De 10 Foto's Met Een Lang Verhaal Staan in een blog, op Tumblr. 109
Gezicht op een turfkar met straatverkoopster en verkoper bij het Bosje voor het atelier voor moderne fotografie van fotograaf Henri Berssenbrugge, 1908.
In 1659 komt het Boschje buiten de Hofpoort voor. Het was een met bomen beplant stadsplein aan de Goudsesingel. Het Boschje behoorde tot het terrein, dat nog in 1525 bekend was als het Foreest in Rubroek. De latere naam herinnert vermoedelijk aan dat Foreest (d.i. jachtterrein, wildernis met bos, woud). Ook de naam Goudsche Boschje kwam voor. Aansluitend bij het Boschje kreeg de daarop uitkomende laan de naam Boschlaan. Deze laan was in 1617 door Frans Jacobsz. Craay langs de oude vest aangelegd en daarom eerst naar hem genoemd. Later heette ze naar een andere eigenaar Laan Samuel Pietersz. Vlaming. De Boschlaan verbond het Boschje met de Jonker Fransstraat. Bij besluit B. 19 mei 1942 werd de naam ingetrokken. De naam Boschje werd bij besluit B&W 21 november 1952 ingetrokken.
De fotograaf Henri Berssenbrugge (1873-1959) is een van de belangrijkste fotografen in het vooroorlogse Nederland. Zijn werk was in vele publicaties te zien en werd nationaal en internationaal tentoongesteld. Hij runde een fotostudio aan het Boschje en later aan de chiquere Mauritsweg. Portretfotografie was zijn belangrijkste bron van inkomsten maar hij was te beweeglijk voor het werken in de studio. Naast de studio-opnamen fotografeerde hij voor zijn plezier op straat. Als een flaneur bewoog hij zich door de stad en haalde zijn camera op de juiste momenten tevoorschijn.
Berssenbrugge had geen oog voor het drukke moderne stedelijke verkeer met zijn trams, auto’s, havenkranen, graanelevatoren en grootse zeeschepen. Hij was niet geïnteresseerd in de stad van de toekomst. Hij zocht de stad die er nog was en die er binnen afzienbare tijd niet meer zou zijn: het buurtleven in de stegen, de levendige handel op de markten en de beurtvaart in de grachten. Het zijn opvallende sfeerbeelden van het alledaagse leven van Rotterdammers tussen 1906 en 1916. Kenmerkend voor zijn foto’s en gedurfd voor die tijd zijn de experimenten met grafische technieken en de schilderachtige toepassingen waarmee zijn werk raakt aan de schilderkunst.
De fotograaf is Henri Berssenbrugge en de foto komt uit het Stadsarchief Rotterdam. De informatie komt eveneens uit het Stadsarchief Rotterdam.
Bron, Rotterdam van Toen, Stads Archief Rotterdam
De Nieuwe Maas en de Van Brienenoordbrug, 21 maart 1974.
Het plan voor de Van Brienenoordbrug dateerde al uit de vroege jaren dertig. Tijdens de regering van minister-president Colijn werd een rijkswegenplan uitgewerkt waarbij ten oosten van Rotterdam een brug over de rivier zou komen. Het geld dat hiervoor gereserveerd was, werd echter voor de Maastunnel gebruikt. Na de oorlog werd pas weer in 1959 nagedacht over de Ruit van Rotterdam. Het bouwrijp maken van de grond nam een aanvang voor of in 1961. Rond 1962 stelde de gemeenteraad de naam van de brug vast. De Van Brienenoordbrug dankt zijn naam aan het onderliggende Eiland van Brienenoord, het oord van A.W. baron van Brienen.
De brug is in zijn geheel ter plaatse gebouwd. Om de boog te kunnen bouwen werden tijdelijk twee hulppijlers in het water gebouwd. De kenmerkende diagonale kabels waar het wegdek aan is opgehangen, geven de constructie een grote vormvastheid. Dit bleek mogelijk door de bijzondere verhoudingen van de boogvorm. Het ontwerp van ir. W.J. van der Eb van Rijkswaterstaat was voor zijn tijd revolutionair slank en transparant, en heeft later vele gebouwde bruggen geïnspireerd.
