. Zijn auto, ze sloot haar ogen toen ze er in zat. Zij in zijn auto. Het ding was net zo als zijn eigenaar: mooi, snel, gevaarlijk. Waarom had ze hier in toegestemd? Ze kon niet meer terug nu. Was een prooi geworden van een mooie snelle gevaarlijke auto en een nog veel mooiere snelle gevaarlijke man. Voor het eerst in haar leven voelde ze zich zo ontzettend dom, ze kreeg er tranen van in haar ogen. Kwetsbaarheid. Weerloosheid. Wat beklemmend. De zachte, krachtige hand was er weer, hield haar hand vast. Zou hij die kwetsbaarheid zien net zoals hij haar gedachten kon lezen? Ze schrok er niet meer van, er was een soort gelatenheid over haar gekomen. De auto sneed stil en snel door het landschap en nam haar onverbiddelijk mee naar een andere stad. De eerste huizen van de bebouwde kom joegen die hand weer weg van de hare, er moest geschakeld worden, gas teruggenomen worden. Bizar. Ze miste zijn hand. Was het toch geen gelatenheid geweest maar veiligheid? Voelde ze zich echt veilig als hij haar aanraakte? ‘We zijn er,’ zei hij, doorbrak haar gedachten. Een willekeurig grachtenpand. Hij liep om de auto heen en deed de deur voor haar open, pakte haar hand om haar te helpen met uistappen. Waarom waren verkeerde mannen zo verdomd galant? Hij bleef haar hand vasthouden, belde aan. Toen de deur van het huis openzwaaide wist ze waarom ze hier stond: de man voor haar was overduidelijk familie van Simon. Zelfde bos rood haar, zelfde kastanjebruine ogen, zelfde glimlach, ietsje ouder misschien. Maar geen geluid. Geen woorden maar snelle routinematige handgebaren, bij zowel Simon als zijn broer. Verbijstering. Doof. ‘Roos mag ik je mijn grote broer Jort voorstellen?’ Jort stak zijn hand naar haar uit. ‘He Roos, al veel gehoord over je, leuk.’ Dovenstem. Maar wel een stem, knap. Ze schudde zijn hand automatisch. En Jort was al door Simon ingelicht over haar handicap. Ze zou zich opgelaten moeten voelen. Maar dat gebeurde niet. Wel ontspanning. Hier was begrip, zomaar. ‘Simon heeft me gevraagd om je iets te laten zien Roos.’ Zijn handen vormden de woorden samen met zijn stem. Een logische volgorde van gebaren, begrijpelijk voor wie het wilde zien. ‘Heeft iemand al eens bedacht dat gebarentaal voor jou ook heel handig zou kunnen zijn?’ Simon keek haar aan, kastanjebruine ogen wilden dat het tot haar doordrong. ‘Je ouders, je broers of zussen, iedereen om je heen kan het heel makkelijk leren en dan ben je niet meer zo afhankelijk van een apparaat,’ ging hij verder. Ha, haar moeder. Dat zou wat zijn, moeite doen voor haar dochter. En haar broers? Hoe lang had ze die al niet gezien? Ze wist geen eens waar ze woonden. Ze schudde haar hoofd, nee, daar had nog nooit iemand aan gedacht. ‘Zou je het willen leren?’ vroeg Jort. Weer die handen. Ze keek naar ze, slanke krachtige vingers, haar ogen bleven er als vanzelf aan hangen. Meer mogelijkheden om gehoord te worden, doventaal. Praten met Simon zonder telefoon. Waarom niet eigenlijk? ‘Je staat er versteld van hoeveel mensen gebarentaal kennen Roos, toch Jort?’ Jort knikte, grijnsde. ‘Er gaat een wereld voor je open.’ Ze pakte haar telefoon. ‘Nou laat de wereld dan maar open gaan,’ las Simon. Hij glimlachte. Vreemde blijheid. Waarom ben je zo blij, snelle jongen met je snelle auto? Waarom wil je zo graag met mij praten?
‘Roosje?’ Daar was hij weer. Facebookvriend. ‘Je hoeft niet meer voor me na te denken.’ ‘Oké?’ ‘Mijn baas heeft zich ermee bemoeid.’ ‘Goeie baas!’ Ze glimlachte. ‘Geweldige baas!’ ‘En nu?’ ‘Ik ga gebarentaal leren.’ ‘Doventaal?’ ‘Yes.’ ‘Maar dan moeten ze het wel allemaal leren op je werk, anders heeft het nog geen zin, dan begrijpen ze je nog niet.’ Punt van aandacht! ‘Briljant, maar ik weet niet of ze dat willen.’ ‘Waarom zouden ze dat niet willen?’ Stilte… waaromvraag… ‘Roosje? Gaat het goed?’ ‘Ja.’ ‘Ik denk dat jouw collega’s dat best voor jou over zullen hebben Roos, je bent namelijk echt de moeite waard om mee te praten. Ik doe het elke avond, dus ik kan het weten!’ Weer stilte… tranen. ‘Alles nog oké Roosje?’ ‘Nee, ik ben aan het huilen.’ ‘Waarom?’ Tweede waaromvraag van de avond. ‘Omdat nog nooit iemand zoiets liefs tegen me gezegd heeft.’ Nu maar snel offline. Bonzend hart. Tranen weghalen.
Shit! Offline. Arme Roos. Hij begon zo langzamerhand echt medelijden met haar te krijgen. Wat een eenzaamheid. Simon was eigenlijk van plan geweest om zichzelf vanavond bekend te maken aan haar, wilde graag eerlijk zijn. Maar op het laatste moment had hij het niet gedaan, zich plotseling realiserend dat dit online chatten nog wel eens de enige manier zou kunnen zijn waarop ze zich durfde te uiten. Ze wist niet beter, nog niet. En hij wilde heel graag met haar blijven praten.
Ze deed haar best. Binnen een paar dagen had ze de basis van gebarentaal onder de knie. Het was verrassend grappig, leuk, ontspannen om het met haar te oefenen. En de hele redactie oefende met ze mee. Hij had niet eens de kans gekregen het aan ze te vragen, zijn voltallige personeel was al direct zelf met het idee gekomen. Ze hadden een heuse campagne opgezet inclusief flyers en mailbombardement: Geef Roos een stem! Roos had tranen in haar ogen gehad de eerste keer dat ze dat zelf allemaal had opgemerkt, en vol ongeloof naar haar collega’s gestaard. Maar de realiteit had haar zekerheid gegeven: elke dag tijdens de lunchpauze zaten ze met zijn allen bij elkaar in zijn kantoor en leerden samen met Roos alles wat Simon kende. Het deed Roos zo goed, die steun van haar collega’s. Het was logisch maar toch ook bijzonder om te zien. Ze veranderde. Roos had humor. Lachte om zichzelf, maakte expres verkeerde woorden, soms schunnige maar vaak ook gewoon grappige versprekingen. Roos werd eindelijk een deel van het team, een deel van zijn wereld. Simon keek ernaar uit, elke dag oefenen met Roos was elke dag een stapje verder naar een gewoon leven. Gewoon kunnen praten zonder elektronische tussenkomst. Wat een opluchting zou dat zijn. ‘s Avonds bleef hij met haar via Facebook praten. Ze was altijd online en reageerde direct, alsof ze op hem wachtte, alsof ze er naar uitkeek. Hij ging ermee door ondanks vele voornemens om eerlijk te zijn en zichzelf bekend te maken, zelfs om er gewoon mee op te houden, van de ene op de andere dag die account te wissen. Maar elke keer als hij het groene stipje achter haar naam zag staan gingen die goede voornemens direct weer de mist in. Ze liet op deze manier meer van zichzelf zien dan hij ooit als haar baas te weten zou komen, en het was om de een of andere reden verslavend om haar zo te zien. Kwetsbaarder dan ze eigenlijk wilde zijn, open. ‘…Ben je echt geen homo? Ik praat zo makkelijk met je, ik geloof het gewoon niet dat je hetero bent.’ Roos kon zelf blijkbaar ook niet helemaal volgen waarom ze zo doorkletste tegen hem. Hij moest grinniken van die opmerking. ‘Heel erg hetero ;-)!’ ‘Je bent toch niet getrouwde hé!? OMG JE BENT GETROUWD! Je bent zo’n uitgezakte dikke 40er die in z’n midlifecrisis zit en je secretaresse wil je niet of heeft zelf een dikke reet!’ ‘Haha! Ik ben 34 en loop halve marathons. You crack me up Roos!’ ‘Waarom ben je dan alleen?’ ‘Dat vraag ik toch ook niet aan jou!’ ‘Ja duh, bij mij is het duidelijk, I freak them out :). Nu jij…’ ‘Ehh, gewoon nooit de goeie persoon ontmoet, geen tijd gehad, hard gewerkt weet ik veel!’ Jeetje Roos, confronterend, en bedankt!
De eerste dag dat Simon een lunchafspraak buiten de deur had en hij dus niet met haar gebarentaal kon oefenen was ze teleurgesteld. En daar waren geen gebaren voor nodig om dat duidelijk te maken, haar expressieve gezicht zei genoeg. Hier was een oplossing nodig. Roos mocht niet teleurgesteld worden. ‘Weet je wat? Ik heb vanavond tijd. Als jij nu voor wat eten zorgt, dan kom ik bij je langs om te oefenen. Is dat goed?’ Hij maakte tijd, voor Roos altijd. En wat een geweldig excuus om bij haar langs te komen! Hij was benieuwd naar nog meer Roos, de echte Roos, Roos thuis op haar eigen bank. ‘Ik ben een kok van niks hoor,’ las hij. Gebrek aan routine in gebaren deed haar nog steeds terugvallen op die telefoon als er een snel antwoord nodig was. Hij grinnikte. ‘Maakt niet uit joh, ik ben grootaandeelhouder bij de afhaalchinees en de pizzabezorgdienst op dit moment, alles is een vooruitgang, echt.’ ‘Oké,’ zei ze, ze glimlachte ook. Haar stem weer eens, wat lief om te horen, dacht hij.