De fotograaf is Lex de Herder en de foto komt uit het Stadsarchief Rotterdam. De informatie komt van Wikipedia.
Bron, Rotterdam van Toen, Stads Archief Rotterdam
Het Beursplein, gezien vanaf de trappen van de Beurs, 1959-1963.
Het Beursplein is vernoemd naar het nieuwe, in 1940 gereedgekomen, beursgebouw aan de Coolsingel, ontworpen door architect J.F.Staal. Voordien werd dit plein Spinhuisstraat genoemd. Tot 1942 bevond zich bij de Blaak een plein dat eveneens de naam Beursplein droeg.
De laagbouw van het huidige World Trade Center is als multifunctioneel beurscomplex ontworpen door architect J.F. Staal en werd gerealiseerd tussen 1936 en 1940. Bij het bombardement op Rotterdam van 14 mei 1940 kreeg het een aantal treffers, maar de schade kon vrij snel worden hersteld. In 1941 werd het heropend. Dit gebouw bevatte niet alleen handelsbeurzen en de Rotterdamse Kamer van Koophandel maar ook winkels, vergaderzalen, een bar en kantoren.
In 1973 werd de laagbouw van een extra verdieping voorzien. Architect van deze uitbreiding is Arthur Staal, de zoon van J.F. Staal. De horecagelegenheid in het complex is naar beide architecten vernoemd. In 1984 werd gestart met de bouw van een nieuwe kantoortoren te midden van de al bestaande laagbouw. De groene ellipsvormige toren, ontworpen door Rob van Erk en Ab Veerbeek, kwam in 1987 gereed. Koningin Beatrix heropende het complex onder de naam Beurs-World Trade Center.
De fotograaf is Lex de Herder en de foto komt uit het Stadsarchief Rotterdam. De informatie komt eveneens uit het Stadsarchief Rotterdam en van Wikipedia.
Bron, Rotterdam van Toen, Stads Archief Rotterdam
Gezicht in de Brielselaan, 1926-1930.
De Brielselaan is vernoemd naar de stad Brielle op het eiland Voorne-Putten, een van de bestemmingen van de stoomtram van de Rotterdamsche Tramweg Maatschappij. Deze stoomtram reed door de Brielselaan.
Brielle, in de middeleeuwen de vijfde stad van het gewest Holland, is een oude vestingstad en de bekendste bedevaartsplaats van Zuid-Holland. De grotendeels uit de 17e eeuw stammende vesting van Brielle is een rijksmonument en een van de best bewaard gebleven verdedigingswerken in Nederland.
De naam gaat terug op het Keltische woord 'brogilo' ('ingesloten gebied, jachtgebied') en uit de oudste geschriften blijkt, dat de huidige locatie 'de nieuwe Briel' is. In de 11e en 12e eeuw bestond Voorne uit een paar kleine en grote eilandjes. Op die eilanden begonnen zich boerenfamilies te vestigen. Ze ontgonnen veengronden die ze daarna in gebruik namen voor landbouw en veeteelt, maar deze gebieden overstroomden regelmatig door de Noordzee en de Maas. De boerenfamilies begonnen daarom dijken aan te leggen waardoor ze toch in die gebieden konden blijven wonen. Door de vele overstromingen werd het ontgonnen land een eiland en zo ontstond langzamerhand Brielle. Brielle had in de eerste eeuwen een rijk Rooms leven. De Sint-Catharijnekerk werd gebouwd en vele kloosters ontstonden en daar is de stad verder omheen gebouwd.
Op 1 april 1572 werd de stad ingenomen door de Watergeuzen onder leiding van Lumey en Bloys van Treslong, waarbij de veerman Jan Koppestok een belangrijke rol vervulde. De Inname van Den Briel wordt algemeen gezien als het eigenlijke begin van de opstand tegen Filips II; zie ook Tachtigjarige Oorlog. Aan dit feit dankt Brielle haar schildspreuk Libertatis Primitiae, "eersteling der vrijheid". Dit historisch feit wordt ieder jaar op 1 april gevierd.