Hij was er stipt op de afgesproken tijd. Hij kon ook niet langer wegblijven ook al zou dit misschien een te gretige indruk geven. Hij voelde het op het moment dat hij voor haar deur stond en aanbelde. Zenuwen, bizar, dat was lang geleden! Hij wilde gewoon bij haar zijn, zo lang mogelijk. Want Roosje was betoverend. Haar blauwe ogen, haar expressie, haar manier van communiceren, hij kon er geen genoeg van krijgen. Hij had nooit verwacht dat het zo ver zou komen, dat hij elke minuut van de dag aan een vrouw zou denken, alleen maar in haar buurt wilde zijn. Het was hem nog nooit overkomen. Hij had er inderdaad nooit tijd voor gehad, tijd voor gemaakt ook, gefocust als hij was geweest op zijn doelen. En nu was hij alleen nog maar gefocust op een ding: op haar, Roosje. Ze deed de deur open met die prachtige glimlach en hij wist meteen waar die fascinatie vandaan kwam. Mooie bijzondere vrouw, ik wil weten wat er in jouw hoofd zit. ‘Ha,’ zei hij, ‘ben ik nog op tijd of is het eten al aangebrand?’ ‘… Zwartgeblakerd,’ ze zei het zelf, hij hoorde haar grinniken. Ze was ook blij dat hij er was. Geruststellend. Haar woonkamer was adembenemend. Grote zwart wit foto’s overal aan de muren. Hij bleef staan in het midden van de kamer, had even tijd nodig om het op zich in te laten werken. Wat overweldigend. ‘Ga je niet zitten?’ Haar telefoonbericht bracht hem terug. ‘Ja… ja, ik ga zitten Roos, wat een bijzondere foto’s.’ Gedateerd waren deze ook, net zoals haar You Tube foto’s. Sommige waren oorlogstaferelen, harde rauwe werkelijkheid van lang geleden. Wat vreemd om die aan een muur te hangen in een ruimte waar je elke dag was, waar je er elke dag opnieuw mee geconfronteerd werd. ‘… Mijn vader,’ zei ze. Het klonk zacht, aarzelend. ‘Mijn vader heeft ze gemaakt, het was zijn beroep, hij was persfotograaf,’ las hij op zijn telefoon. ‘Hij is dood,’ ze zei het weer zelf, geen aarzeling meer te horen. Jezus! Was dat het? Hij schrok er van. Ze ging door, wilde shockeren dat was duidelijk: ‘Doodgeschoten in Nicaragua toen ik 4 was, pieuw, nekschot,’ ze ratelde het er in een keer uit, zoveel woorden had ze nog nooit achter elkaar gezegd. ‘Oh Roos, ik weet even niet wat ik moet zeggen.’ Hij moest zichzelf gewoon dwingen te reageren, was er stil van eigenlijk. Ze glimlachte, verrassend genoeg. ‘Nee, dat heb ik mijn hele leven al niet geweten haha, kom, het eten brandt nu echt aan,’ zei zijn telefoon.
Het was te beladen. Jammer. Ze had zich er onbewust toch weer op verheugd. Eindelijk weer een snelle jongen in haar huis. Ze had ze eerder geprobeerd. Mooi genoeg was ze wel, dat wist ze. Ze kwamen wel, aangetrokken als vliegen op de stroop, maar ze konden niet tegen de stilte, geen van allen. Ze waren allemaal weer gegaan. Freakshow van een dode vader en een zwijgende dochter. Ze nam het ze niet kwalijk. En hier was er weer een. Hij zat voor haar en at zwijgend zijn avondeten op, wist zich eigenlijk geen houding te geven. Nogmaals jammer. Ze had toch gehoopt dat hij anders zou zijn… ‘Roos ik heb echt bewondering voor je,’ hij doorbrak ineens de stilte. Shock. Dat hoorde niet in het patroon! Het patroon zou nu zijn: rotsmoezen verzinnen en zo snel mogelijk zorgen dat je wegkomt. Lul, waarom hou je je niet aan het patroon?! Verwarrend. Boosheid. ‘Waarom word je boos als ik dat zeg?’ ‘Ik word niet boos,’ las hij haar bericht. ‘Ik zie het aan je Roos.’ Oww, die had ze niet verwacht. ‘Ik vroeg me af wanneer je weg zou gaan.’ Zijn telefoon was onverbiddelijk in de weergave van haar vragen. ‘Wil je dat ik wegga?’ Zijn vraag ook. Ze schudde haar hoofd, nee, dat wilde ze helemaal niet. ‘Wat wil je dan wel Roos?’ Vragen vragen. ‘Weet ik veel… dat de wereld opengaat?’ Hij glimlachte om dat antwoord. ‘De wereld gaat open, dat beloof ik je.’ Hoe kun jij dat nu beloven eikel? ‘Waarom vind je mij een eikel?’ Ze schrok, dat had ze niet gezegd, alleen gedacht. Ze keek op haar telefoon, nee niet gezegd. Hoe kon hij dat weten? Het leek wel of hij echt haar gedachten kon lezen. ‘Vind je me dom?’ ging hij verder. ‘Of vind je mannen überhaupt dom?’ ‘Wie heeft gezegd dat ik je dom vind?’ Hij glimlachte om die vraag. ‘Jij, met je ogen, vaak genoeg. Jij wil denk ik niet weten hoe uit de hoogte jij op mensen neer kunt kijken. En dat mag ook. Ik denk namelijk dat je gelijk hebt, dat ik een stuk dommer ben dan jij, dat heel veel mensen een stuk dommer zijn dan jij.’ Verbazend. Hij begreep het. Zomaar. Ze moest er van lachen, wat een onverwachte zelfspot. ‘Maak je zelf ook foto’s Roos?’ Die vraag was nog meer onverwacht. Waarom wilde hij dat weten? Kastanjebruine ogen waren zacht, als fluweel. Aaibaar. Ze wilde het hem ineens laten zien. Dat wat ze met niemand deelde. Alleen enkelen werden gedeeld maar niet alles. Niet met iedereen. ‘Kom.’ Ze nam hem mee naar haar donkere kamer.
Een donkere kamer. Simon voelde weer iets van de betovering die hij als kind had gevoeld, de spanning als een foto langzaam zijn ware gedaante begon te vertonen. De hoop dat datgene wat je gezien had ook daadwerkelijk weergegeven zou worden. Of juist de verrassing: iets was vele malen mooier en beter als je verwacht had. Ze hadden thuis ook een donkere kamer gehad, zijn vaders grote hobby. Hij had er uren in doorgebracht, exclusieve tijd met zijn vader. Jort was zijn broer en hij hield van hem, maar Jort met zijn handicap was altijd degene geweest die veel tijd van zijn ouders had gevraagd. De donkere kamer had alles goedgemaakt voor Simon, was van hem en zijn vader samen geweest. Hij keek om zich heen in de schemer, zag overal bekende foto’s, facebookfoto’s en meer, veel meer. Een lawine aan beelden tegen de wanden en drogend aan de lijn, de een nog beter dan de ander. Adembenemend. ‘Roos dit is geweldig, je hebt echt talent, wat mooi!’ Niets, geen reactie. Hij voelde ineens haar hand. ‘Kom.’ Hij werd weer naar buiten getrokken mee terug de woonkamer in. Ze opende een kast, haalde er een camera uit. Ouderwetse professionele spiegelreflexcamera. ‘Van mijn… vader.’ ‘Maak je hier al die foto’s mee, met je vaders camera?’ Ze knikte, keek hem aan. Breekbaar, vond hij haar, weerloos, geen woede meer om zichzelf te verdedigen. Ze liet hem zichzelf zien, wat ontzettend bijzonder. Wat een breekbaar moment ook. Hij moest nu niets verkeerds zeggen, dat besefte hij. ‘Dan is het net alsof je met je vaders ogen naar de wereld kijkt,’ zei hij. Die was raak. Misschien zelfs te veel. Ze hield haar vrije hand voor haar mond, hij zag de tranen plotseling over haar wangen stromen. ‘Oh Roosje,’ zei hij zacht, hij had zo’n medelijden met haar. Hij pakte voorzichtig de camera van haar over, legde hem terug op zijn plek, sloeg zijn armen om haar heen en liet haar huilen.
Huilen huilen huilen, wat veel allemaal. Wat bizar dat ze dit allemaal zomaar aan hem had laten zien. En nu was alle energie weg, kon ze alleen maar tegen hem aanleunen, zich laten troosten. Dit was nooit de bedoeling geweest. Maar toch onvermijdelijk. Ze besefte het. Hij moest nog meer zien, ze wilde het gewoon, het leek wel alsof er een grote muur was afgebroken en er een weg vrij was gekomen naar buiten. Zou de wereld nu echt opengaan? Ze pakte een Cd rom die ze gebrand had van haar werk, hij moest het allemaal zien nu. Ze zette hem op de bank en deed de Tv aan. ‘Sorry voor mijn ouwe Tv, mijn laptop is er een paar maanden geleden mee opgehouden en ik had geen geld om een nieuwe te kopen.’ ‘Daar hoef je je toch niet voor te verontschuldigen?’ Duizelingwekkende glimlach! Ze startte de cd en liet hem zelf kijken, zelf oordelen. Ze had er niets aan toe te voegen, wilde dat ook niet. Ze was eigenlijk alleen maar benieuwd naar wat hij dacht, van haar foto’s, van haar. Hij bekeek ze allemaal, stuk voor stuk met de grootste aandacht. Stelde soms vragen en gaf soms zijn mening. Alles oprecht, gemeend. Ze was blij dat ze dit deed, dat ze dit kon delen met hem. Toen de laatste foto kwam zei ze dit ook. Hij keek op zijn telefoon en glimlachte ervan. ‘Ik ben ook blij dat je dit gedeeld hebt Roosje, ik vind het heel moedig van je,’ antwoordde hij. Hij sloeg zijn arm om haar heen, liet haar tegen zich aan leunen. Geen eisen, gewoon contact, hoe bijzonder. Ze voelde hem ontspannen, keek op, hij was in slaap gevallen. Snelle jongen had zijn rustplekje gevonden. Die gedachte bracht vertedering mee. Nieuwe ervaring. Ze haalde voorzichtig zijn bril van zijn neus, duwde hem slapend opzij zodat hij kon gaan liggen en tilde zijn benen op de bank. Ze deed zijn schoenen uit, haalde een dekbed uit de kast en dekte hem toe, kuste zacht zijn voorhoofd. Slaap maar snelle jongen.
Hij wist even niet waar hij was toen hij wakker werd. Bank, kleren nog aan, vreemd dekbed… Roos, dacht hij toen. Roos en haar foto’s, Roos en haar vader. Wat een bijzondere avond… Hij keek op zijn horloge, 3 uur, midden in de nacht. Nog zo ontzettend veel uren te gaan tot de dag en hij verlangde naar haar. Hij had eigenlijk nog nooit zoveel naar iemand verlangd, zo allesoverheersend. Hij kon aan niets anders meer denken. Hij stond op, liep naar haar keuken, dronk een glas water en maakte zijn gezicht nat. Hij moest weg, naar huis, het was beter zo. Niet meer in de verleiding komen, niet zo dichtbij zijn en toch zo ver weg. ‘Ik moet naar huis Roosje, bedankt voor de bijzondere avond, slaap lekker, zie je straks :).’ Hij deed zijn schoenen en zijn jas aan, ging.
De piep van het bericht maakte Roos wakker. Bedankt voor de bijzondere avond… hij was naar huis. Jammer. Ze stond op, ging naar de woonkamer. Wat leeg. Ze ging zitten op de bank, sloeg het dekbed om zich heen. Rook zijn geur. Ging liggen. Zijn warmte was nog voelbaar in het dekbed om haar heen, hij was nog maar net weg. Ze sloot haar ogen ervan. Dag Simon, tot straks.
Zijn bril, hij had hem bij Roos laten liggen, miste het ding direct toen hij buiten stond en haar deur achter zich had dichtgetrokken. ‘Shit!’ Slaapdronken kop. Hij kon niet zonder, was zo blind als een mol en moest zelfs een taxi nemen omdat hij niet zonder durfde te rijden.
Iedere bitch zou hem die bril teruggeven ten overstaan van zijn voltallige personeel. Triomfantelijk een verovering komen incasseren. Roosje niet. Roosje kwam de volgende ochtend naar zijn kantoor, bescheiden, sloot de deur achter zich en keek nog even over haar schouder om zeker te weten dat niemand het kon zien. ‘Ha Roos, goed geslapen?’ zei hij. Daar was ze weer, eindelijk. Ze typte de tekst met haar rechterhand en hield zijn bril omhoog met haar linker. Hij pakte zijn bril van haar over, las wat ze te zeggen had: ‘Ja goed. Je hebt je bril vergeten.’ ‘Probeer het nu nog eens te zeggen maar nu met je handen. Als ik geen bril heb kan ik je zo echt niet verstaan weet je dat? Ik kan helemaal niks lezen zonder dan ding. Dus als ik vaker mijn bril bij je ga laten liggen gaan we een probleem krijgen als je niet serieus bent met die gebarentaal…Telefoon ook inleveren,’ hij moest streng zijn, ze viel nog te vaak terug op die telefoon. Hij strekte zijn hand uit om hem van haar over te nemen. Haar aarzeling was overduidelijk, haar vertrouwde connectie met de wereld, ze wilde hem liever niet afgeven. ‘Maak je niet bezorgd, ik doe er toch niets mee Roosje,’ zei hij geruststellend. ‘Ga je vaker je bril bij me laten liggen dan?’ zeiden haar handen. Graag, dacht hij. ‘Ik hoop het,’ zei hij. Ze bloosde er van. Lief. ‘Ik hoop het ook,’ zeiden haar handen weer. ‘Goed gedaan Roos, ik ben trots op je.’
‘Ik heb het geleerd!’ Het juichte het scherm op. Roos was blij. ‘Geweldig Roos! Wat goed van je… en?’ Facebookvriend was nog steeds nieuwsgierig. ‘Ze hebben het allemaal geleerd op mijn werk.’ ‘Dus..?’ ‘Dus je had gelijk, ze hadden het er voor over… maar ik denk dat het eerder is omdat die vergaderingen nu een stuk sneller gaan haha.’ ‘Niet jezelf zo naar beneden halen Roosje! Ik zou het voor je over hebben!’ ‘Lief…’ ‘Ik meen het Roos.’ ‘Je wordt toch niet verliefd op me ;-)?’ Stilte van de andere kant. ‘Firefox? Ben je er nog? Niet weggaan! Het was een grapje… alsjeblieft…?’
Hij moest er mee ophouden. Dit was geen spelletje meer! Zijn handen trilden ervan. Vreemde emoties. Geschrokken was hij van haar opmerking. Grappig bedoeld maar zo ontzettend raak. Verliefd was niet eens het goede woord. Fuck, ze zat in zijn bloed. Was dit nu houden van iemand? Alles voor iemand overhebben en alleen maar willen dat die iemand gelukkig is? Want als dit het was dan wilde hij nooit meer iets anders voelen. Dan wilde hij altijd van Roos blijven houden. Hij logde weer in, moest kijken of ze er nog was. ‘Firefox?’ Daar was ze al. ‘Nu was jij geschrokken, sorry.’ ‘Ik moest even nadenken maar ik wil je zeggen dat het klopt Roos.’ ‘… Je bent verliefd op mij? Maar je kent me niet eens?!’ Het moment van de waarheid… ‘Ik ken je wel, heel goed.’ ‘Wat bedoel je, je hebt me nog nooit gezien?!’ ‘Ik zie je elke dag.’ Stilte… Roos, blijf! Niet schrikken alsjeblieft! ‘…Simon?’ ‘Ik kom naar je toe Roosje.’
Hij stond in de deuropening. Het was onvermijdelijk. Ze liet hem binnen. ‘Ik kan je maar niet uit mijn hoofd krijgen Roosje. Ik word er ziek van,’ zei Simon. Ze raakte zijn gezicht aan, heel voorzichtig met haar vingertoppen. Elektrisch, altijd, hij sloot zijn ogen er even van. Zijn woorden hadden haar geraakt, diep vanbinnen. Ze kon hem ook niet uit haar hoofd krijgen, nooit meer. Hij pakte haar hand, kuste die vingertoppen van haar, een voor een. Wat doe je nu met me? Paniek! Dit kon niet meer teruggedraaid. Alles zou kapot gaan! Ik wil je niet kwijt! Ga naar huis, praat met me maar raak me niet zo aan, alsjeblieft! Hij liet haar los. Maar hij ging niet, begreep als altijd haar gedachten. ‘Nee, ik ga niet weg, kijk naar me Roosje, luister naar me.’ Zijn hand vormde de woorden. ‘Ik hou van jou.’ Hou je van me? …Wat een ongeloof… Van mij? Hij glimlachte. ‘Ja, van jou. Ik hoor je Roos, altijd, ook als je alleen maar denkt, en ik wil ook altijd naar je blijven luisteren. Wil jij alsjeblieft altijd tegen mij blijven praten?’ Oprecht. Hoe oprecht kon je zijn? Ze glimlachte, nog nooit in haar leven had ze die glimlach zo gemeend als nu, hier, voor deze man. Hij beantwoordde die glimlach, tilde haar een klein stukje omhoog en kuste haar, hongerig. Liet haar weer langs zijn lichaam naar beneden glijden. Zijn verlangen, ze voelde het in ieder vezeltje van zijn lijf, het maakte haar duizelig. Wat had hij dit goed verborgen, zo lang. Bijzondere man. Hij legde haar op haar bed, kleedde haar uit, kon zijn verlangen niet meer stoppen. En zij het hare niet meer. Ze liet hem in zich komen, liefste man, wil je me alsjeblieft nooit meer loslaten? Voor altijd in elkaar verstrengeld, een geworden.