De prentbriefkaart komt uit het Stadsarchief Rotterdam. De informatie komt eveneens uit het Stadsarchief Rotterdam en van Wikipedia.
Bron, Rotterdam van Toen, Stads Archief Rotterdam
Politiebureau Sandelingplein aan de Groene Hilledijk, 1946. Links het Sandelingplein.
Dit plein is vernoemd naar het Sandelingenambacht of Adriaan Pietersambacht in de Zwijndrechtse Waard.
Sandelingen-Ambacht (ook wel Sandelingen Ambacht dan wel Sandeling-Ambacht of Adriaan-Pieters-Ambacht) was een gemeente, en daarvoor een ambachtsheerlijkheid, in de Nederlandse provincie Zuid-Holland, sinds 1 september 1855 een deel van Hendrik-Ido-Ambacht. Bij de volkstelling van 1830 had Sandelingenambacht 425 inwoners.
Er bestaat nog steeds de polder Sandelingen-Ambacht, een deel van de Zwijndrechtse Waard, overeenkomend met het grondgebied van de vroegere gemeente. Dwars door de polder loopt de Rijksweg A16.
Tegenwoordig ligt aan de westkant van Hendrik-Ido-Ambacht, tussen de oude dorpskern, de A16 en het Waaltje, een recreatiegebied Sandelingen-Ambacht, dat een deel (93 ha) van de polder beslaat.
De foto is gemaakt door de Dienst Gemeentewerken en komt uit het Stadsarchief Rotterdam. De informatie komt eveneens uit het Stadsarchief Rotterdam en van Wikipedia.
Bron, Rotterdam van Toen, Stads Archief Rotterdam
Drukte rondom het Calandmonument aan de Coolsingel tijdens de bloemenmarkt op Pinksterdrie (derde pinksterdag). Op de achtergrond het Coolsingelziekenhuis, ca. 1918
#stadsarchief010 #stadsarchiefrotterdam #010 #rotterdam #pinksterdrie #pinksteren #coolsingel #calandmonument #coolsingelziekenhuis #vanhogendorpplein #churchillplein
Bron: Stadsarchief Rotterdam
Gezicht op de Binnenrotte onder en naast het spoorwegviaduct. Op de voorgrond bromfietsen en fietsen geparkeerd. Datering: begin jaren vijftig
(uit de collectie van het Stadsarchief Rotterdam).
#leenfiets #fietsen #fietsfan010 #geschiedenis #stadsarchief010 #StadsarchiefRotterdam #010 #Rotterdam #nostalgie #zomerindestad #zomer
Bron, Stadsarchief Rotterdam
Corrie Hartong (1906-1991), grondlegger van de eerste dansvakopleiding
Corrie Hartong vertrok na haar eindexamen in 1924 naar Wenen en Dresden om een dansopleiding te volgen. Na haar dansopleiding in Dresden te hebben afgerond, ging zij zelf lesgeven aan de Volksbühne in Chemnitz (Duitsland). In 1931 keerde Hartong terug naar Rotterdam. Door haar opleiding in Dresden werd zij de eerste vertegenwoordigster van de ‘Ausdruchtanz’ (een op het gevoel gerichte moderne dans) in Nederland.
Corrie Hartong werd gevraagd om de eerste dansvakopleiding in Nederland op te zetten samen met Gertrud Leistikov. Na drie jaar trok Leistikov zich terug, waarna Hartong de enige directeur werd. In 1935 werd de Rotterdamse dansschool verbonden aan het Rotterdamsch Toonkunst Conservatorium. Met de directeur van dit conservatorium, Willem Pijper, kreeg Hartong een lange tijd geheim gebleven liefdesrelatie.
Corrie Hartong overleed op 9 augustus 1991 in Rotterdam.
#maandvandegeschiedenis #mvdg #mvdg2019 #zijhij #sterkevrouwen #rotterdam #geschiedenis #rotterdamsegeschiedenis #archief #StadsarchiefRotterdam #stadsarchief010
Bron: Stadsarchief Rotterdam
De sculptuur van de Russisch-Amerikaanse Naum Gabo (1890 – 1977) aan de Coolsingel is een veelvuldig gefotografeerd.