Wakker worden was geweldig, een paar seconden. Na die paar seconden drong het tot haar door, hard, genadeloos. Hij was weg. Ze schoot uit bed, rende haar appartement door. Het was snel gebeurd. Hij was weg en Sophie had gelijk gehad. ‘Het gaat hem alleen maar om de thrill, snel veroveren en dan wegwezen.’ Het stond nog op haar netvliezen gebrand, zou er wel nooit meer afgaan nu. Wat was ze ongelofelijk dom geweest! Ze had zich laten veroveren… Het golfde ineens over haar heen, verdriet, overweldigend, Ze zakte op de vloer en snikte, kon het niet meer bevatten allemaal. ‘Roosje ik hou van je, Roosje ik hoor je, Roosje wat ben je mooi.’ Het dreunde allemaal door haar hoofd als een eeuwig doorzeurende mantra. Wat een verspilling van woorden! Waren dat echt allemaal leugens geweest? Prachtige zeldzaam gemene leugens. Waarom wilde hij haar kapot? Want wat was wat er nu aan het gebeuren was, snel en zeker kapot gaan. Wat nu, wat nu wat nu wat nu? Een duizendmalige vraag en geen enkel antwoord in haar hoofd. Kon ze dat kapotgaan nog tegenhouden? Het moest. Ze kon het niet laten gebeuren, niet nu, niet zo. Het internet op. Het enige wat ze kon bedenken, wat ze altijd had kunnen bedenken. Wel inktzwarte Tweets maar absoluut geen Facebook, nooit meer. Die valse belofte van geluk wilde ze nooit meer zien. Account verwijderd, alle sporen gewist. Ze pakte haar telefoon. Uit?! Batterij leeg, dat was haar echt nog nooit overkomen! Wat een enorme macht had hij over haar uitgeoefend. Haar jarenlange routine was totaal overhoop gegooid door hem. Waarom? Wat was zijn kick? Haar liefde? Zwakke gedachte, mocht niet meer voorkomen. Geen zwakte meer, geen Simon meer. De tranen veegde ze weg. Vreemd maar ze bleven komen. Oplader, ze moest een oplader vinden. Waar was hij? Ze trok lades in haar keuken open, zocht al haar kasten door en gooide de inhoud van haar tas op de grond. Geen oplader. En de tranen bleven maar komen. Ineens wist ze het, zag het helder voor zich. Ze had hem laten liggen op haar bureau, op het werk. Dat was het dan. Die ging ze niet halen. Die totale afgang gunde ze hem niet. Er moest een andere komen. Uit de winkel, alleen de gedachte maakte haar al misselijk maar ze had geen keus. Het was de enige manier om er snel een te kopen, en ze moest die telefoon aankrijgen. Het moest gewoon. De bel ging. Doorbroken gedachten.
Simon bekeek zijn telefoon en begreep het niet. ‘Roosje wat is er?’ Hij had haar al vanaf die ochtend vroeg berichtjes achtergelaten, ze werden niet gelezen en ze gaf geen reactie. Haar telefoon stond uit. Hij was het haar vergeten te zeggen, van zijn vroege afspraak die ochtend en de drukke volle dag. Ze sliep nog toen hij al weg moest en hij had haar niet willen wakker maken, het was een lange nacht geweest. Liefste Roosje, ze communiceerden al zo lang via hun telefoons, zijn berichtje dat hij van haar hield was een feest om in te typen en eindelijk te kunnen versturen. Ze had hem zo blij gemaakt, opgelucht ook dat ze hem eindelijk had toegelaten. Maar nu werd hij steeds bezorgder. Ze was niet op het werk, ze nam niet op, niets. Hij besloot iets te doen wat hij nog nooit had gedaan: hij cancelde al zijn afspraken, ging terug naar haar, stond voor haar deur met het zweet in zijn handen. Het was helemaal mis, hij zag het direct al toen ze open deed. Grote angstogen, inwit gezicht, tranen. ‘Roosje!’ zei hij geschokt, wilde haar vasthouden. Maar ze hield haar armen voor haar lichaam als afweer, duwde hem van zich af met ogen die ineens fonkelden van boosheid. ‘Neee!’ Het kwam er zo boos uit. Wat was er in vredesnaam gebeurd?! Hij liet haar los, gaf haar ruimte. ‘Wil je me vertellen wat er aan de hand is? Ik begrijp er helemaal niets van… Waar is je telefoon Roos? … Roos?’ Ze draaide zich om, ging de trap op naar boven. Hij sloot de deur en volgde haar. Wat was dit toch allemaal? Boven aan de trap was ze er al weer, telefoon in haar hand. Hij zag het probleem, het ding was uit, batterij leeg. ‘Dus je heb geen van mijn berichten gekregen?’ Ze schudde haar hoofd. Nee. Huilde. Wat een paniek. Hij zuchtte, begreep het nu allemaal. Wat was ze nog steeds afhankelijk van die rottelefoon. ‘Oh lieverd, wat dacht je? Dat ik niet meer terug zou komen?’ Ze knikte, ja. ‘Maar waarom dan? Heb ik je ooit aanleiding gegeven om dat te denken?’ ‘Nee.’ Haar handen gingen verder met praten. Ineens was de connectie er, kon ze haar gedachten omzetten in gebaren. Hij zou er blij van worden als het allemaal niet zo triest was. Wie had dit in godsnaam veroorzaakt? ‘Sophie,’ zag hij. ‘Ik heb contact gehad met Sophie via Facebook. Zij zei dat je altijd weggaat na je overwinning, dat je nooit bleef.’ ‘Oh verdomme, kutwijf!’ Ze schrok van zijn gevloek, haar handen gingen weer beschermend omhoog. Hij pakte die handen, wilde dat het tot haar doordrong. ‘Luister Roos, waarom denk je dat ik toen wegging? Sophie is een berekenend kutwijf dat via de bedden van jan en alleman carrière wil maken en daar werk ik niet aan mee. Ik hou van jou en ik ben er, ik ben niet weg en ik ga niet weg. Stop je telefoon in de oplader er kijk naar mijn berichten alsjeblieft.’ Ze trok haar handen los, antwoordde. ‘Oplader ligt op kantoor.’ ‘Dan gaan we nu naar kantoor.’ Hij pakte vastberaden haar jas van de kapstok, hield hem voor haar op, ze moest mee. Alles wat hij zei zou niets uitmaken, ze moest het lezen, de realiteit kwam voor haar van het internet. Ze moest het zwart op wit voor zich zien dan zou ze het pas geloven.
Ze was bang. Overweldigende man. Bang van hem, bang van zichzelf. Hij reed veel te snel en zwijgend de paar kilometer naar het werk, stopte de auto direct voor de deur tussen de niet-parkerenpaaltjes in. Dit was geen parkeren, dit was neersmijten snelle jongen. Hij liet zijn portier wijd openstaan bij het uitstappen, veroorzaakte een alarmerend gepiep in de auto, en liep met een paar grote haastige stappen om het ding heen. Zijn uitgestoken hand eiste haar uit te stappen, mee te lopen naar binnen. ‘Over 10 minuten allemaal in mijn kantoor!’ Hij commandeerde het iedereen die ze tegenkwamen op hun weg naar binnen. Snelle jongen had geen tijd meer te verliezen. Recht op zijn doel af. Maar welk doel? ‘Oplader erin!’ Simon ik heb geen adem meer! Trillende handen. Ja pak hem maar over, ik kan het niet zo. Telefoon aan, hij gaf hem terug. Piep, alle berichten komen binnen. ‘Liefste Roosje ik hou van je!!! Ik heb zo meteen al een afspraak, ik baal!! Moet nu weg maar zie je zo.’ ‘Roos ik wil bij je zijn!’ ‘Ik wil deze kutafspraak helemaal niet, wat een gezeik zeg!’ ‘Tijdverspilling, wil alleen nog maar jou!’ Nog steeds ademloos… verder: ‘Roos, waar ben je?’ ‘Waarom lees je niets?’ ‘Telefoon uit? Roos ik ben bezorgd! Ik kom naar je toe…’ Ze sloot haar ogen, ontspanning, ongelofelijk! ‘…Ik ben er nu,’ hoorde ze hem zeggen. Ze opende haar ogen weer. ‘Je bent er nu,’ zei haar stem, zonder aarzeling. Hij glimlachte, fluwelen aaibare ogen waren er weer. Hij pakte haar hand. ‘En nu naar mijn kantoor!’
Iedereen was er. Verwachtingsvol geroezemoes, de baas had een belangrijke mededeling. Simon glimlachte, het belangrijkste ooit! ‘Fijn dat jullie er allemaal zijn. Roos en ik hebben iets te vertellen.’ Hij keek haar aan, hoopte dat ze met deze snelle actie instemde. Daar hoefde hij niet bang voor te zijn. Ze knikte bevestigend, glimlachte. Lief. Gelukkig. ‘Roos en ik houden van elkaar en zijn vanaf nu bij elkaar… ik wil daar open over zijn om geleuter te voorkomen en ik wil niet stiekem hoeven te rotzooien hier.’ ‘Echt niet? Jammer zeg! Ik hou wel van stiekem rotzooien hoor!’ Dat was Roos, haar stem klonk luid en duidelijk over al het geroezemoes heeft. Iedereen schoot in de lach en Roos strekte haar armen naar hem uit. Hij glimlachte, gaf haar de kus die hij al de hele ochtend had willen geven. Geweldige Roos, dit is nog maar het begin!
Geschreven in 2012, toen social media nog nieuw en spannend was.
Dwaallicht
0 notes
Text
Daar
Er was niks sexy’s aan. Aan deze hele situatie was werkelijk niets sexy.
Ik hou van sexy. Ik heb het graag sexy. Altijd. Overal.
Dat kan ook echt, vind ik. Sexy is een staat van zijn, waar ik graag in verkeer...
Ik zuchtte. Of kan ik beter zeggen: vérzuchtte.
Het was weer zo’n dag. Zo’n dag die grijs afgaf. Zo’n.....bleh. Chagrijnig greep ik in mijn tas. Waar was mijn telefoon? Zo’n F kleine tas en dan nog altijd alles kwijt zijn. Hoe kan het hè! Pffff...
Abrupt stopte mijn zoeken. Opeens voelde ik.. Ik keek op.
Ze keek me aan met een blik die me even stokte. Ze keek. Ik keek. Lang. Want daar waar menigeen allang wegkeek, bleven onze ogen vast aan elkaar. “Die durft”, hoorde ik mezelf denken. Een gevoel van euforie gleed onder mijn huid, over me heen. De warmte...
Ik hou van durfals. Ik vind ze stoer. En krachtig. En vaak sexy. Ze durven. En dat benijd ik. Ik wil ook durven. Nóg meer...
Een ober stopte naast haar. Haar ogen gingen los van de mijne toen ze iets tegen hem zei. De ober knikte en liep weer weg.
Ze draaide haar hoofd weer naar me toe en hervatte haar staren naar- en met mij. Ze zag er goed uit. Terwijl ze met de ober praatte, had ik mijn ogen natuurlijk de kost gegeven. Ik kijk nou eenmaal graag. Ook naar vrouwen. Naar hoe ze gevormd zijn. Ik kijk graag naar die heerlijke ronde vormen waar mijn ogen maar al te graag overheen rollen...
Haar vormen waren perfect.
Rond.
Levend.
Sexy...
“Dame”, zachtjes sprak de ober toen hij een glas voor me hield. Hij knikte en wees met zijn ogen naar háár toen ik het aanpakte. Meteen liep hij door en gaf haar hetzelfde drankje.
We proostten in de lucht met elkaar. Subtiel. Bijna onzichtbaar.
Ik hield nu al van haar spel. Omdat het precies de mijne was...
Ik nam een slokje van mijn champagne kleurige drankje. Gelukkig was het in niets als de smaak van champagne. Een speelse ietwat zoete smaak danste over mijn smaakpapillen. Nice...
Ik begon het heet te krijgen. Daar is niet heel veel voor nodig, om mij heet te krijgen. Als de goede knopjes maar worden ingedrukt. En als dat, dan .... krijg je Het. Ongeremd..
Ik draaide me om, dronk het drankje weg en liep weg.
Ik. Ben. De baas.
Mijn hakken tikten op de tegels. Het waren van die grote. Ze leken op die grote, die je wel eens in echt oude kerken beloopt. Soort van rond ook. Niet ideaal voor hakken in ieder geval, hoorde ik mijn gedachten weer spreken.
Twee minuten. Zéker niet langer. Eerder korter.
Haar getik achter me. Hakken op tegels. Tik, tik, tik, tik...steeds iets dichterbij.
Als ik inschat dat ze een enkele meter bij me vandaan is, stop ik. Ze stopt ook.
Het is stil. Buiten hoor ik de wind zacht blazen.
Achter me voel ik haar blazen. De warmte van haar adem raakt mijn schouder, ook al is ze nog minstens een meter bij me vandaan. Haar hitte is niet te vermijden.
Ik sluit mijn ogen en voel mijn omgeving. Mijn omgeving waar ik in op wil gaan. Waarin ik wil verblijven, waarin ik wil komen...
Als ik Daar ben, open ik mijn ogen en draai ik me om. Haar gezicht is perfect. Zoals zij helemaal perfect is.
“Ga daar tegen die muur staan jij”, fluister ik. Ik wil haar onder die kandelaar daar hebben. Onder het zachte licht van die grote kaars in dat nisje. Perfectie 3 dimensionaal...
Ze doet wat ik haar vraag en gaat staan in het gouden licht.
Ze kijkt me verleidelijk aan en begint langzaam te bewegen als een danseres onder het kaarslicht.
Jezus. Wat een heerlijke vrouw.
Mijn ogen dwalen over haar dansende lijf. Mijn gedachten laten me nu al zien wat er zo dadelijk gaat gebeuren. Dat wat zij met me gaat doen. Dat wat ik bij haar ga doen... Mijn adem stokt.
“Kus me”, kreunt het dansende silhouet me toe. “Je maakt me gek met die ogen van je”, zegt ze zacht grommend. Sexy grommend...
Ik ga naar haar toe en druk mijn lijf tegen het hare en voel hoe ze zich gretig tegen me aan vlijt. Haar lippen... hongerig. Haar blik... geil.
Mijn lippen kloppen warm en zoeken ongeduldig de hongerige hare.
Haar tong is warm, zacht en nat. Kussen. Als je kust met Degene, dan is het kussen ALLES. Het vuur, de smaak, de beleving, het spelen... ALLES.
Haar tong in mijn mond. Haar lippen in mijn nek. Haar handen over me heen. “Ik ga je van achter pakken”, kreunt ze in mijn oor, als me vastpakt en me met mijn gezicht naar de muur, tégen de muur drukt.
Haar onderlichaam drukt tegen mijn billen. Golvend, naar het ritme van ons spel. Ik druk mijn onderlijf naar achter en voel haar dichter bij me dan dichtbij..
“Kleed je uit”, kreun ik: “Laat me jouw naaktheid voelen”.
Ze ontkleedt zich snel en trekt mijn rokje uit. Ze drukte haar opwinding tegen me aan. Mijn billen worden nat van dr. And I LOVE it.
Haar vingers zoeken me. En ze vinden me. En verdwalen. In mij. Op mij. Over mij.
Kreunend...
Daar.
Een keer of vier. 😏
0 notes
Text
WK Sen Tokyo Day-2: wordt het 2x Abe ?
(26-Aug-2019)
Bij de vrouwen gaan we niet moeten wachten op de finale om de besten in de /-52kg tegen elkaar te zien vechten... 1/4-finale Ai Shishime - Majlinda Kelmendi, en als de Kosovaarse wint mag ze vervolgens tegen de andere Japanse Uta Abe vechten ! Vorig jaar vochten Shishime en Abe de finale. De nr.3 van Japan, Natsumi Tsunoda (°92) staat 2° WRL.... en mag dus niet meedoen !!
Bij de mannen ook 2 Japanners: Hifumi Abe (°97; Jpn; 3° WRL; 1° WRL eind 2018) en Joshiro Maruyama (°93; Jpn; 2° WRL; 1° GSL Japan’18; 1° Masters’18; 1° GSL Düsseldorf; huidig 2-voudig Japans kampioen, in finale tégen Abe); beiden ontmoeten elkaar hier helaas in 1/2-finale; onderling staat het 2-2, maar de laatste twee maal won Maruyama. In de andere helft staan de Europeanen Vazha Margvelashvili (°93; Geo; 1° WRL; 3° EK) en Baruch Shmailov (°94; Isr; 4° WRL)
Amber Ryheul (°98; /-52kg; 81° WRL): out (1 ovwn)
mag net als Jorre ook opwarmen; Amber tegen een judoka uit Myanmar: Su Khin Khin (°91; Mya; no WRL); daarna brute pech, en eindigt wel het tornooi voor de eerste-jaars senior tegen de voornoemde huidige vice-wereldkampioene Ai Shishime; de vraag is of het eindigt in minuut 1, 2 of 3. verslag: sankaku op het einde van de 1ste minuut tegen Su Khin Khin en verder naar ronde-2; tegen Ai Shishime in 1/16-finale is het vooral verdedigen en ontkomen; na 1′40″min dan toch waza-ari tegen; nog één minuut later ligt ze in houdgreep; verdienstelijk, maar meer ook niet;
Charline Van Snick (°90; /-52kg; 5° WRL): 7° (2 ovwn)
4th seeded dus; kans om in het final block te geraken, maar moet toch op haar hoede zijn tegen de Canadese Guica (°93; Can; 30° WRL) en Babamuratova (°91; Tkm; 37° WRL; medailles kleinere GP’s), om dan te vechten in 1/4 tegen Natalia Kuziutina (°89; Rus; 6° WRL; 3° Masters’18; 3° GSL Ekaterinburg; 2° EK) of bulldozer Odette Giuffrida (°94; Ita; 11° WRL; 3° GSL Paris; 3° GSL Düsseldorf; 1° GP Tbilisi; 5° EK). verslag: baas in haar 1ste kamp en een offerworp gevolgd door armklem na een minuut tegen Ecaterina Guica; dominant ook in haar kamp tegen Liping Liu (°95; Chn; 70° WRL); scoort w-a halfweg; doet dan de deur dicht met een goeie verdediging, wint nog wat tijd op grond, en wint tenslotte nog met yoko sumi-gaeshi 10″ sec voor tijd; Kuziutina wint haar 1/8 van Giuffrida (na 1′09″min GS zonder shido) en dus kende Charline haar volgende tegenstandster; En in alle objectiviteit, ook al was het na een 3de shido van Van Snick vroeg in GS, de Russin, die vroeger al het vuur aan de schenen legde van Ilse Heylen (en meestal won), verdiende ook hier de overwinning;
Kenneth Van Gansbeke (°90; /-66kg; 30° WRL): out (0 ovwn)
1/8-finale wordt het hoogst haalbare en dan mag hij terugblikken op een zéér geslaagd tornooi want dan verslaat hij resp. Dzmitry Minkou (°96; Blr; 41° WRL), Andraz Jereb (°92; Slo; 47° WRL) en Manuel Lombardo (°98; Ita; 16° WRL; huidig Europees- & wereld-kampioen bij de u21); een 1/8-finale tegen Baruch Shmailov (°94; Isr; 4° WRL) of Mikhail Puliaev (°87; Rus; 12° WRL) wint hij echter nooit; verslag: onaantrekkelijke wedstrijd tegen de witrus Minkou; halfweg een shido voor Kenneth wegens afhouden/defensief vechten; kort daarna een 2de shido voor buitenstappen; en net na die herneming een ippon seoi-nage tegen (w-a); met nog zowat 37″sec op het bord tenslotte een nieuwe w-a tegen en afgelopen... 2 jaar geleden verloor Kenneth van deze zelfde Minkou op de GP Tashkent; oftewel, van mogelijks ‘zéér geslaagd’, af naar ‘ronduit ontgoochelend’ tornooi... Achteraf hoorde ik dat Kenneth eigenlijk gekwetst was afgereisd naar Japan, maar absoluut toch wilde vechten om eventueel met wat geluk in de eerste ronde een gemakkelijke, onbekende uit een niet-judoland te treffen, en aldus toch wat ranking-punten te scoren, belangrijk met het oog op de Spelen.... zonder commentaar...
Opvallend.