Een aantal foto's van dit kunstwerk uit de collectie van het Stadsarchief is nu te zien bij Witte de With Center for Contemporary Art.
De presentatie geeft een impressie van de geschiedenis van de titelloze sculptuur bij de Bijenkorf. Het is het grootste constructivistische kunstwerk dat ooit in de openbare ruimte is geplaatst. ‘Het ding’ of ‘de gestileerde bloem’ zoals het werk van 26 meter hoog en 40.000 kilo zwaar ook wel wordt genoemd, was indertijd hét icoon van moderniteit op de moderne Coolsingel.
Rotterdam Cultural Histories #10:
Naum Gabo is te zien tot en met 7 mei 2017 bij Witte de With Center for Contemporary Art.
Afbeelding uit 1976 door Lex de Herder, uit de collectie van het Stadsarchief Rotterdam.
Bron, Stadsarchief Rotterdam
Nancy Zeelenberg (1903-1986), eerste vrouwelijke wethouder van Rotterdam
Na haar studie rechten in Leiden vestigde Nancy Zeelenberg zich als advocaat en procureur in haar geboorteplaats Rotterdam. Ze was actief op het gebied van vrouwenemancipatie en was onder meer voorzitter van de Onderlinge Vrouwenbescherming, afdeling Rotterdam, en presidente van de Vereniging voor Vrouwenbelangen en Gelijk Staatsburgerschap. Zeelenberg was ruim 20 jaar actief in de gemeentelijke politiek in Rotterdam. Ze was gemeenteraadslid en werd in 1956 de eerste vrouwelijke wethouder van Rotterdam, met de portefeuilles financiën en kunstzaken. Ze was ook enige tijd locoburgemeester. Haar bijnaam was 'de ongekroonde koningin van Rotterdam'.
Nancy Zeelenberg werd bij haar afscheid onderscheiden met de Wolfert van Borselenpenning en later benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw en Commandeur in de Orde van Oranje-Nassau. Ze overleed op 22 april 1986 in Rotterdam.
#maandvandegeschiedenis #mvdg #mvdg2019 #zijhij #sterkevrouwen #rotterdam #geschiedenis #rotterdamsegeschiedenis #archief #StadsarchiefRotterdam #stadsarchief010
Bron: Stadsarchief Rotterdam
0 notes
ALKMAAR – boeken en bibliotheken waren lange tijd niet de normaalste zaak van de wereldd
Vanaf de zestiende eeuw werden er in verschillende plaatsen in Nederland bibliotheken gesticht, om boeken toegankelijk te maken voor een breed publiek.
Sommige van die bibliotheken, de librijen, bestaan tot op heden zoals die van Alkmaar.
Die stadsbibliotheek is gesticht in de zestiende eeuw en flink uitgebreid rond 1600. De meer dan 300 boeken zijn er nog steeds en worden bewaard in het Regionaal Archief.
Boekhistoricus Paul Dijstelberge, universitair docent aan de Universiteit van Amsterdam, geeft donderdagavond 12 september een lezing over die bijzondere Alkmaarse boekencollectie, tijdens het Historisch Café.
Naast theologie komen ook recht en medicijnen regelmatig aan bod. De bijzondere collectie medische boeken werd voor een groot deel geschonken door de beroemde Alkmaarse arts Pieter van Foreest.
Voorafgaand aan de lezing zal het nieuwe standaardwerk over de Alkmaarse Librije worden gepresenteerd, Kennis is pracht, geschreven door de spreker samen met Kuniko Forrer.
Locatie: Stadhuis Alkmaar (Langestraat 97), Prinsenzaal. Aanvang 20.00 uur.
Kaarten van 7,50 euro zijn te verkrijgen in de vestigingen van Bibliotheek Kennemerwaard, via http://bit.ly/1PGkvfh of telefoonnummer 072-5156644.
Foto: aangeleverd.
0 notes