De vroege uitschakeling (in 1/16-finale) van Vazha Margvelashvili tegen Limhwan Kim (°92; Kor; 29° WRL), die het uiteindelijk wel tot de finale schopte, en vice-wereldkampioen wordt;
Baskhuu Yondonperenlei (°93; Mgl; 14° WRL) lijkt een laatbloeier; nooit veel gezien, zeker al niet bij de jeugd, maar grossiert sinds eind 2018 in brons: 3° GSL Osaka; 3° NK’19; 3° GSL Düsseldorf; 3° APAC championships; 3° GSL Baku; 3° GP Hohhot; en hier bij de laatste 8;
Kelmendi die dankzij haar dominante linkse grip over de schouder, in 1/4-finale met shido’s wint van AI Shishime onder het waakzame oog van Uta Abe;
Een opgelooflijke 1/2-finale tussen Hifumi Abe (°97) en Joshiro Maruyama (°93). >> video. watch the end... (”cool, calm & collected” - neil adams) Abe verliest zijn 2-voudige wereldtitel (hij is 22j !) aan de 4 jaar oudere Maruyama. De kans is reëel dat Abe hier zijn deelname aan de OG verliest. (in Rio ging Masashi Ebinuma (°90), 3-voudig wereldkampioen, maar slechts 2x brons op de Olympics van London & Rio). >> video final Abe - Maruyama (Japan version)
0 notes
Photo
Deze staat ook in ‘Naar Huis’ geloof ik. Keihard werken om weer mooie dingen te zien. (Of keihard; de tijd heelt vooral). En vast te leggen. En schrijven. Ook dat. Vooral dat. 'Leuke dingen doen’. Zeker. Maar ik deed ook leuke dingen. En heb een te gek mooi leven. Maar de waakvlam brandt weer. Nu de rest van het vuur. De baas: 'het werk gaat je niet belemmeren in je herstel, wij zorgen hier. Tot zeker na de zomer. En jij voor jezelf, al duurt het maanden’. Het is een groot voorrecht zo een werkgever te hebben. Volgende week gaan we koffie drinken. Ik voel me verwend. Maar misschien geldt voor deze; wat je geeft, krijg je terug. Want ik heb best wat offers gegeven om de toko te laten draaien, zoals ie draait. Maar dat doe je. Als het bijna als je eigen voelt. Maar fijn, dat zo een zorg wegvalt… ~ Maar als eerste wil ik weer sporten, boksen. Voel zo die drang. En de kuttigheid (bij deze een nieuw woord) als ik ’s avonds op apegapen lig, en de sportkleren al aan heb. Het plan er zo lag. Maar het gewoon niet wil. Dat is zo bizar. Soms doe ik even de handschoenen aan. Ram ik wat tegen de paal hier op de veranda. Gaat nergens over, maar gewoon dat. Even voelen. Bij niks heb ik opstand (soms wel, omdat ik het niet snap) meer, me erbij neergelegd dat tijd en de juiste mensen me wel opknapt, behalve bij dat. Nou ja. Het komt. . ~ Maar die verrotte lichamelijke reacties; die oogmigraine, soms drie x daags, die spierpijn, dat opgejaagde, de tintelingen, het vermoeide, dat doseren; het went niet. Maar straks ben ik alles vergeten. ~ Fijn pinksteren. Het weer zit niet echt mee, maar wat scheelt het, er is genoeg wat wel meezit. ❤ Voel me nog steeds bevoorrecht soms. Meestal. Eigenlijk altijd. ~ Die waakvlam… ik krijg een groter vuur dan tevoren. Die overtuiging heb ik. 🙏 Tjow. #burnout#burnagain#hatseflats#doeg https://www.instagram.com/p/Byc8Mg-oqss426k_Aq9FWyyyevux5BrMpkMF380/?igshid=12e5omrj4nwgl
0 notes
Text
Hoe te dienen in harmonie met Gods wil
Vandaag bespreken we in de eerste plaats hoe mensen God moeten dienen in hun geloof. Aan welke voorwaarden moeten mensen die God dienen voldoen, wat moeten zij begrijpen? Waar wijken jullie af in het dienen van God? Het is belangrijk dat jullie dit alles goed begrijpen. Deze kwesties hebben betrekking op hoe jullie geloven in God, hoe jullie het door de Heilige Geest geleide pad bewandelen, hoe alles van jullie geregeld is door God, en ze zullen je in staat stellen om elke stap van Gods werk in jou te kennen. Als jullie dit punt bereiken, zullen jullie waarderen wat geloof in God is, hoe jullie op de juiste manier in God dienen te geloven, en hoe jullie naar Gods wil moeten handelen. Dit zal jullie volledig en volkomen gehoorzaam maken aan Gods werk, zonder klacht, zonder oordeel, zonder analyse en al helemaal zonder onderzoek. Verder zullen jullie allen in staat zijn om gehoorzaam te zijn aan God tot in de dood, en God toe te staan jullie te sturen en te slachten als een schaap, zodat jullie allemaal de Petrus van de jaren ‘90 kunnen worden, en God lief kunnen hebben tot het uiterste zelfs aan het kruis, zonder enig geklaag. Alleen dan zullen jullie in staat zijn om te leven als de Petrus van de jaren ‘90.
Ieder mens met het oprechte voornemen God te dienen, kan dat doen. Maar alleen wie steeds Gods wil als leidraad neemt en Zijn wil begrijpt, is geschikt en heeft het recht om Hem te dienen. Jullie hebben zelf wel gezien dat er veel mensen zijn die denken dat ze God dienen door met veel vuur Zijn woord te verspreiden, de boer op te gaan voor Hem , zich voor Hem uit te putten, dingen op te geven, enzovoorts; zelfs nog meer religieuze mensen denken dat ze Hem dienen door met de Bijbel in de hand overal in de wereld het evangelie van het koninkrijk der hemelen te verkondigen en mensen te redden door hen over te halen berouw te tonen en hun zonden op te biechten; er zijn vele religieuze leiders die denken dat ze God dienen als ze na hun studie aan het seminarie in allerlei kerken preken en mensen met Bijbelverzen onderwijzen; veel van onze broeders en zusters denken dat ze God dienen door nooit te trouwen en geen gezin te stichten, maar hun hele wezen aan God te wijden; er zijn ook mensen in arme gebieden die denken dat ze de Heer dienen door voor hun broeders en zusters ziektes te genezen en geesten uit te drijven, voor hen te bidden en hen te dienen; onder jullie zijn er velen die denken dat je God dient als je veel bidt, alle kerkdiensten overal afloopt en Zijn woorden je eten en drinken zijn; zo, zijn er ook mensen die zeggen dat je God dient door een kerkelijk leven te leiden. Maar slechts weinig mensen begrijpen wat het echt betekent om God te dienen. Er zijn weliswaar net zoveel mensen die God dienen als er sterren aan de hemel zijn, maar slechts heel, onbeduidend weinig die God rechtstreeks kunnen dienen en Hem kunnen dienen volgens Zijn wil. Waarom zeg ik dit? Omdat jullie eigenlijk niet begrijpen wat ‘God dienen’ werkelijk betekent en nauwelijks een idee hebben hoe je de Heer volgens Zijn wil moet dienen. Vandaag bespreken we vooral hoe te dienen overeenkomstig Gods wil, welke manier van dienen Zijn wil tevreden stelt.
Om God te kunnen dienen volgens Zijn wil, is het belangrijk allereerst te begrijpen in welk soort mensen God vreugde vindt en welk soort God verafschuwt, welk soort mensen God vervolmaakt, en welk soort mensen toegerust zijn om God te dienen. Dit moeten jullie je in ieder geval eigen maken. Verder is het belangrijk dat jullie inzien wat het doel van Gods werk is en welk werk God in het hier en nu gaat doen. Als jullie dat eenmaal begrijpen, kunnen jullie geleid door Zijn woorden binnentreden en de opdracht op je nemen die God aan jullie toevertrouwt. Als jullie Gods woorden eenmaal in de praktijk hebben ervaren en Gods werk werkelijk begrijpen, zijn jullie toegerust om Hem te dienen. En terwijl jullie Hem dienen, opent Hij de ogen van jullie geest, zodat jullie een nog duidelijker en beter begrip van Zijn werk krijgen. Als je binnengaat in die werkelijkheid, wordt je ervaring nog diepgaander en echter. Ieder van jullie die dat heeft ervaren, kan zich door alle kerken heen bewegen om zijn broeders en zusters te ondersteunen, waarbij iedere kant gebruik maakt van de kracht van de ander om de eigen tekortkomingen te compenseren en een dieper inzicht te vinden in jullie geesten. Pas als jullie dit hebben bereikt, kunnen jullie God dienen volgens Zijn wil en door Hem te dienen vervolmaakt worden.
Mensen die God dienen, moeten Gods vertrouweling zijn. Ze moeten mensen zijn in wie God vreugde vindt en die God onvoorwaardelijk trouw blijven. Of je nu handelt achter de rug van anderen of in hun zicht, altijd kan God Zich in je verheugen en je blijft altijd overeind onder Zijn blik. En ongeacht hoe mensen je behandelen, je blijft altijd je eigen pad gaan en houdt de last van God steeds in gedachten. Dan pas kun je je een vertrouweling van God noemen. Vertrouwelingen van God kunnen Hem rechtstreeks dienen omdat God hen een belangrijke opdracht heeft gegeven en hen Zijn last te dragen geeft. Gods hart is hun hart, Zijn last is hun last. Ze denken niet aan succes of falen, zelfs als ze niets bereiken en uiteindelijk met lege handen staan, blijven ze in God geloven met een hart vol liefde. Daarom zijn zulke mensen Gods vertrouwelingen. Gods vertrouwelingen zijn ook Zijn deelgenoten. Alleen Gods vertrouwelingen kunnen Zijn rusteloosheid en Zijn verlangens delen. Hun vlees is pijnlijk en zwak, maar om God te behagen laten ze wat hen lief is achter zich en dulden ze de pijn. God geeft zulke mensen een extra zware last te dragen, en in hen drukt Hij uit wat Hij wil doen. Daarom vindt Hij vreugde in zulke mensen en kunnen zij Hem dienen volgens Zijn wil. Alleen zij kunnen samen met Hem heersen. Het moment dat je werkelijk een vertrouweling van God wordt, is juist het moment dat je samen met Hem mag heersen.
De reden dat Jezus de opdracht die God Hem had gesteld – de verlossing van de mensheid – kon volbrengen, is dat Hij nooit Zijn eigen plan trok, maar altijd Gods wil als leidraad nam. Hij was ook de vertrouweling die jullie het beste kennen – God Zelf, zoals jullie allemaal goed begrijpen (Feitelijk was Hij God Zelf, zoals God heeft getuigd – ik noem Jezus hier als voorbeeld om deze kwestie uit te leggen.) Hij kon Gods managementplannen als uitgangspunt nemen en bad steeds tot Zijn hemelse Vader om te vragen wat Zijn wil was. “Vader!” bad Hij. “Wat uw wil is, volbrengt u. Ga niet uit van mijn bedoelingen, volg uw eigen plan. De mensen zijn zwak, maar waarom zou u Zich om hen bekommeren? Hoe kunnen mensen, die als mieren in uw hand zijn, uw zorg waard zijn? Mijn enige wens in mijn hart is dat ik uw wil kan uitvoeren, dat u met mij kunt doen wat u wilt doen volgens uw eigen bedoelingen.” Toen Jezus op weg was naar Jeruzalem, deed Zijn hart pijn alsof er een mes in werd omgedraaid, maar Hij overwoog geen moment om Zijn belofte te breken. Een sterke kracht dreef Hem onophoudelijk voort naar de plek waar Hij aan het kruis zou worden genageld. Uiteindelijk werd Hij gekruisigd en werd Hij het symbool van een zondig lichaam. Daarmee volbracht Hij Zijn werk, de verlossing van de mensheid. Hij ontsteeg de greep van de dood en het dodenrijk: voor Zijn aangezicht verloren de dood, de hel en het dodenrijk hun macht en werden ze door Hem overwonnen. In de drieëndertig jaar dat Jezus leefde, deed Hij steeds Zijn best om Gods wil te behagen in overeenkomst met Gods werk op dat moment. Hij dacht nooit aan persoonlijk succes of falen, maar volgde in al Zijn plannen de wil van Zijn Hemelse Vader. Daarom zei God, nadat Jezus gedoopt was: “Dit is mijn geliefde Zoon, in hem vind ik vreugde.” Omdat Jezus God voor Zijn aangezicht diende volgens Zijn wil, legde God de zware last van het verlossen van de mensheid op Jezus' schouders en stuurde Hem op weg om deze taak te volbrengen. Jezus was toegerust op deze zware taak en had het recht hem te vervullen. Zijn hele leven leed Hij onvoorstelbaar veel voor God en werd Hij ontelbaar vaak door Satan op de proef gesteld, maar nooit verloor Hij de moed. God gaf Jezus deze zware taak juist omdat Hij Hem vertrouwde en liefhad. Daarom zei Hij persoonlijk: “Dit is mijn geliefde Zoon, in hem vind ik vreugde.” Alleen Jezus kon, in die tijd, deze opdracht volbrengen. Dit was een deel van de waarheid dat God door Zijn werk de mensheid zou verlossen in het Tijdperk van Genade.
Als jullie net als Jezus Gods last in gedachten houden en jullie vlees verzaken, zal God jullie een belangrijke taak toevertrouwen, zodat jullie kunnen voldoen aan de voorwaarden om God te dienen. Dan pas mag je stellen dat jullie Gods wil doen en Zijn opdracht volbrengen. Dan pas kun je zeggen dat jullie God werkelijk dienen. Durf je jezelf Gods vertrouweling te noemen als je jezelf vergelijkt met het voorbeeld van Jezus? Durf je te zeggen dat je Gods wil doet? Dat je God werkelijk dient? Hoe kun je zeggen dat je Gods vertrouweling bent terwijl je op dit moment niet eens begrijpt hoe je God moet dienen? Is het dan niet godslastering als je zegt dat je God dient? Denk maar eens goed na of je nu eigenlijk God dient of jezelf. Je dient Satan terwijl je volhoudt dat je God dient – dat is toch godslastering? Vele mensen begeren achter mijn rug om het geluk van een hoge status, ze doen alleen maar tegoed aan eten, slapen en de geneugten van het vlees en zijn steeds maar bang dat er geen uitweg is uit hun lichaam. In de kerk doen ze hun normale werk niet, maar eten gratis mee of gebruiken ze mijn woorden om hun broeders en zusters de les te lezen. Ze plaatsen zichzelf boven anderen om de baas over hen te spelen. Die mensen roepen om het hardst dat ze Gods wil doen en beweren steeds dat ze Gods vertrouwelingen zijn, maar is dat dan niet absurd? Als je de juiste intenties hebt, maar God niet kunt dienen volgens Zijn wil, ben je onwetend. Maar als je zegt dat je God dient terwijl je intenties niet juist zijn, ben je iemand die zich tegen God verzet en zou God je moeten straffen! Met zulke mensen heb ik geen medelijden! Mensen die in Gods huis gratis mee-eten, steeds lichamelijk comfort begeren, geen rekening houden met Gods belangen, maar altijd voordeel voor zichzelf zoeken, zich niets gelegen laten liggen aan Gods wil; mensen wier doen en laten niet door Gods Geest wordt beschouwd, die liegen en draaien om hun broeders en zusters te bedriegen; mensen die achterbaks zijn, als een vos die de wijngaard binnendringt, steeds de druiven steelt en de wijnstokken vertrapt, kunnen zulke mensen Gods vertrouwelingen zijn? Ben je dan Gods zegen waard? Als je geen enkele verantwoordelijkheid neemt voor je eigen leven en voor de kerk, ben je het dan waard van God een opdracht te ontvangen? Wie zou zo iemand nog durven vertrouwen? Als je zo God denkt te dienen, durft God je dan te belasten met een nog zwaardere taak? Ben je de zaken niet voor je uit aan het schuiven?
Ik vertel dit allemaal zodat jullie weten aan welke voorwaarden je moet voldoen om God te dienen volgens Zijn wil. Als jullie niet je hart aan God geven en niet als Jezus steeds Gods wil in gedachten houden, kan God jullie nooit vertrouwen en zal uiteindelijk God oordeel over je komen. Misschien heb je nu terwijl je God dient steeds de bedoeling God te bedriegen, maar God let ook op jou. Hoe dan ook, als je God bedriegt, zal Zijn genadeloze oordeel over je komen. Nu jullie op het juiste spoor zijn gezet om God te dienen, moeten jullie God eerst je hart geven, met onverdeelde loyaliteit: je hart is steeds op God gericht, of het nu voor Gods aangezicht is of in het zicht van andere mensen. Als je net als Jezus het oprechte voornemen hebt God lief te hebben, zal God je vervolmaken, zodat je iemand kan worden die God dient naar Zijn hart. En als je dan werkelijk door God vervolmaakt wil zijn en Hem dient volgens Zijn wil, moet je je oude mening over je geloof wijzigen en je vroegere manier van dienen veranderen, zodat er nog meer delen in jezelf door God worden vervolmaakt. Zo zal God je nooit in de steek laten en zul je net als Petrus de voorhoede vormen van hen die God liefhebben. Als je nog steeds geen berouw toont, ga je een einde als Judas tegemoet. Dat moet iedereen die in God gelooft begrijpen.
Uit ‘De Kerk van Almachtige God’
0 notes
Text
Huit
Helena Foxmaijer Daar zat ze dan op een half vergaan bankje in het park. Ze voelde het nog net niet vermolmde hout akelig ver doorbuigen terwijl ze toch echt maar 63 kilo woog. Er kwam in de verte een oudere dame met een klein hondje aangeschuifelt. Als ze maar niet naast haar kwam zitten want dan kon ze niet instaan voor de veiligheid van zowel haarzelf als van de oude dame. Ze keek even vluchtig over haar schouder en zag achter haar een dichte haag van allerlei gebladerte. Op de grond lag oud bruin blad van een herfst geleden en een witte plastic zak dat door recent gevallen regenwater stevig op de plek bleef liggen. Ze wilde opstaan, maar dan zou het lijken alsof ze wegliep voor het dametje. Niet echt netjes, dus keek ze nog maar eens op haar mobiel en hoopte dat het dreigende onheil aan haar voorbij zou lopen. De dame was nu bijna ter hoogte van het bankje. Als je ergens op wacht, lijkt de tijd plots wel te kruipen. Ze bleef op haar whatsapp loeren en hoorde de dame even diep zuchten. Ze keek quasi onwetend op en keek recht in een gezicht vol rimpels, maar met opvallend heldere ogen. Ze knikte vluchtig en hoopte dat de dame haar weg zou vervolgen. De dame leunde op haar stok en bekeek haar eens goed. U werkt hier verderop of niet? Ik heb u wel eens naar binnen zien lopen bij dat hoge flatgebouw. Ja, ik ben dan wel oud, maar aan mijn geheugen mankeert nog niks. Werkt u soms bij die grote uitgeverij? Ze wilde aanstalte maken om te gaan zitten….U vind het toch niet erg dat ik naast u op het bankje kom zitten? Mijn knieen zijn wat gevoelig, net als mijn rug. Ze wilde snel opstaan om haar de hele bank te geven. Bang dat ze was om er doorheen te zakken. Stel je toch voor dat de oude dame wat zou breken. Ze had helemaal geen zin in gedoe. En vrouwtjes die zich zo vervelen dat ze zelfs wist dat zij in het Foxmaijer-Beuning-gebouw werkte, daar zat ze al helemaal niet op te wachten. Ze wilde opstaan, maar voelde plots een warme zachte hand op haar knie. Blijf rustig zitten meisje. Ik red me wel hoor. Op het moment dat haar achterste druk zette op het bankje, begonnen de uiteinden omhoog te staan en gingen ze samen omlaag. Het bankje kraakte hevig en geschrokken wilde ze opspringen. De dame had nog steeds haar hand op haar knie, dus bleef ze stokstijf zitten in de veronderstelling dat ze binnen enkele seconden samen op de grond zouden belanden. Ze slaakte een tiende seconde later een gilletje en voelde dat de warme hand van haar zwarte panty afgleed. Ze sprong op en de bank veerde omhoog. Dat was op het nippertje. De oude dame deed alsof ze niks gemerkt had en keek haar verbaast aan. Waarom gilde u nou? Ze stond daar met een mond vol tanden….Euhm, ik dacht dat…Ja, waarom gilde ik eigenlijk? Het bankje is ook zo instabiel. Ik dacht dat we er samen doorheen zouden zakken. De oude dame begon te lachen. U heeft mij dus nu feitelijk gered van een zekere gebroken heup. Een langdurig verblijf in een ziekenhuis en later een wegkwijnend bestaan in een onpersoonlijk verpleeghuis en u heeft mij behoed voor het niet meer kunnen wandelen met mijn hondje. Dat zijn nogal wat feiten die u met een snelle beweging heeft voorkomen. Ze keek even naar haar hond……Dat waren vervelende gevolgen geweest. Maar goed dat u zelf snel opstond. Ik begrijp alleen niet zo goed waarom u mij niet eerder waarschuwde.... Ze bloosde en keek de dame aan. Dat had ik ook moeten doen mevrouw. U kunt mij toch niet verwijten dat ik snel ben gaan zitten ging de dame verder. Vroeger was ik snel. Er kwam vuur in haar ogen. Vroeger was ik iedereen de baas. Ze keek naar haar hond. Tegenwoordig vraag ik me wel eens af wie wie uitlaat…Ik de hond, of de hond mij. En dan kan zij daar nog even lekker kakken. Ze probeerde op te staan maar door de beweging naar voren begon het bankje weer te kraken....Hebbes, ze was al door de knieen gegaan en pakte de oude vrouw onder haar oksels voor de planken het begaven. Even dreigde ze haar evenwicht te verliezen en voorover met de oude brouw achterwaarts alsnog de struiken achter het bankje in te kukelen. Dat ze hoge hakken droeg hielp ook niet echt mee aan de stabiliteit. De dame stond alweer op haar benen en heel even rook ze de parfum. Chanel nr.5. Haar moeder gebruikte dit beroemde luchtje ook altijd. Daar was ik al bang voor…Ze keken elkaar aan en begonnen te lachen. Te schaterlachen. Tranen met tuiten te lachen en plots rolde ze alsnog in haar nette mantelpakje over de grond. De oude dame sloeg zichzelf op de knieen en als ze dan geen gebroken heup zou oplopen, dan was het wel een verrekte kaak….van het lachen, zo onbedaarlijk hard lachen. Een passerende fietser van de plaatselijke visvereniging die was gaan kijken of er misschien nog iemand zonder visacte aan de waterkant zat, moest nog snel het stuur omgooien voor hij geraakt zou worden door de tuimelende jonge dame in haar sjieke mantelpakje. Kwaad liet hij zijn linkervuist zien en voor hij wat kon uitbrengen werd hij al overstemt door het razende gebulder van de dames. Het hondje begon te blaffen en de arme drommel moest nog even flink aanzetten anders hing er 6 kilo hond in zijn rechterkuit. Een stel bleef staan en keek meewarig naar het tafereel. Ze hadden al eeuwen niet meer gelachen. Toen de bui eindelijk was gaan liggen klopte de jonge vrouw een beetje beschaamd haar uniforme pakje af en schoof haar zwarte hakken weer aan haar voeten. De oude vrouw keek guitig eerst naar het bankje en daarna naar haar redster in nood, stak haar hand uit en stelde zich voor….Helena Foxmaijer! De jonge vrouw keek haar even doordringend aan en sprak toen….Dan heeft uw zoon mij twee uur geleden ontslagen! Klone
1 note
·
View note
Text
Herfstblad
Herfstblad
Op het terras hangen loom hangmatten, een vuur wordt opgestookt in een haard. Een vrouw rijdt haar moeder in rolstoel naar een plekje. Een jongen komt er bij, geeft oma een kus. De cappuccino heeft een herfstblad op zijn schuim. Een donker gezin praat met veel blikkerende tanden van het lachen. ‘Ik ben de baas van hun!’ zegt een jongetje van een jaar of vijf over grut dat nog wat jonger is. Pap zegt laconiek ‘dan ga ik wandelen, let jij op hen?’. Nee, zo’n baas wil het jongetje toch niet zijn. Ik nip van mijn herfstblad. Alles is veilig.
Reageer op http://raak-me.com/100woorden/herfstblad/
0 notes
Photo
Reposted from @vrijebond Op 12 juni gaan we de straat op! Amsterdam, Mercatorplein 14.00 Kom naar het zwarte blok en vecht mee tegen onderdrukking in alle vormen! Vuur en vlammen voor elke staat Tijdens corona zijn repressie en staatsgeweld deel van ons dagelijkse bestaan geworden. De staat gebruikt de wereldwijde pandemie als excuus om haar controle steeds openlijker af te dwingen. De staat geeft niks om de gezondheid of welvaart van mensen. Alleen beleid dat de macht en controle van de staat vergroot wordt doorgevoerd. Hulp wordt ontzegd. De avondklok moest koste wat kost in stand gehouden worden. Terwijl er na een jaar nauwelijks IC-bedden bijgekomen zijn en de meeste mensen nog steeds op een vaccin moeten wachten. Elk weerwoord en verzet wordt als illegitiem gezien en keihard aangevallen. Zo probeert de staat over alles in ons leven controle te krijgen. Werken en thuiszitten is het enige wat nog overblijft. Uitgebuit worden voor de winst van je baas en verder je bek houden! Het kan geen verrassing meer zijn. Het is simpelweg de meest recente vorm van repressie en dominantie van de staat over ons leven. De staat heeft als enige doel de vrijheid van mensen te verdrukken om het kapitalisme te beschermen. We moeten met getrokken dolken tegenover het bestaande komen te staan. Vechten tegen alle vormen van onderdrukking en dominantie. We moeten samen strijden met mensen die extra hard getroffen worden door de coronacrisis en die slachtoffer worden van toenemend politiegeweld. Op de dag na 11 juni, de internationale dag van solidariteit met anarchistische gevangenen, gaan we natuurlijk ook de straat op voor al onze kameraden die vastgehouden worden door de gewapende machten van de staat. (hier: FAUD-Lokal "V6") https://www.instagram.com/p/CPttQoXFAFb/?utm_medium=tumblr
0 notes
Photo
Hef de Wereldgezondheidsorganisatie op. Het ware gezicht van WHO-baas Tedros
Op 10 januari liet de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) via Twitter weten dat landen geen maatregelen hoefden te treffen voor reizigers uit Wuhan in China.
Daarnaast adviseerde de WHO tegen reis- of handelsbeperkingen.
Sindsdien is gebleken dat China de uitbraak van het coronavirus al in december vorig jaar in de doofpot heeft gestopt.
Belangen van geldschieters
Artsen die de WHO en de rest van de wereld probeerden te waarschuwen, kwamen in de gevangenis terecht.
Op 14 januari liet de WHO ons weten dat ‘de Chinese autoriteiten geen duidelijk bewijs hadden gevonden dat het coronavirus van mens op mens overgedragen kon worden’.
De Wereldgezondheidsorganisatie is niet veel meer dan een pr-orgaan, en moet opgeheven en vervangen worden, schrijft Stephen L. Miller voor The Spectator.
We hebben geen organisaties meer nodig die de belangen van hun geldschieters behartigen. Daar hebben we de VN al voor, aldus Miller.
De grootste donateurs van de WHO zijn overigens de Amerikaanse overheid, Bill Gates en de Britse overheid.
Solidariteit
WHO-baas Tedros Adhanom Ghebreyesus doet niet veel meer dan het herhalen van de standpunten van de Chinese overheid.
Hij repte met geen woord over de doofpot toen hij opriep tot solidariteit.
“De grootste vijand is het virus zelf; het stigma zet ons tegen elkaar op. We moeten een einde maken aan stigma en haat!” zei hij.
Er zijn talloze politici die hem napraten. Zo schreef PvdA-fractievoorzitter Lodewijk Asscher:
Nederland moet geen oplossingen blokkeren maar samenwerken met onze bondgenoten in Europa. @minpres dit is een tijd voor solidariteit!
Verdoezeld
Toen Tedros in 2017 aan het hoofd van de WHO kwam te staan, genoot hij de steun van het Chinese regime.
Hij kwam onder vuur te liggen omdat hij meerdere cholera-epidemieën in Ethiopië had verdoezeld.
In datzelfde jaar benoemde Tedros tiran Robert Mugabe van Zimbabwe tot goodwill-ambassadeur van de WHO.
De benoeming leidde tot een storm van kritiek, waarna hij de benoeming weer introk.
Door God gestuurd
Met de benoeming wilde hij China bedanken voor diens steun, schreef de Washington Post.
Peking en Mugabe hadden een afspraak met elkaar gemaakt: hij zou geen kritiek hebben op de exploitatie van grondstoffen in Afrika en China zou hem in ruil daarvoor steunen.
In december 2015 sprak Mugabe op de Chinees-Afrikaanse top in Johannesburg vol lof over Xi. Hij zei dat de Chinese president ‘door God gestuurd was’.
“Deze hele organisatie moet opgeheven en vervangen worden,” benadrukt Miller.
0 notes